De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Economische Zaken;
Gelet op artikel 2.2.3, eerste en tweede lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs;
Besluit:
ARTIKEL I
De Regeling versterking van salarismix leraren middelbaar beroepsonderwijs in de Randstadregio’s
wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt ‘2009 tot en met 2016’ vervangen door: 2009 tot en met 2017.
2. In het tweede lid, onderdeel b, wordt telkens ‘bedoeld in artikel 4b’ vervangen door:
bedoeld in artikel 4c.
B
Na artikel 4b wordt een nieuw artikel ingevoegd:
Artikel 4c. Bedragen 2017
-
1. Voor de instellingen die voldoen aan het vereiste in artikel 3 is in het kalenderjaar
2017 een totaalbedrag van € 44.562.000,– voor aanvullende bekostiging beschikbaar.
-
2. In afwijking van het eerste lid, is voor de vbo-groen afdelingen in AOC’s in het
kalenderjaar 2017 een bedrag van € 2.057.000,– voor aanvullende bekostiging beschikbaar.
-
3. De verstrekking van de aanvullende bekostiging, bedoeld in het eerste en tweede lid
vindt plaats per kalenderjaar.
-
4. Artikel 5 is van overeenkomstige toepassing.
C
In artikel 10, tweede lid, wordt ‘1 januari 2017’ vervangen door: 1 januari 2018.
ARTIKEL II
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van
de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
TOELICHTING
Algemeen
Op grond van de Regeling versterking van salarismix leraren middelbaar beroepsonderwijs
in de Randstadregio’s vanaf 2009 tot en met 2016 aanvullende bekostiging verstrekt
aan bevoegde gezagen van mbo-instellingen voor twee aspecten:
-
• ter versterking van de salarismix binnen de Randstadregio’s door het aandeel docenten
in voltijdequivalenten in bezoldigingsschaal LC en/of LD en/of LE te verhogen; en
-
• ter verlichting van de werkdruk in de Randstadregio’s door extra functies voor instructeurs
en/of docenten te realiseren.
Met deze wijzigingsregeling wordt geregeld dat mbo-instellingen ook in 2017 de middelen
ontvangen onder dezelfde condities als in 2016. De aanvullende bekostiging wordt ook
in 2017 ambtshalve verstrekt aan mbo-instellingen.
Uitvoerings- en handhaafbaarheidstoets
Deze wijzigingsregeling is voor een uitvoerings- en handhaafbaarheidstoets voorgelegd
aan Dienst Uitvoering Onderwijs en aan Inspectie van het Onderwijs. De regeling is
door hen uitvoerbaar en handhaafbaar verklaard.
Administratieve lasten
Er is met de wijzigingen in de regeling geen sprake van verhoging of verlaging van
de administratieve lasten.
Vaste verandermomenten
Er wordt in de wijzigingsregeling afgeweken van de vaste verandermomenten en de minimale
invoeringstermijn van twee maanden. Reden hiervoor is dat het onderwijsveld gebaat
is bij een snelle inwerkingtreding.
Artikelsgewijs
Artikel I
Onderdeel A
In onderdeel A is artikel 2 op twee punten gewijzigd. Artikel 2, eerste lid is gewijzigd,
zodat de Minister ook in 2017 aanvullende bekostiging verstrekt voor de twee aspecten
genoemd in voornoemd lid.
In artikel 2, tweede lid, onderdeel b, is de verwijzing naar artikel 4b gewijzigd
naar artikel 4c. Hierdoor is het mogelijk dat in 2016 75% van de aanvullende bekostiging
voor het kalenderjaar 2017 ingezet zal worden voor de verhoging van het aandeel van
docenten in voltijdequivalenten in hogere bezoldigingsschalen, conform de doelomschrijving
in artikel 2, eerste lid, onder a. De resterende 25% van de aanvullende bekostiging
in 2016 zal worden ingezet voor extra functies voor instructeurs en/of docenten, conform
de doelomschrijving in artikel 2, eerste lid, onder b.
Onderdeel B
Na artikel 4b is artikel 4c opgenomen met de bedragen voor 2017. Het totaal beschikbaar
budget in 2017 bedraagt € 44.562.000,–. Het bedrag voor de vbo-groen afdelingen in
AOC’s is gewijzigd en bedraagt voor 2017 € 2.057.000,–.
Onderdeel C
In onderdeel C is artikel 10, tweede lid, gewijzigd. De vervaldatum van de regeling
is met één jaar verlengd naar 1 januari 2018.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
M. Bussemaker