Besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 30 maart 2017, nr. 2017-0000166173, tot wijziging van het Besluit mandaat Autoriteit woningcorporaties en aanwijzing toezichthouders Woningwet en WNT, in verband met de Veegwet Wonen en wijzigingen in het Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 met het oog op verkoopregels.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Gelet op afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht, artikel 2, vierde lid, van het Instellingsbesluit Inspectie Leefomgeving en Transport en artikel 61, vijfde lid, van de Woningwet,

Gezien de schriftelijke instemming van de inspecteur-generaal Leefomgeving en Transport d.d. 29 maart 2017;

BESLUIT:

ARTIKEL I

Het Besluit mandaat Autoriteit woningcorporaties en aanwijzing toezichthouders Woningwet en WNT wordt gewijzigd als volgt:

A

In artikel 1, onderdeel d, wordt ‘Minister voor Wonen en Rijksdienst’ vervangen door: Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

B

1. In artikel 3, tweede lid, vervalt ‘42, eerste lid, derde volzin,’.

2. In artikel 3, derde lid, onderdeel a, wordt ‘de artikelen 35 tot en met 38’ vervangen door: de artikelen 35 tot en met 37, 38.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum waarop het in de Staatscourant wordt geplaatst, met uitzondering van Artikel I, onderdeel B, onder 1, dat in werking treedt met ingang van 1 juli 2017.

Dit besluit wordt met de toelichting in de Staatscourant geplaatst.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

TOELICHTING

In het Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 wordt een aantal wijzigingen aangebracht, die onder meer tot doel hebben gevolg te geven aan de wijzigingen die voortvloeien uit de Veegwet wonen (Kamerstukken I, 2016/17, 34 468, A).

Met artikel IX, onderdeel S, onder 1, van de Veegwet wonen, vervalt de derde volzin van artikel 42, eerste lid van de Woningwet. Het mandaatbesluit wordt daarom aangepast. Deze aanpassing (Artikel I, onderdeel B, onder 1) treedt in werking met ingang van 1 juli 2017.

De wijziging in onderdeel B, onder 2, betreft het herstellen van een omissie, zodat artikel 37a van het Besluit valt onder het mandaatbesluit zoals ook aanvankelijk beoogd.

De wijziging in onderdeel A betreft een technische aanpassing.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

Naar boven