Verkeersmaatregel Scharnerweg

Logo Maastricht

Ruimte / Mobiliteit / 2017-08148

 

Gemeente Maastricht

Overwegingen ten aanzien van het besluit

Overwegende, dat door de ondertunneling van de A2 de aansluiting van de Scharnerweg op het Oranjeplein is gereconstrueerd;

dat ter hoogte van De Groene Loper een rotonde is aangelegd;

dat er verkeersmaatregelen worden genomen om de aansluiting van de Scharnerweg op de rotonde aan te passen;

dat deze maatregelen worden genomen om de veiligheid op de weg te verzekeren en de weggebruikers en passagiers te beschermen;

dat plaatsing van de in dit besluit genoemde verkeerstekens geschiedt zoals weergegeven op bijgevoegde tekening;

dat betreffende straat in beheer en onderhoud is bij de gemeente Maastricht;

dat te nemen verkeersmaatregelen besproken zijn met de Districtchef van politiedistrict Maastricht;

gelet op het bepaalde in de artikelen 15 en 18 van de Wegenverkeerswet 1994 en artikel 12 van het “Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer” en paragraaf 4 van de Uitvoeringsvoorschriften BABW inzake verkeerstekens;

BESLUIT

 

  • 1.

    in te trekken het bepaalde ten aanzien van de Scharnerweg in hun besluit van 11 maart 2013, Ruimte / Mobiliteit en Milieu / 2013-10640;

    Hoofdrijbaan

  • 2.

    door het plaatsen van de borden D1 en B6 van Bijlage I van het RVV 1990 en haaientanden het plein gelegen in de Scharnerweg ter hoogte van De Groene Loper aan te wijzen als rotonde en deze aan te wijzen als voorrangsweg met dien verstande dat het verkeer op de rotonde voorrang heeft;

  • 3.

    door het verwijderen van bord D4 van Bijlage I van het RVV 1990 de verplichte rijrichting op te heffen ter hoogte van het kruispunt Scharnerweg/Koningsplein;

  • 4.

    door het plaatsen van de borden G11 van Bijlage I van het RVV 1990 aan te wijzen als verplichte fietspaden de vrijliggende paden aan beide zijden van de Scharnerweg ten westen van de rotonde Scharnerweg/De Groene Loper;

  • 5.

    door het plaatsen van de borden L3 van Bijlage I van het RVV 1990, aan de westzijde van de rotonde Scharnerweg/De Groene Loper bushaltes te realiseren aan beide zijden van de weg;

  • 6.

    door het aanbrengen van zebramarkering aan te wijzen als voetgangersoversteekplaatsen, als bedoeld in artikel 49 van het RVV 1990:

    - de oostelijke en westelijke oversteekplaatsen van de rotonde Scharnerweg/De Groene Loper;

    - de oversteekplaats ter hoogte van het Koningsplein en Oranjeplein;

  • 7.

    door het in stand houden van het bord C15 van Bijlage I van het RVV 1990 de tunnel bij de aansluiting met de Akerstraat, gesloten te verklaren voor fietsen, bromfietsen en gehandicaptenvoertuigen;

  • 8.

    door het in stand houden van bord C19 van Bijlage I van het RVV 1990 de tunnel bij de aansluiting met de Akerstraat, gesloten te verklaren voor alle voertuigen die, met inbegrip van de lading, hoger zijn dan 3,50 meter;

  • 9.

    door het in stand houden van de borden D1 en B6 van Bijlage I van het RVV 1990 en haaientanden aan te wijzen als rotonde met dien verstande dat het verkeer op de rotonde voorrang heeft:

    - het plein gelegen in de Scharnerweg ter hoogte van de koning Clovisstraat;

    - het plein gelegen in de Scharnerweg ter hoogte van de Bergerstraat/Wethouder van Caldenborhlaan;

  • 10.

    door het in stand houden van de borden D2 van Bijlage I van het RVV 1990 op de middengeleiders van de Scharnerweg de bestuurders te gebieden de middengeleider te passeren aan de zijde die de pijl aangeeft;

  • 11

    door het in stand houden van bord E7 van Bijlage I van het RVV 1990 aan te wijzen als gelegenheid voor het onmiddellijk laden en lossen van goederen, de strook gelegen ter hoogte van Scharnerweg 28;

  • 12

    door het in stand houden van de borden G12a van Bijlage I van het RVV 1990 aan te wijzen als verplicht fiets-/bromfietspad het vrijliggende pad aan de noordzijde van de weg tussen de Hunnenweg en De Groene Loper;

  • 13

    door het in stand houden van de borden L3 van Bijlage I van het RVV 1990 de haltes op de Scharnerweg, ten oosten van de Paltsstraat, aan te wijzen als bushaltes;

  • 14

    door het in stand houden van het woord “LIJNBUS” op het wegdek de strook gelegen op de Scharnerweg vanaf 60 meter ten oosten van de aansluiting met de Eburonenweg tot aan de aansluiting met het Koningsplein aan te wijzen als busbaan als bedoeld in artikel 81 van het RVV 1990, op grond waarvan deze alleen door bestuurders van een lijnbus of tram mag worden gebruikt;

  • 15

    door het in stand houden van een onderbroken streep en het fietsvignet op het wegdek de stroken aan beide zijden van de Scharnerweg, voor het gedeelte gelegen tussen de Hunnenweg en de Bergerstraat, aan te wijzen als fietsstroken als bedoeld in artikel 1 van het RVV 1990;

  • 16

    door het in stand houden van de doorgetrokken streep in de tunnel als bedoeld in artikel 76 lid 1 van het RVV 1990, met dien verstand dat bestuurders de streep niet links mogen overschrijden en zien niet links van de streep mogen bevinden;

  • 17

    door het in stand houden van de voetgangersoversteekplaatsen als bedoeld in artikel 49 van het RVV 1990:

    - ten westen van de aansluiting met de Paltstraat;

    - ten westen en ten oosten van de rotonde ter hoogte van de Koning Clovisstraat;

    - ter hoogte van het Aldengondaplantsoen;

    Noordelijke parallelweg

  • 18

    door het in stand houden van de borden C2, C3 en C4 van Bijlage I van het RVV 1990 de noordelijke parallelweg van de Scharnerweg aan te wijzen als eenrichtingsweg, gesloten voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee in de richting van het Koningsplein;

  • 19

    door het in stand houden van de borden E4 van Bijlage I van het RVV 1990 en onderborden het parkeren toe te staan aan de noordzijde van de weg op zon- en feestdagen;

    Zuidelijke parallelweg

  • 20

    door het in stand houden van de borden B3 en B6 van Bijlage I van het RVV aan te wijzen als voorrangskruising de aansluiting van de zuidelijke fietstunnel bij de aansluiting met de Akerstraat op de noordelijke parallelweg met dien verstande dat het verkeer uit de fietstunnel voorrang heeft;

  • 21

    door het in stand houden van de borden C2, C3 en C4 van Bijlage I van het RVV 1990 de zuidelijke parallelweg van de Scharnerweg aan te wijzen als eenrichtingsweg, gesloten voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee in de richting van de Heerderweg;

  • 22

    door het in stand houden van het bord C16 van Bijlage I van het RVV 1990 de zuidelijke fietstunnel bij de aansluiting met de Akerstraat gesloten te verklaren voor voetgangers;

  • 23

    door het in stand houden van de gele doorgetrokken streep als bedoeld in artikel 23 van het RVV 1990 het stilstaan te verbieden ter hoogte van de nummers 157 t/m 161 van de Scharnerweg.

Maastricht, 14 maart 2017

Namens het college van burgemeester en wethouders van Maastricht, Wethouder Duurzaamheid, Mobiliteit en Kenniseconomie, voor deze, Teammanager Mobiliteit,

E. Westbroek

Dit besluit is op de in de gemeente gebruikelijke wijze ter openbare kennis gebracht van 30 maart 2017 tot en met 11 mei 2017, waarvan mededeling is gedaan in de Staatscourant van 30 maart 2017.

Bezwaar en voorlopige voorziening

Op grond van het bepaalde in de artikelen 8:1 juncto artikel 7:1 juncto artikel 6:4 van de Awb kan, door degenen wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen een termijn van zes weken, ingaande op de dag na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt c.q. is verzonden of uitgereikt, bij ons college een bezwaarschrift worden ingediend.

U kunt het bezwaarschrift digitaal of schriftelijk indienen.

Als u het bezwaarschrift digitaal wilt indienen, kunt u dit doen via www.gemeentemaastricht.nl/bezwaar. U vindt hier een formulier waarmee u bezwaar kunt maken.

U kunt het bezwaarschrift ook per post indienen.

Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en moet ten minste bevatten:

. de naam en het adres van de indiener;

. de dagtekening;

. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht;

. de gronden van het bezwaar.

Wij verzoeken u in het bezwaarschrift ook uw telefoonnummer en (zo mogelijk) uw

e-mailadres te vermelden.

Het bezwaarschrift moet worden gericht aan het college van Burgemeester en wethouders van Maastricht, Postbus 1992, 6201 BZ Maastricht.

Het indienen van bezwaar heeft geen schorsende werking. Om de inwerkingtreding van het besluit en de gevolgen daarvan op te schorten kan om een voorlopige voorziening worden verzocht. Het verzoek om een voorlopige voorziening moet worden gericht aan de voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg, bestuursrecht, postbus 950 te 6040 AZ te Roermond.

Van de verzoeker van een voorlopige voorziening wordt een griffierecht geheven. U wordt door de griffie van de rechtbank geïnformeerd over de hoogte van het griffierecht en de wijze van betaling.

U kunt ook digitaal een voorlopige voorziening indienen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden.

 

Bijlage

Naar boven