Besluit van de secretaris-generaal van Infrastructuur en Milieu, van 18 april 2017, nr. IENM/BSK-2017/97499, houdende de verlening van ondermandaat, volmacht en machtiging aan de loco-secretaris-generaal (Ondermandaatbesluit loco-secretaris-generaal Infrastructuur en Milieu 2017)

De secretaris-generaal van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op de artikelen 22, tweede lid, 29 en 30 van het Organisatie- en mandaatbesluit Infrastructuur en Milieu 2012;

BESLUIT:

Artikel 1: Definities

In dit besluit wordt verstaan onder:

secretaris-generaal:

secretaris-generaal van Infrastructuur en Milieu, genoemd in artikel 1, onderdeel j, van het Organisatie- en mandaatbesluit Infrastructuur en Milieu 2012;

loco-secretaris-generaal:

mr. ing. J.H. Dronkers, de functionaris belast met de functie van loco-secretaris-generaal van Infrastructuur en Milieu;

aan de secretaris-generaal verleende bevoegdheden:

door de minister aan de secretaris-generaal verleende bevoegdheden, bedoeld in artikel 22, eerste lid, van het Organisatie- en mandaatbesluit Infrastructuur en Milieu 2012; en

taken:

taken, bedoeld in artikel 3, eerste lid, van het Organisatie- en mandaatbesluit Infrastructuur en Milieu 2012, voor zover in overeenstemming met de instructie van de secretaris-generaal.

Artikel 2: Verlening ondermandaat

Aan de loco-secretaris-generaal worden de aan de secretaris-generaal verleende bevoegdheden, voor zover die behoren bij zijn taken, in ondermandaat verleend.

Artikel 3: Omvang ondermandaat

Het in artikel 2 verleende ondermandaat omvat overeenkomstig artikel 29 van het Organisatie- en mandaatbesluit Infrastructuur en Milieu 2012 tevens de bevoegdheid tot het beslissen op bezwaar.

Artikel 4: Volmacht en machtiging

Het in artikel 2 verleende ondermandaat omvat overeenkomstig artikel 30 van het Organisatie- en mandaatbesluit Infrastructuur en Milieu 2012 tevens de doorverlening van volmacht en machtiging.

Artikel 5: Uitoefening ondermandaat, volmacht en machtiging

De uitoefening van bevoegdheden die bij dit besluit zijn verleend, geschiedt met inachtneming van de artikelen 31 tot en met 34 van het Organisatie- en mandaatbesluit Infrastructuur en Milieu 2012.

Artikel 6: Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van 15 mei 2017.

Artikel 7: Titel

Dit besluit wordt aangehaald als: Ondermandaatbesluit loco-secretaris-generaal Infrastructuur en Milieu 2017.

Dit besluit wordt met de toelichting in de Staatscourant geplaatst.

De secretaris-generaal van Infrastructuur en Milieu L.M.C. Ongering

Bezwaar

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan een belanghebbende tegen dit besluit binnen zes weken na de dag, waarop dit is bekendgemaakt, een bezwaarschrift indienen. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan de Minister van Infrastructuur en Milieu, ter attentie van de Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken, sector Algemeen Bestuurlijk-Juridische Zaken, Postbus 20906, 2500 EX Den Haag.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

  • a. de naam en het adres van de indiener;

  • b. de dagtekening;

  • c. een vermelding van de datum en het nummer of het kenmerk van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt; en

  • d. een opgave van de redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen.

TOELICHTING

Met dit besluit is aan de per 15 mei 2017 aangestelde loco-secretaris-generaal van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu de bevoegdheid verleend om, ter ondersteuning van de uitvoering van de taken van de secretaris-generaal, besluiten te nemen en rechtshandelingen en feitelijke handelingen te verrichten namens de Minister en Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu.

In beginsel is het ondermandaat niet beperkt tot bepaalde taken, maar kan het zich uitstrekken tot alle taken die aan de secretaris-generaal zijn toegekend. In een instructie kan op gedetailleerder niveau worden bepaald wat de loco-secretaris-generaal precies doet (en, a contrario, wat de secretaris-generaal zelf doet). Deze instructie kan op ieder moment worden aangepast, als blijkt dat een taak beter door de secretaris-generaal dan wel door de loco-secretaris-generaal kan worden uitgevoerd.

Een instructie over taken toebedeeld aan de loco-secretaris-generaal is vormvrij.

In ieder geval behoort tot de taak van de loco-secretaris-generaal de vervanging van de secretaris-generaal bij diens afwezigheid of verhindering, conform artikel 3, derde lid, van het Organisatie- en mandaatbesluit Infrastructuur en Milieu 2012. Als uitgangspunt zal gelden dat de loco-secretaris-generaal zal fungeren als eerste plaatsvervanger, vóór de directeuren-generaal van het ministerie.

Dit besluit treedt in werking met ingang van de datum waarop de loco-secretaris-generaal is aangesteld, 15 mei 2017.

De Secretaris-Generaal van Infrastructuur en Milieu, L.M.C. Ongering

Naar boven