De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Handelende in overeenstemming met de Minister van Financiën en de Staatssecretaris
van Veiligheid en Justitie;
Gelet op artikel 64, eerste lid, onderdeel d, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie
werk en inkomen;
Besluit:
TOELICHTING
Fraude met of onrechtmatig gebruik van overheidsgelden en -voorzieningen is een ernstige
zaak. Hierdoor ontstaat niet alleen schade voor de overheid, ook de integriteit van
het stelsel, de betaalbaarheid van de voorzieningen en het maatschappelijk draagvlak
voor sociale voorzieningen worden hierdoor aangetast. Het kabinet geeft hoge prioriteit
aan het voorkomen en opsporen van fraude.
Fraude beperkt zich niet tot één domein, zodat integraal overheidsoptreden noodzakelijk
is.
Ter voorkoming en bestrijding van onrechtmatig gebruik van overheidsgelden en overheidsvoorzieningen
op het terrein van de sociale zekerheid en de inkomensafhankelijke regelingen, van
belasting- en premiefraude en het niet naleven van de arbeidswetten, wordt sinds 2003
in interventieteamprojecten samengewerkt door de Inspectie SZW, de onderdelen Belastingen
en Toeslagen van de Belastingdienst, het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen,
de Sociale verzekeringsbank, de gemeenten, het Openbaar Ministerie en de politie.
Ten behoeve van deze samenwerking zijn deze partijen, met uitzondering van de politie,
op 8 oktober 2003 de Samenwerkingsovereenkomst voor interventieteams aangegaan (hierna:
het convenant). Ook de politie is hier in 2007 tot toegetreden. Op grond van het convenant
is een Landelijke Stuurgroep Interventieteams (hierna: LSI) in het leven geroepen.
De leden van de LSI, met uitzondering van het Openbaar Ministerie en de politie, zijn
thans genoemd in het op 1 januari 2014 in werking getreden artikel 64 van de Wet structuur
uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (hierna: Wet SUWI). Deze bestuursorganen en
personen kunnen sinds 12 september 2014 binnen een samenwerkingsverband gebruik maken
van het systeem risico indicatie (SyRI), bedoeld in artikel 65 van de Wet SUWI, voor
de verwerking van gegevens ten behoeve van deze samenwerking.
Bij de uitvoering van interventieteamprojecten hebben de convenantpartners geconstateerd
dat sprake is van fraude binnen het domein van de Immigratie- en Naturalisatiedienst
van het Ministerie van Veiligheid & Justitie (hierna: de IND). Een voorbeeld hiervan
is een fraudevorm die werd aangetroffen bij de uitvoering van het project Aanpak malafide
uitzendbureaus: malafide uitzendbureaus werken samen met werkgevers om een verblijfsrecht
te creëren voor vreemdelingen, teneinde misbruik mogelijk te maken van de daaruit
voortvloeiende rechten binnen het sociale domein, in het bijzonder het opbouwen van
rechten op uitkeringen en voorzieningen. Daar waar vreemdelingen of (erkende) referenten
direct of indirect betrokken zijn bij controles van de interventieteams, is de IND
daarom een logische partner in de samenwerking.
Om dergelijk misbruik slagvaardiger te kunnen voorkomen en bestrijden, zijn de leden
van de LSI en de Staatssecretaris van Veiligheid & Justitie bij de herziening van
het convenant in 2016 overeengekomen dat de IND structureel met de genoemde partijen
zal samenwerken en zal toetreden tot het convenant. Dit biedt de overige convenantpartners
een breder zicht op fraude in het algemeen en kennis over migratiefraude in het bijzonder.
Op grond van artikel 64, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wet SUWI kunnen, in
overeenstemming met de Minister van Financiën, door de Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid andere bestuursorganen en personen, voor zover zij met een publiekrechtelijke
taak zijn belast, worden aangewezen. Zodoende wordt het aantal partijen dat in dit
kader samenwerkt uitgebreid en wordt de samenwerking versterkt.
Bij deze ministeriële regeling is de Minister van Veiligheid & Justitie, zijnde het
bestuursorgaan waaronder de IND ressorteert, als zodanig aangewezen in artikel 5.21a
van de Regeling SUWI. Met deze wijziging kunnen ook in een samenwerkingsverband waarvan
de IND deel uitmaakt gegevens worden verwerkt voor het in artikel 64, eerste lid van
de Wet SUWI genoemde doel, mits dat noodzakelijk is voor de taakuitoefening van dat
samenwerkingsverband. Dit draagt bij aan het draagvlak in de sociale zekerheid en
een adequate fraudebestrijding.
Op 17 maart 2017 is het herziene convenant ondertekend, mede door de IND. Daarmee
is de IND toegetreden tot de LSI. Het herziene convenant treedt in werking op de dag
na datum waarop de tekst in het Staatscourant is gepubliceerd. Het convenant uit 2003
wordt per dezelfde datum ingetrokken.
Deze regeling heeft geen gevolgen voor de regeldruk van burgers, bedrijven, overheid
en milieu.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
L.F. Asscher