Regeling van de Minister van Buitenlandse Zaken van 21 april 2017, nr. MinBuza-2017.558066, tot wijziging van enkele sanctieregelingen

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Handelende in overeenstemming met de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, de Minister van Infrastructuur en Milieu en de Minister van Financiën;

Gelet op Verordening (EU) nr. 2017/284 van de Raad van de Europese Unie van 17 februari 2017 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 314/2004 inzake bepaalde beperkende maatregelen tegen Zimbabwe (Pb EG L 42);

Gelet op Verordening (EU) nr. 2017/331 van de Raad van de Europese Unie van 27 februari 2017 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 765/2006 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Belarus (Pb EG L 50);

Gelet op Verordening (EU) nr. 2017/330 van de Raad van de Europese Unie van 27 februari 2017 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 329/2007 van de Raad betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van de Democratische Volksrepubliek Korea (Pb EG L 50);

Gelet op Besluit (GBVB) 2017/412 van de Raad van de Europese Unie van 7 maart 2017 tot uitvoering van Besluit 2013/798/GBVB betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van de Centraal-Afrikaanse Republiek (Pb EG L 63);

Gelet op Verordening (EU) nr. 2015/1797 van de Raad van 7 oktober 2015 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 833/2014 betreffende beperkende maatregelen naar aanleiding van de acties van Rusland die de situatie in Oekraïne destabiliseren (Pb L 263);

Gelet op artikel 2, tweede lid, en artikel 3 van de Sanctiewet 1977,

Besluit:

ARTIKEL I

De Sanctieregeling Zimbabwe 2004 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, tweede lid, wordt ‘artikelen 4, 5 of 7’ vervangen door: artikelen 4, 4bis, 5 of 7.

B

In artikel 2 wordt ‘Het is verboden om paramilitaire uitrusting en wapens, munitie, militaire voertuigen, militaire uitrusting en goederen,’ vervangen door: Het is verboden om militaire goederen,.

C

Na artikel 2 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2a

  • 1. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 4, artikel 4 bis, artikel 7 en artikel 8 van Verordening (EG) nr. 314/2004 is de Minister van Financiën voor zover het betreft financieringen of financiële bijstand, de vrijgave of beschikbaarstelling van tegoeden of informatie van financiële aard.

  • 2. De bevoegde autoriteit bedoeld in artikel 4, artikel 4bis, artikel 7 en artikel 8 van Verordening (EG) nr. 314/2004 is de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking voor zover het betreft technische bijstand dan wel de vrijgave of beschikbaarstelling van economische middelen of informatie anders dan van financiële aard.

ARTIKEL II

In artikel 1, tweede lid, van de Sanctieregeling Belarus 2006 wordt ‘artikel 1 bis, tweede of derde lid, 1 ter, tweede of derde lid,’ vervangen door: artikel 1 bis, tweede, derde of vierde lid, artikel 1 ter, tweede, derde of vierde lid,.

ARTIKEL III

De Sanctieregeling Noord-Korea 2007 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 komt te luiden:

Artikel 1

  • 1. Het is verboden te handelen in strijd met artikel 2, eerste, derde en vierde lid, artikel 2 bis, eerste en tweede lid, artikel 3, eerste lid, artikel 4, eerste lid, artikel 4 bis, artikel 4 ter, artikel 4 quater, eerste lid, artikel 4 quinquies, eerste lid, artikel 4 sexies, eerste lid, artikel 5, vierde lid, artikel 5 bis, lid 1 bis en lid 1 quinquies, artikel 5 ter, artikel 5 quater, eerste, tweede, zevende lid en negende lid, artikel 5 bis bis, eerste en tweede lid, artikel 6, artikel 6 bis, artikel 9 bis, artikel 9 ter, eerste lid, artikel 10, eerste lid, artikel 11 bis, eerste en vijfde lid, artikel 11 ter, eerste lid, en artikel 13 bis van Verordening (EG) nr. 329/2007 van de Raad van Europa van 27 maart 2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van de Democratische Volksrepubliek Korea (Pb EG L 88).

  • 2. Het verbod als bedoeld in het eerste lid, geldt niet in de gevallen waarin artikel 2, vijfde tot en met zevende lid, artikel 2 bis, derde lid, artikel 3, tweede lid, artikel 3 bis, eerste lid en derde lid, artikel 4, tweede tot en met vierde lid, artikel 4 quater, tweede lid, artikel 4 quinquies, tweede lid, artikel 5 bis, lid 1 ter en lid 1 septies, artikel 5 quater, derde tot en met vijfde lid, artikel 5 bis bis, derde en vierde lid, artikel 6, zevende lid, artikel 7, eerste en tweede lid, artikel 8, eerste en tweede lid, artikel 8 bis, artikel 9, artikel 9 ter, tweede lid, artikel 11 bis, tweede tot en met vierde lid, zesde en zevende lid, of artikel 11 ter, tweede tot en met vierde lid, van Verordening (EG) nr. 329/2007 van toepassing is.

B

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘en artikel 4, vierde lid,’ vervangen door: artikel 4, vierde lid, artikel 4 quater, tweede lid, artikel 4 quinquies, tweede lid, en artikel 11 quater.

2. In het tweede lid wordt de eerste volzin vervangen door: De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 5 bis, lid 1 septies, artikel 5 bis bis, vijfde lid, artikel 6, zevende lid, artikel 7, eerste en tweede lid, artikel 8, eerste en tweede lid, en artikel 8 bis van Verordening (EG) nr. 329/2007 is de Minister van Financiën dan wel de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking elk voor het gebied waartoe hun competentie zich uitstrekt.

3. In het vierde lid wordt na ‘artikel 5 quater, vierde lid,’ ingevoegd ‘artikel 5 bis bis, derde en vierde lid,’ en wordt ‘en artikel 9’ vervangen door: artikel 9 en artikel 9 ter, tweede lid,.

4. In het vijfde lid wordt ‘artikel 11 bis, derde en zesde lid,’ vervangen door ‘artikel 11 bis, derde, vierde en zevende lid,’ en wordt ‘artikel 11 ter, tweede en derde lid,’ vervangen door: artikel 11 ter, tweede tot en met vierde lid,.

ARTIKEL IV

Artikel 2 van de Sanctieregeling Centraal-Afrikaanse Republiek 2014 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. Het eerste lid is niet van toepassing in geval het een levering, verkoop, uitvoer of overdracht betreft van:

    • a. goederen als bedoeld in het eerste lid die uitsluitend bestemd zijn voor de ondersteuning van of voor gebruik door de Multidimensionale Geïntegreerde Stabilisatiemissie van de Verenigde Naties in de Centraal-Afrikaanse Republiek (United Nations Multidimensional Integrated Stabilization Mission in the CAR – ‘Minusca’), de regionale taskforce van de Afrikaanse Unie (African Union Regional Task Force-‘AU-RTF’), de missies van de Europese Unie of de in de Centraal-Afrikaanse Republiek ingezette Franse troepen;

    • b. goederen als bedoeld in het eerste lid die bestemd zijn voor Tsjadische of Sudanese troepen en uitsluitend voor gebruik in internationale patrouilles van de tripartiete strijdmacht die op 23 mei 2011 door de Centraal-Afrikaanse Republiek, Tsjaad en Sudan in Khartoem is opgericht om de grensgebieden beter te beveiligen in samenwerking met Minusca, mits de transactie vooraf is goedgekeurd door het Comité, bedoeld in paragraaf 57 van Resolutie 2127 (2013) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties;

    • c. beschermende kledij, waaronder kogelwerende vesten en militaire helmen, die door VN-personeel, personeel van de Europese Unie of haar lidstaten, vertegenwoordigers van de media, medewerkers van humanitaire organisaties, ontwikkelingswerkers en aanverwant personeel voor hun eigen bescherming tijdelijk naar de Centraal-Afrikaanse Republiek wordt uitgevoerd;

    • d. handvuurwapens en aanverwant materieel die uitsluitend bedoeld zijn voor gebruik in internationale patrouilles die de Sangha River Tri-national Protected Area beveiligen tegen stropen, de smokkel van ivoor of wapens, en andere activiteiten die in strijd zijn met de nationale wetten van de Centraal-Afrikaanse Republiek of internationale wettelijke verplichtingen van de Centraal-Afrikaanse Republiek, na kennisgeving aan het Comité, bedoeld in paragraaf 57 van Resolutie 2127 (2013) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties.

2. In het derde lid, onderdeel b, wordt na ‘de veiligheidstroepen van de Centraal-Afrikaanse Republiek’ ingevoegd: , waaronder tevens begrepen de civiele rechtshandhavende onderheidsinstanties,.

ARTIKEL V

Artikel 2, derde en vierde lid, van de Sanctieregeling territoriale integriteit Oekraïne 2014 komen als volgt te luiden:

  • 3. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 2, tweede lid, artikel 3, artikel 4, lid 2 ter en derde lid, van Verordening (EU) nr. 833/2014 is de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking voor zover het betreft een goederentransactie, een transactie met betrekking tot technische bijstand of tussenhandeldiensten.

  • 4. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 4, lid 2 ter en derde lid, artikel 4, vierde lid jo artikel 3 van Verordening (EG) nr. 833/2014 is de Minister van Financiën voor zover het betreft financieringen en financiële bijstand.

ARTIKEL VI

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders

TOELICHTING

Deze regeling strekt tot wijziging van de Sanctieregeling Zimbabwe 2004 (artikel I), de Sanctieregeling Belarus 2006 (artikel II), de Sanctieregeling Noord-Korea 2007 (artikel III), de Sanctieregeling Centraal-Afrikaanse Republiek 2014 (artikel IV) en de Sanctieregeling territoriale integriteit Oekraïne 2014 (artikel V).

Artikel I

De Raad van de Europese Unie acht het noodzakelijk dat er een uitzondering wordt opgenomen op het verbod van verkoop en levering van explosieven en uitrusting die kunnen worden gebruikt voor binnenlandse repressie. In geval deze explosieven en uitrusting uitsluitend zullen worden gebruikt voor civiele toepassing in mijnbouw- of infrastructuurprojecten wordt, met tussenkomst van de desbetreffende bevoegde autoriteit (inclusief een vergunningenstelsel), verkoop en levering hiervan mogelijk. De voorgestelde wijziging in artikel 1, tweede lid, van de Sanctieregeling Zimbabwe 2004 voorziet in die uitzondering. In het nieuwe artikel 2a worden de bevoegde autoriteiten aangewezen.

Artikel II

Eén van de beperkende maatregelen jegens Belarus betreft het verbod op uitvoer naar Belarus van uitrusting die voor binnenlandse repressie kan worden gebruikt. De Raad van de Europese Unie heeft bepaald dat de uitvoer van biatlonuitrusting naar Belarus niet onder vorenbedoelde beperkende maatregel valt. De voorgestelde wijziging in artikel 1, tweede lid, van de Sanctieregeling Belarus 2006 voorziet in de vrijstelling van het uitvoerverbod voor biatlonuitrusting die uitsluitend bestemd is voor gebruik in biatlonevenementen of biatlontraining.

Artikel III

Ter uitvoering van Resolutie 2321 (2016) van de VN-Veiligheidsraad heeft de Raad van de Europese Unie besloten tot nieuwe beperkende maatregelen jegens Noord-Korea. Hierbij gaat het om uitvoerverboden van koper, nikkel, zilver en zink (artikel 2 van Verordening nr. 329/2007), alsmede beelden (artikel 4 quater van de verordening) en vaartuigen (artikel 4 quinquies van de verordening), aanscherping van de verbodsbepalingen in de vervoersector (o.a. artikel 5 van de verordening) en nieuwe beperkingen in de bancaire sector (artikel 9 ter van de verordening).

Artikel 1 van de Sanctieregeling Noord-Korea 2007 is overeenkomstig vorenbedoelde wijzigingen aangepast. In artikel 2 van voornoemde sanctieregeling worden de diverse bevoegde autoriteiten aangewezen.

Artikel IV

De onderhavige wijziging van de Sanctieregeling Centraal-Afrikaanse Republiek 2014 strekt tot een uitbreiding van de uitzonderingen op het wapenembargo. De wijziging van artikel 2 van voornoemde sanctieregeling houdt in dat een verkoop of levering van wapens en/of aanverwant materiaal is toegestaan wanneer deze goederen uitsluitend bedoeld zijn voor de VN-missie ‘Minusca’, de regionale taskforce van de Afrikaanse Unie (African Union Regional Task Force-‘AU-RTF’), de missies van de Europese Unie of de in de Centraal-Afrikaanse Republiek ingezette Franse troepen. Voorts is een verkoop of levering van wapens en/of aanverwant materiaal toegestaan wanneer deze goederen bestemd zijn om door Tsjadische of Sudanese troepen te gebruiken in internationale patrouilles van de tripartiete strijdmacht die op 23 mei 2011 door de Centraal-Afrikaanse Republiek, Tsjaad en Sudan in Khartoem is opgericht.

Artikel V

De wijziging van artikel 2 van de Sanctieregeling territoriale integriteit Oekraïne 2014 betreft een herstel van een abusievelijke verwijzing.

Voor meer informatie over de beperkende maatregelen zij verwezen naar de website www.rijksoverheid.nl/sancties.

Ten slotte kan worden gemeld dat de onderhavige regeling strekt tot naleving van een internationale verplichting en dat uit dien hoofde inwerkingtreding niet plaatsvindt conform de Vaste Verander Momenten-systematiek.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders

Naar boven