De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Gelet op artikel 2.1, vijfde lid, van het Besluit zorgverzekering;
Besluit:
TOELICHTING
Met deze wijziging van de Regeling zorgverzekering is per 1 april 2016 een geneesmiddel
voorwaardelijk toegelaten tot het basispakket van de Zorgverzekeringswet. Het betreft
Fampyra voor de behandeling van volwassen patiënten met multiple sclerose (MS) met
een beperkt loopvermogen. Onder beperkt loopvermogen wordt verstaan een score van
4 tot en met 7 op de Expanded Disability Status Scale (EDSS).
In de brief van 10 juni 2014 aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal is dit geneesmiddel
genoemd als een potentiële kandidaat voor voorwaardelijke toelating (Kamerstukken
II 2013/14, 32 620, nr. 122). Inmiddels voldoet zij aan alle eisen om voorwaardelijk te worden toegelaten zoals
uiteengezet in de brief van 19 september 2014 aan de Tweede Kamer (Kamerstukken II
2013/14, 32 620, nr. 134). De begeleidende onderzoeken naar de effectiviteit en veiligheid van dit geneesmiddel
zijn verder uitgewerkt en betrokkenen hebben in het convenant de benodigde afspraken
vastgelegd. De bij Fampyra betrokken partijen zijn Biogen Netherlands B.V., Zuyderland
Atrium-Orbis Medisch Centrum, Amphia Ziekenhuis, Jeroen Bosch Ziekenhuis, VU medisch
centrum, Rijnstate ziekenhuis, Catharina Ziekenhuis, Universitair Medisch Centrum
Groningen, Medisch Centrum Leeuwarden, St. Antoniusziekenhuis, Maasstad Ziekenhuis,
MS Vereniging Nederland, Nationaal MS Fonds en de Nederlandse Vereniging voor Neurologie.
Het Zorginstituut Nederland (‘Zorginstituut’) heeft positief geadviseerd over de voorwaardelijke
toelating voor de duur van 2 jaar voor de behandeling met Fampyra. Het Zorginstituut
schat in dat de in het convenant gemaakte afspraken afdoende zijn en voldoende garanties
bieden om een voorwaardelijke toelating zorgvuldig en succesvol te laten verlopen.
Het gaat ervan uit dat het met de voorwaardelijke toelating van de onderhavige behandeling
mogelijk wordt om binnen genoemde termijnen duidelijke conclusies over de (kosten)effectiviteit
van de interventie te kunnen trekken, en dat patiënten tijdig en op verantwoorde wijze
toegang hebben tot veelbelovende zorg.
Het geneesmiddel Fampyra wordt voorwaardelijk toegelaten voor een periode van 2 jaar.
Dit past binnen het uitgangspunt dat in principe de maximale termijn voor voorwaardelijke
toelating 4 jaar is.
Met de voorwaardelijke toelating van Fampyra is een bedrag gemoeid van maximaal € 4,6
miljoen voor de totale periode van 2 jaar. Dit bedrag is gebaseerd op de door de partijen
aangeleverde p*q ramingen, zoals opgenomen in het convenant dat partijen met elkaar
hebben gesloten. Indien deze raming tijdens de periode van de voorwaardelijke toelating
wordt overschreden of dreigt te worden overschreden, kan dit leiden tot beëindiging
van de betreffende voorwaardelijke toelating voor de afloop van de periode van 2 jaar.
De inwerkingtreding van deze regeling op 1 april 2016 houdt verband met de keuze,
verwoord in bovengenoemde brief van 10 juni 2014, om interventies maximaal vier maal
per jaar voorwaardelijk toe te laten tot het basispakket van de Zorgverzekeringswet.
Om duidelijkheid te scheppen naar alle betrokken partijen is gekozen voor vaste momenten
in het jaar, te weten 1 januari, 1 april, 1 juli en 1 oktober.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E.I. Schippers