Besluit van 24 oktober 2016, no. 2016001810, houdende verlenging tijdelijke vergoeding voor woonlasten voor de Gouverneur van Sint Maarten

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 13 oktober 2016; no. 2016-0000646253, Directoraat-Generaal Bestuur en Wonen/Directie Democratie en Burgerschap/ Afdeling Politieke Ambtsdragers;

Gelet op de artikelen 13 en 5, tweede lid, van het Rijksbesluit rechtspositie gouverneurs;

HEBBEN GOEDGEVONDEN EN VERSTAAN:

Artikel 1

De Gouverneur van Sint Maarten ontvangt tijdelijk een extra vergoeding voor aan de uitoefening van zijn ambt verbonden kosten ter hoogte van 12% van zijn bezoldiging als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van het Rijksbesluit rechtspositie gouverneurs.

Artikel 2

  • 1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Afkondigingsblad van Sint Maarten waarin het wordt geplaatst, en het werkt terug tot en met 10 oktober 2016.

  • 2. Dit besluit vervalt met ingang van 10 oktober 2022.

Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad en in het Afkondigingsblad van Sint Maarten zal worden geplaatst.

Wassenaar, 24 oktober 2016

Willem-Alexander

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

NOTA VAN TOELICHTING

Gedurende de periode dat de gouverneur van Sint Maarten voor de vervulling van het ambt nog niet de beschikking heeft over een gouverneurshuis en de daarin van rijkswege aangebrachte inboedel als bedoeld in artikel 4, van het Rijksbesluit rechtspositie gouverneurs, ontvangt deze tijdelijk een extra vergoeding voor zijn woonlasten.

Omdat het hier een overgangssituatie betreft, kan met een tijdelijke voorziening worden volstaan. Zodra is voorzien in een gouverneurshuis kan het besluit worden ingetrokken. Indien het besluit op 10 oktober 2022 nog niet is ingetrokken, vervalt het besluit met ingang van deze datum.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

Naar boven