Regeling van de Minister van Veiligheid en Justitie van 11 april 2017, nr. DGP/ARBVW 2017-2065752, houdende wijziging van de Regeling vaststelling LFNP in verband met het toevoegen van een vakgebied, twee functies en twee werkterreinen en het toevoegen van een hoofdbestanddeel aan een functie in de bijlagen bij die regeling

De Minister van Veiligheid en Justitie,

Gelet op artikel 6, tweede lid, van het Besluit bezoldiging politie,

Besluit:

ARTIKEL I

De bijlagen 1, 2 en 4 bij de Regeling vaststelling LFNP worden vervangen door de bijlagen 1, 2 en 4 bij deze regeling.

ARTIKEL II

Bijlage 3 bij de Regeling vaststelling LFNP wordt als volgt gewijzigd:

  • 1. Tussen de functiebeschrijvingen van de functies Senior Intake & Service en Senior Forensische Opsporing wordt ingevoegd de functiebeschrijving van de functie Operationeel Begeleider A zoals opgenomen in bijlage 3 bij deze regeling.

  • 2. Tussen de functiebeschrijvingen van de functies Operationeel Expert Forensische Opsporing en Operationeel Expert Beveiliging wordt ingevoegd de functiebeschrijving van de functie Operationeel Begeleider B zoals opgenomen in bijlage 3 bij deze regeling.

  • 3. De functiebeschrijving van de functie Assistent Beveiliging B wordt vervangen door de functiebeschrijving Assistent Beveiliging B zoals opgenomen in bijlage 3 bij deze regeling.

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 7 juli 2016.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Veiligheid en Justitie, S.A. Blok

BIJLAGE 1, HORENDE BIJ ARTIKEL 3, EERSTE LID

Matrix Landelijk Functiegebouw Nederlandse Politie

Barema

Leiding

Uitvoering

 

Ondersteuning

 
 

Beveiliging

GGP

Informanten-runnen

Intelligence

Interventie

Meldkamer

Observatie

Tactische Opsporing

Forensische Opsporing

Luchtvaart

Intake & Service

Operationele begeleiding

Operationeel Specialismen

Bedrijfsvoeringspecialismen

Gespecialiseerde ondersteuning

Administratie en Secretariaat

Scheepvaart

Techniek

Huisvesting, Services en Middelen

Onderzoek en Kennis-ontwikkeling

Docenten

   

Arrestanten-bewaking en Parket

   

Informatie-voorziening

           

politiele administratie

                       

16

Korpschef

                                             

15

                                               

14

Directeur

                                             

13

                                               

12

Sectorhoofd

                       

Operationeel Specialist F

Bedrijfsvoering specialist F

             

Lector

 

11

                         

Operationeel Specialist E

Bedrijfsvoering specialist E

                 

10

Teamchef C

                 

Chef Vlieger

   

Operationeel Specialist D

Bedrijfsvoering specialist D

             

Wetenschappelijk onderzoeker C

 

9

                   

Politie Vlieger

   

Operationeel Specialist C

Bedrijfsvoering specialist C

             

Wetenschappelijk onderzoeker B

Docent D

8

Teamchef B

                       

Operationeel Specialist B

Bedrijfsvoering specialist B

     

Gezagvoerder Zeevaart

     

Wetenschappelijk onderzoeker A

Docent C

7

 

Operationeel-Expert Beveiliging

Operationeel-Expert GGP

Operationeel-Expert Informanten-runner

Operationeel-Expert Intelligence

Operationeel-Expert Interventie

Operationeel-Expert Meldkamer

Operationeel-Expert Observatie

Operationeel-Expert Tactische Opsporing

Operationeel-Expert Forensische Opsporing

 

Operationeel-Expert Intake & Service

Operationeel Begeleider B

Operationeel Specialist A

Bedrijfsvoering specialist A

Gespecialiseerd Medewerker C

   

Gezagvoerder Zeevaart Beperkte Inzet

Medewerker Techniek D

     

Docent B

6

Teamchef A

Senior Beveiliging

Senior GGP

Senior Informanten-runner

Senior Intelligence

Senior Interventie

Senior Meldkamer

Senior Observatie

Senior Tactische Opsporing

Senior Forensische Opsporing

 

Senior Intake & Service

Operationeel Begeleider A

   

Gespecialiseerd Medewerker B

Directie-secretaresse / Office Manager

Stuurman Zeevaart

Gezagsvoerder Binnenvaart

Medewerker Techniek C

     

Docent A

5

 

Generalist Beveiliging

Generalist GGP

 

Generalist Intelligence

Generalist Interventie

Generalist Meldkamer

Generalist Observatie

Generalist Tactische Opsporing

Generalist Forensisch Opsporing

 

Generalist Intake & Service

     

Gespecialiseerd Medewerker A

Secretarieel Medewerker

   

Medewerker Techniek B

       

4

 

Medewerker Beveiliging

Medewerker GGP

 

Medewerker Intelligence

   

Medewerker Observatie

Medewerker Tactische Opsporing

Medewerker Forensische Opsporing

 

Medewerker Intake & Service

       

Administratief Secretarieel Medewerker

   

Medewerker Techniek A

 

Medewerker Huisvesting, Services en Middelen D

   

3

 

Assistent Beveiliging B

Assistent GGP B

           

Assistent Forensische Opsporing

 

Assistent Intake & Service B

       

Administratief Secretarieel Medewerker B

       

Medewerker Huisvesting, Services en Middelen C

   

2

 

Assistent Beveiliging A

Assistent GGP A

               

Assistent Intake & Service A

       

Administratief Secretarieel Medewerker A

     

Chauffeur (HSM)

Medewerker Huisvesting, Services en Middelen B

   

1

                                         

Medewerker Huisvesting, Services en Middelen A

   

BIJLAGE 2, HORENDE BIJ ARTIKEL 3, TWEEDE LID

Fuwa plotting LFNP 1.0 d.d. 7 juli 2016

Pt.totaal

Barema

Bbp Schaal

1

Medewerker HSM A

71

1

3

2

Administratief Secretarieel Medewerker A

76

2

4

3

Medewerker HSM B

84

2

4

4

Assistent Intake & Service A

111

2

4

5

Assistent Beveiliging A

115

2

4

6

Assistent GGP A

124

2

4

7

Chauffeur (HSM)

140

2

4

8

Assistent Intake & Service B

185

3

5

9

Assistent Beveiliging B

189

3

5

10

Administratief Secretarieel Medewerker B

197

3

5

11

Assistent GGP B

198

3

5

12

Medewerker HSM C

205

3

5

13

Assistent Forensische Opsporing

219

3

5

14

Medewerker Intelligence

236

4

6

15

Administratief Secretarieel Medewerker

236

4

6

16

Medewerker Techniek A

236

4

6

17

Medewerker HSM D

255

4

6

18

Medewerker Forensische Opsporing

262

4

6

19

Medewerker Intake & Service

270

4

6

20

Medewerker Observatie

278

4

6

21

Medewerker Beveiliging

282

4

6

22

Medewerker GGP

290

4

6

23

Medewerker Tactische Opsporing

290

4

6

24

Secretarieel Medewerker

309

5

7

25

Gespecialiseerd Medewerker A

310

5

7

26

Generalist Intelligence

317

5

7

27

Medewerker Techniek B

318

5

7

28

Generalist Forensische Opsporing

344

5

7

29

Generalist Meldkamer

351

5

7

30

Generalist Intake & Service

351

5

7

31

Generalist Beveiliging

363

5

7

32

Generalist Tactische Opsporing

364

5

7

33

Generalist Interventie

368

5

7

34

Generalist Observatie

369

5

7

35

Generalist GGP

372

5

7

36

Directiesecretaresse / Office Manager

386

6

8

37

Gespecialiseerd Medewerker B

387

6

8

38

Teamchef A

392

6

8

39

Medewerker Techniek C

395

6

8

40

Docent A

397

6

8

41

Senior Intelligence

402

6

8

42

Stuurman Zeevaart

410

6

8

43

Senior Meldkamer

428

6

8

44

Senior Intake & Service

428

6

8

45

Operationeel Begeleider A

428

6

8

46

Senior Forensische Opsporing

429

6

8

47

Senior Informantenrunner

433

6

8

48

Gezagvoerder Binnenvaart

433

6

8

49

Senior Beveiliging

440

6

8

50

Senior Tactische Opsporing

441

6

8

51

Senior Observatie

446

6

8

52

Senior GGP

449

6

8

53

Senior Interventie

450

6

8

54

Gespecialiseerd Medewerker C

461

7

9

55

Bedrijfsvoeringspecialist A

466

7

9

56

Docent B

468

7

9

57

Medewerker Techniek D

469

7

9

58

Operationeel Expert Intelligence

476

7

9

59

Gezagvoerder Zeevaart – Beperkte inzet

496

7

9

60

Operationeel Specialist A

496

7

9

61

Operationeel Expert Meldkamer

502

7

9

62

Operationeel Expert Intake & Service

502

7

9

63

Operationeel Expert Forensische Opsporing

503

7

9

64

Operationeel Begeleider B

507

7

9

65

Operationeel Expert Beveiliging

514

7

9

66

Operationeel Expert Tactische Opsporing

515

7

9

67

Operationeel Expert Observatie

520

7

9

68

Operationeel Expert Informantenrunner

522

7

9

69

Operationeel Expert GGP

523

7

9

70

Operationeel Expert Interventie

524

7

9

71

Bedrijfsvoeringspecialist B

538

8

10

72

Docent C

543

8

10

73

Wetenschappelijk Onderzoeker A

546

8

10

74

Teamchef B

553

8

10

75

Operationeel Specialist B

576

8

10

76

Gevagvoerder Zeevaart

584

8

10

77

Docent D

623

9

11

78

Bedrijfsvoeringspecialist C

630

9

11

79

Wetenschappelijk Onderzoeker B

631

9

11

80

Politie Vlieger

658

9

11

81

Operationeel Specialist C

668

9

11

82

Teamchef C

706

10

12

83

Bedrijfsvoeringspecialist D

709

10

12

84

Wetenschappelijk Onderzoeker C

718

10

12

85

Chef Vlieger

726

10

12

86

Operationeel Specialist D

739

10

12

87

Bedrijfsvoeringspecialist E

783

11

13

88

Operationeel Specialist E

797

11

13

89

Lector

856

12

14

90

Bedrijfsvoeringspecialist F

857

12

14

91

Sectorhoofd

859

12

14

92

Operationeel Specialist F

871

12

14

93

Directeur

1012

14

16

94

Korpschef

1173

16

18

BIJLAGE 3, HORENDE BIJ ARTIKEL 3, DERDE LID

Operationeel Begeleider A

Kern van de functie

Operationele Begeleiding draagt bij aan de handhaving van de rechtsorde (criminaliteitsbestrijding) en van de openbare orde en aan veiligheid en leefbaarheid in de samenleving, door het begeleiden van individuen en teams – in en voor de uitvoeringspraktijk – om steeds aan het (gevraagde) actuele vakbekwaamheidsniveau te (kunnen blijven) voldoen én de continuïteit van de duurzame operationele inzetbaarheid van steeds moedige, kundige en vaardige politiemedewerkers te behouden, met als doel rendementsverbetering in en voor de uitvoeringspraktijk.

Operationele Begeleiding is in de uitvoeringspraktijk werkzaam, om vanuit participerende observatie, (in samenspraak) de interventies te bepalen onder meer ten aanzien van;

bijstelling en bijsturing van de toepassing en de toepasbaarheid van kennis en vaardigheden,

bijstelling en bijsturing t.a.v. opleidings- en trainingsplannen,

kwaliteitsanalyse van opleidings- en trainingsprogramma’s,

beoordeling van het vakbekwaamheidsniveau van het individu en het team.

Door het daadwerkelijk werkzaam zijn in de praktijk onderhoudt en optimaliseert Operationele Begeleiding het eigen ‘blauwe’ politionele vakmanschap en legt de verbinding tussen de gevraagde vakbekwaamheid en de vakbekwaamheid van de operationeel begeleider.

Operationele begeleiding geeft met name uitvoering aan de processen in de takken Uitvoeren, Ondersteunen en Verbeteren RBP.

Binnen het vakgebied Operationele Begeleiding komt een aantal werkterreinen1 voor waarop stelselmatig wordt ingezet.

De Operationeel Begeleider A draagt bij aan de handhaving van de rechtsorde (criminaliteitsbestrijding) en van de openbare orde en aan veiligheid en leefbaarheid in de samenleving door de uitvoering van operationele begeleiding aan individuen en teams. Hij verzorgt daartoe op en in de praktijk gerichte en op de (beoogde) functie aansluitende trainingen. Hij volgt daarbij (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal voor het overbrengen van kennis, vaardigheden en gedragskenmerken behorende bij een professionele beroepshouding.

In het – in het kader van voorbereiding, mede aan de hand van beschikbare formats – opstellen van plannen van aanpak voor de uitvoering van Operationele Begeleiding. De Operationeel Begeleider A bouwt en onderhoudt (nieuwe) netwerken ten behoeve van gezamenlijke aanpak van Operationele Begeleiding en maakt uitvoeringsafspraken. De Operationeel Begeleider doet voorstellen vanuit de uitvoeringspraktijk ter verbetering van de aanpak van Operationele begeleiding en implementeert vastgestelde verbeteringen.

De Operationeel begeleider A bevordert als mentor de professionaliteit van collega’s.

Specifieke informatie ten aanzien van de aanduiding van de status (politietaak-ATH), de aanduiding van werkterrein, aandachtsgebied en/of specifieke functionaliteit, het opleidingsprofiel en het competentieprofiel zijn opgenomen in koppelingen LFNP en maakt integraal deel uit van deze LFNP-functiebeschrijving.

Activiteiten en resultaten

Praktijkinzet Inzet en inbreng vanuit Operationele begeleiding in (opsporings)onderzoeken en t.b.v. aanpak veiligheidsproblematiek (uitvoeringspraktijk) met name gericht op het opstellen van plannen van aanpak.

Inzet en inbreng vanuit operationele begeleiding in de uitvoeringspraktijk

  • Het analyseren van (aangereikte) problematiek door de uitvoeringspraktijk, zodat een basis ontstaat voor vakinhoudelijke advisering/inbreng door Operationele Begeleiding voor het opstellen van plannen van aanpak door de uitvoeringspraktijk.

  • Het op basis van analyses trekken van conclusies; het vertalen ervan naar relevante informatie en adviezen (gericht op het opstellen van plannen van aanpak), zodat (aangereikte) problematiek effectief en efficiënt wordt aangepakt.

  • Het signaleren van en anticiperen op omstandigheden of gedragingen van personen die de Operationele Begeleiding kunnen verstoren of in gevaar kunnen brengen, het inschatten van veiligheidsrisico’s en het in permanente alertheid beheersen daarvan door onder meer interveniëren (herstellen van de situationele controle en /of het terugpakken van de regie) en confronteren, zodat de veiligheidsrisico’s worden teruggedrongen, en de uitvoering van de Operationele Begeleiding en daarmee de operationele inzet en inbreng kan blijven doorlopen (actie-intelligentie).

  • Het vanuit confrontatie of gerichte inzet schakelen van Operationele Begeleiding naar het daadwerkelijk in actie komen op een incident in de uitvoeringspraktijk, zodat direct uitvoering gegeven wordt aan de op dat moment noodzakelijke en vereiste politietaak en de effectiviteit en efficiëntie van de uitvoering van de politietaak wordt verhoogd.

Plannen van aanpak

Het − op basis van bekende patronen in leerbehoeften en instapniveaus van politiemedewerkers − opstellen van individuele begeleidingsadviezen in de vorm van plannen van aanpak mede aan de hand van beschikbare formats voor het door de politiemedewerker bereiken van gestelde leerdoelen en certificeringvereisten, zodat leerdoelen effectief en efficiënt kunnen worden behaald.

Netwerken

  • Het bouwen en onderhouden van (nieuwe) netwerken ten behoeve van het operationeel begeleiden van politiemedewerkers naar het gewenste vakbekwaamheidsniveau, zodat de politiemedewerker actueel inzetbaar is.

  • Het bouwen en onderhouden van (nieuwe) netwerken ten behoeve van het optimaliseren van het (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal voor operationele begeleiding, zodat de politiemedewerker actueel toegerust is.

Verbeteren

  • Het vanuit de praktijk van Operationele Begeleiding, formuleren van voorstellen tot verbeteringen in de wijze van operationeel begeleiden en ten aanzien van de toepassing van (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal, zodat de kwaliteit van operationele begeleiding wordt verhoogd en de toepassing van (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal aansluit op het onderwijs.

  • Het vanuit de praktijk van het geven van (vaardigheids)trainingen en bijbehorende theorielessen, formuleren van voorstellen tot verbeteringen ten aanzien van de inhoud van het (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal, zodat het (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal actueel aansluit op de (beoogde) functie van de politiemedewerker en het vakbekwaamheidsniveau.

  • Het vanuit analyse van de uitvoeringspraktijk van Operationele Begeleiding formuleren van voorstellen tot verbeteringen in de uitvoering van operationele werkzaamheden (principes, procedures en vaardigheden), en het implementeren van vastgestelde verbeteringen, zodat de handhaving van de rechtsorde (criminaliteitsbestrijding), openbare orde en de bijdrage aan leefbaarheid en veiligheid in de samenleving efficiënter en effectiever verlopen. (operationele inzet en inbreng)

  • Het implementeren van vastgestelde verbeteringen in de wijze van Operationeel Begeleiden en in de toepassing van (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal, zodat de geboden operationele begeleiding actueel aansluit op het instapniveau, de leerbehoeften, gewenste vakbekwaamheidsniveau en de (beoogde) functie van de politiemedewerker.

Analyse en advies

  • Het − op grond van herkennen van patronen in en tijdens trainingen en afgenomen toetsen (bv. proeven van bekwaamheid) − adviseren over mogelijke verbeteringen in het rendement van (vakbekwaamheids)trainingen aan leiding en/of netwerkpartners, zodat de effectiviteit en efficiëntie en de kwaliteit in het via (vakbekwaamheids) trainingen verwerven van competenties wordt verhoogd.

  • Het op basis van analyse adviseren tot aanschaf of vervanging van middelen (voertuigen, geweldsmiddelen, dieren), zodat vanuit organisatievereisten in zowel kwalitatieve als kwantitatieve zin beschikt wordt over (nieuwe) middelen (voertuigen, gewelduitrusting, dieren).

Begeleiding vakbekwaamheidsniveau

Het zijn van aanspreekpunt voor een politiemedewerker/team in de training/opleiding/inzet in operatie; het volgen en beoordelen van de voortgang in de verwerving van vaardigheden; het met (individueel) advies en aanbevelingen ten aanzien van vakvolwassenheid en vakbekwaamheid begeleiden van politiemedewerkers, zodat een politiemedewerker/team inzicht heeft in de ontwikkeling tijdens de operationele begeleiding en in de bekwaamheden.

Training – Begeleiding- Coaching

  • Het geven van begeleiding (leraar, coach en begeleider) en (vaardigheids)trainingen aan een politiemedewerker (individueel en in teamverband) en daarbij signaleren van leermomenten, zodat de vakbekwaamheid van de politiemedewerker op niveau blijft (het toepassen en gebruiken van (gewelds)middelen, principes, procedures en vaardigheden) en daarmee inzetbaar is en blijft.

  • Het geven van theorielessen volgens (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal, zodat de vakbekwaamheid van de politiemedewerker op niveau blijft.

  • Het voorbereiden van de eigen inbreng (operationele Begeleiding) in de uitvoeringspraktijk, zodat tijdens de operationele begeleiding in de uitvoeringspraktijk bij acute, onvoorspelbare gevaarsituaties zonder (uitgebreide) afwegingsmogelijkheden, zelfstandig beslissingen kunnen worden genomen en kan worden opgetreden (actie-intelligentie).

  • Het in de uitvoeringspraktijk trainen- in het bijzonder onder stressvolle omstandigheden-, zodat vanuit Operationele Begeleiding didactisch geanticipeerd kan worden op specifieke gedragingen en reacties door politiemedewerkers en teams.

Beoordelen

  • Het afnemen van proeven van bekwaamheid die relevant zijn op het vakgebied voor de politiemedewerker en het hierover rapporteren en adviseren, zodat bij een positief resultaat de politiemedewerker gecertificeerd/bevoegd blijft of dat inzicht ontstaat in de nog te realiseren leerdoelen.

  • Het beoordelen van vakbekwaamheid die relevant is voor het vakgebied van de politiemedewerker en het hierover rapporteren en adviseren, zodat inzicht is in het vakbekwaamheidsniveau en de bevoegdheid gecontinueerd/gehandhaafd wordt/blijft of dat inzicht ontstaat in de nog te realiseren leerdoelen.

Ontwikkelen

Het betrekken van praktijkvoorbeelden in de trainingen/begeleiding, zodat de theorie daar aangekoppeld juist toegepast en herkend wordt in de uitvoeringspraktijk en het (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal altijd actueel aansluit op de vakbekwaamheid en de leervraag van de politiemedewerker/team.

Blauw Vakmanschap

  • Het op basis van het plan van aanpak, als operationeel begeleider binnen het team (teamlid), aanhouden en – in geval van inzet ter bestrijding van alle voorkomende vormen van grof geweld, cq terrorisme over het gehele geweldsspectrum tevens tegenhouden en in het uiterste geval uitschakelen – van (vuur)wapen gevaarlijke verdachten, conform protocollen en (gewelds-en voertuig)procedures, zodat efficiënt en effectief de dreiging die van deze verdachte uit gaat wordt weggenomen en de (eigen) professionaliteit steeds aansluit op de actuele vereisten van de uitvoeringspraktijk.

  • Het als Operationeel Begeleider naar relevantie bijdragen aan de handhaving van de rechtsorde (criminaliteitsbestrijding) en van de openbare orde en aan veiligheid en leefbaarheid door het zelfstandig uitvoeren van operationele politietaken, interventie activiteiten, uitvoeren van veiligheidsmaatregelen, zodat de (eigen) professionaliteit steeds aansluit op de actuele vereisten van de uitvoeringspraktijk en de trainingen daarvoor.

Aanwenden dwangmiddelen

Het aanwenden van strafvorderlijke dwangmiddelen waaronder het staande houden, aanhouden op en buiten heterdaad, voorgeleiden etc. van verdachten van misdrijven alsmede inbeslagneming, onderzoek aan en in kleding en aan het lichaam, binnentreden etc., zodat schenders van de rechtsorde strafrechtelijk kunnen worden vervolgd.

Hoge Omschakelfrequentie

Aan de functie kleeft de Hoge Omschakelfrequentie met externe exposure.

LFNP Niveau-indicatoren

Verantwoordelijkheid

Belang

Effecten

Het gewenste effect (outcome) dat met het instellen van deze functie wordt beoogd is:

• de handhaving van de rechtsorde (criminaliteitsbestrijding) en openbare orde en leefbaarheid en veiligheid in de samenleving;

• de effectief en efficiënt werkende politieorganisatie.

 

Resultaten

De resultaten (output) die in deze functie (zelfstandig op de volle breedte van het vakgebied) moeten kunnen worden behaald, zijn:

• begeleiding, (vaardigheids)training, coachen en theorielessen;

• plannen van aanpak (individuele begeleidingsadviezen) waarvoor formats beschikbaar zijn;

• plannen van aanpak voor de uitvoering van operationele begeleiding (team en individu) waarvoor formats beschikbaar zijn;

• bouwen en onderhouden van (nieuwe) netwerken met gedeelde belangen, maken van uitvoeringsafspraken, gericht op het realiseren van vastgestelde resultaten;

• voorstellen vanuit de praktijk ten behoeve van verbetering in de wijze van operationeel begeleiden en ten aanzien van de (toepassing van) de standaard lesmateriaal en op de actualiteit toegesneden lesmateriaal;

• geïmplementeerde vastgestelde verbeteringen;

• analyse op de uitvoeringspraktijk van het eigen vakgebied en op aangereikte gegevens, gericht op verbetering van het rendement van inzet van het vakgebied;

• advies betreffende rendement van inzet van het eigen vakgebied / van inzet en inbreng van specialisatie;

• het begeleiden van medewerkers, het formuleren van aanbevelingen over alsmede het toetsen van vakvolwassenheid;

• op de actuele vereisten van de uitvoeringspraktijk steeds aansluitende eigen professionaliteit (blauw vakmanschap);

• op theorie tot vakbekwame opgeleide medewerkers;

• het omgaan met (gewelds)middelen door vakbekwame medewerkers;

• afgenomen proeven van bekwaamheid en rapportages van afgelegde proeven van bekwaamheid (certificaten);

• analyse op voortgang verwerving competenties en op grond daarvan advisering ten aanzien van het begeleiden van politiemedewerkers naar verdere vakvolwassenheid en vakbekwaamheid;

• advies aan leiding en/of netwerkpartners − aan de hand van analyse op patronen in rapportages over afgelegde proeven van bekwaamheid − terzake het rendement van het via operationele begeleiding toerusten van medewerkers op steeds de actuele toegesneden vakbekwaamheidsvereisten;

• op de vakbekwaamheid en de leervraag van de politiemedewerker/team steeds actueel aansluitend standaard en op de actualiteit toegesneden lesmateriaal;

• analyse, conclusies en adviezen vanuit operationele begeleiding tbv de uitvoeringspraktijk;

• teruggedrongen veiligheidsrisico’s.

Beïnvloeding

Inspanningsverplichting

De functionaris neemt, binnen het kader van het behalen van resultaten, aantoonbaar initiatieven die ook de gewenste (deel)effecten naderbij brengen, zoals:

• faciliteert de politiemedewerker met een helder plan van aanpak (individuele begeleidingsadviezen) voor het verder verwerven en behouden van zijn vakbekwaamheid;

• bouwt en onderhoudt actief (nieuwe) netwerken met gedeelde belangen en maakt heldere uitvoeringsafspraken met netwerkpartners;

• analyseert kritisch (eerder verkende) problematiek en de uitvoering van vastgestelde plannen van aanpak;

• formuleert heldere begeleidingsadviezen op het individu gericht;

• formuleert vanuit de praktijk, passende voorstellen tot verbeteringen in de wijze van operationeel begeleiden en ten aanzien van de inhoud van standaard en op de actualiteit toegesneden lesmateriaal;

• implementeert vasthoudend vastgestelde verbeteringen;

• brengt medewerkers op het voor de (door hen beoogde) functie passend niveau van vakbekwaamheid;

• neemt conform de daarvoor geldende voorschriften proeven van bekwaamheid af en rapporteert;

• stelt − op basis van herkennen van patronen en verbanden in het leerproces van zijn toegewezen politiemedewerkers en team− actief adviezen op voor leiding en/of netwerkpartners voor rendementsverhoging in het verwerven en behouden van vakbekwaamheid middels (vaardigheids)trainingen en operationele begeleiding;

• bevordert actief de vakbekwaamheid van politiemedewerkers door begeleiding, (vaardigheids)training, theorielessen en het op maat formuleren van aanbevelingen.

• neemt de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit in acht bij de toepassing van dwangmiddelen;

• voert accuraat alle uitvoerende activiteiten in de uitvoeringspraktijk uit in het kader van het steeds op de actuele vereisten van de uitvoeringspraktijk aansluitende eigen professionaliteit (blauw vakmanschap);

• het actief bevorderen van het eigen blauwe vakmanschap;

• het actief en op maat ontwikkelen van standaard lesmateriaal.

De functionaris past ‘Bevoegdheden’ zodanig toe dat deze de resultaten dienen maar zal (na overleg) ook afzien hiervan in situaties waar dit averechts kan uitpakken en verantwoordt zich voor deze beslissingen (het belang van ‘effect’ gaat boven het belang van ‘resultaat’).

 

Bevoegdheden

Voor het behalen van de resultaten mag de functionaris zelfstandig

• plannen van aanpak opstellen (individuele begeleidingsadviezen) waarvoor formats beschikbaar zijn;

• plannen van aanpak opstellen voor operationele begeleiding;

• bouwen en onderhouden van (nieuwe) netwerken met gedeelde belangen, maken van uitvoeringsafspraken, gericht op het realiseren van vastgestelde resultaten;

• voorstellen vanuit de praktijk formuleren ten behoeve van verbetering in de wijze van operationele begeleiding en ten aanzien van de (toepassing van) het standaard en op maat gesneden lesmateriaal;

• implementeren van vastgestelde verbeteringen;

• analyseren (herkennen) van patronen en verbanden voor het maken van keuzes uit beschikbare formats pva en voor het opstellen van plannen van aanpak;

• adviseren over betreffende rendement van inzet van het eigen vakgebied/van inzet en inbreng van specialisatie;

• het begeleiden, trainen van medewerkers, het formuleren van aanbevelingen over alsmede het toetsen van vakbekwaamheid;

• operationele begeleiding, coaching, theorielessen en/of (vaardigheids)trainingen geven;

• proeven van bekwaamheid afnemen en daarover rapporteren;

• vastgestelde verbeteringen in de praktijk implementeren;

• op basis van herkennen van patronen en verbanden in het leerproces van zijn toegewezen politiemedewerkers en team, leiding en/of netwerkpartners adviseren over mogelijke rendementsverhoging in het verwerven en behouden van vakbekwaamheid middels (vaardigheids)trainingen en operationele begeleiding;

• alle uitvoerende activiteiten in de uitvoeringspraktijk (blauw vakmanschap);

• processen-verbaal opstellen;

• dwangmiddelen toepassen;

• analyseren, concluderen en adviseren vanuit operationele begeleiding tbv de uitvoeringspraktijk;

• terugdringen veiligheidsrisico’s.

Dynamiek

Complexiteit

Context

De problematiek die met het instellen van deze functie wordt beoogd tot oplossing te brengen, speelt zich af binnen de context van:

• de frontlinie van de samenleving in al zijn variëteit en verscheidenheid, complexiteit en onvoorspelbaarheid;

• de politieorganisatie.

Speelveld

De problematiek die met het instellen van deze functie wordt beoogd tot oplossing te brengen, speelt zich af binnen het kader van:

• het gehele vakgebied, die zelfstandig binnen het kader van wetgeving, richtlijnen en instructies kan worden aangepakt;

• plannen van aanpak waarvoor formats beschikbaar zijn (eerder verkende problematiek);

• bouw en onderhoud (nieuwe) netwerken met gedeelde belangen;

• netwerken waaraan bestuurlijke, maatschappelijk, politieke, multinationale en multiculturele aspecten verbonden kunnen zijn en tegenstrijdige belangen kunnen spelen;

• (politie)medewerkers;

• onderwijs/scholen

• begeleiding en training van vakbekwaamheidsverwerving en -behoud op basis van:

• plannen van aanpak in de vorm van individueel begeleidingsadvies op basis van beschikbare formats;

• leerbehoefte en instapniveau van de politiemedewerker;

• aangereikte standaard en op de actualiteit toegesneden les materiaal;

• gestelde leerdoelen en certificeringvereisten;

• (beoogde) functies van de politiemedewerkers en het team;

• Eigen blauw vakmanschap en de operationele begeleiding:

• het toezicht op en de handhaving van de openbare orde;

• de opsporing van daders van misdrijven (rechtsorde);

• conflicterende partijen;

• incidenten en calamiteiten;

• alle voorkomende vormen van grof geweld, cq terrorisme over het gehele geweldsspectrum.

Oplossingsgerichtheid

Inspanningsverplichting

De functionaris neemt, binnen het kader van het oplossen van problemen in het speelveld, aantoonbare initiatieven die ook de problematiek in de context efficiënter en effectiever aanpakken. De functionaris lost problemen op door deze vanuit een breed perspectief te benaderen; investeert in interne en externe oriëntatie. Context en speelveld zoals vermeld onder niveau-indicator Dynamiek/Complexiteit.

In dit kader:

kiest de functionaris oplossingen die zelfstandig worden gegenereerd binnen het kader van wetgeving, richtlijnen en (gewelds)instructies de meest effectieve en efficiënte aanpak bij:

• plannen van aanpak op basis van selectie uit beschikbare formats;

• bij het begeleiden/trainen en toetsen en beoordelen van vakbekwaamheid;

• het opstellen van (individuele) begeleidingsadviezen;

• bij de implementatie van vastgestelde verbeteringen;

• bij het bouwen aan en onderhouden van netwerken;

Neemt de functionaris het initiatief tot daadwerkelijke aanpak van problematiek bij:

• implementatie van vastgestelde verbeteringen;

• het uitvoeren van analyses op de vakbekwaamheidsverwerving van zijn toegewezen politiemedewerkers en team;

• het opstellen van adviezen aan leiding en/of netwerkpartners over rendementsverhoging in operationele begeleiding;

• het formuleren van (individuele) begeleidingsadviezen;

• de realisatie van het vastgestelde plan van aanpak voor operationele begeleiding;

• het voeren van (voortgangs)gesprekken met de door hem begeleide medewerkers ten behoeve van de ontwikkeling, het toetsen en het beoordelen van het vakbekwaamheidsniveau;

• bij het implementeren van vastgestelde verbeteringen;

• het maken van uitvoeringsafspraken met netwerkpartners met gedeelde en/of tegenstrijdige belangen;

• het van uit monitoring van de uitvoeringpraktijk infomeren over trends en ontwikkelingen en verwerken voor het vakgebied operationele begeleiding;

• het begeleiden/trainen en toetsen en beoordelen van vakbekwaamheid,

• het bevorderen van deskundigheid door training, begeleiding en coaching, door begeleiding vakbekwaamheidsniveau en het formuleren van aanbevelingen voor en over vakbekwaamheid;

• het analyseren van (aangereikte) problematiek door de uitvoeringspraktijk en het op basis hiervan trekken van conclusies en het vertalen hiervan naar relevante informatie en adviezen.

• het opstellen van adviezen aan leiding en/of netwerkpartners over rendementsverhoging van het vakgebied

• het signaleren van en anticiperen op omstandigheden of gedragingen van personen, die de operationele begeleiding kunnen verstoren of in gevaar kunnen brengen,

• het vanuit confrontatie of gerichte inzet schakelen van operationele begeleiding naar het daadwerkelijk in actiekomen op een incident in de uitvoeringspraktijk,

• de uitvoering van operationele begeleidingsactivteiten,

• het in acht nemen van de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit bij de toepassing van dwangmiddelen;

waarbij de aanpak is gebaseerd op handelen vanuit eigen inzicht binnen gestelde kaders (wetgeving, richtlijnen, (gewelds)instructies).

 
 
 
 
 
 

Handelingsbekwaamheid

Voor het oplossen van problemen binnen het speelveld van de functie kan de functionaris de meest vergaande oplossingen toepassen in relatie tot de zwaarste problemen.

De functionaris kan:

de problemen zelfstandig aanpakken binnen wetgeving, richtlijnen en (gewelds)instructie die zich voordoen bij:

• het formuleren, vanuit de praktijk, van voorstellen tot verbeteringen in de uitvoering;

• het implementeren van vastgestelde verbeteringen;

• het opbouwen en onderhouden van netwerken met gedeelde belangen;

• het maken van uitvoeringsafspraken met netwerkpartners met gedeelde belangen;

• het trainen, begeleiden en coachen;

• het toetsen, beoordelen en examineren;

• het opstellen van plannen van aanpak − op basis van beschikbare formats − voor het operationele begeleidingstraject voor toegewezen politiemedewerkers en team;

• het opstellen en verstrekken van advies aan leiding en/of netwerkpartners over rendementsverhoging in vakbekwaamheidsverwerving via operationele begeleiding;

• het analyseren, trekken van conclusies en adviseren ten behoeve van de ontwikkeling van operationele begeleiding.

op de juiste wijze:

• trainen, begeleiden en coachen;

• toetsen, beoordelen en examineren;

• analyses uitvoeren op de vakbekwaamheidsverwerving van zijn toegewezen politiemedewerkers en team en adviseren;

• netwerken bouwen en onderhouden;

• vastgestelde verbeteringen implementeren;

• gesprekken voeren in het kader van de operationele begeleiding;

• uitvoeringsafspraken maken met netwerkpartners met gedeelde belangen;

• analyseren, concluderen en adviseren;

• leveren van inzet en inbreng vanuit operationele begeleiding in de uitvoeringspraktijk alsmede het inzetten van het blauw vakmanschap;

• daadwerkelijk in actiekomen op een incident in de uitvoeringspraktijk;

• aanwenden dwangmiddelen;

• zelfstandig afhandelen van alle voorkomende situaties binnen het kader van wetgeving, richtlijnen en (gewelds)instructies.

Aan de functie kleeft de Hoge Omschakelfrequentie met externe exposure.

 
 
 
 

Deskundigheid

Ontwikkelingen in kennis en vaardigheden

Kennisontwikkeling

Nieuwe (toekomstige) inzichten die het vakgebied en/of het werkterrein van deze functie raken komen voor een belangrijk deel voort uit ontwikkelingen in:

• wet- en regelgeving en beleid met betrekking tot de uitvoeringspraktijk

• wet- en regelgeving en beleid met betrekking tot het beroepsonderwijs en inhoud van de operationele begeleiding;

• methoden, technieken en procedures;

• sociale en andere veiligheidsgerelateerde wetenschappen en didactiek.

Nieuwe inzichten binnen en buiten het vakgebied die het vakgebied raken in relatie tot praktijkinzet.

Kennisterrein

De kennis en vaardigheden die tot het vakgebied en/of werkterrein behoren en voor deze functie relevant zijn, zijn:

• kennis van wet- en regelgeving, richtlijnen, (OM-)aanwijzingen, werkwijzen, protocollen, procedures, methoden en technieken, voor zover deze inhoudelijk relevant zijn voor operationele begeleiding en toetsen, beoordelen en examineren van het vakbekwaamheidsniveau;

• didactiek;

• inzicht in gedrag;

• netwerken;

• communicatie(-middelen);

• mondelinge en schriftelijke uitdrukkingsvaardigheden;

• analysetechnieken (patronen en verbanden);

• advisering;

• ontwikkeling standaard en op de actualiteit toegesneden lesmateriaal;

• het strafrecht, het strafprocesrecht, het bestuursrecht;

• conflictbemiddeling;

• alle voorkomende vormen van grof geweld, cq terrorisme over het gehele geweldsspectrum.

• noodhulp en incidentmanagement;

• documentatie- en registratiesystemen.

Kennisgerichtheid

Inspanningsverplichting

De functionaris houdt aantoonbaar zijn kennis en vaardigheden van het kennisterrein op peil op een wijze dat hij daar ook nieuwe kennis en vaardigheden in meeneemt.

De functionaris:

• raadpleegt zelfstandig actief kennisbronnen voor uitbreiding van het vakgebied en voor aanpak van (eerder verkende) problematiek;

• volgt zelfstandig opfriscursussen op het vakgebied;

• houdt zicht op de ontwikkelingen binnen het vakgebied;

• houdt zicht op specifieke (veiligheids)problematiek met in begrip van die ten aanzien van alle voorkomende vormen van grof geweld, cq terrorisme over het gehele geweldsspectrum.

Basis(vak)kennis

De functionaris:

• heeft mbo (niveau 4) werk- en denkniveau;

• heeft een op de volle breedte van de werkzaamheden binnen het vakgebied toegespitste opleiding gevolgd en/of werkervaring waarbij ook operationele begeleiding (individuele en team) aan de orde is, danwel EVC gelijkwaardig daaraan;

• voldoet aan functie en/of werkterreingerelateerde gerelateerde geschiktheids- en vaardigheidseisen, zoals opgenomen in het opleidingsprofiel.

• heeft een aan de inzet gerelateerde opsporingsbevoegdheid.

Onvermijdelijke verzwarende werkomstandigheden

Fysiek risico

Kans op overbelasting van het gestel is in deze functie aanwezig. De ernst hiervan als zich dit zich voordoet is op een schaal gering/aanmerkelijk ingeschat op aanmerkelijk.

Psychisch risico

Kans op trauma na incident of calamiteit is in deze functie aanwezig. De ernst hiervan als dit zich voordoet is op een schaal gering/aanmerkelijk ingeschat op gering.

Risico op slachtofferschap

Kans op tegen de persoon gericht verbaal en/of fysiek geweld is in deze functie aanwezig. De ernst hiervan als dit zich voordoet is op een schaal gering/aanmerkelijk ingeschat op gering.

Afbreukrisico

Kans op afbreukrisico is in deze functie aanwezig indien zich niet voorziene en daarom niet verwijtbare incidenten voordoen tijdens operationele begeleiding, en dit zich voor de operationeel begeleider terugvertaalt in een verminderde inzetbaarheid op een werkterrein of op een specifieke begeleiding. De ernst hiervan als dit zich voordoet is op een schaal gering/ aanmerkelijk ingeschat op aanmerkelijk.

Operationeel Begeleider B

Kern van de functie

Operationele Begeleiding draagt bij aan de handhaving van de rechtsorde (criminaliteitsbestrijding) en van de openbare orde en aan veiligheid en leefbaarheid in de samenleving, door het begeleiden van individuen en teams – in en voor de uitvoeringspraktijk – om steeds aan het (gevraagde) actuele vakbekwaamheidsniveau te (kunnen blijven) voldoen én de continuïteit van de duurzame operationele inzetbaarheid van steeds moedige, kundige en vaardige politiemedewerkers te behouden, met als doel rendementsverbetering in en voor de uitvoeringspraktijk.

Operationele Begeleiding is in de uitvoeringspraktijk werkzaam, om vanuit participerende observatie, (in samenspraak) de interventies te bepalen onder meer ten aanzien van;

bijstelling en bijsturing van de toepassing en de toepasbaarheid van kennis en vaardigheden,

bijstelling en bijsturing t.a.v. opleidings- en trainingsplannen,

kwaliteitsanalyse van opleidings- en trainingsprogramma’s,

beoordeling van het vakbekwaamheidsniveau van het individu en het team.

Door het daadwerkelijk werkzaam zijn in de praktijk onderhoudt en optimaliseert Operationele Begeleiding het eigen ‘blauwe’ politionele vakmanschap en legt de verbinding tussen de gevraagde vakbekwaamheid en de vakbekwaamheid van de operationeel begeleider.

Operationele begeleiding geeft met name uitvoering aan de processen in de takken Uitvoeren, Ondersteunen en Verbeteren RBP.

Binnen het vakgebied Operationele Begeleiding komt een aantal werkterreinen2 voor waarop stelselmatig wordt ingezet.

De Operationeel begeleider B draagt bij aan de handhaving van de rechtsorde (criminaliteitsbestrijding) en van de openbare orde en aan veiligheid en leefbaarheid in de samenleving door de uitvoering van operationele begeleiding aan individuen en teams. Hij verzorgt daartoe op en in de praktijk gerichte en op de (beoogde) functie aansluitende trainingen. Hij volgt daarbij (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal voor het overbrengen van kennis, vaardigheden en gedragskenmerken behorende bij een professionele beroepshouding.

In het – in het kader van voorbereiding – opstellen van plannen van aanpak, ook zonder beschikbaar format. De Operationeel Begeleider B initieert, bouwt, onderhoudt en regisseert netwerken ten behoeve van gezamenlijke aanpak van Operationele Begeleiding, maakt uitvoeringsafspraken, stuurt op het maken van randvoorwaardelijke afspraken, en stuurt op nakoming van afspraken.

Hij doet voorstellen vanuit de uitvoeringspraktijk ter verbetering van de aanpak van Operationele begeleiding en implementeert vastgestelde verbeteringen.

De Operationeel Begeleider B bevordert en beoordeelt als mentor de professionaliteit van collega’s.

Specifieke informatie ten aanzien van de aanduiding van de status (politietaak-ATH), de aanduiding van werkterrein, aandachtsgebied en/of specifieke functionaliteit, het opleidingsprofiel en het competentieprofiel zijn opgenomen in koppelingen LFNP en maakt integraal deel uit van deze LFNP-functiebeschrijving.

Activiteiten en resultaten

Operationele sturing:

Organisatorische coördinatie

Het organiseren en aansturen van de uitvoering van vastgestelde plannen van aanpak, zodat de uitvoering van Operationele Begeleiding efficiënt en effectief verloopt.

Dit houdt mede in:

  • het − in afstemming met de leidinggevende − vertalen van de in het vastgestelde plan van aanpak benoemde collectieve activiteiten en resultaten naar individuele werkafspraken (concretisering in individuele activiteiten en resultaten);

  • het bewaken van de voortgang van de (individuele) werkafspraken, het in dat kader voeren van voortgangsgesprekken en functioneringsgesprekken met betrekking tot de kwalitatief en kwantitatief geleverde prestaties in relatie tot de gemaakte uitvoerings-/randvoorwaardelijke afspraken met de hem toegewezen mensen;

  • het informeren van de leidinggevende ten behoeve van het maken van ontwikkelafspraken en beoordeling.

Plannen van aanpak

  • Het − op basis van leerbehoeften en instapniveaus van politiemedewerkers− opstellen van individuele begeleidingsadviezen in de vorm van plannen van aanpak (ook zonder beschikbare formats) voor het door de politiemedewerker bereiken van gestelde leerdoelen en certificeringvereisten, zodat leerdoelen effectief en efficiënt kunnen worden behaald.

  • Het opstellen van plannen van aanpak (ook zonder bestaande formats) − waarin mede de belangen zijn betrokken van netwerkpartners voor de uitvoering van Operationeel Begeleiding, zodat besluitvorming kan plaatsvinden op verantwoordelijkheidsverdeling, op werkwijze en de daarbij behorende kwantitatieve en kwalitatieve inzet van mensen en middelen.

Netwerken

  • Het initiëren, bouwen, onderhouden en op de inhoudelijke samenwerking regisseren van netwerken en waar mogelijk tegenstrijdige belangen spelen ten behoeve van de gezamenlijke aanpak van Operationele Begeleiding van politiemedewerkers (individu en team) naar het gewenste vakbekwaamheidsniveau; het maken van uitvoeringsafspraken en randvoorwaardelijke afspraken en het sturen op nakoming ervan, zodat de politiemedewerker actueel inzetbaar is en de effectiviteit en efficiëntie van de uitvoering wordt verhoogd.

  • Het initiëren, bouwen, onderhouden en op de inhoudelijke samenwerking regisseren van netwerken ten behoeve van het optimaliseren van het (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal voor operationele begeleiding met een integraal karakter; het maken van uitvoeringsafspraken en randvoorwaardelijke afspraken en het sturen op nakoming ervan, zodat de politiemedewerker actueel toegerust is.

Verbeteren

  • Het vanuit de praktijk van Operationele Begeleiding, formuleren van voorstellen tot verbeteringen in de wijze van operationeel begeleiden en ten aanzien van de toepassing van (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal, zodat de kwaliteit van operationele begeleiding wordt verhoogd en de toepassing van (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal aansluit op het onderwijs.

  • Het vanuit de praktijk van het geven van (vaardigheids)trainingen en bijbehorende theorielessen, formuleren van voorstellen tot verbeteringen ten aanzien van de inhoud van het (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal, zodat het (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal actueel aansluit op de (beoogde) functie van de politiemedewerker en het vakbekwaamheidsniveau.

  • Het vanuit analyse van de uitvoeringspraktijk van Operationele Begeleiding formuleren van voorstellen tot verbeteringen in de uitvoering van operationele werkzaamheden (principes, procedures en vaardigheden), het initiëren van verbeteringen en het implementeren van vastgestelde verbeteringen, het monitoren en evalueren van implementatie en het eventueel bijsturen ervan, zodat de handhaving van de rechtsorde (criminaliteitsbestrijding), openbare orde en de bijdrage aan leefbaarheid en veiligheid in de samenleving efficiënter en effectiever verlopen. (operationele inzet en inbreng)

  • Het initiëren en implementeren van vastgestelde verbeteringen in de wijze van operationele begeleiding en in de toepassing van (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal, zodat de geboden operationele begeleiding steeds actueel aansluit op het instapniveau, de leerbehoefte, gewenste vakbekwaamheidsniveau en de (beoogde) functie van de politiemedewerker.

Deskundigheidsbevordering

  • Het coachen en overdragen van kennis en vaardigheden als mentor aan collega operationeel begeleiders en docenten; het toetsen van de vakvolwassenheid, het trekken van conclusies en het vanuit de praktijk formuleren van aanbevelingen voor en over de vakvolwassenheid, zodat de professionaliteit wordt bevorderd en de leidinggevende geïnformeerd is omtrent resultaat en ontwikkelafspraken.

  • Het geven van trainingen aan collega operationeel begeleiders en docenten en het signaleren van leermomenten, zodat ontwikkeling van vaardigheden geborgd is en de zelfredzaamheid van collega operationeel begeleiders en docenten wordt vergroot.

Advies

  • Het − op grond van analyse van:

    • resultaten en effecten van de uitvoering van Operationele Begeleiding (werkmethoden, procedures, professionaliteit en technieken);

      en van:

    • gegevens en signalen vanuit de uitvoeringspraktijk;

      en het daarbij betrekken van:

    • trends en ontwikkelingen in de samenleving in relatie tot de rechtsorde (criminaliteitsbestrijding) en openbare orde, veiligheid en leefbaarheid

      en:

    • de mogelijkheden om via afspraken met netwerkpartners te komen tot optimale randvoorwaarden, ook waar mogelijk tegenstrijdige belangen spelen −;

      • adviseren van leiding en/of netwerkpartners over de mogelijkheden tot rendementsverhoging

    • in de (gezamenlijke) aanpak van problematiek in de uitvoeringspraktijk, zodat de uitvoering van Operationele Begeleiding optimaal bijdraagt aan handhaving van de rechtsorde en openbare orde en aan veiligheid en leefbaarheid in de samenleving.

    • Het uitwisselen van informatie over vakinhoudelijke trends en ontwikkelingen tussen collega’s van aangrenzende vakgebieden, zodat proactief kan worden ingespeeld op trends en ontwikkelingen die vakgebied-overstijgend zijn en de kwaliteit van adviezen verbetert.

Analyse en advies operationele begeleiding

  • Het op basis van analyse van aangereikte vaardigheids- en inzetbaarheidsproblematiek adviseren over oplossingsrichtingen en mogelijkheden in de aanpak, met inbegrip van de consequenties voor en de risico’s in de uitvoeringspraktijk, zodat specifieke vaardigheids- en inzetbaarheidsproblematiek efficiënt en effectief opgelost worden.

  • Het − met gebruikmaking van gestandaardiseerde specialistische methoden en technieken en bekende benaderingswijzen op het bereiken van vakbekwaamheidsniveau van politiemedewerkers − formuleren van voorstellen voor mogelijke verbeteringen in het rendement van de operationele begeleiding en het daarover adviseren aan leiding en/of netwerkpartners, zodat de effectiviteit en efficiëntie en de kwaliteit van het zich via de geboden operationele begeleiding verwerven van competenties en vakbekwaamheid wordt verhoogd.

  • Het op basis van analyse adviseren tot aanschaf of vervanging van middelen (voertuigen, geweldsmiddelen, dieren), zodat vanuit organisatievereisten in zowel kwalitatieve als kwantitatieve zin beschikt wordt over (nieuwe) middelen (voertuigen, gewelduitrusting, dieren).

Begeleiding vakbekwaamheidsniveau

Het zijn van aanspreekpunt voor een politiemedewerker/team in de training/opleiding/inzet in operatie; het monitoren, analyseren en beoordelen van de voortgang in de verwerving van vaardigheden; het met (individueel) advies en aanbevelingen ten aanzien van vakvolwassenheid en vakbekwaamheid begeleiden van politiemedewerkers, zodat een politiemedewerker/team inzicht heeft in de ontwikkeling en in de bekwaamheden.

Training – Begeleiding- Coaching

  • Het geven van begeleiding (leraar, coach en begeleider) en (vaardigheids)trainingen aan een politiemedewerker (individueel en in teamverband) en daarbij signaleren van leermomenten, zodat de vakbekwaamheid op niveau blijft (het toepassen en gebruiken van (gewelds)middelen, principes, procedures en vaardigheden) en daarmee inzetbaar is en blijft.

  • Het geven van theorielessen volgens (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal, zodat de vakbekwaamheid van de politiemedewerker op niveau blijft.

  • Het trainen en begeleiden van politiemedewerkers om een professionele beroepshouding en vaardigheidsniveau, waaronder omgaan met bevoegdheden en geweld, attitude- en houdingsaspecten op het gebied van interactie met politie en publiek (bekeuringsituaties, aanhoudingen, crisisinterventie, antidiscriminatie en dergelijke), zodat politiemedewerkers excelleren in hun optreden.

  • Het voorbereiden van de eigen inbreng (operationele Begeleiding) in de uitvoeringspraktijk, zodat tijdens de operationele begeleiding in de uitvoeringspraktijk bij acute, onvoorspelbare gevaarsituaties zonder (uitgebreide) afwegingsmogelijkheden, zelfstandig beslissingen kunnen worden genomen en kan worden opgetreden (actie-intelligentie).

  • Het in de uitvoeringspraktijk trainen- in het bijzonder onder stressvolle omstandigheden-, zodat vanuit Operationele Begeleiding didactisch geanticipeerd kan worden op specifieke gedragingen en reacties door politiemedewerkers en teams.

  • Vanuit het perspectief van Operationele Begeleiding politiemedewerkers en het team begeleiden na ingrijpende incidenten (geweld, verkeer ed.), zodat politiemedewerkers en het team duurzaam inzetbaar zijn en blijven in de uitvoeringspraktijk.

Beoordelen

  • Het afnemen van proeven van bekwaamheid, die relevant zijn op het vakgebied voor de politiemedewerker en het hierover rapporteren en adviseren, zodat bij een positief resultaat de politiemedewerker gecertificeerd/bevoegd blijft of dat inzicht ontstaat in de nog te realiseren leerdoelen.

  • Het beoordelen van vakbekwaamheid, die relevant is voor het vakgebied van de politiemedewerker en het hierover rapporteren en adviseren, zodat inzicht is in het vakbekwaamheidsniveau en de bevoegdheid gecontinueerd/gehandhaafd wordt/blijft of dat inzicht ontstaat in de nog te realiseren leerdoelen.

Ontwikkelen

  • Het − op basis van evaluatie van toepasbaarheid, het resultaat en het leereffect van de operationele begeleiding en op basis van integrale monitoring van ontwikkelingen en vernieuwingen− adviseren over bruikbaarheid van het (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal en over gewenste doorontwikkeling ervan, zodat de leerdoelen en daarmee het (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal actueel aansluit op het instapniveau en de leerbehoeften van politiemedewerker/team, en op de leerdoelen passende bij de (beoogde) functie van de politiemedewerker.

  • Het − op basis van maatschappelijke oriëntatie en interculturele sensitiviteit − adviseren over bruikbaarheid van het (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal en over gewenste doorontwikkeling ervan, zodat de leerdoelen en daarmee het (standaard én op de actualiteit toegesneden) lesmateriaal actueel aansluiten op het instapniveau en de leerbehoeften van politiemedewerker/team, en op de leerdoelen passende bij de (beoogde) functie van de politiemedewerker.

  • Het verwerken en integreren van de vastgestelde inhoudelijke en didactische verbeteringen in operationele begeleiding, zodat beschikt kan worden over actueel en relevant lesmateriaal.

Inzet en inbreng vanuit operationele begeleiding in de uitvoeringspraktijk

  • Het analyseren van (aangereikte) problematiek door de uitvoeringspraktijk, zodat een basis ontstaat voor vakinhoudelijke advisering/inbreng door Operationele Begeleiding voor het op te stellen van plannen van aanpak door de uitvoeringspraktijk.

  • Het op basis van analyses trekken van conclusies; het vertalen ervan naar relevante informatie en adviezen (gericht op het opstellen van plannen van aanpak), zodat problematiek effectief en efficiënt wordt aangepakt.

  • Het aandragen van vakinhoudelijke oplossingen en oplossingsrichtingen door oplevering van producten en diensten (principes, procedures en vaardigheden) – met behulp van/door toepassing van gestandaardiseerde methoden, technieken en via bekende benaderingswijzen en waarbij creativiteit, aangewend voor het behalen van resultaten vanuit Operationele Begeleiding, slechts begrensd wordt door technische (on)mogelijkheden, vastgestelde kaders, richtlijnen en wetgeving − zodat de uitvoeringspraktijk efficiënt en effectief wordt ondersteund vanuit Operationele Begeleiding en beoogde resultaten en effecten worden behaald.

  • Het signaleren van en anticiperen op omstandigheden of gedragingen van personen die de Operationele Begeleiding kunnen verstoren of in gevaar kunnen brengen, het inschatten van veiligheidsrisico’s en het in permanente alertheid beheersen daarvan door onder meer interveniëren (herstellen van de situationele controle en /of het terugpakken van de regie) en confronteren, zodat de veiligheidsrisico’s worden teruggedrongen, en de uitvoering van de Operationele Begeleiding en daarmee de operationele inzet en inbreng kan blijven doorlopen (actie-intelligentie).

  • Het vanuit confrontatie of gerichte inzet schakelen van Operationele Begeleiding naar het daadwerkelijk in actie komen op een incident in de uitvoeringspraktijk, zodat direct uitvoering gegeven wordt aan de op dat moment noodzakelijke en vereiste politietaak en de effectiviteit en efficiëntie van de uitvoering van de politietaak wordt verhoogd.

Blauw Vakmanschap

  • Het op basis van het plan van aanpak, als operationeel begeleider binnen het team (teamlid), aanhouden en – in geval van inzet ter bestrijding van alle voorkomende vormen van grof geweld, cq terrorisme over het gehele geweldsspectrum tevens tegenhouden en in het uiterste geval uitschakelen – van (vuur)wapen gevaarlijke verdachten, conform protocollen en (gewelds-en voertuig)procedures, zodat efficiënt en effectief de dreiging die van deze verdachte uit gaat wordt weggenomen en de (eigen) professionaliteit steeds aansluit op de actuele vereisten van de uitvoeringspraktijk.

  • Het als Operationeel Begeleider naar relevantie bijdragen aan de handhaving van de rechtsorde (criminaliteitsbestrijding) en van de openbare orde en aan veiligheid en leefbaarheid door het zelfstandig uitvoeren van operationele politietaken, interventie activiteiten, uitvoeren van veiligheidsmaatregelen, zodat de (eigen) professionaliteit steeds aansluit op de actuele vereisten van de uitvoeringspraktijk en de trainingen daarvoor.

Aanwenden dwangmiddelen

Het aanwenden van strafvorderlijke dwangmiddelen waaronder het staande houden, aanhouden op en buiten heterdaad, voorgeleiden etc. van verdachten van misdrijven alsmede inbeslagneming, onderzoek aan en in kleding en aan het lichaam, binnentreden etc., zodat schenders van de rechtsorde strafrechtelijk kunnen worden vervolgd.

Hoge Omschakelfrequentie

Aan de functie kleeft de Hoge Omschakelfrequentie met externe exposure.

LFNP Niveau-indicatoren

Verantwoordelijkheid

Belang

Effecten

Het gewenste effect (outcome) dat met het instellen van deze functie wordt beoogd is:

• de handhaving van de rechtsorde (criminaliteitsbestrijding) en openbare orde en leefbaarheid en veiligheid in de samenleving;

• de effectief en efficiënt werkende politieorganisatie.

Resultaten

De resultaten (output) die in deze functie (zelfstandig op de volle breedte van het vakgebied) moeten kunnen worden behaald, zijn:

• plannen van aanpak (individuele begeleidingsadviezen) waarvoor geen formats beschikbaar zijn;

• plannen van aanpak voor de uitvoering van operationele begeleiding (team en individu) waarvoor geen formats beschikbaar zijn;

• organisatorische coördinatie;

• initiëring van nieuwe netwerken, regiepositie in netwerken ook met mogelijk tegenstrijdige belangen, maken van uitvoeringsafspraken, sturen op het maken van randvoorwaardelijke afspraken, sturen op het nakomen van afspraken, gericht op het realiseren van vastgestelde resultaten;

• voorstellen vanuit analyse van de praktijk ten behoeve van verbetering van de uitvoering van operationele begeleiding;

• initiëren van verbeteringen;

• implementatie van vastgestelde verbeteringen;

• analyse op de uitvoeringspraktijk van het eigen vakgebied en op aangereikte gegevens, gericht op verbetering van het rendement van inzet van het vakgebied;

• advies betreffende rendement van inzet van het eigen vakgebied;

• het begeleiden van medewerkers, het formuleren van aanbevelingen over alsmede het toetsen van vakvolwassenheid;

• op theorie tot vakbekwame opgeleide medewerkers;

• afgenomen proeven van bekwaamheid en rapportages van afgelegde proeven van bekwaamheid (certificaten);

• begeleiding, (vaardigheids)training, coachen en theorielessen;

• op de actuele vereisten van de uitvoeringspraktijk steeds aansluitende eigen professionaliteit (blauw vakmanschap);

• het omgaan met (gewelds)middelen door vakbekwame medewerkers;

• analyse op voortgang verwerving competenties en op grond daarvan advisering ten aanzien van het begeleiden van politiemedewerkers naar verdere vakvolwassenheid en vakbekwaamheid;

• advies aan leiding en/of netwerkpartners − aan de hand van analyse op patronen in rapportages over afgelegde proeven van bekwaamheid − terzake het rendement van het via operationele begeleiding toerusten van medewerkers op steeds de actuele toegesneden vakbekwaamheidsvereisten;

• op de vakbekwaamheid en de leervraag van de politiemedewerker/team steeds actueel aansluitend standaard en op de actualiteit toegesneden lesmateriaal;

• door operationele begeleiding duurzame inzetbaarheid politiemedewerker en team, na ingrijpende incidenten;

• analyse, conclusies en vakinhoudelijke oplossingen en oplossingsrichtingen vanuit operationele begeleiding tbv de uitvoeringspraktijk;

• teruggedrongen veiligheidsrisico’s;

• vaardige en zelfredzame collega operationeel begeleiders en docenten;

• door operationele begeleiding in hun optreden excellerende politiemedewerkers in specifieke situaties;

• onderzochte mogelijkheden tot rendementsverhoging in de aanpak van de problematiek in de uitvoeringspraktijk vanuit de operationele begeleiding.

Beïnvloeding

Inspanningsverplichting

De functionaris neemt, binnen het kader van het behalen van resultaten, aantoonbaar initiatieven die ook de gewenste (deel)effecten naderbij brengen, zoals:

• stelt − proactief en reactief − besluitwaardige adviezen vanuit analyse op aan leiding en/of netwerkpartners met gefundeerde voorstellen voor rendementsverhoging van inzet en inbreng vakgebied operationele begeleiding;

• faciliteert de besluitvorming met inzichtelijk overzicht van benodigde kwaliteit en kwantiteit van mensen en middelen, de verantwoordelijkheidsverdeling, de werkwijze in een helder plan van aanpak (ook zonder bestaande formats);

• faciliteert de politiemedewerker met een helder plan van aanpak voor het verwerven en behouden van zijn vakbekwaamheid;

• geeft nauwgezet uitvoering aan vastgesteld plan van aanpak;

• organiseert en stuurt consequent de uitvoering aan volgens vastgesteld plan van aanpak (organisatorische coördinatie);

• initieert, bouwt, onderhoudt en regisseert actief netwerken met gedeelde en/of tegenstrijdige belangen van netwerkpartner;

• maakt heldere uitvoeringsafspraken met netwerkpartners, stuurt vasthoudend op het maken van randvoorwaardelijke afspraken en stuurt op nakoming;

• initieert en implementeert vasthoudend vastgestelde verbeteringen;

• monitoort en evalueert stelselmatig de voortgang van implementatie van vastgestelde verbeteringen en stuurt eventueel tijdig bij;

• informeert actief de leidinggevende (domein Leiding) ten behoeve van het maken van ontwikkelafspraken en het voeren van beoordelingsgesprekken;

• informeert actief de leidinggevende (domein Leiding) ten behoeve van het maken van ontwikkelafspraken en het voeren van beoordelingsgesprekken over de door hem in het kader van organisatorische coördinatie en regie aangestuurde functionarissen;

• voert constructieve gesprekken ten behoeve van het maken van resultaatafspraken;

• voert functioneringsgesprekken met de door hem in het kader van organisatorische coördinatie en regie aangestuurde functionarissen;

• bevordert actief de vakvolwassenheid van medewerkers door coaching, overdracht van kennis en vaardigheden en het op maat formuleren van aanbevelingen;

• formuleert passende voorstellen tot verbeteringen in de uitvoering;

• informeert actief relevante collega’s in aangrenzende vakgebieden;

• neemt de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit in acht bij de toepassing van dwangmiddelen;

• beoordeelt en meldt bij incident of calamiteit onverwijld over aard en ernst, neemt regulerende en stabiliserende maatregelen en verleent directe hulp en schakelt van operationele begeleiding naar het daadwerkelijk in actiekomen;

• brengt medewerkers op het voor de (door hen beoogde) functie passend niveau van vakbekwaamheid;

• bevordert actief door operationele begeleiding duurzame inzetbaarheid van politiemedewerker en team, na ingrijpende incidenten;

• neemt de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit in acht bij de toepassing van dwangmiddelen;

• voert accuraat alle uitvoerende activiteiten in de uitvoeringspraktijk uit in het kader van het steeds op de actuele vereisten van de uitvoeringspraktijk aansluitende eigen professionaliteit (blauw vakmanschap);

• het actief bevorderen van het eigen blauwe vakmanschap en dat van de collega’s;

• het actief onderzoeken van mogelijkheden tot rendementsverhoging in de aanpak van de problematiek in de uitvoeringspraktijk vanuit de operationele begeleiding;

• het proactief inspelen op trends en ontwikkelingen die de operationele begeleiding overstijgen.

De functionaris past ‘Bevoegdheden’ zodanig toe dat deze de resultaten dienen maar zal (na overleg) ook afzien hiervan in situaties waar dit averechts kan uitpakken en verantwoordt zich voor deze beslissingen (het belang van ‘effect’ gaat boven het belang van ‘resultaat’).

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

Bevoegdheden

Voor het behalen van de resultaten mag de functionaris zelfstandig:

• plannen van aanpak (individuele begeleidingsadviezen) opstellen waarvoor geen formats beschikbaar zijn;

• plannen van aanpak opstellen voor de uitvoering van operationele begeleiding (team en individu) waarvoor geen formats beschikbaar zijn;

• organisatorische coördinatie voeren;

• initiëren van nieuwe netwerken, regiepositie in netwerken ook met mogelijk tegenstrijdige belangen, maken van uitvoeringsafspraken, sturen op het maken van randvoorwaardelijke afspraken, sturen op het nakomen van afspraken, gericht op het realiseren van vastgestelde resultaten;

• voorstellen formuleren vanuit analyse van de praktijk ten behoeve van verbetering van de uitvoering;

• implementeren vastgestelde verbeteringen;

• initiëren van verbeteringen;

• analyseren op de uitvoeringspraktijk van het eigen vakgebied en op aangereikte gegevens, gericht op verbetering van het rendement van inzet van het vakgebied;

• adviseren betreffende rendement van inzet van het eigen vakgebied;

• het begeleiden, trainen van medewerkers, het formuleren van aanbevelingen over alsmede het toetsen van vakbekwaamheid;

• operationele begeleiding, coaching, theorielessen en/of (vaardigheids)trainingen geven;

• proeven van bekwaamheid afnemen en daarover rapporteren;

• uitvoeren van alle uitvoerende activiteiten in de uitvoeringspraktijk (blauw vakmanschap);

• processen-verbaal opstellen;

• begeleiden tot vaardige en zelfredzame collega operationeel begeleiders en docenten;

• inzetten op het terugdringen veiligheidsrisico’s;

• verrichten van onderzoek van mogelijkheden tot rendementsverhoging in de aanpak van de problematiek in de uitvoeringspraktijk vanuit de operationele begeleiding.

 
 
 
 

Dynamiek

Complexiteit

Context

De problematiek die met het instellen van deze functie wordt beoogd tot oplossing te brengen, speelt zich af binnen de context van:

• de frontlinie van de samenleving in al zijn variëteit en verscheidenheid, complexiteit en onvoorspelbaarheid;

• de politieorganisatie.

 

Speelveld

De problematiek die met het instellen van deze functie wordt beoogd tot oplossing te brengen, speelt zich af binnen het kader van:

• het gehele vakgebied, die zelfstandig binnen het kader van wetgeving, richtlijnen en (gewelds)instructies kan worden aangepakt;

• plannen van aanpak waarvoor geen formats beschikbaar zijn (niet eerder verkende problematiek);

• initiatie en regie op nieuwe netwerken waaraan bestuurlijke, maatschappelijke, politieke, multinationale en multiculturele aspecten verbonden kunnen zijn, waarin mogelijk tegenstrijdige belangen spelen;

• organisatorische coördinatie;

• (politie)medewerkers;

• vaardige en zelfredzame collega operationeel begeleiders en docenten;

• onderwijs/scholen;

• door operationele begeleiding in hun optreden excellerende politiemedewerkers in specifieke situaties;

• onderzoeken naar mogelijkheden tot rendementsverhoging in de aanpak van de problematiek in de uitvoeringspraktijk vanuit de operationele begeleiding

• begeleiding en training van vakbekwaamheidsverwerving en -behoud op basis van:

° plannen van aanpak in de vorm van individueel begeleidingsadvies zonder beschikbare formats;

° leerbehoefte en instapniveau van de politiemedewerker;

° aangereikte standaard en op de actualiteit toegesneden les materiaal;

° gestelde leerdoelen en certificeringvereisten;

° (beoogde) functies van de politiemedewerkers en het team;

• Eigen blauw vakmanschap en de operationele begeleiding:

° het toezicht op en de handhaving van de openbare orde;

° de opsporing van daders van misdrijven (rechtsorde);

° conflicterende partijen;

° incidenten en calamiteiten;

° alle voorkomende vormen van grof geweld, cq terrorisme over het gehele geweldsspectrum.

• het analyseren, trekken van conclusies en het leveren van vakinhoudelijke oplossingen en oplossingsrichtingen vanuit operationele begeleiding tbv de uitvoeringspraktijk;

• de begeleiding naar duurzame inzetbaarheid van politiemedewerker en team, na ingrijpende incidenten.

 
 
 
 
 
 
 

Oplossingsgerichtheid

Inspanningsverplichting

De functionaris neemt, binnen het kader van het oplossen van problemen in het speelveld, aantoonbare initiatieven die ook de problematiek in de context efficiënter en effectiever aanpakken. De functionaris lost problemen op door deze vanuit een breed perspectief te benaderen; investeert in interne en externe oriëntatie. Context en speelveld zoals vermeld onder niveau-indicator Dynamiek/Complexiteit.

In dit kader:

kiest de functionaris oplossingen voor problematiek die zelfstandig worden gegenereerd binnen het kader van wetgeving, richtlijnen en (gewelds)instructies de meest effectieve en efficiënte aanpak bij:

• plannen van aanpak voor problematiek waarvoor geen formats beschikbaar zijn;

• het bouwen aan, en het onderhouden en op inhoudelijke samenwerking regisseren van netwerken;

• de organisatie en aansturing van het vastgestelde plannen van aanpak (organisatorische coördinatie);

• het initiëren van de implementatie van vastgestelde verbeteringen, het monitoren, het evalueren en het bijsturen ervan;

• bij het begeleiden/trainen en toetsen en beoordelen van vakbekwaamheid;

• het opstellen van (individuele) begeleidingsadviezen;

• het schakelen van operationele begeleiding naar het daadwerkelijk in actiekomen in de uitvoeringspraktijk;

Neemt de functionaris het initiatief tot daadwerkelijke aanpak van problematiek bij:

• de realisatie van het vastgestelde plan van aanpak, de daarvoor benodigde activiteiten vertalen en toewijzen aan de hem toegewezen functionarissen en afstemmen met de leidinggevende(n);

• het voeren van voortgangsgesprekken en functioneringsgesprekken;

• het informeren van de leidinggevende ten behoeve van het maken van ontwikkelafspraken en beoordeling over de door hem in het kader van organisatorische coördinatie en regie aangestuurde functionarissen;

• het organiseren en ten uitvoer brengen van het vastgestelde plan van aanpak;

• het formuleren van (individuele) begeleidingsadviezen;

• de realisatie van het vastgestelde plan van aanpak voor operationele begeleiding;

• het voeren van (voortgangs)gesprekken met de door hem begeleide medewerkers ten behoeve van de ontwikkeling, het toetsen en het beoordelen van het vakbekwaamheidsniveau;

• het initiëren van verbeteringen en implementeren van vastgestelde verbeteringen, en het monitoren, evalueren en bijsturen ervan;

• het maken van uitvoeringsafspraken met netwerkpartners met gedeelde en/of tegenstrijdige belangen;

• het sturen op het maken van randvoorwaardelijke afspraken en het sturen op nakoming ervan;

• het informeren van relevante collega’s over trends en ontwikkelingen van het vakgebied;

• het begeleiden/trainen en toetsen en beoordelen van vakbekwaamheid,

• het bevorderen van deskundigheid door training, begeleiding en coaching, door begeleiding vakbekwaamheidsniveau en het formuleren van aanbevelingen voor en over vakbekwaamheid;

• het bevorderen van deskundigheid door coaching, kennisoverdracht en het formuleren van aanbevelingen voor en over vakvolwassenheid;

• het uitvoeren van analyses op de uitvoering, resultaten en effecten van de uitvoering (werkmethoden, procedures, professionaliteit) alsmede op gegevens en signalen uit de praktijk;

• het opstellen van adviezen aan leiding en/of netwerkpartners over rendementsverhoging van het vakgebied;

• het analyseren, trekken van conclusies en het leveren van vakinhoudelijke oplossingen en oplossingsrichtingen vanuit operationele begeleiding tbv de uitvoeringspraktijk;

• het begeleiden tot vaardige en zelfredzame collega operationeel begeleiders en docenten;

• het begeleiden naar duurzame inzetbaarheid van politiemedewerker en team, na ingrijpende incidenten.

• het in acht nemen van de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit bij de toepassing van dwangmiddelen;

• het signaleren van en anticiperen op omstandigheden of gedragingen van personen, die de operationele begeleiding kunnen verstoren of in gevaar kunnen brengen,

• het vanuit confrontatie of gerichte inzet schakelen van operationele begeleiding naar het daadwerkelijk in actiekomen op een incident in de uitvoeringspraktijk,

• de uitvoering van operationele begeleidingsactivteiten,

waarbij de aanpak is gebaseerd op handelen vanuit eigen inzicht binnen gestelde kaders (wetgeving, richtlijnen, (gewelds)instructies).

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

Handelingsbekwaamheid

Voor het oplossen van problemen binnen het speelveld van de functie kan de functionaris de meest vergaande oplossingen toepassen in relatie tot de zwaarste problemen.

De functionaris kan:

de problemen zelfstandig aanpakken binnen wetgeving, richtlijnen en (gewelds)instructies met organisatorische coördinatie op (niet eerder verkende) problematiek (plannen van aanpak waarvoor geen formats beschikbaar zijn) die zich voordoen bij:

• de uitvoering van operationele begeleidingsactivteiten;

• het uitvoeren van analyses op de uitvoering;

• het adviseren aan leiding en/of netwerkpartners;

• het aansturen van de hem op basis van vastgestelde plannen van aanpak toegewezen functionarissen (organisatorische coördinatie en regie);

• het op basis van analyse formuleren van voorstellen tot verbeteringen;

• het initiëren en monitoren van en eventueel bijsturen op de implementatie van vastgestelde verbeteringen;

• het initiëren, bouwen, onderhouden en op inhoudelijke samenwerking regisseren van (nieuwe) netwerken, ook wanneer daar tegenstrijdige belangen van netwerkpartners aan verbonden zijn;

• het maken van uitvoeringsafspraken, het sturen op het maken van randvoorwaardelijke afspraken en het sturen op nakoming ervan met netwerkpartners met gedeelde en/of tegenstrijdige belangen;

• het trainen, begeleiden en coachen;

• het toetsen, beoordelen en examineren;

• het opstellen van plannen van aanpak – ook zonder beschikbare formats − voor het operationele begeleidingstraject voor toegewezen politiemedewerkers en team;

• het analyseren, trekken van conclusies en adviseren ten behoeve van de ontwikkeling van operationele begeleiding en van vakinhoudelijke oplossingen en oplossingsrichtingen.

op de juiste wijze:

• operationele begeleidingsactiviteiten verrichten;

• het trainen, begeleiden en coachen;

• het toetsen, beoordelen en examineren;

• het verrichten van analyses op de uitvoering;

• het initiëren van verbeteringen en implementeren van vastgestelde verbeteringen en het monitoren, evalueren en bijsturen ervan;

• adviezen opstellen en verstrekken;

• de belangen van netwerkpartners betrekken bij het opstellen van een plan van aanpak;

• vanuit het vakgebied operationele begeleiding informatie geven over vakinhoudelijke trends en ontwikkelingen;

• voortgangsgesprekken, functioneringsgesprekken voeren;

• informeren van de leidinggevende ten behoeve van het maken van ontwikkelafspraken en beoordeling;

• optreden als mentor;

• het zelfstandig afhandelen van alle voorkomende situaties binnen het kader van wetgeving, richtlijnen en (gewelds)instructies;

• directe aansturing geven aan de aanpak van (niet eerder verkende) problematiek (organisatorische coördinatie, plannen van aanpak);

• dwangmiddelen aanwenden en verdachten, getuigen, slachtoffers en aangevers horen.

• analyses uitvoeren op de vakbekwaamheidsverwerving van zijn toegewezen politiemedewerkers en team en adviseren;

• geven van trainingen aan collega operationeel begeleiders en docenten;

• leveren van inzet en inbreng vanuit operationele begeleiding in de uitvoeringspraktijk alsmede het inzetten van het blauw vakmanschap;

• daadwerkelijk in actiekomen op een incident in de uitvoeringspraktijk;

• trainen en begeleiden gericht op het kunnen laten excelleren in hun optreden van politiemedewerkers in specifieke situaties.

Aan de functie kleeft de Hoge Omschakelfrequentie met externe exposure.

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

Deskundigheid

Ontwikkelingen in kennis en vaardigheden

Kennisontwikkeling

Nieuwe (toekomstige) inzichten die het vakgebied en/of het werkterrein van deze functie raken komen voor een belangrijk deel voort uit ontwikkelingen in:

• wet- en regelgeving en beleid met betrekking tot de uitvoeringspraktijk

• wet- en regelgeving en beleid met betrekking tot het beroepsonderwijs en inhoud van de operationele begeleiding;

• methoden, technieken en procedures;

• sociale en andere veiligheidsgerelateerde wetenschappen en didactiek.

Nieuwe inzichten binnen en buiten het vakgebied die het vakgebied raken in relatie tot praktijkinzet.

 

Kennisterrein

De kennis en vaardigheden die tot het vakgebied en/of werkterrein behoren en voor deze functie relevant zijn, zijn:

• kennis van wet- en regelgeving, richtlijnen, (OM-)aanwijzingen, werkwijzen, protocollen, procedures, methoden en technieken, voor zover deze inhoudelijk relevant zijn voor operationele begeleiding en toetsen, beoordelen en examineren van het vakbekwaamheidsniveau;

• didactiek;

• inzicht in gedrag;

• regisseren van netwerken;

• communicatie(-middelen);

• mondelinge en schriftelijke uitdrukkingsvaardigheden;

• analysetechnieken;

• attitude en houdingsaspecten op het gebied van interactie met politie en publiek;

• advisering;

• ontwikkeling standaard en op de actualiteit toegesneden lesmateriaal;

• het strafrecht, het strafprocesrecht, het bestuursrecht;

• conflictbemiddeling;

• alle voorkomende vormen van grof geweld, cq terrorisme over het gehele geweldsspectrum.

• noodhulp en incidentmanagement;

• documentatie- en registratiesystemen.

• organisatorische coördinatie;

• mentor;

• toetsing van vakvolwassenheid

• les- en leerstofontwikkeling.

 
 
 
 
 
 

Kennisgerichtheid

Inspanningsverplichting

De functionaris houdt aantoonbaar zijn kennis en vaardigheden van het kennisterrein op peil op een wijze dat hij daar ook nieuwe kennis en vaardigheden in meeneemt.

De functionaris:

• raadpleegt zelfstandig actief kennisbronnen voor uitbreiding van het vakgebied en voor aanpak van (niet eerder verkende) problematiek, waarbij sprake is van operationele sturing in de vorm van organisatorische coördinatie;

• volgt zelfstandig opfriscursussen op het vakgebied;

• houdt zicht op de ontwikkelingen binnen de uitvoeringspraktijk;

• houdt zicht op specifieke (veiligheids)problematiek met in begrip van die ten aanzien van alle voorkomende vormen van grof geweld, cq terrorisme over het gehele geweldsspectrum.

 
 
 

Basis(vak)kennis

De functionaris:

• heeft mbo (niveau 4) werk- en denkniveau;

• heeft een op de volle breedte van de werkzaamheden binnen het vakgebied toegespitste opleiding gevolgd en/of werkervaring waarbij ook organisatorische coördinatie aan de orde is, danwel EVC gelijkwaardig daaraan;

• voldoet aan functie en/of werkterreingerelateerde geschiktheids- en vaardigheidseisen, zoals opgenomen in het opleidingsprofiel;

• heeft een aan de inzet gerelateerde opsporingsbevoegdheid.

 
 

Onvermijdelijke verzwarende werkomstandigheden

Fysiek risico

Kans op overbelasting van het gestel is in deze functie aanwezig. De ernst hiervan als zich dit zich voordoet is op een schaal gering/aanmerkelijk ingeschat op aanmerkelijk.

Psychisch risico

Kans op trauma na incident of calamiteit is in deze functie aanwezig. De ernst hiervan als dit zich voordoet is op een schaal gering/aanmerkelijk ingeschat op gering.

Risico op slachtofferschap

Kans op tegen de persoon gericht verbaal en/of fysiek geweld is in deze functie aanwezig. De ernst hiervan als dit zich voordoet is op een schaal gering/aanmerkelijk ingeschat op gering.

Afbreukrisico

Kans op afbreukrisico is in deze functie aanwezig indien zich niet voorziene en daarom niet verwijtbare incidenten voordoen tijdens operationele begeleiding, en dit zich voor de operationeel begeleider terugvertaalt in een verminderde inzetbaarheid op een werkterrein of op een specifieke begeleiding. De ernst hiervan als dit zich voordoet is op een schaal gering/ aanmerkelijk ingeschat op aanmerkelijk.

Assistent Beveiliging B

Kern van de functie

Beveiliging draagt bij aan de handhaving van de rechtsorde in de samenleving door het uitvoeren van veiligheidsmaatregelen rond – door bevoegd gezag aangewezen – personen, objecten en diensten, in de Rechtbank en cellencomplexen. Beveiliging geeft met name uitvoering aan de processen Handhaven en Arrestantenzorg in de Tak Uitvoeren, en aan de takken Voorbereiden en Verbeteren uit het RBP.

De Assistent Beveiliging B draagt bij aan de handhaving van de rechtsorde de uitvoering van veiligheidsmaatregelen zelfstandig te ondersteunen op toegewezen taakgebieden (objectbeveiliging, veiligheidsfouillering, registeren van goederen) volgens gestandaardiseerde werkwijzen en richtlijnen. De Assistent Beveiliging B geeft instructies en handreikingen aan Assistenten Beveiliging A.

Specifieke informatie ten aanzien van de aanduiding van de status (politietaak-ATH), de aanduiding van werkterrein, aandachtsgebied en/of specifieke functionaliteit, het opleidingsprofiel en het competentieprofiel zijn opgenomen in koppelingen LFNP en maakt integraal deel uit van deze LFNP-functiebeschrijving.

Activiteiten en resultaten

Verbetering beveiliging

Het vanuit de praktijk formuleren van voorstellen tot verbeteringen in de ondersteuning van veiligheidsmaatregelen, zodat de uitvoering van veiligheidsmaatregelen efficiënter en effectiever wordt.

Werkinstructie

Het geven van instructies en handreikingen aan Assistenten A in de dagelijkse praktijk, zodat de uitvoeringskwaliteit in/op toegewezen taakgebieden wordt gewaarborgd.

Toezicht Beveiliging objecten – portakabin
  • Het uitoefenen van toezicht op (de omgeving van) het te beveiligen object, zodat de veiligheid rond het object wordt bewaakt.

  • Het signaleren en melden van onregelmatigheden, en het uitoefenen van toezicht en controle op personen en objecten, zodat normoverschrijdend gedrag wordt tegengegaan.

  • Het inschatten van de risico’s op escalatie van situaties en gedrag, zodat de dreiging op escalatie wordt weggenomen.

Handhaving
  • Het geven van aanwijzingen, zodat het ontstaan van onveilige situaties wordt tegengegaan en/of zodat de orde in en rond objecten en/of rond personen wordt bewaard of hersteld.

  • Het uitvoeren van opgedragen justitiële taken zoals het betekenen van gerechtelijke stukken en het innen van openstaande boetes, zodat er concrete uitvoering gegeven wordt aan de opgelegde strafmaatregelen van de rechterlijke macht.

Veiligheidsmaatregelen in de Rechtbank

Het geven van aanwijzingen en het ingrijpen bij escalatie van gedrag of situatie, zodat de orde in de Rechtbank wordt gewaarborgd.

Arrestantenverzorging
  • Het uitvoeren van administratieve handelingen bij insluiting, het uitvoeren van veiligheidsfouillering, het in bewaring nemen, registreren en onder zich houden van de goederen die de arrestant bij zich draagt, zodat de arrestant geregistreerd staat en het ontstaan van onveilige situaties wordt tegengegaan.

  • Het optreden als aanspreekpunt, het onderzoeken van en het voorzien in de primaire en specifieke levensbehoeften van arrestanten, zodat het welzijn en de gezondheid van de arrestant worden gewaarborgd.

  • Het begeleiden van arrestanten naar afspraken en het voorbereiden van arrestanten op transport, zodat arrestanten tijdig beschikbaar zijn voor bezoek of transport.

Geregistreerde gegevens (IGP)

Het documenteren van (overige) eigen waarnemingen in feiten en omstandigheden, zodat actuele informatie over het taakgebied beschikbaar is en een basis ontstaat voor opvolging en/ of vervolging.

Aanwenden dwangmiddelen

Het aanwenden van strafvorderlijke dwangmiddelen waaronder het staande houden, aanhouden op en buiten heterdaad, voorgeleiden etc. van verdachten van misdrijven alsmede inbeslagneming, onderzoek aan en in kleding en aan het lichaam, binnentreden etc., zodat schenders van de rechtsorde strafrechtelijk kunnen worden vervolgd.

Afnemen, veiligstellen en vastleggen van DNA-materiaal

Het volgens gestandaardiseerde werkwijzen en richtlijnen afnemen, veiligstellen en vastleggen – in digitale bestanden – van forensisch referentiemateriaal bestaande uit DNA-materiaal van arrestanten, verdachten dan wel veroordeelden, zodat er zicht komt op de identiteit van de arrestant en/of verdachte en/of veroordeelde en een fundament ontstaat waarop de waarheidsvinding kan worden gebaseerd en een basis ontstaat voor opvolging en/of vervolging.

Hoge Omschakelfrequentie

Aan de functie kleeft de Hoge Omschakelfrequentie met externe exposure.

LFNP Niveau-indicatoren

Verantwoordelijkheid

Belang

Effecten

Het gewenste effect (outcome) dat met het instellen van deze functie wordt beoogd is:

• de handhaving van de rechtsorde in de samenleving.

Resultaten

De resultaten (output) die in deze functie (zelfstandig op toegewezen taakgebied, routinematig) moeten kunnen worden behaald, zijn:

• geregistreerde, veilige, ingesloten en verzorgde arrestanten;

• registratie van in bewaring genomen goederen;

• orde in de Rechtbank;

• beveiligde objecten (portakabin);

• processen-verbaal;

• betekende gerechtelijke stukken en geïnde boetes;

• veiliggesteld en vastgelegd DNA-materiaal;

• voorstellen tot verbetering in de uitvoering van tot het toegewezen taakgebied behorende werkzaamheden;

• geïnstrueerde medewerkers.

Beïnvloeding

Inspanningsverplichting

De functionaris neemt, binnen het kader van het behalen van resultaten, aantoonbaar initiatieven die ook de gewenste (deel)effecten naderbij brengen, zoals:

• oefent zodanig toezicht, controle en handhaving uit dat normoverschrijdend gedrag wordt tegengegaan, de (openbare) orde wordt gewaarborgd en het risico op escalatie van situaties en gedrag wordt vermeden;

• voert accuraat administratieve handelingen uit bij insluiting en tijdens verblijf;

• gaat zorgvuldig om bij de verzorging van arrestanten en in bewaring genomen goederen;

• bejegent arrestanten op een correcte wijze bij de veiligheidsfouillering bij insluiting tijdens het verblijf;

• beïnvloedt in de Rechtbank de situatie op zodanige wijze dat de voortgang van de rechtsgang niet wordt gehinderd en de orde ter terechtzitting niet wordt verstoord;

• beveiligt het object door preventief en alert te reageren op signalen die een verandering in de veiligheidssituatie rondom een object kunnen inluiden;

• documenteert eigen waarnemingen zodanig accuraat dat deze als basis voor opvolging en/of vervolging kunnen dienen;

instrueert actief medewerkers middels handreikingen en werkinstructies;

• neemt de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit in acht bij de toepassing van dwangmiddelen;

• voert opgedragen justitiële taken zorgvuldig uit;

• formuleert passende voorstellen tot verbeteringen van de uitvoering van tot het toegewezen taakgebied behorende werkzaamheden.

De functionaris past ‘Bevoegdheden’ zodanig toe dat deze de resultaten dienen maar zal (na overleg) ook afzien hiervan in situaties waar dit averechts kan uitpakken en verantwoordt zich voor deze beslissingen (het belang van ‘effect’ gaat boven het belang van ‘resultaat’).

 
 
 
 

Bevoegdheden

Voor het behalen van de resultaten mag de functionaris zelfstandig op toegewezen taakgebied, routinematig:

• arrestantenzorg verrichten;

• administratieve handelingen uitvoeren ter registratie van arrestanten en goederen die de arrestant bij zich draagt;

• toezicht en controle uitoefenen op objecten en personen;

• aanwijzingen geven;

• veiligheidsfouillering toepassen bij insluiting van arrestanten;

• goederen die de arrestant bij zich draagt in bewaring nemen;

• geweldsmiddelen gebruiken bij de handhaving van de orde in de Rechtbank;

• objectbeveiliging (portakabin) uitvoeren;

• opgedragen justitiële taken uitvoeren, zoals het betekenen van gerechtelijke stukken en het innen van openstaande boetes;

• DNA-materiaal afnemen, veiligstellen en vastleggen van personen;

• voorstellen formuleren over verbeteringen van de uitvoering van tot het toegewezen taakgebied behorende werkzaamheden;

• dwangmiddelen toepassen;

• werkinstructies en handreikingen geven;

• processen-verbaal opstellen.

Dynamiek

Complexiteit

Context

De problematiek die met het instellen van deze functie wordt beoogd tot oplossing te brengen, speelt zich af binnen de context van:

• de door criminelen en terreur in haar rechtsordelijke en democratische werking bedreigde samenleving.

Speelveld

De problematiek die met het instellen van deze functie wordt beoogd tot oplossing te brengen, speelt zich af binnen het kader van:

• het toegewezen taakgebied (objectbeveiliging, veiligheidsfouillering, registreren van goederen) en op aanwijzing volgens gestandaardiseerde werkwijzen, nauwgezette richtlijnen en instructies, en bekende oplossingen gelden en waarvoor geen begeleiding aanwezig is.

Oplossingsgerichtheid

Inspanningsverplichting

De functionaris neemt, binnen het kader van het oplossen van problemen in het speelveld, aantoonbare initiatieven die ook de problematiek in de context efficiënter en effectiever aanpakken. De functionaris lost problemen op door deze vanuit een breed perspectief te benaderen; investeert in interne en externe oriëntatie. Context en speelveld zoals vermeld onder niveau-indicator Dynamiek/Complexiteit.

In dit kader:

kiest de functionaris binnen aangereikte oplossingen voor de meest effectieve en efficiënte aanpak:

• bij de uitvoering van ondersteunende veiligheidsmaatregelen op toegewezen taakgebieden;

• bij de insluiting en verzorging van arrestanten, de beveiliging van objecten (portakabin) en bij de uitvoering van beveiligingstaken in de Rechtbank;

• voor het volgen van de procedures voor het insluiten van arrestanten;

• bij de uitvoering van het afnemen, veiligstellen en vastleggen van DNA-materiaal.

Neemt de functionaris het initiatief tot daadwerkelijke aanpak van problematiek bij:

• het melden van gesignaleerde onregelmatigheden als daarmee naar zijn oordeel normoverschrijdend gedrag kan worden tegengegaan;

• het inroepen van assistentie als hij inschat dat er risico’s zijn op escalatie van situatie of gedrag;

• tot ingrijpen bij escalatie van gedrag of situatie die de orde ter terechtzitting verstoort dan wel de onbelemmerde voortgang van de rechtsgang verhindert;

• tot het vanuit de praktijk formuleren van voorstellen tot verbetering in de ondersteuning van de uitvoering van veiligheidsmaatregelen;

• het delen van informatie over achtergronden van personen en omgeving wanneer daar naar zijn oordeel een basis mee ontstaat voor opvolging en/of vervolging;

• het geven van werkinstructies en handreikingen aan medewerkers;

• het in acht nemen van de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit bij de toepassing van dwangmiddelen,

waarbij de aanpak is gebaseerd op routinematig handelen (gestandaardiseerde werkwijzen en richtlijnen).

 
 
 
 
 

Handelingsbekwaamheid

Voor het oplossen van problemen binnen het speelveld van de functie kan de functionaris de meest vergaande oplossingen toepassen in relatie tot de zwaarste problemen.

De functionaris kan:

de problemen zelfstandig aanpakken, door het volgen van gestandaardiseerde werkwijzen, nauwgezette richtlijnen en instructies en bekende oplossingen, die zich voordoen bij:

• het uitoefenen van toezicht en controle op objecten en personen;

• het geven van aanwijzingen;

• het bewaren van orde in de Rechtbank;

• de insluiting en verzorging van arrestanten;

• objectbeveiliging (portakabin);

• het formuleren van voorstellen tot verbeteringen;

• het afnemen, veiligstellen en vastleggen van DNA-materiaal.

op de juiste wijze:

• gesignaleerde onregelmatigheden melden;

• toezicht en controle uitoefenen op objecten en personen;

• risico’s van escalatie van situaties en gedrag inschatten;

• DNA afnemen, veiligstellen en vastleggen;

• aanwijzingen geven;

• veiligheidsfouillering toepassen bij insluiting van arrestanten;

• administratieve handelingen uitvoeren bij insluiting en tijdens verblijf van arrestanten;

• in bewaring genomen goederen registreren;

• (overige)eigen waarnemingen documenteren en vastleggen;

• instrueren van medewerker;

• zelfstandig afhandelen van situaties op aanwijzing en binnen het kader van gestandaardiseerde werkwijzen en richtlijnen.

Aan de functie kleeft de Hoge Omschakelfrequentie met externe exposure.

 
 
 

Deskundigheid

Ontwikkelingen in kennis en vaardigheden

Kennis-ontwikkeling

Nieuwe (toekomstige) inzichten die het vakgebied van deze functie raken komen voor een belangrijk deel voort uit ontwikkelingen in:

• wet- en regelgeving en beleid met betrekking tot veiligheid;

• methoden en technieken met raakvlakken met beveiliging;

• wetenschap: veiligheids(gerelateerde) wetenschappen.

Nieuwe inzichten binnen en buiten het vakgebied die het vakgebied raken in relatie tot praktijkinzet.

 
 

Kennisterrein

De kennis en vaardigheden die tot het toegewezen taakgebieden, exclusief begeleiding behoren en voor deze functie relevant zijn, zijn:

• strafrecht (materieel en formeel);

• richtlijnen, (OM-)aanwijzingen en protocollen met betrekking tot arrestantenzorg en DNA-materiaal en personen;

• arrestantenverzorging;

• veiligheidsfouillering;

• inzicht in gedrag;

• Rechterlijke Organisatie;

• procedures in strafvervolging;

• procedures en omgangsvormen in de Rechtbank;

• geweldsinstructie;

• het geven van instructie.

 
 
 

Kennisgerichtheid

Inspannings-verplichting

De functionaris houdt aantoonbaar zijn kennis en vaardigheden van het kennisterrein op peil op een wijze dat hij daar ook nieuwe kennis en vaardigheden in meeneemt.

De functionaris:

• raadpleegt actief onder handbereik gebrachte kennisbronnen;

• richt zich op het kennen en kunnen toepassen van aangereikte gestandaardiseerde werkwijzen, richtlijnen en instructies en bekende oplossingen in de uitvoeringspraktijk.

 

Basis(vak)-kennis

De functionaris:

• heeft vmbo/mbo (niveau 2) werk- en denkniveau;

• heeft een op de aard van strak afgebakende werkzaamheden toegespitste opleiding gevogld en/of werkervaring, danwel EVC gelijkwaardig daaraan;

• voldoet aan functiegerelateerde geschiktheids- en vaardigheidseisen, zoals opgenomen in het opleidingsprofiel;

• heeft een aan de inzet gerelateerde opsporingsbevoegdheid.

 
 

Onvermijdelijke verzwarende werkomstandigheden

Fysiek risico

Kans op overbelasting van het gestel is in deze functie aanwezig door het in alle weeromstandigheden buiten verrichten van de werkzaamheden. De ernst hiervan als zich dit voordoet is op een schaal gering/aanmerkelijk ingeschat op gering bij een goede conditie.

Psychisch risico

Kans op trauma bij inzet op arrestantenverzorging is in deze functie aanwezig bij confrontatie met menselijk leed. De ernst hiervan als dit zich voordoet is op een schaal gering/aanmerkelijk ingeschat op gering.

Risico op slachtofferschap

Kans op tegen de persoon gericht verbaal en/of fysiek geweld is in deze functie aanwezig. De ernst hiervan als dit zich voordoet is op een schaal gering/aanmerkelijk ingeschat op aanmerkelijk.

Afbreukrisico

Niet van toepassing.

BIJLAGE 4, HORENDE BIJ ARTIKEL 3, VIERDE LID

Werkterreinen, Aandachtsgebieden en Specifieke functionaliteiten LFNP

Vakgebied

Werkterrein

Aandachtsgebied

Specifieke functionaliteit

Vakgebieden: een clustering van in essentie gelijkgerichte activiteiten, resultaten en beoogde effecten op basis van voor dat vakgebied geldende processen.

Werkterreinen: een verbijzondering van het vakgebied, waarvoor een specifieke inzet en inbreng geldt. Voor deze inzet kunnen nadere opleidings- en certificeringeisen worden gesteld.

Aandachtsgebieden: een verbijzondering van een werkterrein, dat wordt gekenmerkt door een grote verscheidenheid aan onderwerpen, waarvoor een specifieke inzet en inbreng geldt. Voor deze inzet kunnen nadere opleidings- en certificeringeisen worden gesteld.

Specifieke functionaliteiten: een verbijzondering van een vakgebied door – direct in operationeel verband toe te passen – vereiste expliciete specialistische inzet en inbreng door gebruikmaking van specifieke (hulp)middelen en/of geweldsmiddelen waarbij uitgesproken specialistische vaardigheden en deskundigheid aan de orde is.

       

1. Leiding

Geen

Geen

Geen

2. Beveiliging

Geen

Geen

Geen

3. GGP

Wijkagent (vanaf Generalist):

Het werkterrein Wijkagent concentreert zich op het participeren, opbouwen en/of onderhouden van contacten met burgers, bedrijven en instellingen (netwerken) en het participeren in de aanpak met ketenpartners van veiligheidsproblematiek en heeft aandacht voor en signaleert t.a.v. criminaliteit binnen de wijk.

Geen

Geen

Hondengeleiding (vanaf Generalist):

Het werkterrein Hondengeleiding concentreert zich op alle operationele politietaken waarbij de combinatie mens/surveillancehond als doeltreffend middel wordt gezien. Met name ten aanzien van het nemen van regulerende en stabiliserende maatregelen bij (dreigende) openbare orde verstoringen en geweldsincidenten. Zij participeren aanvullende netwerken rond het dierenwelzijn (dierenartsen, belangenverenigingen).

Geen

Geen

Doelgroepen (policing of communities) (vanaf Generalist):

Het werkterrein Doelgroepen concentreert zich op aandacht voor specifieke doelgroepen in relatie tot overlast en de aanpak daarvan en/of heeft aandacht voor en signaleert t.a.v. criminaliteit binnen dit kader.

Geen

Geen

Jeugd (vanaf Generalist):

Het werkterrein Jeugd concentreert zich op aandacht voor de jeugd in relatie tot overlast en de aanpak daarvan en/of heeft aandacht voor en signaleert t.a.v. jeugdcriminaliteit.

Geen

Geen

Milieu (Assistent B en vanaf Generalist):

Het werkterrein Milieu concentreert zich op de aan het milieu en de natuur gelieerde wet- en regelgeving en heeft aandacht voor en signaleert t.a.v. strafbare feiten en criminaliteit op het gebied van milieu.

Geen

Geen

 

Dierenwelzijn (animal cops) (Assistent B en vanaf Generalist):

Het werkterrein Dierenwelzijn concentreert zich op de aan het dierenwelzijn gelieerde wet- en regelgeving en heeft aandacht voor en signaleert t.a.v. strafbare feiten en criminaliteit op het gebied van dieren(welzijn).

Geen

Geen

 

Gevaarlijke stoffen (Assistent B en vanaf Generalist):

Het werkterrein Gevaarlijke stoffen concentreert zich op de aan de gevaarlijke stoffen gelieerde wet- en regelgeving en heeft aandacht voor en signaleert t.a.v. strafbare feiten en criminaliteit op het gebied van gevaarlijke stoffen.

Geen

Geen

 

Spoor (Assistent B en vanaf Generalist):

Het werkterrein Spoor concentreert zich op de aan het spoorverkeer gelieerde wet- en regelgeving en heeft aandacht voor en signaleert t.a.v. strafbare feiten en criminaliteit op het gebied van vervoer per spoor (stations, in treinen en langs het spoor).

Geen

Geen

 

Verkeer (Assistent B en vanaf Generalist):

Het werkterrein Verkeer concentreert zich op de aan het landverkeer gelieerde wet- en regelgeving en heeft aandacht voor en signaleert t.a.v. strafbare feiten en criminaliteit op het gebied van verkeer en vervoer.

Geen

Geen

 

Vreemdelingen (Assistent B en vanaf Generalist):

Het werkterrein Vreemdelingen concentreert zich op de Vreemdelingenwet en daaraan gelieerde wet- en regelgeving en heeft aandacht voor en signaleert t.a.v. strafbare feiten en criminaliteit op het gebied van vreemdelingen.

Geen

Geen

 

Beredenen (vanaf Generalist):

Het werkterrein Beredenen concentreert zich op alle operationele politietaken waarbij de combinatie mens/paard als doeltreffend middel wordt gezien. Met name ten aanzien van het nemen van regulerende en stabiliserende maatregelen bij (dreigende) openbare orde verstoringen en geweldsincidenten. Zij participeren in aanvullende netwerken rond het dierenwelzijn (dierenartsen, belangenverenigingen).

Geen

Geen

 

Nautisch (Assistent B en vanaf Generalist):

Het werkterrein Nautisch concentreert zich op de aan het water- en scheepvaartverkeer gelieerde nautische wet- en regelgeving en heeft aandacht voor en signaleert t.a.v. strafbare feiten en criminaliteit op het gebied van water- en scheepvaartverkeer.

Geen

Geen

 

Luchtwaarneming (vanaf Generalist):

Het werkterrein Luchtwaarneming concentreert zich op alle operationele politietaken waarbij uitvoering van deze werkzaamheden, vooral door middel van waarneming, het meest doeltreffend worden verricht vanuit een luchtvaartuig.

Geen

Geen

4. Informantenrunners

Geen

Geen

Geen

5. Intelligence

Geen

Geen

Geen

6. Interventie

Geen

Geen

Scherpschutter

Precisieschutter

Specialist Explosieven

Platforminstructeur

Persluchtduiker

Onderhandelaar bij gijzeling en kaping

7. Meldkamer

Geen

Geen

Geen

8. Observatie

Geen

Geen

Plaatser

Afschermer

Veldwerker

Peiler

9. Tactische Opsporing

Digitale Expertise (vanaf Generalist):

Het werkterrein Digitaal concentreert zich op de opsporing van strafbare feiten in de digitale wereld (Wet computercriminaliteit) en middels opsporing van klassieke criminaliteit (Wetboek van Strafrecht), waarbij gebruik wordt gemaakt van ICT-middelen. Daarnaast richt dit werkterrein zich op de gebruiksmogelijkheden van ICT-middelen bij het opsporen van strafbare feiten (opsporingsmiddelen)

Geen

Geen

 

Financieel Economisch (vanaf Generalist):

Het werkterrein Financieel Economisch concentreert zich op de financieel economische aspecten binnen een (strafrechtelijk) onderzoek, zoals bijvoorbeeld ontnemen en witwassen. Dit vraagt een voortdurende participatie in netwerken met andere, veelal specialistische partners op financieel economisch gebied.

Geen

Geen

 

Jeugd (vanaf Generalist):

Het werkterrein Jeugd concentreert zich op de opsporing van strafbare feiten waarvan de personen waartegen het strafbare feit is gericht danwel die als verdachte(n) (kunnen) worden aangemerkt of als betrokkene(n), vallen onder de term ‘jeugdige personen’ uit het wetboek van Strafrecht.

Geen

Geen

 

Zeden (vanaf Generalist):

Het werkterrein Zeden concentreert zich op de opsporing van strafbare feiten, zoals genoemd in Boek II, titel XIV van het wetboek van Strafrecht. Het werkterrein kenmerkt zich in die zin, dat er nagenoeg altijd sprake is van een grote inbreuk op zowel de persoonlijke als de lichamelijke integriteit. Veelal is er sprake van een moeilijke bewijspositie.

Geen

Geen

 

Milieu (vanaf Generalist):

Het werkterrein Milieu concentreert zich op de opsporing van strafbare feiten van de aan het milieu en de natuur gelieerde wet- en regelgeving.

Geen

Geen

 

Verdovende middelen (vanaf Generalist):

Het werkterrein Verdovende middelen concentreert zich op de opsporing van strafbare feiten van de Opiumwet en de daaraan gelieerde wet- en regelgeving.

Vanuit dit werkterrein wordt – waar relevant – informatie verstrekt tbv de aanpak van andere vormen van (zware) criminaliteit zoals terrorisme, wapenhandel, mensenhandel- en mensensmokkel.

Geen

Geen

 

Vreemdelingen (vanaf Generalist):

Het werkterrein Vreemdelingen concentreert zich op de opsporing van strafbare feiten van de Vreemdelingenwet en de daaraan gelieerde wet- en regelgeving.

Vanuit dit werkterrein wordt – waar relevant – informatie verstrekt tbv de aanpak van andere vormen van (zware) criminaliteit zoals terrorisme, wapenhandel, mensenhandel- en mensensmokkel.

Geen

Geen

 

Nautisch (vanaf Generalist):

Het werkterrein Nautisch concentreert zich op de opsporing van strafbare feiten van de aan het water- en scheepvaartverkeer gelieerde nautische wet- en regelgeving.

Tevens behoort tot dit werkterrein participatie in strafrechtelijke onderzoeken aan boord van Nederlandse zeeschepen waar ook ter wereld en schepen en/of platforms op het continentaal plat van de Noordzee.

Geen

Geen

 

Infrastructuur (vanaf Generalist):

Het werkterrein Infrastructuur concentreert zich op onderzoek naar de oorzaak en toedracht van ernstige (verkeers)ongevallen. Dit zijn ongevallen met zwaar lichamelijk letsel en/of dodelijke afloop dan wel met een (grote) maatschappelijke impact.

Tevens concentreert het werkterrein Infrastructuur zich op de opsporing van strafbare feiten van aan infrastructuur gelieerde wet- en regelgeving samenhangend met nodaal georiënteerd werken op de fysieke infrastructuur.

Geen

Geen

 

Veiligheid & Integriteit (vanaf Generalist):

Het werkterrein Veiligheid & Integriteit richt zich op opsporing van strafbare feiten in relatie tot de (interne) veiligheid, integriteit en betrouwbaarheid van een korps/korpsonderdeel en haar medewerkers en de daaraan gelieerde wet- en regelgeving.

Geen

Geen

10. Forensische Opsporing

Verkeersongevallenanalyse (vanaf Generalist):

Het werkterrein Verkeersongevallenanalyse (weg, spoor, lucht en water) concentreert zich op onderzoek naar de oorzaak en toedracht van ernstige (verkeers)ongevallen. Dit zijn ongevallen met zwaar lichamelijk letsel en/of dodelijke afloop danwel met een (grote) maatschappelijke impact.

Geen

Geen

Speurhondengeleiding (vanaf Generalist):

Het werkterrein Speurhondengeleiding concentreert zich op alle forensische opsporingswerkzaamheden waarbij de combinatie mens/speurhond als doeltreffend middel wordt gezien bij het zoeken naar personen en/of goederen, geuridentificatie evenals bijzondere inzetten.

Geen

Geen

 

Brand oorzaakanalyse (vanaf Generalist):

Het werkterrein Brandoorzaakanalyse concentreert zich op onderzoek naar de oorzaak en toedracht van branden. Dit zijn branden met als gevolg zwaar lichamelijk letsel en/of dodelijke afloop danwel met een (grote) maatschappelijke impact.

Geen

Geen

 

DNA (vanaf Generalist):

Het werkterrein DNA concentreert zich op alle forensische opsporingsonderzoeken waarbij DNA evident is voor het vanuit het onderzoek (kunnen) trekken van conclusies.

Geen

Geen

 

Falsificatie (vanaf Generalist):

Het werkterrein Falsificatie concentreert zich op alle forensische opsporingsonderzoeken waarbij herkenning van vervalsing evident is voor het vanuit het onderzoek (kunnen) trekken van conclusies.

Geen

Geen

 

Wapens-en munitie (vanaf Generalist):

Het werkterrein Wapens-en munitie concentreert zich op alle forensische opsporingsonderzoeken waarbij de soort en herkomst van wapens-en munitie evident is voor het vanuit het onderzoek (kunnen) trekken van conclusies.

Geen

Geen

 

Verdovende middelen (vanaf Generalist):

Het werkterrein Verdovende middelen concentreert zich op alle forensische opsporingsonderzoeken waarbij de soort en herkomst van Verdovende middelen evident is voor het vanuit het onderzoek (kunnen) trekken van conclusies.

Geen

Geen

11. Luchtvaart

Geen

Geen

Geen

12. Intake & Service

Geen

Geen

Geen

13. Operationele Begeleiding

Gewelds- en Gevaarsbeheersing:

Het werkterrein Gewelds- en Gevaarsbeheersing concentreert zich op het steeds vakbekwaam (kennis en vaardigheden) houden van de politiemedewerkers, om onder alle omstandigheden moedig, kundig en vaardig te kunnen optreden. Gewelds- en

Gevaarsbeheersing richt zich op het omgaan met verbaal en non-verbaal gedrag, het hanteren van geweldsmiddelen, het plegen van interventies en het verbeteren van actie-intelligentie. De veiligheid van de politiemedewerker én die van de samenleving staat hierbij centraal.

Geen

Geen

 

Rijvaardigheid & Rijveiligheid:

Het werkterrein Rijvaardigheid & Rijveiligheid concentreert zich op de vaardigheid en kennis die nodig is voor het besturen van voertuig(en), die in gebruik zijn bij de politie. Tevens richt dit werkterrein zich op de vaardigheid en kennis van het veilig gebruik van deze voertuig(en), het interactief participeren in en anticiperen op de (rij)omgeving, waarbij vertrouwenwekkend politieoptreden de basis is. De veiligheid van de politiemedewerker én die van de samenleving staat hierbij centraal.

Geen

Geen

14. Operationeel Specialismen

Financieel Economisch:

Het werkterrein Financieel Economisch concentreert zich op genereren van recherchetactische informatie, bewijsmateriaal of een ingang tot bewijsmateriaal, het vaststellen van de omvang van het wederrechtelijk verkregen vermogen, het traceren van vermogensbestanddelen van criminele en/of criminele organisaties en het ontnemen van wederrechtelijk verkregen voordeel.

Geen

Geen

Digitale Expertise:

Het werkterrein Digitale Expertise concentreert zich op genereren van recherchetactische informatie, bewijsmateriaal of een ingang tot bewijsmateriaal uit informatiedragers, zoals computers en mobiele telefoons.

Geen

Geen

De functies uit het vakgebied Operationeel Specialismen zijn inzetbaar op alle vakgebieden binnen het Domein Uitvoering en daarmee op de aan de respectievelijke vakgebieden verbonden werkterreinen.

Geen

Geen

15. Bedrijfsvoeringspecialismen /

16. Gespecialiseerde ondersteuning

Personeel & Organisatie (P&O):

Het werkterrein P&O richt zich, als onderdeel van de bedrijfsvoering, vanuit zowel praktijkinzet als beleidsinzet, op het bevorderen van een effectieve en efficiënte organisatie en het doelmatig en doeltreffend laten functioneren van de medewerkers daarin.

Het werkterrein P&O geeft uitvoering aan de werkgeversvisie, stimuleert goed werkgeverschap en bevordert de motivatie van medewerkers door de ontwikkeling en uitvoering van op de organisatievereisten toegesneden P&O beleid, koers en strategie.

• Rechtspositie

• Arbeidsvoorwaarden

• Personeelsontwikkeling

• Opleidingen

• Organisatieontwikkeling

• Formatiebeheer

• Personeelsplanning

• Personeelszorg

• Werving

• Selectie

• Mobiliteit

• Arbeidsomstandigheden

• Verzuim

• Personeelsadministratie

• Juridisch advies

Geen

 
 

Financiën:

Het werkterrein Financiën richt zich, als onderdeel van de bedrijfsvoering, vanuit zowel praktijkinzet als beleidsinzet, op het bevorderen van een effectieve en efficiënte organisatie en het doelmatig en doeltreffend sturen op het al dan niet beschikbaar stellen van financieel economische middelen daarvoor.

Het werkterrein Financiën geeft uitvoering aan de financieel economische visie, stimuleert adequate financiële verantwoording en bevordert de toepassing van financieel economische prognoses door de ontwikkeling en uitvoering van op de organisatievereisten toegesneden Financieel beleid, koers en strategie.

• Begroten

• Budgetteren

• Administratieve organisatie

• Interne controle

• Crediteuren

• Debiteuren

• Externe verantwoording

• Facturatie

• Grootboek

• Liquiditeitsbeheer

• Salarisadministratie

• Financiële administratie

• Projectadministratie

• Juridisch advies

Geen

 

Facilitair:

Het werkterrein Facilitair richt zich, als onderdeel van de bedrijfsvoering,vanuit zowel praktijkinzet als beleidsinzet, op het bevorderen van een effectieve en efficiënte organisatie en het doelmatig en doeltreffend faciliteren door het bieden van (ondersteunende) voorzieningen.

Het werkterrein Facilitair geeft uitvoering aan de facilitaire visie, stimuleert verantwoord gebruik van voorzieningen en bevordert snelle beschikbaarheid van huisvesting, services en middelen door de ontwikkeling en uitvoering van op de organisatievereisten toegesneden Facilitair beleid, koers en strategie.

• Huisvesting

• Materiële activa (voertuigen, vaartuigen, luchtvaartuigen)

• (fysieke) Beveiliging

• (inkoop) Contracten

• Schade- en risicomanagement

• Facilitaire administratie

• Juridisch advies

Geen

 

Communicatie:

Het werkterrein Communicatie richt zich, als onderdeel van de bedrijfsvoering, vanuit zowel praktijkinzet als beleidsinzet, op het bevorderen van een effectieve en efficiënte organisatie en het doelmatig en doeltreffend communiceren van bedrijfsinformatie aan belanghebbenden, zowel interne als externe.

Het werkterrein Communicatie geeft uitvoering aan de communicatie visie, stimuleert eenduidig gebruik van communicatieprotocol en bevordert de correcte toepassing van huisstijl door de ontwikkeling en uitvoering van op de organisatievereisten toegesneden Communicatie beleid, koers en strategie.

• Interne communicatie

• Public relations

• Publieksvoorlichting

• Marketingcommunicatie

• Arbeidsmarkt communicatie

• Handhavingcommunicatie

• Media communicatie

Geen

 

Informatie & Communicatietechnologie:

Het werkterrein Informatie & Communicatietechnologie richt zich, als onderdeel van de bedrijfsvoering, vanuit zowel praktijkinzet als beleidsinzet, op het bevorderen van een effectieve en efficiënte organisatie en het doelmatig en doeltreffend laten functioneren van informatie- en communicatietechnologische middelen en toepassingen.

Het werkterrein Informatie- & Communicatietechnologie geeft uitvoering aan de visie op ICT, stimuleert verantwoord gebruik van ICT-middelen en -toepassingen, en bevordert snelle, gedegen service bij defecten aan deze middelen en/of toepassingen door de ontwikkeling en uitvoering van op de organisatievereisten toegesneden Informatie- & Communicatietechnologie beleid, koers en strategie.

• Applicatie-ontwikkeling

• Architectuur

• Beveiliging

• Functioneel beheer

• Gegevens-management

• Informatieanalyse

• Infrastructuur ontwikkeling

• Kwaliteit

• Netwerken

• Proces-management (ITIL)

• Product-management

• Risk management

• Systemen

• Testen

Geen

 

Control:

Het werkterrein Control concentreert zich op de toetsing van een effectieve en efficiënte inzet van mensen en middelen ten opzichte van de gestelde doelen (prestatie versus norm). Concentreert zich tevens op de toetsing van toepassing van het vastgestelde organisatiebeleid en op de tijdige levering van en inhoudelijke kwaliteit van management informatievoorziening.

Geen

Geen

 

Veiligheid & Integriteit:

Het werkterrein Veiligheid & Integriteit richt zich op de (interne) veiligheid, integriteit en betrouwbaarheid van een korps/korpsonderdeel en haar medewerkers.

Geen

Geen

 

Diversiteit:

Het werkterrein Diversiteit richt zich op alle aspecten waarop mensen van elkaar verschillen; zowel zichtbaar als onzichtbaar. Diversiteit vraagt om een integrale benadering van diversiteit, integriteit en omgangsvormen. De interne doelstelling van diversiteit is bijdragen aan het optimaal en duurzaam benutten van alle medewerkers, rekening houdend met al hun verschillen én overeenkomsten. De externe doelstelling van diversiteit is bijdragen aan een professionele politie in een complexe pluriforme samenleving.

Geen

Geen

 

Omgangsvormen en sociale veiligheid:

Het werkterrein omgangsvormen en sociale veiligheid richt zich op de aanpak en het voorkomen van ongewenste omgangsvormen op het werk, met als doel het verkrijgen van een veilige werkomgeving voor elke medewerker. Daarbij is de integrale aanpak met diversiteit, multicultureel vakmanschap en integriteit van cruciaal van belang om zo te werken aan het bouwen van een meer inclusieve cultuur bij de Nederlandse politie.

Geen

Geen

 

Auditing:

Het werkterrein Auditing richt zich op kwaliteitsbewaking en kwaliteitsbevordering binnen de organisatie overeenkomstig een vastgesteld systeem/model.

• IT-auditing

• Operational-auditing

• Financial-auditing

Geen

 

Onderwijs:

Het werkterrein Onderwijs richt zich op, als onderdeel van de bedrijfsvoering, vanuit zowel praktijkinzet als beleidsinzet, op het bevorderen van een effectieve en efficiënte organisatie en het doelmatig en doeltreffend ontwikkelen van de kennis- en vaardigheid van medewerkers.

Het werkterrein Onderwijs geeft uitvoering aan de visie op Onderwijs, stimuleert goed passend onderwijsaanbod en bevordert de motivatie van medewerkers door de ontwikkeling en uitvoering van op de organisatievereisten toegesneden Onderwijs beleid, koers en strategie.

Geen

Geen

 

Recruiting:

Het werkterrein Recruiting richt zich op het rekruteren van aspiranten voor initiële opleiding.

Geen

Geen

16. Gespecialiseerde ondersteuning

Planning:

Het werkterrein Planning richt zich op de totstandkoming van een (rooster)planning ten behoeve van mensen en middelen, het (administratief) beheer daarvan evenals de organisatie en beheer van de informatievoorziening over dit werkterrein.

Geen

Geen

Projectondersteuning:

Het werkterrein Projectondersteuning richt zich op alle ondersteunende werkzaamheden ten behoeve van projecten en programma’s zodat deze een zo effectief en efficiënt mogelijk verloop hebben.

Geen

Geen

 

Logistiek:

Het werkterrein Logistiek richt zich op die voorbereidingen en handelingen die nodig zijn om de organisatie, en eventuele andere partners, zo goed mogelijk uit te rusten. Hiertoe

behoren zonodig ook de ontwikkeling, implementatie en waar nodig het onderhoud hiervan.

Geen

Geen

 

Rollenspeler:

Het werkterrein Rollenspeler richt zich binnen het onderwijs en/of selectie op het spelen van gesprekssituaties tijdens oefeningen en/of praktijksimulaties.

Geen

Geen

17. Administratie en secretariaat

Geen

Geen

Geen

18. Zeevaart

Geen

Geen

Geen

19. Techniek

Voertuigen:

Het werkterrein Voertuigen richt zich op de veilige staat en het technisch inzetbaar houden van voertuigen.

Geen

Geen

Vaartuigen:

Het werkterrein Vaartuigen richt zich op de veilige staat en het technisch inzetbaar houden van vaartuigen.

Geen

Geen

 

Luchtvaartuigen:

Het werkterrein Luchtvaartuigen richt zich op de veilige staat en het technisch inzetbaar houden van luchtvaartuigen.

Geen

Geen

 

Informatie & Communicatietechnologie:

Het werkterrein Informatie & Communicatietechnologie richt zich, als onderdeel van de bedrijfsvoering, vanuit zowel praktijkinzet als beleidsinzet, op het bevorderen van een effectieve en efficiënte organisatie en het doelmatig en doeltreffend laten functioneren van informatie- en communicatietechnologische middelen en toepassingen.

• Applicatiebeheer

• Databasebeheer

• Floormanagement

• Gebruikers-ondersteuning (service support)

• Netwerkbeheer

• Servicedesk

• Systeembeheer

Geen

 

Wapentechniek:

Het werkterrein Wapentechniek richt zich op de werkzaamheden ten aanzien van inspectie, reparatie en modificatie van vuurwapens, tactische- en veiligheidsvesten in gebruik bij de Nederlandse Politie en overige klanten.

Geen

Geen

20. Huisvesting, service en middelen

Geen

Geen

Geen

21. Onderzoek en kennisontwikkeling

Geen

Geen

Geen

22. Docenten

Gewelds- en Gevaarsbeheersing:

Het werkterrein Gewelds- en Gevaarsbeheersing concentreert zich op het steeds vakbekwaam (kennis en vaardigheden) houden van de politiemedewerkers, om onder alle omstandigheden moedig, kundig en vaardig te kunnen optreden. Gewelds- en

Gevaarsbeheersing richt zich op het omgaan met verbaal en non-verbaal gedrag, het hanteren van geweldsmiddelen, het plegen van interventies en het verbeteren van actie-intelligentie. De veiligheid van de politiemedewerker én die van de samenleving staat hierbij centraal.

Geen

Geen

 
 

Rijvaardigheid & Rijveiligheid:

Het werkterrein Rijvaardigheid & Rijveiligheid concentreert zich op de vaardigheid en kennis die nodig is voor het besturen van voertuig(en), die in gebruik zijn bij de politie. Tevens richt dit werkterrein zich op de vaardigheid en kennis van het veilig gebruik van deze voertuig(en), het interactief participeren in en anticiperen op de (rij)omgeving, waarbij vertrouwenwekkend politieoptreden de basis is. De veiligheid van de politiemedewerker én die van de samenleving staat hierbij centraal.

Geen

Geen

 

TOELICHTING

Deze wijziging van de Regeling vaststelling LFNP komt voort uit besluitvorming in het Centraal Georganiseerd Overleg Politie (CGOP): in het CGOP is besloten het vakgebied Operationele Begeleiding, de functies Operationeel Begeleider A en Operationeel Begeleider B en de werkterreinen Gewelds- en Gevaarsbeheersing en Rijvaardigheid & Rijveiligheid toe te voegen aan het Landelijk Functiegebouw Nederlandse Politie (LFNP). Tevens is besloten het hoofdbestanddeel Afnemen, veiligstellen en vastleggen van DNA-materiaal toe te voegen aan de functie Assistent Beveiliging B in het LFNP.

Aangezien deze toevoegingen geen consequenties hebben voor de artikelen van de Regeling vaststelling LFNP (deze blijven ongewijzigd) wijzigen slechts de bijlagen. De bijlagen 1, 2 en 4 (de matrix LFNP, de FuWa plotting LFNP en de lijst Werkterreinen, Aandachtsgebieden en Specifieke functionaliteiten LFNP) worden in zijn geheel vervangen door de bijlagen die bij deze regeling zijn gevoegd. Aan bijlage 3 (de lijst met de functiebeschrijvingen) worden middels deze regeling de functiebeschrijvingen van de functies Operationeel Begeleider A en Operationeel Begeleider B toegevoegd, alsmede de gewijzigde functiebeschrijving van de functie Assistent Beveiliging B.

Er is voor gekozen om deze regeling terug te laten werken tot en met 7 juli 2016, omdat dat de datum is waarop in het CGOP besluitvorming heeft plaatsgevonden over het aan het LFNP toevoegen van het vakgebied Operationele Begeleiding en de functies Operationeel Begeleider A en Operationeel Begeleider B. Besluitvorming over het toevoegen van de werkterreinen Gewelds- en Gevaarsbeheersing en Rijvaardigheid & Rijveiligheid heeft plaatsgevonden in het CGOP van 23 februari 2017. Voor deze werkterreinen geldt dezelfde terugwerkende kracht, omdat zij onlosmakelijk verbonden zijn met het vakgebied Operationele Begeleiding. Deze werkterreinen zijn middels besluitvorming in het CGOP van 23 februari 2017 ook toegevoegd aan het vakgebied Docenten. Het besluit het hoofdbestanddeel Afnemen, veiligstellen en vastleggen van DNA-materiaal toe te voegen aan de functie Assistent Beveiliging B heeft ook plaatsgevonden in het CGOP van 23 februari 2017.

De Minister van Veiligheid en Justitie, S.A. Blok


X Noot
1

Deze werkterreinen zijn formeel gedefinieerd en vastgesteld en opgenomen in de lijst ‘Werkterreinen LFNP’.

X Noot
2

Deze werkterreinen zijn formeel gedefinieerd en vastgesteld en opgenomen in de lijst ‘Werkterreinen

LFNP’.

Naar boven