Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Hengelo | Staatscourant 2016, 71767 | Instelling gemeenschappelijke regelingen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Hengelo | Staatscourant 2016, 71767 | Instelling gemeenschappelijke regelingen |
De colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Almelo, Borne, Enschede, Haaksbergen, Hengelo, Losser en Oldenzaal;
het huidige samenwerkingsverband GBT (gemeente Almelo, Borne, Enschede, Haaksbergen, Hengelo, Losser en Oldenzaal), bij de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en gemeentelijke belastingen, alsmede bij de uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken vorm is gegeven op basis van de Wet gemeenschappelijke regelingen;
de gemeenschappelijke regeling Gemeentelijk Belastingkantoor Twente te wijzigen, zodanig dat de regeling als volgt komt te luiden:
In deze gemeenschappelijke regeling wordt verstaan onder:
dienstverleningsovereenkomst: een overeenkomst tussen deelnemer (opdrachtgever) en het GBT (opdrachtnemer) waarin de afspraken over de dienst en het dienstverleningsniveau zijn vastgelegd. Hierin wordt onder andere beschreven: de diensten, het kwaliteitsniveau, de soorten heffingen (indien van toepassing), de tarieven en de termijnen
fiscale uitvoeringsovereenkomst: een overeenkomst tussen een derde (opdrachtgever) en het GBT (opdrachtnemer), waarin de afspraken over de dienst en het dienstverleningsniveau zijn vastgelegd. Hierin wordt onder andere beschreven: de diensten, het kwaliteitsniveau, de soorten heffingen (indien van toepassing), de tarieven en de termijnen
Hoofdstuk 3 Doelstelling, belangen, taken en bevoegdheden
Artikel 4 Doelstelling, te behartigen belangen en taken
De regeling heeft tot doel, met inachtneming van hetgeen in deze regeling is bepaald, om die gemeenschappelijke belangen van de deelnemende gemeenten te behartigen, welke verband houden met een efficiënte en effectieve uitvoering van de onder artikel 4, tweede, derde en vierde lid, genoemde uitvoeringstaken.
* In onderhavig geval omvat het begrip derden niet slechts de derden waarvoor het GBT werkzaamheden verricht maar alle derden, zoals bijvoorbeeld de Belastingdienst.
Artikel 6 Omvang en samenstelling algemeen bestuur
Aan het hoofd van het GBT staat een algemeen bestuur, waarvan door elk van de colleges van de deelnemers één lid wordt aangewezen. Indien het door de deelnemende gemeente aangewezen bestuurslid optreedt als voorzitter, dan kan deze deelnemende gemeente een tweede algemeen bestuurslid aanwijzen, met inachtneming van het bepaalde in lid 4.
Het lidmaatschap van het algemeen bestuur eindigt op de dag waarop de zittingsperiode van de gemeenteraden afloopt. De aftredende leden blijven hun functie waarnemen tot het tijdstip waarop de raden der deelnemers de nieuwe wethouders hebben benoemd en de colleges de nieuwe leden vervolgens hebben aangewezen.
De stemverhouding van de gezamenlijke bestuursleden per deelnemer is verdeeld naar rato van het aantal inwoners van de deelnemers, met dien verstande dat iedere deelnemer met meer dan 100.000 inwoners 6 stemmen, iedere deelnemer met meer dan 50.000 inwoners 4 stemmen, en iedere deelnemer met minder dan 50.000 inwoners 2 stemmen heeft.
De stemverhouding wordt jaarlijks vastgesteld op basis van de actuele inwoneraantallen op 1 januari van het betreffende kalenderjaar.
Het algemeen bestuur streeft naar unanieme besluitvorming. Bij een afwijkend standpunt van meer dan één gemeente wordt de besluitvorming doorgeschoven naar de eerstvolgende bestuursvergadering. Staken de stemmen in de eerstvolgende algemeen bestuursvergadering, dan wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.
Artikel 7 Vergaderingen van algemeen bestuur
Het algemeen bestuur vergadert jaarlijks ten minste tweemaal en voorts zo dikwijls als de voorzitter of een lid van het bestuur hier schriftelijk onder opgaaf van redenen om vragen. De artikelen 16, 17, 19, 20, 22, 26 en 28 t/m 33 van de Gemeentewet zijn, voor zover daarvan niet is afgeweken, van overeenkomstige toepassing op de vergaderingen van het algemeen bestuur, met dien verstande dat de openbare kennisgeving op verzoek van de voorzitter door de deelnemers op de aldaar gebruikelijke wijze geschiedt.
De voorzitter draagt er tevens zorg voor – bijzondere omstandigheden uitgezonderd – dat het tijdstip van de vergadering op de website van het GBT (www.gbtwente.nl) bekend wordt gemaakt.
Het algemeen bestuur stelt voor zijn vergaderingen een reglement van orde vast. Dit reglement wordt ter kennis gebracht van de deelnemers.
Artikel 9a Informatie- en verantwoordingsplicht tussen lid bestuur en gemeenteraad
Artikel 12 Specifieke taken van het dagelijks bestuur
Het dagelijks bestuur is in ieder geval belast met:
Artikel 13 Bevoegdheden van het dagelijks bestuur
Het dagelijks bestuur is in ieder geval bevoegd tot:
uitoefening van de bevoegdheden en verplichtingen die bij of krachtens de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Invorderingswet 1990, de Kostenwet invordering rijksbelastingen, de Gemeentewet, de Wet milieubeheer en de Wet waardering onroerende zaken zijn toegekend aan de Minister van Financiën, het bestuur van ’s Rijksbelastingdienst en de directeur, respectievelijk het college van burgemeester en wethouders of het dagelijks bestuur van de deelnemers;
Hoofdstuk 8 De heffingsambtenaar, de invorderingsambtenaar, de ambtenaar van het GBT en de belastingdeurwaarder
Het GBT heeft een of meer heffingsambtenaren, invorderingsambtenaren, ambtenaren van het GBT en belastingdeurwaarders.
Artikel 19 Bevoegdheden heffingsambtenaar
De heffingsambtenaar heeft de bevoegdheden en verplichtingen die bij of krachtens de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Invorderingswet 1990, de Kostenwet invordering rijksbelastingen, de Gemeentewet, de Wet milieubeheer en de Wet waardering onroerende zaken zijn toegekend aan de inspecteur, respectievelijk ambtenaar belast met de heffing van de deelnemers.
Artikel 20 Bevoegdheden invorderingsambtenaar
De invorderingsambtenaar heeft de bevoegdheden en verplichtingen die bij of krachtens de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Invorderingswet 1990, de Kostenwet invordering rijksbelastingen, de Gemeentewet, de Waterschapswet, Wet verontreiniging oppervlaktewateren en de Wet milieubeheer zijn toegekend aan de ontvanger, respectievelijk ambtenaar belast met de invordering van de deelnemers.
Bij de uitoefening van de bevoegdheden als bedoeld in de leden 1 en 2 neemt de invorderingsambtenaar de kwijtscheldingsregels van de desbetreffende deelnemer en de nadere regels van het dagelijks bestuur in acht, alsmede houdt hij rekening met de beleidsregels van het dagelijks bestuur ter zake van de uitoefening van zijn bevoegdheid.
Artikel 21 Bevoegdheden ambtenaar van het GBT
De ambtenaar van het GBT oefent de bevoegdheden en verplichtingen uit die bij of krachtens de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Invorderingswet 1990, de Kostenwet invordering rijksbelastingen, de Gemeentewet, de Wet milieubeheer en de Wet waardering onroerende zaken zijn toegekend aan de ambtenaren van de Rijksbelastingdienst, respectievelijk ambtenaar belast met de heffing of invordering van de deelnemers als bedoeld in artikel 231, lid 2, sub d van de Gemeentewet.
Hoofdstuk 10 Begroting, rekening administratie en controle
Artikel 24 Vaststelling begroting
Artikel 27 Definitieve bijdrage
1. In de jaarrekening wordt de door elk van de deelnemers over het betreffende dienstjaar werkelijk verschuldigde bijdrage opgenomen.
Verrekening definitieve bijdrage
2. Verrekening van het verschil tussen het op grond van artikel 25 lid 1 bepaalde bedrag en de werkelijk verschuldigde bijdrage vindt plaats terstond na de in artikel 26, lid 6 bedoelde mededeling.
Artikel 28 Regels met betrekking tot administratie
De regels, bedoeld in het eerste lid, voorzien onder meer in de aanwijzing van een registeraccountant als bedoeld in artikel 2:393 van het Burgerlijk Wetboek belast met het onderzoek van de jaarrekening alsmede het ter zake uitbrengen van een verslag, dat behalve de verklaring bij de rekening bevindingen bevat over de vraag of de administratie en het beheer voldoen aan de eisen van rechtmatigheid en doelmatigheid.
Hoofdstuk 11 Toetreding en uittreding
Het college van een gemeente respectievelijk het dagelijks bestuur van een gemeenschappelijke regeling treedt toe tot de regeling, indien tenminste twee derde meerderheid van de colleges van de deelnemers aan de gemeenschappelijke regeling, na verkregen toestemming van hun gemeenteraden, hebben ingestemd met de verzochte toetreding.
Het college van een nieuw toetredende gemeente of het dagelijks bestuur van een gemeenschappelijke regeling doet na instemming van de deelnemers zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen een maand na toetredingsdatum, de nodige benoemingen overeenkomstig het bepaalde in artikel 6 van deze regeling.
Na ontvangst van het in lid 5 vermelde schrijven wordt een in overleg met de uittredende deelnemer aan te wijzen onafhankelijke registeraccountant opdracht verleend een liquidatieplan op te stellen als ware tot opheffing van de gemeenschappelijk regeling besloten. Het liquidatieplan voorziet in de regeling van de personele gevolgen. Het liquidatieplan wordt vastgesteld door het algemeen bestuur en de daarin voor de uittredende deelnemer omschreven financiële verplichtingen zijn bindend.
Hoofdstuk 12 Wijziging en opheffing
Artikel 32 Wijziging van de regeling
Een wijziging van de regeling is tot stand gekomen wanneer de colleges van alle deelnemers zich op de wijze als vermeld in lid 3 daarvoor hebben verklaard voor zover de wijziging (mede) een uitbreiding van de overgedragen bevoegdheden betreft zoals genoemd in artikel 10 lid 2, tweede volzin van de wet. Een wijziging van de regeling waarbij geen van de aanpassingen betrekking heeft op artikel 10 lid 2 van de wet komt tot stand wanneer een twee derde meerderheid van de colleges van de deelnemers zich op de wijze als vermeld in lid 3 daarvoor hebben verklaard.
Hoofdstuk 13 Klachten en geschillen
Mocht een voor partijen bevredigende oplossing niet binnen drie maanden na aanvang van het in het tweede lid bedoelde overleg zijn gevonden, dan wordt voorafgaande aan het nemen van een besluit omtrent het geschil, het geschil ter advisering voorgelegd aan een door het algemeen bestuur samengestelde geschillencommissie. Nadat advies is uitgebracht neemt het algemeen bestuur zo spoedig mogelijk een besluit.
Artikel 36 Bekendmaking, inwerkingtreding en inzending regeling
De regeling treedt in werking met ingang van de eerste dag volgende op die waarop de colleges van de gemeenten Almelo, Borne, Enschede, Haaksbergen, Hengelo, Losser, Oldenzaal en Twenterand hun besluit tot het aangaan dan wel tot wijzigen van de regeling hebben bekend gemaakt doch niet eerder dan 1 januari 2017.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2016-71767.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.