Regeling van de Minister van Buitenlandse Zaken van 30 november 2016, nr. MinBuZa-2016.758071, tot wijziging van de Regeling op de consulaire tarieven met het oog op indexering van diverse bedragen

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Gelet op artikel 1, derde lid, en artikel 4, tweede lid, van het Rijksbesluit op de consulaire tarieven;

BESLUIT:

ARTIKEL I

De Regeling op de consulaire tarieven wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1, onderdeel s, komt als volgt te luiden:

  • s. het behandelen van een aanvraag tot het verlenen van een visum:

    • 1°. aanvragen ingediend bij een Koninkrijksvertegenwoordiging voor een visum voor Toegang en Verblijf van niet langer dan 90 dagen tot Aruba, Curaçao, Sint Maarten en de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba: € 35. Van deze vergoeding zijn kinderen jonger dan zes jaar vrijgesteld.

    • 2°. aanvragen voor Toegang en Verblijf niet betrekking hebbende op de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba:

      • – voor verblijf als familie- of gezinslid: € 237,

      • – voor minderjarigen op grond van de richtlijn 2003/86/EG van de Raad van de Europese Unie van 22 september 2003 inzake het recht op gezinshereniging (PB 2003 L 251, met rectificatie in PB 2012 L 71): € 51,

      • – voor arbeid als zelfstandige: € 1.319,

      • – voor arbeid als zelfstandige als bedoeld in artikel 3.30, zesde lid, van het Vreemdelingenbesluit 2000: € 317,

      • – als vermogende vreemdeling: € 2.110,

      • – als kennismigrant: € 926,

      • – als houder van de Europese blauwe kaart: € 897,

      • – voor seizoenarbeid: € 792,

      • – voor arbeid in loondienst: € 897,

      • – voor grensoverschrijdende dienstverlening: € 897,

      • – voor wetenschappelijk onderzoek (Richtlijn 2005/71/EG): € 317,

      • – voor lerend werken: € 792,

      • – voor studie: € 317,

      • – voor het zoeken naar en verrichten van arbeid al dan niet in loondienst: € 633,

      • – voor uitwisseling (al dan niet in het kader van een verdrag): € 633,

      • – voor medische behandeling: € 1.003,

      • – voor deelname aan het Working Holiday Programme/Scheme (Australië, Canada, Nieuw Zeeland en Zuid-Korea) en Young Workers Exchange Programme (Canada): € 51,

      • – voor wedertoelating door gebruikmaking van de terugkeeroptie op grond van artikel 8 van de Remigratiewet: € 51,

      • – voor wedertoelating op andere gronden dan op grond van artikel 8 van de Remigratiewet: € 985,

      • – voor voortgezet verblijf om humanitaire redenen in verband met achterlating: € 237,

      • – voor alle overige verblijfsdoelen: € 1.003,

      • – ten behoeve van personen op wie artikel 40, eerste lid, van het op 7 juni 2007 te ’s-Gravenhage tot stand gekomen Zetelverdrag tussen het Internationaal Strafhof en het Gastland (Trb. 2007, 125) betrekking heeft, met het oog op het verrichten van de daarbedoelde werkzaamheden: € 64,

      • – ten behoeve van de personen, bedoeld in de voorlaatste alinea van de brief van 21 december 2007 van de Permanente Vertegenwoordiging van het Koninkrijk der Nederlanden bij de Verenigde Naties, behorend bij het op 21 december 2007 te New York tot stand gekomen Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Naties betreffende de Zetel van het Speciale Tribunaal voor Libanon (Trb. 2007, 228), met het oog op het verrichten van de in die alinea bedoelde werkzaamheden: € 64,

      • – ten behoeve van Turkse onderdanen, die met het oog op het verrichten van arbeid in loondienst, het verrichten van arbeid als geestelijk voorganger of godsdienstleraar, met het oog op verblijf als stagiair of practicant, verblijf als kennismigrant als bedoeld in artikel 1d van het Besluit uitvoering Wet arbeid vreemdelingen, verblijf als onderzoeker in de zin van richtlijn 2005/71/EG, verblijf als onbezoldigde wetenschappelijk onderzoeker of verblijf als onbezoldigde gastdocent, en hun gezinsleden, verblijfsrecht hebben op grond van de Associatieovereenkomst EU-Turkije, alsmede Turkse onderdanen die als zelfstandige of dienstverrichter in Nederland verblijfsrecht hebben op grond van het Associatierecht EU-Turkije: € 51,

      • – voor verblijf als familie- of gezinslid in de zin van de Associatieovereenkomst EG-Turkije van een Turkse onderdaan die in Nederland toegang heeft tot de arbeidsmarkt: € 63.

    • 3°. aanvragen tot het verlenen van een machtiging tot voorlopig verblijf voor verblijf in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba:

      • – met het oog op gezinshereniging of gezinsvorming: USD 597,

      • – met het oog op gezinshereniging of gezinsvorming als minderjarig kind: USD 134,

      • – met het oog op verblijf ter adoptie- of als pleegkind: USD 41,

      • – met het oog op het verrichten van arbeid in loondienst: USD 420,

      • – met het oog op het verrichten van arbeid als zelfstandige: USD 973,

      • – met het oog op het volgen van een studie: USD 312,

      • – met het oog op verblijf als gepensioneerde of rentenier: USD 661,

      • – met het oog op verblijf als stagiair: USD 584,

      • – met het oog op verblijf als praktikant: USD 584,

      • – met het oog op verblijf als vrijwilliger: USD 661,

      • – met het oog op verblijf als investeerder: USD 661,

      • – met het oog op wedertoelating: USD 740.

B

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘Oekraïne’ vervangen door: Democratische Republiek Congo.

2. In het tweede lid, wordt ‘artikel 1, onderdeel s, onder 6°’ vervangen door: artikel 1, onderdeel s, onder 2°.

C

Artikel 3a wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste tot en met het derde lid vervallen.

2. In het vijfde tot en met het zevende lid wordt ‘artikel 1, onderdeel s, onder 6°’ telkens vervangen door ‘artikel 1, onderdeel s, onder 2°’ en wordt ‘artikel 1, onderdeel s, onder 7°’ telkens vervangen door: artikel 1, onderdeel s, onder 3°.

D

In artikel 3b, aanhef, wordt ‘artikel 1, onderdeel s, onder 6°’ vervangen door: artikel 1, onderdeel s, onder 2°.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2017.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders

TOELICHTING

Het onderhavige besluit strekt tot onder meer aanpassing van de leges, genoemd in artikel 1, onderdeel s, onder 2° en 3° (voorheen onder 6° en 7°), van de Regeling op de consulaire tarieven. De aanpassing van leges, genoemd in artikel 1, onderdeel s, onder 2°, is het gevolg van aangekondigde jaarlijkse indexering van deze bedragen. De leges worden geïndexeerd op basis van het indexcijfer van de CAO-lonen zoals berekend door het Centraal Bureau voor de Statistiek.

De aanpassing van in dollars berekende leges, genoemd in artikel 1, onderdeel s, onder 3°, oftewel de legestarieven voor een aanvraag van een machtiging tot voorlopig verblijf in Bonaire, Sint Eustatius en Saba, zijn aangepast overeenkomstig de legestarieven in artikel 1, onderdeel s, onder 2°.

Voorts zijn in de onderhavige regeling de leges voor een Schengenvisum vervallen. In de Visumcode1 zijn dezelfde leges en uitzonderingsgronden opgenomen; een doublure hiervan is niet nodig.

De leges voor een visum voor een verblijf niet langer dan 90 dagen tot Aruba, Curaçao, Sint Maarten en de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba, oftewel voor het Caribisch visum, zijn volledigheidshalve opgenomen in artikel 1, onderdeel s, onder 1°.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders

X Noot
1

Verordening (EG) nr. 810/2009 van het Europees parlement en de Raad van 13 juli 2009 tot vaststelling van een gemeenschappelijke visumcode (Visumcode) (PbEG 2009 L 243)

Naar boven