Regeling van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 29 november 2016, nr. 2016941 houdende wijziging van de Regeling wapens en munitie in verband met vuurwapens die vóór 8 april 2016 voor gebruik als zodanig ongeschikt zijn gemaakt

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,

Gelet op de artikelen 14, vierde lid, 26, derde en zesde lid en 31, vijfde lid, van de Wet wapens en munitie,

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 18 van de Regeling wapens en munitie wordt als volgt gewijzigd:

1. In het derde lid wordt ‘de’ vervangen door: De

2. In het derde lid wordt ‘inwerkingtreding van dit artikel’ vervangen door: 8 april 2016.

3. Aan het derde lid wordt toegevoegd: De vrijstelling geldt tevens voor vuurwapens die vóór 8 april 2016 voor gebruik als zodanig ongeschikt zijn gemaakt volgens deze bepaling zoals deze luidde vóór 8 april 2016, tenzij de vuurwapens naar een andere lidstaat worden overgebracht of op de markt zijn gebracht, zoals bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de voornoemde verordening.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin deze wordt geplaatst.

’s-Gravenhage, 29 november 2016

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, K.H.D.M. Dijkhoff

TOELICHTING

Met de Regeling van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 12 mei 2016, nummer 756898 houdende wijziging van de Regeling wapens en munitie in verband met de inwerkingtreding van de Uitvoeringsverordening (EU) 2015/2403 van de Commissie van 15 december 2015 tot vaststelling van gemeenschappelijke richtsnoeren betreffende normen en technieken om te waarborgen dat onbruikbaar gemaakte vuurwapens voorgoed onbruikbaar zijn (PbEU 2015, L333/62) is de (oude) Bijlage II van de regeling Wet wapens en munitie vervangen door Bijlage I

‘Technische specificaties voor de onbruikbaarmaking van vuurwapens’ bij voornoemde verordening. Met onderhavige regeling worden vuurwapens die vóór 8 april 2016 voor gebruik als zodanig ongeschikt zijn gemaakt gelijkgesteld met de vrijstelling die geldt voor vuurwapens die overeenkomstig deze nieuwe Bijlage I voorgoed onbruikbaar zijn gemaakt, tenzij de vuurwapens naar een andere lidstaat worden overgebracht of op de markt zijn gebracht, zoals bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de voornoemde verordening.

Onderhavige regeling zal met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatcourant waarin zij wordt geplaatst in werking treden.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, K.H.D.M. Dijkhoff

Naar boven