Wijziging Beleidsregels ter verdeling besteedbare middelen beheerskosten voor Wlz-uitvoerders Wlz 2015

De Raad van Bestuur van Zorginstituut Nederland,

gelet op artikel 91, eerste lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen, artikel 4.4 en artikel 4.5, van het Besluit Wfsv en de Aanwijzing besteedbare middelen beheerskosten Wlz 2015 en de Nadere aanwijzing besteedbare middelen beheerskosten Wlz 2015,

heeft in zijn vergadering van 18 juli 2016 besloten:

ARTIKEL I

De Beleidsregels ter verdeling besteedbare middelen beheerskosten voor Wlz-uitvoerders Wlz 2015 worden als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

In het tweede lid wordt ‘75,140’ vervangen door: ten hoogste 78,529.

B

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt ‘1.413.333’ vervangen door: 1.394.667.

2. In onderdeel b wordt ‘73.726.667’ vervangen door: 66.859.332.

3. In onderdeel b wordt ‘2014’ vervangen door: 2015.

4. Na onderdeel b worden onder vervanging van de punt door een puntkomma in onderdeel b, twee nieuwe onderdelen ingevoegd die luiden als volgt:

  • c. een bedrag van ten hoogste 10,000 miljoen euro voor onafhankelijke cliëntondersteuning;

  • d. een bedrag van 0,275 miljoen euro over twee Wlz-uitvoerders die geen zorgkantoorfunctie uitvoeren en ook geen deel uitmaken van een groter concern.

C

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘3,6233219’ vervangen door: 3,249645.

2. In het tweede lid wordt ‘70,900’ vervangen door: 64,070.

ARTIKEL II

Dit besluit wordt in de Staatscourant geplaatst.

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Voorzitter Raad van Bestuur A. Moerkamp

Goedgekeurd door de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, bij brief van 11 oktober 2016, kenmerk 1023554-155569-Z.

TOELICHTING

In de Wlz is in artikel 4.2.4 een onderscheid gemaakt tussen de taken van de Wlz-uitvoerders in de hoedanigheid van zorgkantoor en de overige taken. In aansluiting hierop is in de Aanwijzing van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) voor 2015: kenmerk 702090-131223-Z, (hierna de Aanwijzing) een splitsing aangebracht in de budgetten voor de taken die de zorgkantoren uitvoeren en de overige taken van de Wlz-uitvoerders. Deze overige taken worden formeel uitgevoerd door de Wlz-uitvoerders maar in de praktijk geheel of gedeeltelijk uitbesteed aan de zorgkantoren.

De staatssecretaris van VWS heeft bij Nadere aanwijzing (kenmerk 874087-144486-Z) de besteedbare middelen beheerskosten Wlz voor het jaar 2015 met 9,865 miljoen euro naar boven bijgesteld. Dit bedrag is blijkens de toelichting op deze Nadere aanwijzing bestemd ter dekking van de uitgaven voor de uitvoering van de Wlz door zowel de Wlz-uitvoerders als de zorgkantoren. In deze beleidsregels wordt een deel van die besteedbaar gestelde middelen bestemd voor de Wlz-uitvoerders. Daarom heeft Zorginstituut Nederland (het Zorginstituut) de middelen die met de Beleidsregels ter verdeling besteedbare middelen beheerskosten Wlz zorgkantoren 2015 eerder heeft vastgesteld in deze wijziging van de beleidsregels naar boven bijgesteld.

Met de onderhavige wijziging heeft het Zorginstituut een bedrag van 3,389 miljoen euro toegevoegd aan de middelen bestemd voor de Wlz-uitvoerders. Het totaalbudget voor de Wlz-uitvoerders voor het jaar 2015 komt hiermee op 78,529 miljoen euro. Dit bedrag is als volgt berekend:

Omschrijving

1 = € 1 mln.

Eerder vastgesteld totaalbudget Wlz-uitvoerders Wlz

75,140

Loon- en prijsbijstelling (–1,35%)

–0,866

Incidentele extra middelen voor ONVZ en ASR

0,275

Structurele verhoging van het budget voor extra inspanningen bemiddeling

2,700

Structurele verhoging van het budget voor extra inspanningen zorginkoop

1,280

Totaalbudget beheerskosten Wlz-uitvoerders 2015

78,529

Nacalculatie voor loon- en prijsbijstelling

De besteedbare middelen worden jaarlijks aangepast op grond van de werkelijke loon- en prijsontwikkeling. Voor het jaar 2015 wordt nu uitgegaan van een loon- en prijsontwikkeling van 0,15%. Het bedrag van de verhoging op grond van de loon- en prijsontwikkeling bedraagt 0,097 miljoen euro (0,15% van 64,177 miljoen euro, zijnde de structurele middelen voor 2015). Aangezien voorcalculatorisch 0,963 miljoen euro is verstrekt, zullen de middelen 0,866 miljoen euro neerwaarts worden bijgesteld.

Incidentele extra middelen voor ONVZ en ASR

In de beleidsregels is een bedrag van 4,184 miljoen euro opgenomen voor de taken die in de AWBZ door de zorgverzekeraars werden uitgevoerd. ONVZ Langdurige Zorg B.V. en ASR Wlz-uitvoerder B.V. zijn de enige Wlz-uitvoerders aan wie geen zorgkantoorregio is toegewezen. In de loop van 2015 is gebleken dat voor deze Wlz-uitvoerders een duidelijke taakverzwaring is opgetreden. Daarom is er incidenteel 0,200 miljoen euro toegevoegd aan het beheerskostenbudget van ONVZ en 0,075 miljoen aan het beheerskostenbudget van ASR.

Structurele verhoging van het budget voor extra inspanningen bemiddeling

In de Wlz is steeds meer begeleiding nodig bij de keuzes van de juiste leveringsvorm. De keuze tussen MPT, VPT of een intramurale opname vraagt meer informatie en afstemming met zowel de cliënt, de familie en de potentiële aanbieders. Daarnaast vraagt de overgang van de AWBZ naar de Wlz meer tijd en inspanning. Daarom is er structureel 2,700 miljoen euro toegevoegd aan de besteedbare middelen.

Structurele verhoging van het budget voor extra inspanningen zorginkoop

De Wlz-uitvoerders willen de zorg op een andere manier inkopen. In plaats van eenmalige inkooponderhandelingen vinden er intensieve dialogen plaats waarin aanbieders en zorgkantoren op zoek gaan naar kwaliteitsverbetering voor de cliënt in de langdurige zorg. Daarnaast komt er meer ruimte voor de voorkeuren van cliënten voor bepaalde aanbieders en worden verbeterplannen beloond met tariefopslagen. Dit alles vergt extra werkzaamheden, waardoor er structureel 1,280 miljoen euro aan de besteedbare middelen wordt toegevoegd.

Onafhankelijke cliëntondersteuning

In het kader van de onafhankelijke cliëntondersteuning zijn door de zorgkantoren contracten afgesloten met MEE NL en Zorgbelang Nederland. Hiervoor heeft de staatssecretaris een bedrag van maximaal 10,000 miljoen euro beschikbaar gesteld. Dit bedrag is onderdeel van het totaal beheerskostenbudget 2015. Met de wijziging van deze beleidsregels wordt dit bedrag inzichtelijk gemaakt.

Aangezien nog niet bekend is of deze middelen wel volledig worden gebruikt, zal het Zorginstituut indien niet alle beschikbaar gestelde middelen zijn ingezet, het reeds aan Wlz uitvoerders uitgekeerde deelbudget verlagen.

Voorzitter Raad van Bestuur A. Moerkamp

Naar boven