Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties | Staatscourant 2016, 69480 | Circulaires |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties | Staatscourant 2016, 69480 | Circulaires |
Onderwerp: Per 1 januari 2017 geïndexeerde bedragen voor politieke ambtsdragers van provincies.
Doelstelling: Informatie over beleid.
Juridische grondslag: Rechtspositiebesluit commissarissen van de Koning, Rechtspositiebesluit gedeputeerden en Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden.
Relaties met andere circulaires: 24 november 2015, nr. 2015-0000654638.
Ingangsdatum: 1 januari 2017
Door middel van deze circulaire wordt u, zoals elk jaar gebruikelijk, geïnformeerd over de wijzigingen van de bedragen van de (onkosten)vergoedingen voor de commissarissen van de Koning, de leden van provinciale staten, de leden van gedeputeerde staten en de commissieleden.
Op grond van artikel 3, zesde lid, van het Rechtspositiebesluit commissarissen
van de Koning wijzigt de bezoldiging van de commissaris van de Koning overeenkomstig de wijziging van de bezoldiging van het personeel in de sector Rijk.
De op dit moment geldende arbeidsvoorwaardenovereenkomst voor het rijkspersoneel is overeengekomen voor de periode 1 september 2015 tot 31 december 2016. Deze arbeidsvoorwaardenovereenkomst voor het rijkspersoneel geldt nog steeds. Als een volgende overeenkomst wordt vastgesteld, informeer ik u over de gevolgen daarvan voor de bezoldiging van commissarissen van de Koning.
U bent over de bezoldiging van commissarissen van de Koning voor het laatst geïnformeerd bij circulaire van 1 oktober 2015, nr. 2015-0000427709. U kunt vooralsnog uitgaan van de bezoldiging voor commissarissen van de Koning zoals beschreven in die circulaire.
Voor de volledigheid vermeld ik dat het bezoldigingsbedrag voor de commissaris van de Koning genoemd in artikel 3, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit commissarissen van de Koning per 1 januari 2016 € 11.270,20 per maand bedraagt.
De in artikel 3, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit commissarissen van de Koning genoemde ambtstoelage bedraagt € 635,29 en de vergoeding van overige ambtskosten € 485,73.
Dit zijn vaste bedragen waarop geen indexering wordt toegepast.
Op grond van artikel 4a van het Rechtspositiebesluit commissarissen van de Koning heeft de commissaris recht op een eindejaarsuitkering overeenkomstig de regels, die te dien aanzien voor het personeel in de sector Rijk zijn vastgesteld.
U bent over de eindejaarsuitkering van de commissarissen geïnformeerd bij circulaire van 19 juni 2007, nr. 2007-182147. Deze informatie is nog steeds van toepassing.
Voor uw informatie meld ik u dat de eindejaarsuitkering voor commissarissen van de Koning sinds 1 december 2009 is vastgesteld op 8,3%.
Op grond van artikel 3, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden wijzigt de bezoldiging van gedeputeerden overeenkomstig de wijziging van de bezoldiging van het personeel in de sector Rijk.
De op dit moment geldende arbeidsvoorwaardenovereenkomst voor het rijkspersoneel is overeengekomen voor de periode 1 september 2015 tot 31 december 2016. Deze arbeidsvoorwaardenovereenkomst voor het rijkspersoneel geldt nog steeds. Als een volgende overeenkomst wordt vastgesteld, informeer ik u over de gevolgen daarvan voor de bezoldiging van gedeputeerden.
Voor de volledigheid vermeld ik dat het bezoldigingsbedrag voor gedeputeerden genoemd in artikel 3, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden per 1 januari 2016 € 8.400,80 per maand bedraagt.
In artikel 21, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden is bepaald dat de onkostenvergoeding voor overige aan de uitoefening van het ambt verbonden kosten (genoemd in artikel 21, eerste lid, Rechtspositiebesluit gedeputeerden) voor een gedeputeerde per 1 januari van elk jaar wordt herzien aan de hand van de consumentenprijsindex geldend voor de maand september van het voorafgaande kalenderjaar.
De consumentenprijsindex voor 2016 is bepaald op 100,57. Voor 2015 was dit indexcijfer 100,5. Procentueel is dat een verhoging van 0,1. Dit betekent dat het bedrag van de onkostenvergoeding voor gedeputeerden per 1 januari 2017 wordt verhoogd met 0,1%.
Voor uw informatie meld ik u dat het CBS voor het bepalen van het indexcijfer het basisjaar heeft gewijzigd. Het basisjaar dat tot nu toe gehanteerd werd voor dit indexcijfer was 2006; dat is nu het jaar 2015 geworden.
Met ingang van 1 januari 2017 wordt het bedrag genoemd in artikel 21, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden gewijzigd in € 350,54 (was € 350,19).
Op grond van artikel 4, eerste lid, Rechtspositiebesluit gedeputeerden ontvangt de gedeputeerde een eindejaarsuitkering overeenkomstig de bepalingen welke daaromtrent voor het personeel in de sector Rijk zijn vastgesteld.
U bent over de eindejaarsuitkering van gedeputeerden geïnformeerd bij circulaire van 19 juni 2007, nr. 2007-182147. Deze informatie is nog steeds van toepassing.
Voor uw informatie meld ik u dat de eindejaarsuitkering voor gedeputeerden sinds 1 december 2009 is vastgesteld op 8,3%.
Op grond van artikel 7 van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden ontvangt een tijdelijk vervanger van de gedeputeerde die verlof heeft tijdens zwangerschap en bevalling of ziekte, voor zijn verzekering voor arbeidsongeschiktheid, ouderdom en overlijden een bedrag van € 590,– per maand.
Dit is een vast bedrag waarop geen indexering wordt toegepast.
In artikel 2, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden is bepaald dat het bedrag van de vergoeding voor de werkzaamheden van statenleden per 1 januari van elk jaar wordt herzien aan de hand van het indexcijfer CAO lonen overheid inclusief bijzondere beloningen geldend voor de maand september van het voorafgaande kalenderjaar.
Het indexcijfer CAO lonen overheid inclusief bijzondere beloningen voor 2016 is bepaald op 108,6. Voor 2015 was dit indexcijfer 103,5. Procentueel is dat een verhoging van 4,9%. Dit betekent dat het bedrag van de vergoeding voor de werkzaamheden van de statenleden per 1 januari 2017 wordt verhoogd met 4,9%.
Het bedrag genoemd in artikel 2, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden voor de vergoeding van de werkzaamheden van statenleden bedraagt per 1 januari 2017 € 1.163,75 per maand (was € 1.109,39).
In artikel 2, vierde lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden is bepaald dat de onkostenvergoeding voor aan de uitoefening van het statenlidmaatschap verbonden kosten genoemd in het derde lid van artikel 2, per 1 januari van elk jaar wordt herzien aan de hand van de consumentenprijsindex geldend voor de maand september van het voorafgaande kalenderjaar.
De consumentenprijsindex voor 2016 is bepaald op 100,57. Voor 2015 was dit indexcijfer 100,5. Procentueel is dat een verhoging van 0,1. Dit betekent dat het bedrag van de onkostenvergoeding voor statenleden per 1 januari 2017 wordt verhoogd met 0,1%.
Voor uw informatie meld ik u dat het CBS voor het bepalen van het indexcijfer het basisjaar heeft gewijzigd. Het basisjaar dat tot nu toe gehanteerd werd voor dit indexcijfer was 2006; dat is nu het jaar 2015 geworden.
Met ingang van 1 januari 2017 bedraagt de onkostenvergoeding genoemd in artikel 2, derde lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden voor de onkostenvergoeding voor aan de uitoefening van het statenlidmaatschap verbonden kosten € 167,65 per maand (was € 167,48).
In artikel 10, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden is bepaald dat een statenlid ten laste van de provincie een tegemoetkoming in de kosten van een ziektekostenverzekering ontvangt.
In artikel 10, tweede lid, van dat rechtspositiebesluit is bepaald dat het bedrag van deze tegemoetkoming wijzigt overeenkomstig de wijzigingen die de bezoldiging van het personeel in de sector Rijk ondergaat.
In de circulaire van 1 oktober 2015, nr. 2015-0000427709, zijn de gevolgen uiteengezet die de arbeidsvoorwaardenovereenkomst 2015-2016 voor het personeel in de sector Rijk heeft voor de tegemoetkoming in de kosten voor de ziektekostenverzekering voor de statenleden.
Per 1 januari 2016 geldt een bedrag van in € 102,54 per jaar.
Voor verdere informatie verwijs ik u naar genoemde circulaire van 1 oktober 2015.
In artikel 13 juncto artikel 2, tweede lid, van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden is het bedrag bepaald van de vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen van de commissie dat per 1 januari van elk jaar wordt herzien aan de hand van het indexcijfer CAO lonen overheid inclusief bijzondere beloningen geldend voor de maand september van het voorafgaande kalenderjaar.
Het indexcijfer CAO lonen overheid inclusief bijzondere beloningen voor 2016 is bepaald op 108,6. Voor 2015 was dit indexcijfer 103,5. Procentueel is dat een verhoging van 4,9%. Dit betekent voor de commissieleden dat het bedrag van de vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen per 1 januari 2017 wordt verhoogd met 4,9%.
Het bedrag genoemd in artikel 13 van het Rechtspositiebesluit staten- en commissieleden bedraagt met ingang van 1 januari 2017 in € 112,25 (was € 107,01).
Informatie die betrekking heeft op politieke ambtsdragers kunt u vinden op de volgende internetsite: www.politiekeambtsdragers.nl. Op deze site vindt u alle actuele wet- en regelgeving, circulaires en brochures over politieke ambtsdragers voor het Rijk, de provincie, de gemeente, de waterschappen en ook voor het Koninkrijk en de BES-eilanden voor zover deze afkomstig is van het ministerie van BZK. U vindt hier dus niet de modelverordeningen van de VNG of de gemeentelijke of provinciale verordeningen.
Voor eventuele nadere vragen kunt u ook contact opnemen met het ministerie van BZK via postbus.helpdeskpa@minbzk.nl.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2016-69480.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.