Tijdelijke subsidieregels Innovatiegelden 2017–2018

Het Algemeen Bestuurscollege van de Koninklijke Bibliotheek,

gelet op de artikelen 1.2, eerste lid aanhef en onder a, sub i, en derde lid, 1.4 eerste tot en met vierde lid van het Subsidiereglement Koninklijke Bibliotheek 2015;

besluit:

vast te stellen de navolgende Tijdelijke subsidieregels Innovatiegelden 2017–2018

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regels wordt verstaan onder:

a. Bibliotheeknetwerk:

Netwerk van bibliotheken als bedoeld in artikel 7 van de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen;

b. Bibliotheekorganisatie:

Lokale bibliotheek of provinciale ondersteuningsinstelling, deel uitmakend van het netwerk als bedoeld in artikel 7 van de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen;

c. Innovatieraad:

Adviesraad van de Koninklijke Bibliotheek;

d. KB:

Koninklijke Bibliotheek.

Artikel 2 Subsidiabele activiteiten

In het kader van de activiteit ‘het aansturen van het netwerk van openbare bibliotheekvoorzieningen’ als bedoeld in artikel 1.2, eerste lid onder a, sub i van het Subsidiereglement Koninklijke Bibliotheek 2015, subsidieert het Algemeen Bestuurscollege projecten die:

  • a. bijdragen aan de verdere ontwikkeling en innovatie van het bibliotheeknetwerk; en

  • b. passen binnen het beleid van de KB en de doelstellingen genoemd in artikel 3.

Artikel 3 Doelstellingen

Met het verstrekken van de subsidies streeft de KB de volgende doelen na:

  • a. het versterken en stimuleren van de innovatiekracht van het bibliotheeknetwerk;

  • b. het ondersteunen van de doorgroei en uitrol van kansrijke innovatieve initiatieven.

Artikel 4 Subsidieplafond

  • 1. Het subsidieplafond is vastgesteld op € 200.000,– per subsidietijdvak, dat loopt van 1 april van het jaar waarin de aanvraag wordt ingediend tot 1 september van het daaropvolgende jaar.

  • 2. Het subsidieplafond is, voor zover van toepassing, inclusief BTW.

  • 3. De bekendmaking van een verlaging van een subsidieplafond na aanvang van het tijdvak waarvoor het subsidieplafond is vastgesteld, heeft geen gevolgen voor voordien ingediende aanvragen.

Artikel 5 Wijze van verdeling van het subsidiebedrag

  • 1. Het Algemeen Bestuurscollege verdeelt het beschikbare bedrag op volgorde van rangschikking van de aanvragen die in aanmerking komen voor een subsidie. Het Algemeen Bestuurscollege rangschikt een aanvraag hoger naarmate de activiteit waarop de aanvraag betrekking heeft hoger scoort op de criteria, bedoeld in het derde lid.

  • 2. De Innovatieraad adviseert het Algemeen Bestuurscollege over de rangschikking van de subsidieaanvragen.

  • 3. De Innovatieraad rangschikt bij haar advisering subsidieaanvragen hoger naarmate de activiteit:

    • a. meer afwijkend is van wat bekend of gebruikelijk is;

    • b. meer aantrekkelijk is voor de deelnemers aan het bibliotheeknetwerk om uit te voeren en meer van belang is om beschikbaar te stellen aan het gehele bibliotheeknetwerk;

    • c. financieel, technisch en organisatorisch beter haalbaar is;

    • d. regionaal of landelijk beter op te schalen is.

  • 4. De Innovatieraad houdt bij de beoordeling rekening met algemene criteria als bedoeld onder artikel 3.4, onder a tot en met d van het Subsidiereglement Koninklijke Bibliotheek 2015.

  • 5. In het geval een subsidie niet volledig verleend kan worden ter voorkoming van overschrijding van het subsidieplafond, vindt verlening plaats ter hoogte van het nog beschikbare bedrag.

  • 6. Indien naar het oordeel van het Algemeen Bestuurscollege niet aannemelijk is dat de subsidieaanvrager na gedeeltelijke verlening van de subsidie op grond van het vorige lid de activiteiten zal uitvoeren, is het Algemeen Bestuurscollege bevoegd de subsidie te weigeren en deze te verlenen aan de eerstvolgende subsidieaanvrager die daar op basis van de rangschikking als bedoeld in het eerste lid voor in aanmerking komt.

Artikel 6 Hoogte subsidie

  • 1. De subsidie per project bedraagt maximaal € 20.000,–

  • 2. Subsidie wordt verstrekt voor de rechtstreeks aan de activiteiten toe te rekenen kosten, voor zover deze naar het oordeel van de KB noodzakelijk, sober en doelmatig zijn.

  • 3. Er wordt geen subsidie verstrekt voor begrotingsposten voor activiteiten die niet op te schalen en niet over te dragen zijn, zoals, maar niet beperkt tot, PR- en marketing en aanschaf van materiële zaken zoals computerapparatuur.

Artikel 7 Overige voorwaarden

  • 1. Subsidies worden uitsluitend verstrekt aan bibliotheekorganisaties die nog geen bijdrage op grond van de onderhavige Tijdelijke subsidieregels of de Tijdelijke subsidieregels Innovatiegelden Koninklijke Bibliotheek 2016 hebben ontvangen.

  • 2. Per bibliotheekorganisatie kan slechts voor één project subsidie worden verleend.

  • 3. Een activiteit die al eerder in het bibliotheeknetwerk is uitgevoerd, komt niet in aanmerking voor subsidie.

Artikel 8 Verplichtingen

Naast de verplichtingen die voor ontvangers van projectsubsidies zijn opgenomen in het Subsidiereglement Koninklijke Bibliotheek 2015 legt het Algemeen Bestuurscollege tevens de volgende verplichtingen op:

  • 1. De uitvoering van het project start voor het einde van het kalenderjaar waarin de subsidie is aangevraagd en wordt afgerond voor 1 september van het daarop volgende jaar.

  • 2. De subsidieontvanger is verplicht om de intellectuele eigendomsrechten die eventueel worden gevestigd bij het verrichten van de gesubsidieerde activiteiten, na afronding van de activiteiten, op verzoek daartoe van de KB over te dragen aan de KB voor zover deze rechten wettelijk overdraagbaar zijn. Op grond van artikel 4.10, vierde lid van het Subsidiereglement Koninklijke Bibliotheek 2015 is de subsidieontvanger verplicht om bij akte mee te werken aan de overdracht van deze rechten.

  • 3. Wanneer de subsidieontvanger ten behoeve van de te subsidiëren activiteiten bepaalde werken door derden laat creëren, is de subsidieontvanger verplicht om in een contract af te spreken dat deze derde partij(en) de intellectuele eigendomsrechten die op deze werken ontstaan aan de subsidieontvanger overdraagt.

  • 4. Op verzoek is de subsidieontvanger eveneens verplicht een kopie van de gecreëerde werken aan de KB te verstrekken.

Artikel 9 Het indienen van de aanvraag

  • 1. De aanvraag om subsidieverlening moet worden ingediend tussen 1 februari en 1 april van het jaar waarop met uitvoering van het project wordt gestart. De aanvraag wordt ingediend op het aanvraagformulier dat beschikbaar wordt gesteld op de website van de KB.

  • 2. In afwijking van art. 2.8 van het Subsidiereglement Koninklijke Bibliotheek 2015 kan op grond van de onderhavige Tijdelijke subsidieregels geen aanvraag worden ingediend voor door de aanvrager reeds verrichte activiteiten.

  • 3. De aanvraag gaat vergezeld van de documenten zoals bedoeld in de artikelen 2.3 tot en met 2.6 van het Subsidiereglement Koninklijke Bibliotheek 2015.

  • 4. De bij de aanvraag overgelegde begroting moet voldoende gespecificeerd, sluitend en door te rekenen zijn, uitgaande van een subsidie van maximaal € 20.000,–.

  • 5. Het Algemeen Bestuurscollege beslist over de aanvraag uiterlijk op 1 juli van het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft.

Artikel 10 Intrekking oude regels en overgangsbepaling

  • 1. De Tijdelijke subsidieregels Innovatiegelden Koninklijke Bibliotheek 2016 worden ingetrokken.

  • 2. De Tijdelijke subsidieregels Innovatiegelden Koninklijke Bibliotheek 2016 blijven van toepassing op subsidies die op grond van die regels zijn verleend.

Artikel 11 Inwerkingtreding

  • 1. Deze regels treden in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij worden geplaatst en vervallen met ingang van 1 januari 2019.

  • 2. Op subsidies die op grond van deze regels zijn verstrekt, blijven deze regels van toepassing.

Artikel 12 Citeertitel

Deze regels worden aangehaald als: Tijdelijke subsidieregels Innovatiegelden 2017–2018.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het Algemeen bestuurscollege d.d. 25 oktober 2016

De voorzitter van het Algemeen Bestuurscollege T.H.J. Joustra

TOELICHTING

De Wsob

Op 1 januari 2015 is de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen (Wsob) is in werking getreden.

Ten aanzien van innovatie benoemt de Wsob als specifieke taak voor provincies de ontwikkeling van innovaties ten behoeve van de lokale bibliotheken, in overeenstemming met de Koninklijke Bibliotheek in verband met haar coördinerende taak (art. 16, tweede lid onder b).

De Koninklijke Bibliotheek heeft op grond van artikel 9 van de Wsob onder meer als taak het aansturen van het netwerk van openbare bibliotheekvoorzieningen door onder meer afstemming en coördinatie.

De Koninklijke Bibliotheek kan subsidie verstrekken voor haar taken bedoeld in artikel 9 van de Wsob en heeft op basis van artikel 20 van de Wsob het Subsidiereglement Koninklijke Bibliotheek 2015 vastgesteld en gepubliceerd. Op dit Subsidiereglement zijn de onderhavige subsidieregels gebaseerd.

De Tijdelijke Subsidieregels innovatiegelden 2017-2018 zijn bedoeld voor projecten en kunnen niet worden ingezet als instellingssubsidies.

Meer informatie

Meer informatie staat op de pagina over de Tijdelijke Subsidieregels innovatiegelden op de website van de Koninklijke Bibliotheek.

Artikelsgewijze toelichting

Artikelen 2, 3, 5, 6, 7, 9 Het verdelen van het subsidiebedrag

Het subsidiebedrag wordt door het Algemeen Bestuurscollege van de Koninklijke Bibliotheek toegekend voor de aanvragen die voldoen aan alle subsidiecriteria en het hoogst scoren in de rangschikking, die op advies van de Innovatieraad wordt opgesteld.

De Innovatieraad werkt hiervoor met een scoringsformulier waarin alle criteria en voorwaarden zijn verwerkt, die zijn benoemd in deze Tijdelijke Subsidieregels Innovatiegelden 2017-2018. De aanvraagformulieren zijn zodanig ingericht dat de aanvragers de gewenste informatie op de te scoren onderwerpen systematisch kunnen invoeren.

Om in de rangschikking te worden opgenomen, moet een aanvraag voldoen aan de volgende voorwaarden:

  • a. De aanvraag is tijdig ingediend en gaat vergezeld van de gevraagde documenten (artikel 9, eerste t/m vierde lid);

  • b. Het project is een subsidiabele activiteit en past binnen het beleid van de KB. Zie hiervoor het beleidsplan van de KB: De kracht van het netwerk (artikel 2);

  • c. Het project past in de doelstellingen van de Tijdelijke Subsidieregels Innovatiegelden 2017-2018 (artikel 3);

  • d. De bijdrage wordt gevraagd voor subsidiabele activiteiten (artikel 6, tweede en derde lid);

  • e. Het project voldoet aan de overige voorwaarden, waaronder de voorwaarde dat de aanvrager niet voor eerdere projecten subsidie heeft ontvangen in het kader van deze Tijdelijke Subsidieregels Innovatiegelden of de Tijdelijke Subsidieregels Innovatiegelden 2016 (artikel 7);

Vervolgens komt een aanvraag hoger in de rangschikking naarmate beter wordt voldaan aan:

  • de innovatieve en organisatorische criteria (artikel 5, derde lid); en

  • de algemene beoordelingscriteria zoals genoemd in artikel 3.4 onder a tot en met d van het Subsidiereglement Koninklijke Bibliotheek 2015 (artikel 5, vierde lid).

Artikel 6 Hoogte subsidie

Op grond van artikel 6, tweede lid dienen de kosten direct toe te rekenen te zijn aan de activiteiten.

In het tweede lid van artikel 6 wordt vermeld: Er wordt geen subsidie verstrekt voor begrotingsposten voor activiteiten die niet op te schalen en niet over te dragen zijn, zoals, maar niet beperkt tot, PR- en marketing en aanschaf van materiële zaken zoals computerapparatuur. Andere voorbeelden van niet op te schalen of niet over te dragen activiteiten zijn verbouwingen, consumpties, verzekeringen, ruimtehuur in het eigen gebouw.

Artikel 8 Verplichtingen: intellectuele eigendomsrechten

Intellectuele eigendomsrechten (zoals auteursrechten) moeten worden overgedragen aan de KB wanneer de KB daartoe een verzoek indient bij de aanvrager. De KB kiest voor deze werkwijze om de landelijke uitrol van ontwikkelde producten te kunnen overnemen of elders te beleggen als de verspreiding van de toepassing binnen het bibliotheeknetwerk ondersteuning of versterking behoeft (artikel 8 tweede, derde en vierde lid).

Naar boven