Instellen van een geslotenverklaring Zeelandbrug (N256) voor voertuigen zwaarder dan 50 ton

Logo Zeeland

 

Middelburg,

 

Datum : 1 november 2016

 

Nummer: 16015861

 

Afdeling: : Beheer & Onderhoud

 

GED E PUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

 

Betreft:

Verkeersbesluit voor de provinciale weg Goes – Zierikzee (gedeelte Noordlangeweg – Julianastraat) (N256);

Instellen geslotenverklaring voor voertuigen en samenstellen van voertuigen, waarvan de totaalmassa hoger is dan op het bord is aangegeven (50 ton) van km 13,0 (kruispunt Noordlangeweg) tot km 22,6 (kruispunt Julianastraat), in beide richtingen

Overwegingen met betrekking tot het besluit

Bevoegdheidsgrondslag

Op grond van artikel 15, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 moet een verkeersbesluit worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) genoemde verkeerstekens.

De betreffende weg N256 is in beheer bij de provincie Zeeland. Op grond van artikel 18, eerste lid onder b, van de Wegenverkeerswet 1994 zijn wij bevoegd dit verkeersbesluit te nemen.

Motivering en belangenafweging

De N256 en de Zeelandbrug zijn in het wegencategoriseringsplan van de Provincie Zeeland aangeduid als gebiedsontsluitingsweg, waarop geen landbouwverkeer is toegestaan. Er zijn tot op heden geen beperkingen in de vorm van een verkeersbesluit opgelegd aan het gebruik van de Zeelandbrug door (zwaar) vrachtverkeer. Echter de Provincie Zeeland verleent sinds 2015 geen ontheffingen voor vrachtverkeer zwaarder dan 50 ton om over de Zeelandbrug te mogen rijden, vanwege de gevolgen hiervan voor de constructie van de brug.

 

De stalen dekplaten van het beweegbare deel van de Zeelandbrug (de twee basculebruggen) zijn het meest kwetsbare deel van de constructie van de Zeelandbrug. Deze stalen dekplaten zijn door de wisselende verkeersbelasting aan vermoeiing onderhevig. Dit leidt tot scheurvorming in en zonder ingrijpen uiteindelijk tot het bezwijken van het dek. In 2015 en 2016 zijn de scheuren met een hoogte groter dan 3 mm in het dek van de basculebruggen gerepareerd. Dit betekent echter niet dat de scheurvorming hiermee definitief is gestopt. Er kunnen nieuwe scheuren ontstaan (ook in de gerepareerde delen) en kleine scheuren groeien groter. Dit proces wordt jaarlijks gemonitord. Om het proces van scheurvorming te vertragen en daardoor schade aan het wegdek en daarmee verkeersonveilige situaties te voorkomen, is het wenselijk dat de verkeersbelasting wordt teruggebracht. Daarvoor is het nodig om de zwaarste voertuigen, die de meeste schade veroorzaken, te weren van de Zeelandbrug. Daardoor wordt de restlevensduur van de beide basculebruggen verlengd en het moment van ingrijpende renovaties c.q. vervangingen uitgesteld. De Provincie heeft de financiële middelen voor deze ingrijpende renovaties c.q. vervangingen niet beschikbaar. Bovendien zullen deze renovaties c.q. vervangingen grote negatieve gevolgen hebben voor de doorstroming van alle verkeer (weg en water, personen en vracht).

 

De zwaarste categorie voertuigen die op dit moment over de Zeelandbrug mogen rijden, zijn de rijdende werktuigen. In de Regeling Voertuigen is een rijdend werktuig als volgt gedefinieerd: 'bedrijfsauto of motorrijtuig met beperkte snelheid, ingericht voor het uitvoeren van in hoofdzaak andere werkzaamheden dan het vervoer van goederen of personen.' Een voorbeeld hiervan is een kraanwagen. Nederland hanteert standaard een maximum totaalgewicht van 50 ton voor vrachtwagens waarvoor normaal gesproken alleen ontheffing mogelijk is onder bepaalde voorwaarden (voor de Zeelandbrug was dit, zoals hiervoor aangegeven, al niet het geval). Voor rijdende werktuigen wordt bij wet echter een hogere massa toegestaan, tot een totaalgewicht van 60 ton. Ook is voor rijdende werktuigen een maximum aslast tot 12 ton toegestaan (10 of 11.5 ton is het wettelijk maximum voor vrachtverkeer). Er zijn daarmee twee opties om de belasting van de Zeelandbrug te beperken: het instellen van een maximum totaalgewicht van 50 ton of een geslotenverklaring op basis van maximum aslasten tot 10 (niet aangedreven as) of 11.5 ton (aangedreven as). De geslotenverklaring op basis van een maximum totaalgewicht is veel minder ingrijpend voor transportbedrijven dan een geslotenverklaring op basis van maximum aslasten tot 10 of 11.5 ton, omdat het merendeel van het materieel van rijdende werktuigen bestaat uit 3- tot 4-assige kranen met een gewicht van 36 tot 48 ton. Met een geslotenverklaring op basis van maximum aslasten zouden deze voertuigen niet meer toegestaan zijn. Daarom is gekozen voor een geslotenverklaring op basis van een maximum totaalgewicht. 4-assige kranen met een getrokken kar met ballast overschrijden wel de 50 ton totaalgewicht en zijn daarmee niet toegestaan. Omdat ook meting en handhaving op basis van totaalgewicht makkelijker is dan op basis van aslasten, is gekozen voor het instellen van een maximum totaalgewicht van 50 ton.

 

Hoewel de Zeelandbrug onderdeel vormt van het Kwaliteitsnet Goederenvervoer, heeft de maatregel slechts betrekking op een zeer klein deel van het vrachtverkeer over de Zeelandbrug. De voorgenomen maatregel (het instellen van een maximum totaalgewicht van 50 ton) heeft wettelijk gezien alleen gevolgen voor de rijdende werktuigen. De consequentie is dat de rijdende werktuigen met een totaalgewicht hoger dan 50 ton moeten omrijden via de Rijksweg N57 (Oosterscheldekering) of via de Rijksweg A4 (West-Brabant). Dit zijn echter geschikte alternatieve routes, die qua inrichting van de weg beter passen bij de omvang van rijdende werktuigen. In hoofdzaak rijden twaalf transportbedrijven uit de regio met voornamelijk Zeeuwse klanten met enige regelmaat (variërend van een enkele keer per jaar tot vier keer per dag) met rijdende werktuigen over de Zeelandbrug. Aan deze transportbedrijven is een enquête voorgelegd en met de meeste van deze transportbedrijven is de voorgenomen verkeersmaatregel besproken. Ook met belangenorganisatie Vereniging Verticaal Transport (VVT) is gesproken. Het blijkt dat de meeste transportbedrijven voldoende alternatieve routes zien die hun bedrijfsvoering niet buitenproportioneel benadeelt. Kraanbedrijven van buiten Zeeland komen Zeeland vooral via de A58, A4 en N57 binnenrijden en maken nauwelijks gebruik van de Zeelandbrug.

 

Gelet op bovenstaande overwegingen prevaleert het algemeen belang van het voorkomen van schade en daardoor de (verkeers-)veiligheid van de brug voor weggebruikers, en het belang van de bereikbaarheid en langdurige instandhouding van één van slechts twee oeververbindingen tussen de eilanden Noord-Beveland en Schouwen-Duiveland. Mogelijke gevolgen van dergelijke verkeersmaatregelen worden volgens de bestaande jurisprudentie geacht te behoren tot het normaal maatschappelijk risico.

 

Ter ondersteuning van de maatregel zal een weegpunt voor vrachtverkeer worden aangelegd, waarmee overtreders in beeld kunnen worden gebracht. Het weegpunt wordt gerealiseerd aan de noordzijde van de Zeelandbrug, zodat vrachtverkeer dat te zwaar is kan keren via het parkeerterrein bij De Val. Het weegpunt wordt aangelegd om te monitoren, en biedt ondersteuning aan de politie om te handhaven.

 

De in dit verkeersbesluit genoemde verkeersmaatregel strekt tot de volgende in artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994 genoemde belangen:

  • het verzekeren van de veiligheid op de weg;

  • het beschermen van weggebruikers en passagiers;

  • het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan.

 

Gelet op artikel 24 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) is overleg gepleegd met de politie.

 

Gelet op artikel 25 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) is overleg gepleegd met de aangrenzende wegbeheerder die mogelijk effect zal ondervinden van de voorgenomen maatregel: Rijkswaterstaat, als wegbeheerder van de N59, de N57, de A4 en de A58. Deze wegen zullen als alternatieve routes worden gebruikt door rijdende werktuigen wanneer de Zeelandbrug niet meer beschikbaar is.

 

Gelet op artikel 26 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) wordt dit besluit bekendgemaakt door publicatie in de Staatscourant en is voor een ieder in te zien op de website van de Staatscourant via: https://www.officielebekendmakingen.nl/staatscourant/op_rubriek/verkeersbesluiten

Regeling Nadeelcompensatie

Voor (mogelijke) schade die rechtstreeks het gevolg is van dit verkeersbesluit is de "Regeling Nadeelcompensatie Verkeers- en Vervoersvoorzieningen en provinciale projecten provincie Zeeland 2010" van toepassing.

Besluit

Op grond van vorenstaande overwegingen besluiten wij:

 

  • 1.

    Door plaatsing van de verkeersborden C21 van bijlage 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens (RVV) 1990, met de aanduiding '50 ton', de provinciale weg Goes - Zierikzee (gedeelte Noordlangeweg – Julianastraat) (N256, van km 13.0 tot km 22.6) in beide richtingen gesloten te verklaren voor voertuigen en samenstellen van voertuigen met een totaalmassa groter dan 50 ton;

  • 1.

    voornoemde geslotenverklaring te ondersteunen door een weegpunt voor vrachtverkeer;

  • 2.

    in te trekken, voor zover nodig, eerder genomen verkeersbesluiten;

  • 3.

    dit verkeersbesluit te publiceren in de Staatscourant.

  

GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND,

  

Drs. J.M.M. Polman, voorzitter

   

A.W. Smit, secretaris

 

Mededeling

Inlichtingen

Voor nader gewenste inlichtingen kunt u contact opnemen met:

  • 1.

    de heer S. Stelpstra, afdeling Planvorming en Realisatie, bereikbaar op telefoonnummer: 0118 – 631554;

  • 2.

    de heer M.O.Bierman, afdeling Beheer en Onderhoud, bereikbaar op telefoonnummer: 0118 – 631447;  

Bezwaar

Belanghebbenden kunnen schriftelijk bezwaar maken tegen dit besluit bij:

Gedeputeerde Staten van Zeeland, t.a.v. de secretaris van de commissie voor bezwaarschriften, Postbus 6001, 4330 LA Middelburg.

Wie is belanghebbende?

Volgens artikel 1:2 van de Algemene wet bestuursrecht bent u belanghebbende als uw belang rechtstreeks bij een besluit betrokken is. Uw belang moet zich dan wel onderscheiden van de belangen van grote aantallen anderen. Daarvan is bijvoorbeeld sprake als u eigenaar, huurder of gebruiker bent van een perceel in de directe omgeving van de weg waarop het besluit betrekking heeft. Volgens vaste jurisprudentie is dat onderscheid bij een willekeurige verkeersdeelnemer onvoldoende aanwezig.

In het bezwaarschrift neemt u ten minste op uw naam en adres, de dagtekening van het bezwaarschrift, tegen welk besluit u bezwaar maakt en waarom. Het bezwaarschrift dient te worden ondertekend.

U moet het bezwaarschrift indienen binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt. Doorgaans is dat de dag na de datum van verzending. I.c. is dat de dag na de datum van bekendmaking in de Staatscourant.

Overschrijding van de inzendtermijn kan ertoe leiden dat met uw bezwaren geen rekening wordt gehouden.

Als u overweegt bezwaar te maken, kunt u een informatiefolder aanvragen op telefoonnummer 0118-631400. U kunt de informatie ook downloaden via http://loket.zeeland.nl/bezwaar/bezwaar.

Wij wijzen u erop dat het bezwaar niet de werking van het besluit schorst. U kunt een verzoek doen tot het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81, lid 1 van de Algemene wet bestuursrecht). U richt het verzoek aan de voorzieningenrechter van de rechtbank, Postbus 5015, 4330 KA Middelburg. Voor de behandeling van het verzoek is griffierecht verschuldigd.

 

Naar boven