Tijdelijke regels subsidieverstrekking Aangepast Lezen, Koninklijke Bibliotheek

Het Algemeen Bestuurscollege van de Koninklijke Bibliotheek,

gelet op de artikelen 1.2, eerste lid aanhef en onder c en derde lid, 1.4 eerste tot en met vierde lid van het Subsidiereglement Koninklijke Bibliotheek 2015;

besluit:

vast te stellen de navolgende Tijdelijke subsidieregels Aangepast Lezen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regels wordt verstaan onder:

1. doelgroep:

personen als bedoeld in artikel 3 van het Marrakesh Verdrag, te weten personen die:

  • a. blind zijn;

  • b. een visuele beperking hebben of een zintuiglijke handicap of een leeshandicap die niet kan worden verbeterd tot de visuele functie die wezenlijk gelijk is aan die van personen die niet een dergelijke beperking of handicap hebben en die derhalve niet in staat zijn gedrukte werken te lezen in wezenlijk dezelfde mate als personen die niet een dergelijke beperking of handicap hebben;

  • c. anderszins, door een lichamelijk handicap, niet in staat zijn een boek vast te houden of te hanteren, te focussen of in die mate de ogen te bewegen die gewoonlijk acceptabel zou zijn om te lezen.

2. KB:

Koninklijke Bibliotheek

3. SCOB:

Stichting Certificering Openbare Bibliotheken

4. aangepaste leesvormen:

leesvormen genoemd in onderdeel 2 onder c van de Regeling toegankelijke lectuur voor leesgehandicapten, vastgesteld d.d. 1 augustus 2015.

Artikel 2 Subsidiabele activiteiten

  • 1. In het kader van de activiteit het verzorgen van een bibliotheekvoorziening van noodzakelijk omgezette werken voor personen met een handicap als bedoeld in artikel 1 onder c van het Subsidiereglement Koninklijke Bibliotheek 2015 subsidieert het Algemeen Bestuurscollege de volgende activiteiten:

    • a. de verzorging van de eerstelijnsvoorziening voor het publiek in de vorm van het klantencontact, de selectie van titels voor de collectie en de toegankelijkheid van deze collectie via een website en catalogi en de backoffice voor andere partijen. De backoffice-functie betreft in het bijzonder het voorlichten van en samenwerken met de openbare bibliotheken.

    • b. de productie van boeken, kranten en tijdschriften en in beperkte mate van andere media in aangepaste leesvormen en de rechtstreekse levering hiervan aan de klant, in opdracht van de eerstelijnsvoorziening;

    • c. de uitvoer van projecten voor de doorontwikkeling van Aangepast Lezen gericht op:

      • de integratie van Aangepast Lezen in de openbare bibliotheek, waarbij de resultaten toepasbaar moeten zijn op landelijk niveau binnen het netwerk van openbare bibliotheekvoorzieningen en op digitaal vlak moeten aansluiten op de nationale digitale bibliotheek zoals die wordt ontwikkeld door de KB;

      • de innovatie en verbetering van de dienstverlening aan de klant.

  • 2. De uitvoering van de activiteiten vindt plaats binnen het beleidsplan 2015–2018 van de KB ‘De kracht van het netwerk’ en de in artikel 3 genoemde doelstellingen.

Artikel 3 Doelstellingen

Met het verstrekken van subsidies voor het verzorgen van een bibliotheekvoorziening van noodzakelijk omgezette werken voor personen met een handicap als bedoeld in artikel 2 streeft de KB de volgende doelen na:

  • a. een stabiele dienstverlening aan de doelgroep waarbij optimale toegang en toegankelijkheid worden nagestreefd;

  • b. het vergroten van het bereik, gebruik en de collectie met aandacht voor specifieke doelgroepen als jeugd en slechtziende ouderen en focus op alle leesvormen;

  • c. de verankering in lokale bibliotheek en de nationale digitale bibliotheek;

  • d. innovatie en verbetering van diensten en producten.

Artikel 4 Subsidieplafonds

  • 1. De subsidieplafonds die op grond van deze regels worden vastgesteld, zijn voor zover van toepassing inclusief BTW.

  • 2. De subsidieplafonds zijn vastgesteld onder het voorbehoud dat het rijk voldoende financiële middelen voor de bibliotheekvoorziening voor de doelgroep beschikbaar stelt aan de KB. Indien het rijk onvoldoende financiële middelen ter beschikking stelt, wordt het subsidieplafond verlaagd en wordt de vaststelling van het nieuwe subsidieplafond bekend gemaakt in de Staatscourant.

  • 3. De bekendmaking van een verlaging van een subsidieplafond na aanvang van het tijdvak waarvoor het subsidieplafond is vastgesteld, heeft geen gevolgen voor voordien ingediende aanvragen.

Artikel 5 Bijdrage vrijwilligers

Voor de berekening van de hoogte van de subsidie die als bijdrage in de kosten van vrijwilligers wordt verstrekt, hanteert de KB een vast bedrag per vrijwilliger.

Artikel 6 Verzorging eerstelijnsvoorziening voor het publiek

  • 1. Voor de verzorging van de eerstelijnsvoorziening voor het publiek wordt uitsluitend subsidie verleend wanneer de activiteit voldoet aan de volgende criteria:

    • a. de dienstverlening en het aanbod zijn specifiek bedoeld voor de doelgroep, hetgeen goed herkenbaar is in de communicatie;

    • b. de dienstverlening en het aanbod zijn afgestemd op de vraag van de doelgroep;

    • c. het verhogen van het bereik en gebruik hebben continue aandacht;

    • d. er is afstemming met de producerende partijen over vraag en aanbod.

  • 2. Voor het uitvoeren van activiteiten als bedoeld in het eerste lid wordt jaarlijks maximaal aan één instelling een subsidie verleend.

  • 3. Het subsidieplafond per jaar is vastgesteld op € 1.610.000.

  • 4. Het subsidieplafond heeft geen betrekking op subsidie die als bijdrage in de kosten van vrijwilligers wordt verleend.

  • 5. Bij de verdeling van het beschikbare budget wordt voorrang gegeven aan instellingen die voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze regels deze bibliotheekvoorziening (gezamenlijk) uitvoeren.

  • 6. De subsidieontvanger:

    • a. heeft aantoonbare kennis en kunde op het gebied van een bibliotheekvoorziening voor noodzakelijk omgezette werken voor de doelgroep;

    • b. is gecertificeerd door de SCOB of kan aantonen aan de SCOB-eisen te voldoen en is bereid om certificering aan te vragen.

  • 7. Indien een instelling voor de eerste maal een aanvraag om subsidie indient, worden daarbij de statuten overgelegd. De subsidieontvanger stelt de KB op de hoogte van een wijziging van de statuten.

  • 8. Het activiteitenplan dat bij de aanvraag wordt ingediend, is voor indiening voorgelegd aan de Lezersraad.

  • 9. De bij de aanvraag overgelegde begroting is sluitend.

  • 10. Subsidie wordt verstrekt voor de rechtstreeks aan de activiteiten toe te rekenen kosten, voor zover deze naar het oordeel van de KB noodzakelijk zijn en sober en doelmatig zijn.

  • 11. Prijs- en/of looncompensatie wordt achteraf wordt toegekend, gerelateerd aan de door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap aan de KB toegekende compensatie.

Artikel 7 Productie

  • 1. Voor de productie van boeken, kranten en tijdschriften en in beperkte mate van andere media in aangepaste leesvormen en de rechtstreekse levering hiervan aan de klant, in opdracht van de eerstelijnsvoorziening, wordt uitsluitend subsidie verstrekt wanneer de activiteit voldoet aan de volgende criteria:

    • a. productie en levering sluit aan op de vraag van de gebruikers;

    • b. er is afstemming met de eerstelijnsvoorziening over vraag en aanbod;

    • c. er worden samen met de eerstelijnsvoorziening onderzoeks- en ontwikkelingsprojecten uitgevoerd t.b.v. verbetering en innovatie van de dienstverlening.

  • 2. Voor het uitvoeren van de activiteit als bedoeld in het eerste lid wordt jaarlijks maximaal aan twee instellingen een subsidie verleend.

    • a. Eén instellingssubsidie betreft alleen de bovenbeschreven productie en levering waarbij het subsidieplafond per jaar is vastgesteld op € 1.350.000;

    • b. Eén instellingssubsidie betreft naast de bovenbeschreven productie en levering ook de veilige opslag en back-up van de bestanden voor de productie van aangepaste leesvormen en de uitvoer van onderzoeks- en ontwikkelingsprojecten. Hiervoor is het subsidieplafond per jaar vastgesteld op € 7.220.000.

  • 3. Bij de verdeling van het beschikbare budget wordt voorrang gegeven aan instellingen die voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze regels deze bibliotheekvoorziening (gezamenlijk) uitvoeren.

  • 4. De subsidieontvanger:

    • a. heeft aantoonbare kennis en kunde op gebied van de productie – en wanneer relevant- van de opslag en distributie van noodzakelijk omgezette werken voor de doelgroep;

    • b. is gecertificeerd door de SCOB of kan aantonen aan de SCOB- eisen te voldoen en is bereid om certificering aan te vragen.

  • 5. Indien een instelling voor de eerste maal een aanvraag om subsidie indient, worden daarbij de statuten overgelegd. De subsidieontvanger stelt de KB op de hoogte van een wijziging van de statuten.

  • 6. Het bij de aanvraag ingediende activiteitenplan gaat vergezeld van vooraf met de andere partijen afgestemde prestatieafspraken met daarin vermeld de technische product- of dienstspecificaties, productiefrequenties en -aantallen en distributiebeleid. (Re-)productieaantallen zijn gekwantificeerd door prijs x hoeveelheid. Voor onderzoeks- en ontwikkelingsprojecten wordt tevens een projectplan ingediend, dat vooraf is afgestemd met de andere partijen en is voorgelegd aan de Lezersraad.

  • 7. De bij de aanvraag overgelegde begroting is sluitend.

  • 8. Subsidie wordt verstrekt voor de rechtstreeks aan de activiteiten toe te rekenen kosten, voor zover deze naar het oordeel van de KB noodzakelijk zijn en sober en doelmatig zijn.

  • 9. Prijs- en/of looncompensatie wordt achteraf wordt toegekend, gerelateerd aan de door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap aan de KB toegekende compensatie.

Artikel 8 Doorontwikkeling Aangepast Lezen

  • 1. Subsidie voor de uitvoer van projecten voor de doorontwikkeling van Aangepast Lezen wordt uitsluitend verstrekt wanneer deze gericht zijn op:

    • a. de integratie van Aangepast Lezen in de openbare bibliotheek, waarbij de resultaten toepasbaar moeten zijn op landelijk niveau binnen het netwerk van openbare bibliotheekvoorzieningen en op digitaal vlak moeten aansluiten op de nationale digitale bibliotheek zoals die wordt ontwikkeld door de KB; of

    • b. de innovatie en verbetering van de dienstverlening aan de klant.

  • 2. Er worden voor deze projecten twee soorten subsidies verstrekt.

    • a. Projectsubsidies met indieningsdatum. Deze subsidies worden in twee ronden uitgegeven, één met aanvraagtermijn 1 maart tot en met 31 maart van ieder jaar en één met aanvraagtermijn 1 augustus tot en met 31 augustus van ieder jaar.

      Het subsidieplafond per ronde is vastgesteld op € 560.000.

      De KB kan beslissen om slechts een deel van het project te subsidiëren indien elders ook financiering kan worden gevonden of de aanvrager zelf een deel kan financieren;

    • b. Projectsubsidies zonder indieningsdatum vooral gericht op verankering van Aangepast Lezen in de openbare bibliotheek en de nationale digitale bibliotheek.

      Het subsidieplafond hiervoor is vastgesteld op € 120.000. Per project wordt een subsidie van maximaal € 4.000 verstrekt.

      De KB publiceert per subsidieronde op haar website dat aanvragen kunnen worden ingediend en attendeert directies van openbare bibliotheken schriftelijk.

  • 3. Voor de projectsubsidie als bedoeld in het tweede lid onder a geldt als verdeelsleutel dat de ingekomen aanvragen per ronde worden beoordeeld en geprioriteerd op basis van het in artikel 3.1 van het Subsidiereglement Koninklijke Bibliotheek 2015 genoemde criterium kwaliteit en de mate waarin de activiteit bijdraagt aan het realiseren van de in artikel 3 genoemde doelstellingen. Indien de aanvragen het subsidieplafond overschrijden beslist de KB op volgordes van de prioritering welke aanvragen worden toegekend. Niet toegekende aanvragen kunnen, indien goed beoordeeld en voor zover de aanvrager dit wenst, worden doorgeschoven naar de eerstvolgende subsidieronde.

  • 4. Voor de projectsubsidies als bedoeld in het tweede lid onder b geldt als verdeelsleutel de volgorde van binnenkomst van de aanvragen. De datum waarop de aanvraag volledig is ontvangen geldt als ontvangstdatum.

Artikel 9 Inwerkingtreding

  • 1. Deze regels treden in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij worden geplaatst met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2016 en vervallen met ingang van 1 januari 2019.

  • 2. Op subsidies die op grond van deze regels zijn verstrekt, blijven deze regels van toepassing.

Artikel 10 Citeertitel

Deze regels worden aangehaald als: Tijdelijke subsidieregels Aangepast lezen.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het Algemeen bestuurscollege d.d. 16 december 2015

De voorzitter van het Algemeen Bestuurscollege van de Koninklijke Bibliotheek, T.H.J. Joustra

TOELICHTING

Aangepast Lezen

De KB heeft als taak de bibliotheekvoorziening voor mensen met een leesbeperking (Aangepast Lezen) in stand te houden en te verbeteren. Deze bibliotheekvoorziening valt onder de werkingssfeer van de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen (Wsob) 1. De KB voert de regie over deze bibliotheekvoorziening. In het Subsidiereglement Koninklijke Bibliotheek is vastgelegd dat de KB subsidies kan verstrekken voor het in stand houden van de bibliotheekvoorziening voor aangepast lezen. Deze bevoegdheid is uitgewerkt in de Tijdelijke subsidieregels Aangepast Lezen. Daarbij wordt aangesloten op het beleidsplan 2015–2018 van de Koninklijke Bibliotheek2 waarin de focus op de klant centraal staat. De klantprioriteiten voor de Nationale Digitale Bibliotheek (NDB) kunnen misschien niet letterlijk worden overgenomen voor Aangepast Lezen gezien de gesloten doelgroep en de speciale collectie, maar de intentie van onderstaande prioriteiten wel.

  • * De klant vindt eenvoudig wat de bibliotheek te bieden heeft, waar de klant ook zoekt

  • * De klant heeft toegang tot zoveel mogelijk digitale content, zo vrij mogelijk voor iedereen

  • * De klant ervaart één bibliotheek, bij welk loket de klant ook aanklopt

  • * De klant wordt verleid en geholpen om gebruik te maken van de bibliotheek-collectie Nederland

  • * Nationale en internationale samenwerking

Vanuit het perspectief van Aangepast Lezen volgen hieruit de volgende doelstellingen voor 2016–2018:

  • Een stabiele dienstverlening aan de doelgroep3 waarbij optimale toegang en toegankelijkheid worden nagestreefd.

  • Vergroten bereik, gebruik en collectie met aandacht voor specifieke doelgroepen als jeugd en slechtziende ouderen en focus op alle leesvormen.

  • Verankering in openbare bibliotheek en de nationale digitale bibliotheek.

  • Innovatie en verbetering van diensten en producten.

Subsidieaanvragers

Instellingssubsidie

Voor de jaren van de beleidsperiode 2016–2018 geldt voor de subsidieverstrekking voor de uitvoer van de bibliotheekvoorziening voor mensen met een leesbeperking een beperking van de doelgroep subsidieaanvragers.

Continuïteit en stabiliteit van de dienstverlening is van groot maatschappelijk belang. Aangepast lezen richt zich op mensen bij wie het gewone lezen niet (meer) gaat. Naast mensen met een visuele beperking kunnen ook dyslectici en mensen met een cognitieve beperking of met een motorische beperking gebruik maken van de dienstverlening.

Om de wettelijke taak ten aanzien van de landelijke bibliotheekvoorziening voor mensen met een leesbeperking efficiënt en effectief te kunnen uitvoeren en een stabiele dienstverlening te kunnen garanderen wordt bij subsidievertrekking voorrang gegeven aan de partijen die momenteel deze bibliotheekvoorziening gezamenlijk uitvoeren. Deze instellingen worden reeds meerdere jaren gesubsidieerd voor deze activiteiten en werken nauw samen bij de uitvoer hiervan. Gezien de continuïteit van de dienstverlening én de rechtszekerheid van de instellingen is het ongewenst nu de mogelijkheid te creëren subsidie aan anderen te verstrekken. Om deze redenen is ervoor gekozen om tot en met 2018 voorrang te geven aan de huidige uitvoerende partijen.

Openbare bibliotheken = lokale bibliotheken

Openbare bibliotheek betekent lokale bibliotheek. Lokale bibliotheek betekent de organisatie met rechtspersoonlijkheid die is aangesloten op de digitale infrastructuur van de KB en aan de KB, voorheen Stichting Bibliotheek.nl, opdracht geeft om de Digitale Basisdiensten te leveren en die (i) een of meerdere voor een ieder toegankelijke openbare bibliotheekvoorzieningen verzorgt die in overwegende mate door één of meer gemeenten wordt gesubsidieerd of in stand gehouden in de zin van de Wsob; of (ii) naar het oordeel van de KB binnen de openbare bibliotheeksector een positie inneemt die vergelijkbaar is met de onder sub (i) bedoelde bibliotheekorganisatie.

Productie

Het betreft hier de omzetting van werken naar acceptabel en toegankelijk format voor mensen met een leesbeperking, waarbij de lectuursoorten beperkt zijn tot ‘algemene lectuur’ en ‘kranten en tijdschriften’.

Op grond van art. 25i van de Auteurswet mogen auteursrechtelijk beschermde werken zonder voorafgaande toestemming van de rechthebbende worden omgewerkt in een formaat dat toegankelijk is voor mensen met een leesbeperking onder de voorwaarden dat deze omwerking uitsluitend bestemd is voor mensen met een handicap, direct met die handicap verband houdt, niet van commerciële aard is, wegens die handicap noodzakelijk is en dat aan de rechthebbende een billijke vergoeding wordt betaald.

De uitvoering van voornoemde bepaling is uitgewerkt in de NUV-regeling Regeling toegankelijke lectuur voor leesgehandicapten (zie www.kb.nl/sites/default/files/regeling_toegankelijke_lectuur_2015–2017.pdf) Productie vindt plaats binnen de in de NUV-regeling vastgelegde afspraken, evenals voorschriften die voorvloeien uit internationale verdragen en convenanten op gebied van aangepast lezen, zoals ETIN en TIGAR.

Certificering

Voor meer informatie over certificering, zie www.certificeringob.nl/

Nationale digitale bibliotheek (NDB)

Voor meer informatie over de NDB, zie Beleidsplan Koninklijke Bibliotheek 2015–2018. De kracht van het netwerk: www.kb.nl/sites/default/files/docs/beleidsplan-2015–2018.pdf

Duur tijdelijke regels

Deze regels zijn alleen van toepassing op subsidies die worden verstrekt voor activiteiten tot en met december 2018. Voor de periode na 2018 wordt het beleid herijkt en worden nieuwe regels Aangepast Lezen gepubliceerd.

Meer informatie

Voor meer informatie, zie www.kb.nl/ob/aangepast-lezen


X Noot
1

WSOB, art 9: De KB krijgt als taak het verzorgen van een bibliotheekvoorziening van noodzakelijk omgezette werken voor personen met een handicap.

WSOB Memorie van Toelichting bij art 9: Tot slot krijgt de KB de taak een bibliotheekvoorziening voor personen met een leesbeperking te verzorgen. Deze bijzondere voorziening overstijgt het lokale niveau en wordt al jaren op nationaal niveau uitgevoerd. De feitelijke uitvoering vindt momenteel plaats door de Stichting Aangepast Lezen (nu Stichting Bibliotheekservice Passend Lezen), in samenwerking met Stichting Dedicon en Vereniging CBB, maar de KB zal deze voorziening aansturen en coördineren. Omdat deze voorziening voor een specifieke doelgroep is bestemd en de werken niet beschikbaar zijn voor personen zonder leesbeperking, valt deze bibliotheekvoorziening niet binnen het netwerk. Zij is een bijzondere voorziening die wel tot het openbare bibliotheekwezen in Nederland als geheel behoort.

X Noot
2

Beleidsplan 2015–2018. De kracht van het netwerk, zie www.kb.nl/sites/default/files/docs/beleidsplan-2015–2018.pdf

X Noot
3

Voor de definiëring van de doelgroep wordt aangesloten bij het Marrakesh Verdrag. Hier wordt in art. 3 een duidelijke omschrijving van de personen die voor gebruik van de voorziening in aanmerking komen gegeven, namelijk iemand die:

  • (a) blind is;

  • (b) een visuele beperking heeft of een zintuiglijke handicap of een leeshandicap die niet kan worden verbeterd tot de visuele functie die wezenlijk gelijk is aan die van iemand die niet een dergelijke beperking of handicap heeft en die derhalve niet in staat is gedrukte werken te lezen in wezenlijk dezelfde mate als iemand die niet een dergelijke beperking of handicap heeft;

  • (c) of anderszins, door een lichamelijk handicap, niet in staat is een boek vast te houden of te hanteren, te focussen of in die mate de ogen te bewegen die gewoonlijk acceptabel zou zijn om te lezen.

Naar boven