Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu van 12 oktober 2016, nr. IENM/BSK-2016/208344, tot wijziging van de Regeling controleapparaten 2005 in verband met de toewijzing van bevoegdheden inzake examinering van en diplomaverstrekking aan tachograaftechnici en enkele technische wijzigingen

De Minister van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op artikel 4b, tweede lid, onderdeel b, van de Wegenverkeerswet 1994 en artikel 2.4:13, eerste lid, van het Arbeidstijdenbesluit Vervoer;

BESLUIT:

ARTIKEL I

De Regeling controleapparaten 2005 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 4, tweede lid, wordt de zinsnede ‘12, eerste en derde lid’ vervangen door: 12, eerste lid, onder a.

B

Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid komt te luiden:

• 2. De Dienst Wegverkeer verstrekt op aanvraag aan een installateur die het diploma tachograaftechnicus overlegt een bevoegdheidspas en pincode ten behoeve van de melding van installatie of het onderzoek als bedoeld in artikel 36.

2. Er worden vier leden toegevoegd, luidende:

• 3. De bevoegdheidspas, bedoeld in het tweede lid, heeft een geldigheidsduur van vier jaar.

• 4. De bevoegdheidspas wordt telkens met vier jaar verlengd als de houder van het diploma tachograaftechnicus het examen bevoegdheidsverlenging tachograaftechnicus met goed gevolg heeft afgelegd.

• 5. De Dienst Wegverkeer stelt het examen bevoegdheidsverlenging op, en neemt dit af.

• 6. Het examen bevoegdheidsverlenging tachograaftechnicus heeft betrekking op de onderwerpen, genoemd in artikel 12, derde lid.

C

Artikel 12 komt te luiden:

Artikel 12

• 1. De aanvrager van een erkenning als:

  • a. installateur, dan wel het personeel dat door hem is aangewezen voor installatie en onderzoek van controleapparaten, beschikt over het diploma tachograaftechnicus,

  • b. reparateur, dan wel het personeel dat door hem is aangewezen voor reparatie van controleapparaten, beschikt over het diploma tachograaftechnicus, met betrekking tot de door de erkenninghouder te voeren merken controleapparaten.

• 2. De Dienst Wegverkeer:

  • a. stelt examens op ter verkrijging van het diploma, bedoeld in het eerste lid, en neemt deze af, en

  • b. verstrekt, indien het examen door de geëxamineerde met goed gevolg is afgelegd, het diploma, bedoeld in het eerste lid.

• 3. Het examen voor diploma tachograaftechnicus heeft betrekking op:

  • a. het installeren, kalibreren, repareren en functioneren van controleapparaten,

  • b. het functioneren van motorrijtuigen en van snelheidsbegrenzers met betrekking tot de aspecten die van belang zijn bij de installatie en het onderzoek van controleapparaten, en

  • c. de wettelijke voorschriften ten aanzien van controleapparaten, alsmede van snelheidsbegrenzers, voor zover van belang voor de installatie en het onderzoek van controleapparaten.

• 4. Alvorens het examen ter verkrijging van het diploma, bedoeld in het eerste lid, wordt afgenomen, toont de aspirant geëxamineerde aan dat hij een cursus heeft doorlopen met betrekking tot de onderwerpen, genoemd in het derde lid.

• 5. Cursussen als bedoeld in het vierde lid zijn georganiseerd door fabrikanten of importeurs en kunnen tevens worden georganiseerd door de Dienst Wegverkeer.

D

Artikel 13 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt de zinsnede ‘dan wel tweede’.

2. Het tweede lid, aanhef, komt te luiden:

• 2. Op het diploma, bedoeld in artikel 12, eerste lid, is tenminste vermeld:

3. In het tweede lid, onderdeel b, wordt de zinsnede ‘waarop de cursus betrekking had’ vervangen door: waarop het diploma betrekking heeft.

4. Het tweede lid, onderdeel c, kom te luiden:

• c. de naam van de gediplomeerde;

5. Onderdeel d komt te luiden:

• d. uniek volgnummer, indien het diploma betrekking heeft op een digitaal controleapparaat.

E

Artikel 16, wordt als volgt gewijzigd:

1. Het derde lid komt te luiden:

• 3. In elke werkplaats of mobiele installatie-eenheid is het diploma aanwezig, bedoeld in artikel 12, eerste lid, van de erkenninghouder dan wel het door hem voor installatie, onderzoek en reparatie aangewezen personeel.

2. In het vierde lid wordt ‘bewijs’ vervangen door: de bevoegdheidspas.

F

In artikel 20 wordt na ‘artikel 12’ de volgende zinsnede ingevoegd: , eerste lid,.

G

Artikel 36, eerste lid, onder b, komt te luiden:

• b. Pasnummer en pincode als bedoeld in artikel 6, tweede lid, van de erkenninghouder dan wel het door hem aangewezen personeel,

H

Artikel 50, tweede lid, komt te luiden:

• 2. Met een diploma als bedoeld:

  • a. in artikel 12, eerste lid, onder a, wordt gelijkgesteld een voor 1 januari 2017 behaald diploma installateur,

  • b. in artikel 12, eerste lid, onder b, wordt gelijkgesteld een voor 1 januari 2017 behaald diploma reparateur.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 oktober 2016.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

TOELICHTING

Algemeen

De Regeling controleapparaten 2005 stelt onder andere eisen aan de installateurs en reparateurs van tachografen in voertuigen. Deze eisen dienen met name ter uitvoering van verordening Nr. 165/2014 van het Europees Parlement en van de Raad van 4 februari 2014 betreffende tachografen in het wegvervoer, tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 3821/85 van de Raad betreffende het controleapparaat in het wegvervoer en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 561/2006 van het Europees Parlement en de Raad tot harmonisatie van bepaalde voorschriften van sociale aard voor het wegvervoer (PbEU 2014, L 60).

Deze eisen in de Regeling controleapparaten 2005 konden duidelijker geredigeerd worden en op twee punten inhoudelijk verbeterd. Dat is met deze regeling gebeurd.

Deze regeling heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten of nalevingskosten.

Artikelsgewijs

Artikel I

A, D, E, F, G (artikelen 4, 13, 16, 20 en 36)

De wijzigingen van deze artikelen houden verband met de redactionele herstructurering van artikel 6 en de redactionele herstructurering en inhoudelijke verbetering van artikel 12.

Ten aanzien van artikel 16, derde lid, wordt nog opgemerkt dat het diploma tachograaftechnicus in de werkplaats of mobiele installatie-eenheid aanwezig moet zijn. Aangezien uit het verlengen van de bevoegdheidspas (met pincode) blijkt dat het examen ‘bevoegdheidsverlenging tachograaftechnicus’ is behaald, is het niet noodzakelijk dat naast de bevoegdheidspas ook een ander bewijs van het behalen van bovengenoemd examen aanwezig is. Die aanvullende verplichting is dan ook geschrapt.

B (artikel 6)

In artikel 6, derde tot en met zesde lid, is opgenomen wat voorheen geregeld was in artikel 12 betreffende de bevoegdheidspas. Aangezien de bevoegdheid van de Dienst Wegverkeer (hierna: RDW) om de bevoegdheidspas te verlenen is opgenomen in artikel 6, tweede lid, is het voor de eenduidigheid van de regeling te verkiezen dat alle bepalingen betreffende de bevoegdheidspas in artikel 6 worden opgenomen. Dit geldt onder andere voor de bevoegdheid van de RDW om, ten behoeve van de verlenging van de bevoegdheidspas, examens op te stellen en af te nemen. Deze bevoegdheid kan op grond van artikel 10:3, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht worden gemandateerd. Een mandaat aan de IBKI is inmiddels in voorbereiding. Voor de duidelijkheid wordt hier opgemerkt dat het, voorafgaand aan het examen bevoegdheidsverlenging tachograaftechnicus, niet verplicht is om een cursus te volgen bij fabrikant, importeur of RDW. Deze verplichting bestaat wel voorafgaand aan het (eerste) examen tachograaftechnicus, ingevolge artikel 12.

C en H (artikelen 12 en 50)

Artikel 12 (nieuw) van de Regeling controleapparaten 2005 is, hoewel anders geredigeerd, inhoudelijk vrijwel gelijk aan het voorheen geldende artikel 12 van die regeling. Wie een erkenning als installateur of reparateur aanvraagt, moet beschikken over een diploma en voorafgaand aan het examen een verplichte cursus volgen. Dit systeem blijft in stand, maar er zijn wel twee andere wijzigingen opgenomen

De eerste wijziging betreft de bevoegdheidstoekenning inzake het opstellen en afnemen van examens voor reparateurs en installateurs van tachografen en het verstrekken van diploma’s en het organiseren van cursussen. Deze bevoegdheden waren niet op een juiste manier belegd. Op grond van het oude artikel 12 kon de RDW een instantie aanwijzen die de bovengenoemde taken zou kunnen uitvoeren. Hiervoor ontbrak echter een wettelijke basis. Artikel 4b, tweede lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994 laat toe dat bij ministeriële regeling taken bij de RDW worden belegd, maar niet dat de RDW rechtstreeks bevoegdheden bij derden belegt. Derhalve worden de bevoegdheden tot het opstellen en afnemen van examens, het verstrekken van diploma’s en het organiseren van verplichte cursussen nu expliciet bij de RDW belegd. Via een mandaatconstructie kunnen zij, op grond van artikel 10:3, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, nu deze taken gaan uitbesteden.

Overigens kunnen verplichte cursussen ook worden georganiseerd door importeurs en installateurs van tachografen.

De tweede wijziging betreft de aanduiding van de diploma’s. Voorheen werden de diploma’s voor installateurs en reparateurs apart benoemd. Zij zullen echter hetzelfde examen doen en hetzelfde diploma krijgen, namelijk dat van tachograaftechnicus. Hiervoor is gekozen, omdat er geen nieuwe reparateurs meer worden opgeleid die een apart diploma moeten behalen. Het onderscheid was vooral relevant voor de analoge tachografen. Op termijn zal worden bekeken of de term reparateur kan worden geschrapt en in hoeverre hiervoor een overgangsregeling moet worden getroffen.

In de overgangsbepalingen is opgenomen dat een voor 1 januari 2017 behaald diploma installateur of reparateur wordt gelijkgesteld met een diploma tachograaftechnicus. Hiermee is artikel 50, tweede lid, (oud) overbodig geworden. Deelnemers die succesvol hebben deelgenomen aan de cursus hebben namelijk allemaal een diploma installateur of reparateur gehaald.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Hiermee wordt afgeweken van de vaste verandermomenten. Dit wordt echter gerechtvaardigd door het feit dat het hier grotendeels gaat om reparatieregelgeving. Met de gewijzigde aanduiding van het examen voor zowel installateur als reparateur kan niet worden gewacht, aangezien de examens vanaf 1 oktober zullen worden afgenomen.

Om dezelfde redenen wordt geen invoeringstermijn gehanteerd en zal de regeling terugwerken tot 1 oktober.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus