Besluit van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van 7 maart 2017, nr. IENM/BSK-2017/19692, houdende toekenning van de bevoegdheid genoemd in artikel 20, vierde lid, Wet personenvervoer 2000 aan gedeputeerde staten van de provincie Groningen

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

Handelende in overeenstemming met gedeputeerde staten van de provincie Groningen;

Gelet op artikel 20, vierde lid, Wet personenvervoer 2000;

BESLUIT:

Artikel 1

Gedeputeerde staten van de provincie Groningen zijn bevoegd tot het verlenen, wijzigen of intrekken van concessies voor regionaal openbaar vervoer per trein voor de volgende vervoersdiensten, die de daarbij aangegeven stations verbinden:

Vervoersdienst

Stations

Groningen – Eemshaven

Groningen, Groningen Noord, Sauwerd, Winsum, Baflo, Warffum, Usquert, Uithuizen, Uithuizermeedum, Roodeschool, Eemshaven.

Groningen – Delfzijl

Groningen, Groningen Noord, Sauwerd, Bedum, Stedum, Loppersum, Appingedam, Delfzijl West, Delfzijl.

Groningen – Bad Nieuweschans

Groningen, Groningen Europapark, Kropswolde, Martenshoek, Hoogezand-Sappemeer, Sappemeer Oost, Zuidbroek, Scheemda, Winschoten, Bad Nieuweschans.

Groningen – Veendam

Groningen, Groningen Europapark, Kropswolde, Martenshoek, Hoogezand-Sappemeer, Sappemeer Oost, Zuidbroek, Veendam.

Het deel van de vervoersdienst Leeuwarden – Groningen Europapark dat wordt verricht in de provincie Groningen

Grijpskerk, Zuidhorn, Hoogkerk,

Groningen, Groningen Europapark.

Artikel 2

Het Besluit tot aanwijzing vervoersdiensten waarvoor het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen bevoegd is tot het verlenen, wijzigen of intrekken van concessies voor regionaal openbaar vervoer per trein (Stcrt. 2005, 52), vervalt.

Artikel 3

Het Besluit tot aanwijzing vervoersdiensten waarvoor het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân en het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen bevoegd is tot het verlenen, wijzigen of intrekken van concessies voor regionaal openbaar vervoer per trein (Stcr. 2005, 92), vervalt.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, S.A.M. Dijksma

Bezwaar

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan een belanghebbende tegen dit besluit binnen zes weken na de dag, waarop dit bekend is gemaakt, een bezwaarschrift indienen. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, ter attentie van de Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken, sector Algemeen Bestuurlijk-Juridische Zaken, Postbus 20901, 2500 EX Den Haag.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

  • a. de naam en het adres van de indiener;

  • b. de dagtekening;

  • c. vermelding van de datum en het nummer of het kenmerk van het besluit waartegen het bezwaarschrift zich richt; en

  • d. een opgave van de redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen.

TOELICHTING

Op grond van artikel 20, vierde lid, van de Wet personenvervoer 2000, is het mogelijk om gedeputeerde staten van de provincie Groningen de bevoegdheid toe te kennen om concessies voor regionaal openbaar vervoer per trein te verlenen, te wijzigen of in te trekken.

Van deze mogelijkheid is voor het laatst gebruik gemaakt in 2005 (Besluit tot aanwijzing vervoersdiensten waarvoor het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen bevoegd is tot het verlenen, wijzigen of intrekken van concessies voor regionaal openbaar vervoer per trein (Stcr. 2005, 52)). Met het onderhavige besluit wordt het besluit uit 2005 geactualiseerd en in lijn gebracht met een vergelijkbaar besluit gericht tot gedeputeerde staten van de provincie Fryslân. Ook komt het oude besluit te vervallen.

In vergelijking met het besluit van 2005 zijn de volgende wijzigingen doorgevoerd.

  • 1. Het deel van de vervoersdienst Leeuwarden – Groningen Europapark dat ligt in de provincie Groningen is naar dit besluit verplaatst. Deze vervoersdienst was eerder aangewezen in een apart besluit (Besluit tot aanwijzing vervoersdiensten waarvoor het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân en het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen bevoegd is tot het verlenen, wijzigen of intrekken van concessies voor regionaal openbaar vervoer per trein (Stcrt. 2005, 92)). Verder zijn de stations Hoogkerk en Groningen Europapark toegevoegd, is station Buitenpost uit het besluit gehaald (ligt in de provincie Fryslân) en is de naam van de vervoersdienst aangepast.

  • 2. De vervoersdienst Groningen – Veendam is aan het besluit toegevoegd. De reden voor deze actualisatie is de reactivering van het baanvak Zuidbroek – Veendam. Dit laatste stuk van deze treindienst was in 2005 nog niet beschikbaar voor het verrichten van treinvervoer.

  • 3. Aan de vervoersdienst Groningen – Roodeschool zijn de stations Sauwerd en Eemshaven toegevoegd en is de naam van deze vervoersdienst aangepast.

  • 4. Aan de vervoersdienst Groningen – Nieuweschans is het station Groningen Europapark toegevoegd en is de naam van Nieuweschans veranderd in Bad Nieuweschans.

De onderhavige toekenning van een bevoegdheid kan bij algemene maatregel van bestuur of ministerieel besluit. Voorwaarde voor toekenning bij ministerieel besluit is dat de toekenning van de bevoegdheid geschiedt in overeenstemming met gedeputeerde staten van de provincie Groningen. Bij brief heeft gedeputeerde staten van de provincie Groningen aangegeven in te stemmen met de toekenning van deze bevoegdheid.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, S.A.M. Dijksma

Naar boven