Bekendmaking wijzigingsplan Leidsche Rijn Centrum Noord, 1e wijziging

Logo Utrecht

Burgemeester en wethouders van Utrecht maken ter voldoening aan het bepaalde in artikel 3.9a van de Wet ruimtelijke ordening bekend dat met ingang van 29 december 2016 gedurende zes weken ter inzage ligt het op 13 december 2016 door het college ongewijzigd vastgestelde wijzigingsplan Leidsche Rijn Centrum Noord, 1e wijziging, dat is vastgelegd in het digitale bestand NL.IMRO.0344.WPLEIDRIJNCN1WIJZI-VA01gml en het daarbij behorende vaststellingsbesluit.

 

Plangebied en doelstelling

De grens van het plangebied wordt globaal gevormd door het spoor met het station Utrecht Leidsche Rijn aan de zuidzijde, het talud van het spoor aan de westzijde, het gebouw B@ducated en het Reijkjavikplein aan de noord- en oostzijde.

Op deze kavel wordt een woongebouw ontwikkeld met diverse functies. Het wijzigingsplan past in de regels daarvoor van het bestemmingsplan Leidsche Rijn Centrum Noord.

 

Inzien

Het wijzigingsplan ligt ter inzage van donderdag 29 december 2016  gedurende zes weken, dus tot en met woensdag 8 februari 2017 in het Stadskantoor, Stadsplateau 1, 5e verdieping, 3521 AZ  Utrecht.

Het wijzigingsplan is digitaal raadpleegbaar:

- via de landelijke website ruimtelijkeplannen.nl; (deze versie is authentiek en rechtsgeldig boven alle andere versies)

- via de gemeentelijke website utrecht.nl/bestemmingsplannen waar men kan doorklikken naar het desbetreffende plan.

 

Beroep

Gedurende de bovengenoemde termijn van terinzagelegging kan tegen het besluit tot vaststelling beroep worden ingesteld door een belanghebbende aan wie redelijkerwijs niet kan worden verweten dat hij geen zienswijzen tegen het wijzigingsplan heeft ingediend.

Het beroep kan worden ingesteld bij:

 

De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State

Postbus 20019

2500 EA Den Haag

 

Voor het instellen van beroep zijn griffierechten verschuldigd. Het is niet mogelijk om per e-mail beroep in te stellen.

 

Verzoek voorlopige voorziening

Het enkel indienen van een beroepschrift schort de werking van het besluit niet op. Als een spoedeisend belang aanwezig is, kan door de indiener van een beroepschrift een afzonderlijk verzoek om een voorlopige voorziening (schorsingsverzoek) indienen bij de Voorzitter van de voornoemde Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Als dat verzoek binnen de termijn van terinzagelegging wordt gedaan, treedt het besluit niet in werking zolang de Voorzitter niet over het verzoek heeft beslist.

Ook voor een verzoek om een voorlopige voorziening  zijn griffierechten verschuldigd.

 

Crisis- en herstelwet

Op dit besluit is de Crisis- en herstelwet van toepassing. Dit betekent dat de belanghebbende

in het beroepschrift moet aangeven welke beroepsgronden hij aanvoert tegen het besluit. Na

afloop van de termijn van zes weken kunnen geen nieuwe beroepsgronden meer worden

aangevoerd.

 

Naar boven