City Deal Stedelijke Veiligheid

Ondergetekenden:

  • 1. De colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Den Haag, Eindhoven, Zoetermeer en Delft, allen handelend in hun hoedanigheid van bestuursorgaan, te dezen vertegenwoordigd door de respectievelijke wethouders economie, mevrouw mr. drs. I.K. van Engelshoven, de heer ir. G Ch. F. M. Depla, mevrouw M.E. van Leeuwen en de heer F. Förster;

  • 2. De burgemeesters van de gemeenten Enschede en Tilburg, de heren dr. G.O. van Veldhuizen en mr. P.G.A. Noordanus, beiden handelend in hun hoedanigheid van bestuursorgaan;

    Partijen genoemd onder 1 en 2 hierna samen te noemen: Steden;

  • 3. De Stichting Hague Security Delta, te dezen vertegenwoordigd door de heer drs. W.J. Kuijken, voorzitter;

  • 4. De Stichting Dutch Institute for Technology Safety and Security, te dezen vertegenwoordigd door de heer mr. G. Sluijter, directeur en bestuurder;

  • 5. Het openbaar lichaam Veiligheidsregio Twente (‘Twente Safety and Security’), te dezen vertegenwoordigd door de heer dr. G.O. van Veldhuizen, voorzitter Algemeen Bestuur;

    De private partijen (bedrijven en kennisinstellingen) genoemd onder 3 tot en met 5 hierna samen te noemen: de regionale veiligheidsclusters

  • 6. De Minister van Economische Zaken, de heer H.G.J. Kamp, de Minister van Veiligheid en Justitie, de heer mr. G.A. Van der Steur en de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mevrouw M. Bussemaker, allen handelend in hun hoedanigheid van bestuursorgaan;

Hierna samen te noemen: Rijksoverheid;

Partijen genoemd onder 1 tot en met 6 hierna samen te noemen: Partijen;

Overwegingen

Algemene context Agenda Stad

  • a. Rijksoverheid, steden en andere actoren werken aan de totstandkoming van de Agenda Stad, die de groei, innovatie en leefbaarheid van steden moet versterken en daarmee de productiviteitsgroei van Nederlandse steden versterken.1

  • b. De Rijksoverheid beoogt hier onder andere door middel van ‘City Deals’ tussen steden, bedrijven en (maatschappelijke) organisaties en de Rijksoverheid invulling aan te geven. City Deals karakteriseren zich doordat ze: 1) schaalvoordeel willen realiseren door bevordering van samenwerking tussen steden of stedelijke regio; 2) een voedingsbodem creëren voor de tot stand koming van innovatieve producten die (inter)nationaal aansprekend en vermarktbaar zijn; 3) een innovatieve aanpak bevorderen voor grote maatschappelijk opgaven in de steden; en 4) de samenwerking versterken tussen uiteenlopende publieke en private partners.

  • c. In het position paper 'Resetting cities'2 hebben Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht en Eindhoven gezamenlijk hun ambities voor Agenda Stad in kaart gebracht. Deze propositie is in samenspel met de Rijksoverheid ontwikkeld, en omvat een 'kansen' agenda langs drie sporen: lerende en innovatieve steden, (compacte) groene en gezonde steden, veilige en inclusieve steden. Deze city deal sluit hier op aan, evenals op ambities van enkele G32-steden uit hun propositie ‘Nederland Stedenland’3.

Context City Deal stedelijke veiligheid

  • De mondiale groei van, en trek naar, steden zorgt voor een opeenstapeling van opgaven op het gebied van leefbaarheid, woningbouw, werkgelegenheid en – in toenemende mate – veiligheid. Naast fysieke veiligheid wordt cyber security steeds belangrijker, omdat de samenleving door de razendsnelle ontwikkeling van ICT en datanetwerken steeds afhankelijker wordt van informatietechnologie om beter te ondernemen en te leven. Cyber security vormt een randvoorwaarde voor de succesvolle ontwikkeling van de digitale en vitale infrastructuren in Nederland. Daarmee wordt Nederland veiliger. Omdat Nederland met haar cybersecurity strategie in internationaal perspectief al een koploperspositie inneemt, liggen in dit domein veel kansen voor nieuwe innovaties die internationaal vermarktbaar zijn. Veiligheid is één van de zeven “societal challenges” in het kader van het Europese Research and Development programma “Horizon 2020”. Dat is niet alleen een bevestiging van het belang voor veiligheid voor de komende decennia op Europees niveau, het biedt ook financieringsmogelijkheden voor internationale onderzoeken, die vaak voorafgaan aan concrete innovaties.

  • Tegenover een opeenstapeling van stedelijke opgaven, waaronder veiligheid, staat dat overheden worden geconfronteerd met substantieel minder eigen middelen. Dit onderstreept de noodzaak om door middel van innovatie tot slimmere werkwijzen te komen om de veiligheid te waarborgen.

  • De drie stedelijke regio’s Den Haag, Eindhoven/Tilburg en Enschede/Twente nemen met deze city deal het voortouw om tot een verdere samenwerking te komen tussen publieke en private partijen op het terrein van innovatie en veiligheid, gericht op nieuwe innovaties die (inter)nationaal vermarktbaar zijn. Deze city deal bevestigt de huidige samenwerking tussen de verschillende regio’s en nodigt andere steden/regio’s uit om op vergelijkbare wijze de krachten te bundelen. De gezamenlijke ambitie van de veiligheidsclusters is een impuls te genereren voor de Nederlandse economie, met meer bedrijvigheid, meer banen en een veiliger samenleving. De Rijksoverheid ziet deze initiatieven en groeiende samenwerking als een kans om economische en maatschappelijke belangen te laten samengaan, en wil uitbreiding van de bestaande samenwerking tot een nationaal veiligheidscluster stimuleren. De Rijksoverheid gaat uit van open innovatie: geen andere steden/regio’s mogen worden uitgesloten. Integendeel, ze worden van harte uitgenodigd om te participeren in deze samenwerking.

  • Het economisch perspectief is het creëren van nieuwe banen in het veiligheidscluster. Dit zou zich kunnen ontwikkelen naar een omzet van 12 miljard euro en 75.000 banen bij 4.000 bedrijven.4 Deze vooruitzichten worden in belangrijke mate gedragen door de regio’s Den Haag, Eindhoven/Tilburg en Enschede/Twente. Daarmee wordt Nederland een toonaangevende speler op Europese schaal.

Toelichting op de drie initiatief nemende stedelijke regio’s

  • In de stedelijke regio Den Haag zijn prominente instellingen gevestigd, waarmee steeds meer (internationale) verbindingen gelegd worden tussen vrede, recht en veiligheid.5 Bedrijven, overheden en kennisinstellingen werken in de Stichting The Hague Security Delta (HSD) aan betere, kosten-efficiënte innovaties om zo meer banen en een veiliger samenleving te realiseren. HSD richt zich op innovaties in nationale veiligheid, cyber security, vitale infrastructuur, stedelijke veiligheid, drones/robotica en forensics. Zoetermeer zet via het Dutch Innovation Park en ICT/Cyber Security-opleidingen in op de combinatie van toegepast onderzoek en valorisatiemogelijkheden van ICT-innovaties. (Cyber) security is daarbij een specifiek element. Via het LDE Centre for Safety and Security is universitaire samenwerking rond veiligheid tussen Leiden, Rotterdam en Delft vormgegeven. Door de sterk groeiende verbindingen tussen publieke en private organisaties in de Haagse regio6, is een specialistisch kennisknooppunt, The Hague Security Delta Campus, ontstaan. Deze campus vormt een belangrijke fysieke hotspot in de veiligheidssamenwerking tussen de regionale clusters. In Eindhoven/Tilburg is het Dutch Institute for Technology, Safety and Security (DITSS), een spin-off van Brainport Development en Midpoint Brabant, actief. DITSS legt de focus op innovaties in stedelijke veiligheid in het algemeen en sociale veiligheid, fysieke veiligheid en informatieveiligheid in het bijzonder. Eindhoven en Tilburg hebben hierin een trekkende rol. DITSS ontwikkelt innovatieve oplossingen en laat in living labs zien of de oplossing ook daadwerkelijk helpt. De innovatiekracht van DITSS is het resultaat van de bundeling van technology, design en social innovation in deze samenwerking.

  • In Enschede en de regio Twente is, in de nasleep van incidenten en grote evenementen, vanuit de veiligheidsregio het veiligheidscluster Twente Safety and Security (TS&S) ontstaan. TS&S richt zich op vele aspecten op het terrein van safety en security. Twente wil bovendien testregio zijn voor drones op vliegveld Twenthe''

  • De drie clusters in de hiervoor genoemde stedelijke regio’s, HSD, DITSS en TS&S, werken in de praktijk al veel samen, en zijn op bestuurlijk niveau aan elkaar verbonden in de stichting The Hague Security Delta. Een vertegenwoordiger van de Minister van Veiligheid en Justitie is waarnemer in deze stichting.

Komen overeen

Een City Deal over stedelijke veiligheid, waarbij Partijen Nederland (beter) willen profileren als publiek-privaat veiligheidscluster waar economische en maatschappelijke belangen elkaar versterken.

1. Doel

Met deze city deal beogen Partijen een betere publiek-private samenwerking te realiseren die bijdraagt aan het oplossen van complexe stedelijke veiligheidsuitdagingen. Gezocht wordt naar samenwerkingsvormen die uiteindelijk resulteren in het behalen van zowel maatschappelijk rendement (meer veiligheid voor burgers en bedrijven en/of veiligheid tegen lagere maatschappelijke kosten) als economisch rendement (meer omzet/winst voor bedrijven in de veiligheidssector, banengroei). Door het betrekken van de kennissector wordt deze ontwikkeling kracht bij gezet, hetgeen ook zal leiden tot een sterkere wetenschappelijke positie op het domein veiligheid, en betere opleidingscapaciteiten.

2. Afspraken

2.1 Algemeen (alle Partijen)

Partijen streven ernaar:

  • De dominante positie van het Nederlandse bedrijfsleven op het terrein van cyber security te versterken, en te gebruiken om tot aansprekende voorbeelden te komen van innovatieve veiligheidsproducten die in publiek-private samenwerking tot stand zijn gekomen.

  • De (“triple helix”) samenwerking tussen overheden, bedrijfsleven en onderwijs- en kennisinstellingen op het gebied van stedelijke veiligheid te versterken. Deze city deal formuleert hiertoe inzet en acties van de deelnemende partijen rond onder andere:

    • 1) Innovatiegericht inkopen,

    • 2) Inrichten van test- en experimenteer omgevingen in bestaande maatschappelijke omgevingen (“Living Labs”),

    • 3) Versterken van de samenwerking, en verhogen van de interactie tussen kennisinstellingen, bedrijven en overheden (Verbetering van de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt, campusontwikkeling), en

    • 4) stimuleren en faciliteren van startups.

  • Open te staan voor deelname van andere stedelijke regio’s, overheden, bedrijven, en kennisinstellingen aan deze publiek-private samenwerking om zo tot een nationaal veiligheidscluster te komen.

  • Partijen zullen bij de uitvoering van de city deal nadere afspraken maken over de opzet van een overlegstructuur.

2.2 Specifieke inzet en acties van Partijen

Hieronder staan de concrete acties die de specifiek genoemde Partijen gaan oppakken in het kader van deze city deal. De slotbepalingen gaan in op de mogelijkheid van doorontwikkeling van het met deze city deal aangegane partnerschap.

2.2.1 De Rijksoverheid:
  • De Minister van Economische Zaken (EZ) zal in het kader van het topsectorenbeleid blijvend aandacht besteden aan cyber security en ICT.

  • De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) van de Minister van EZ maakt inzichtelijk hoe de regionale veiligheidsclusters gebruik kunnen maken van bestaand financierings- en innovatieinstrumenten (MIT, innovatiekredieten, WBSO, NLII, NIA/EFSI). De regionale clusters kunnen, indien passend bevonden door de TKI’s, participeren in TKI-programma’s of -projecten.

  • Het internationaal profiel van Nederland wordt versterkt doordat de Minister van EZ Nederland als Secure digital gateway to Europe zal positioneren, onder andere via de Netherlands Foreign Investment Agency-strategie en door inzet van Innovatie Attaché-netwerk.

  • De Minister van EZ zal overige Partijen stimuleren (meer) gebruik te maken van het instrumentarium van innovatiegericht inkopen, inclusief pre-commercieel inkopen. Partijen zullen in gezamenlijke overleggen rond de living labs (zoals benoemd in deze deal) hierover kennis en ervaringen uitwisselen met PIANOo.7 Doel is om de ruimte binnen de regelgeving en de mogelijkheden van innovatiegericht inkopen optimaal te benutten, eventuele concrete belemmeringen in regelgeving te identificeren en de lessons learned in bestaande, besluitvormende gremia te agenderen. De regionale veiligheidsclusters kunnen de helpdeskfunctie van RVO.nl/PIANOo voor aanbesteding en inkoop expertise benutten.

  • De Minister van EZ levert via het webplatform www.startupdelta.org exposure aan de regionale veiligheidsclusters. Door de uitrol van een Startup in Residence programma met de Steden wordt een vruchtbaar ecosysteem voor security startups ondersteund.8 In dit programma zal specifiek aandacht worden besteed aan benutting van Europese subsidies door startups. Onderdeel van het ecosysteem is het creëren van een pilotomgeving voor startups op de campussen.

  • De minister van EZ zal via RVO.nl integraliteit in de uitvoering aan Rijkszijde borgen.

  • De minister van Veiligheid en Justitie (VenJ) zal de versterking van zijn cybersecurity strategie voortzetten, en in de uitwerking daarvan gebruik maken van de expertise in de regionale veiligheidsclusters en andere sectoren.

  • De minister van VenJ zal het concept van ‘eerste klant’ zoals dat bij het Ministerie van Defensie gehanteerd wordt verkennen op bruikbaarheid en meerwaarde, en bevorderen dat de onder zijn verantwoordelijkheid werkzame diensten (bijvoorbeeld de Nationale Politie) en zijn publieke veiligheidspartners (bijvoorbeeld de veiligheidsregio’s) hetzelfde doen. De minister wil daarbij ook het goede voorbeeld tonen door aan de hand van een concrete technologie en/of specifieke uitdaging innovatieprogramma’s te doorlopen in publiek-private samenwerking, onder andere door gebruik te maken van het innovatiegericht inkopen-instrumentarium. Daarbij wordt samenwerking met de regionale veiligheidsclusters en andere sectoren verkend. Voorbeelden van de wijze waarop het ministerie kennis samen met externe partijen ontwikkelt, zijn een drietal security innovatieprogramma's: satelliet observatie, sensing en real time intelligence. In deze programma’s gaan eindgebruikers in wisselwerking met kennisinstituten en bedrijfsleven innovaties ontwikkelen.

  • De minister van VenJ zal bevorderen dat het inkoopbeleid van zijn ministerie en de onder hem ressorterende diensten (zoals de Nationale Politie, de DJI en het NFI) zich meer gaat richten op de langere termijn. Bijvoorbeeld door beter te anticiperen op technologische en maatschappelijke ontwikkelingen die om nieuwe veiligheidsoplossingen vragen. De huidige en toekomstige innovatie-agenda’s van VenJ zullen bijdragen aan een beter voorspelbare markt voor het bedrijfsleven, waardoor hun R&D investeringen beter kunnen renderen.

  • De minister van VenJ kan innovatieprojecten uit regio’s die voldoen aan de daarvoor gestelde criteria financieel ondersteunen9 als ze worden ingediend via een daartoe uitgenodigde overheidsorganisatie met een wettelijke veiligheidstaak (bijvoorbeeld veiligheidsregio of Nationale Politie). Partijen zullen worden aangemoedigd hiervan gebruik te maken. Succesvolle projecten zullen dan door het ministerie als voorbeeld worden gesteld voor anderen, ook in het buitenland.

  • De minister van VenJ zal de mogelijkheden verkennen voor een industrie- of partnerstrategie om de relatie met verschillende bedrijfssectoren zo transparant mogelijk te maken.

  • De minister van VenJ wil in samenspraak met publieke en private partners verkennen wat de mogelijkheden zijn om de maatschappelijke veiligheid te bevorderen, door de aanpak van specifieke doelgroepen.

  • De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) beoogt via een aanpassing van de macro-doelmatigheidstoets meer ruimte voor nieuwe opleidingen/vestigingsplekken in het Hoger Onderwijs te realiseren. Dit kan extra mogelijkheden creëren voor opleiding aan de regionale veiligheidsclusters. OCW erkent de inspanningen om tot een sterkere regionale kennisinfrastructuur rond veiligheid te komen, zoals verwoord in deze deal, als een erkende regionale afspraak in de zin van de beleidsregel doelmatig hoger onderwijs (art. 11 lid 3a), waarnaar hoger onderwijsinstellingen in de drie initiatiefnemende stedelijke regio’s kunnen verwijzen bij (vervolg)initiatieven voor uitbreiding van het onderwijsaanbod.

2.2.2 De Steden:
  • Steden zullen concrete living labs initiëren en daarmee als levende laboratoria van innovatieve veiligheidsoplossingen fungeren. Deze living labs worden nationaal en internationaal ontsloten via de HSD. In eerste instantie wordt gestart met een 11-tal living labs:

    • o Eindhoven: Stratumseind 2.010

    • o Enschede/Twente: aanpak verwarde personen; veilig wonen voor minder zelfredzamen11

    • o Zoetermeer: Cyber Security Awareness in SME’s (CoECS)

    • o Delft: Vernieuwde aanpak veiligheid op straat12

    • o Den Haag: Integrale gebiedsbeveiliging internationale zone; Eventcloud; Gebiedsbeveiliging campus LvNOI; Scheveningen connected

    • o Tilburg: SmartForensics; Willem II-passage

  • De steden waar de living labs gesitueerd zijn, zullen de eventuele belemmeringen voor veiligheidsinnovaties die naar voren komen goed onderbouwd in kaart brengen en delen met de Rijksoverheid en de regionale veiligheidsclusters. Dit kan voeding zijn voor beleidsaanpassingen.

  • Steden zullen zich inspannen om afgeronde, succesvolle living lab-innovaties breder in Nederland en in het buitenland bekend te maken.

  • Steden vergroten de aansluiting van talent op de arbeidsmarkt via de opzet van een online talent community platform en vacature portal. Streven is daarbij aansluiting te vinden op de systematiek van het arbeidsmarktdashboard dat door Brainport Development is ontwikkeld in het kader van het Techniekpact.

  • Den Haag zet in op de doorontwikkeling van de HSD-campus in Den Haag. Daartoe wordt door Den Haag, voortbouwend op de nota van uitgangspunten station Laan van NOI 13, een visie en lange termijn strategie voor het gebied ontwikkeld. Het voormalig gebouw van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid14 kan een belangrijke rol vervullen voor wat betreft de campusontwikkeling in dit gebied rondom het thema security. Den Haag zal met EZ en de Nederlandse Investeringsinstelling (NII) verkennen welke mogelijkheden er zijn om dit gebouw, of alternatief Rijksvastgoed in het campusgebied te benutten voor de campusontwikkeling.

  • Steden ontwikkelen een uniforme uitstraling van de gelieerde campussen15 binnen het nationale veiligheidscluster HSD, en delen kennis rond het thema campusontwikkeling onderling uit.

  • Steden verkennen in hoeverre lokale en regionale incubatieprogramma’s aan elkaar kunnen worden verbonden ter versterking van het veiligheidscluster.

2.2.3 De regionale veiligheidsclusters:
  • Het bedrijfsleven binnen de regionale veiligheidsclusters zal investeren (arbeidsuren, financieel, know-how) in genoemde living labs en spreken de intentie uit dit ook te doen voor nieuwe living labs over stedelijke veiligheidsvraagstukken.

  • De regionale veiligheidsclusters verkennen samen met de triple helix partners, incl. de vitale infrastructuur organisaties, de wenselijkheid en de haalbaarheid van een nationaal testbed voor vitale infrastructuren, en informeren de relevante ministeries en stakeholders hierover. De regionale veiligheidsclusters zetten zich in voor ruime aandacht voor cyber security tijdens het EU-voorzitterschap 2016. Op de Innovation Expo 2016 wordt door HSD, met betrokkenheid van de ministerie van VenJ en EZ (RVO.nl) een (side)event georganiseerd rond het thema cyber security. Dit gebeurt als follow up van de succesvolle Cyber Security Week (CSW) tijdens de Global Conference on Cyber Space 2015.

  • De regionale veiligheidsclusters faciliteren het bedrijfsleven om te komen tot standaarden voor veilige (data)infrastructuren, en stemmen dit, voor zover passend in de nationale cybersecurity strategie, af met de ministeries van VenJ en EZ.

  • De kennisinstellingen uit de regionale veiligheidsclusters zullen de ambitie om structurele verbindingen tussen onderwijs, onderzoek en praktijk aan te brengen uit de Strategische Agenda Hoger Onderwijs, doorvertalen naar de praktijk van cyber security. De Minister van OCW kan daarbij een adviserende rol vervullen. Gerichte aandacht binnen de gehele onderwijsketen voor cyber security is nodig, evenals het faciliteren van nieuwe opleidingstrajecten en het stimuleren van publiek private samenwerking op dit terrein. De regionale veiligheidsclusters stellen hiervoor, onder coördinatie van het -mede daartoe opgerichte- Cyber Security Research and Education-platform, een Human Capital Agenda Cyber security op.

  • De Ministers van EZ en VenJ, of een door hen aangewezen vertegenwoordiger, worden uitgenodigd voor periodiek overleg met het bestuur van stichting HSD over onderwerpen die hun beleidsinteresses raken.

  • Voor de regie op de uitvoering van deze city deal wordt vanuit de regionale veiligheidsclusters een projectleider beschikbaar gesteld.

3. Bijdrage aan doelen Agenda Stad

De City Deal die partijen beogen, draagt bij aan de doelen van Agenda Stad door versterking van de innovatiekracht in de steden, wat een belangrijke motor vormt voor economische groei en de internationale concurrentiepositie van Nederland. Veiligheid draagt in hoge mate bij aan innovatie, groei en leefbaarheid in steden. Door een gezamenlijke aanpak wordt schaal gecreëerd en worden regionale initiatieven complementair aan elkaar.

4. Slotbepalingen

4.1 Inwerkingtreding en looptijd

  • Deze City Deal treedt in werking met ingang van de dag na ondertekening door alle Partijen en wordt aangegaan voor twee jaar. De werking van deze city deal zal door Partijen voor het einde van de looptijd worden geëvalueerd. Als de uitvoering naar tevredenheid van alle Partijen verloopt, kan de looptijd van de city deal verlengd worden, en kan de inhoud geactualiseerd worden.

  • In overeenstemming met alle Partijen kunnen ook tussentijds nieuwe of aanvullende acties worden afgesproken. Deze wijzigingen worden alsdan aan deze deal gehecht.

  • Over de voortgang van de City Deal voeren Partijen waar nodig periodiek overleg en wordt door HSD jaarlijks gerapporteerd aan ondertekenaars.

4.2 Toetreding nieuwe partijen

In overeenstemming met alle Partijen kunnen ook tussentijds nieuwe partijen toetreden tot deze city deal. De verklaring van instemming daartoe wordt alsdan aan deze deal gehecht.

4.3 Afdwingbaarheid

Partijen komen overeen dat de City Deal afspraken niet in rechte afdwingbaar zijn. De bijlagen bij deze deal maken geen onderdeel uit van de City Deal.

4.4 Openbaarheid

Deze City Deal zal samen met andere afgesloten City Deals openbaar worden gemaakt door publicatie in de Staatscourant, waardoor anderen kennis kunnen nemen van de gesloten City Deal. De Rijksoverheid rapporteert over de Agenda Stad, alsmede de hieruit voortvloeiende City Deals naar de Tweede Kamer van de Staten-Generaal.

4.5 EU-conformiteit

De afspraken van deze city deal zullen in overeenstemming met het recht van de Europese Unie worden uitgevoerd in het bijzonder voor zover de afspraken vallen onder de werking van de Europese regels met betrekking tot aanbesteding, mededinging, staatssteun en technisch normen en voorschriften.

Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend te Den Haag, 23 maart 2016

College van Burgemeester & Wethouders van de gemeente Den Haag, I.K. van Engelshoven Wethouder economie

College van Burgemeester & Wethouders van de gemeente Eindhoven, G Ch. F. M. Depla Wethouder economie

College van Burgemeester & Wethouders van de gemeente Zoetermeer, M.E. van Leeuwen Wethouder economie

College van Burgemeester & Wethouders van de gemeente Delft, F. Förster Wethouder economie

Burgemeester van de gemeente Enschede, tvs.Voorzitter Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Twente (‘Twente Safety & Security’) G.O. van Veldhuizen

Burgemeester van de gemeente Tilburg, P.G.A. Noordanus

Stichting Hague Security Delta (Landelijk Veiligheidsinnovatiecentrum), W.J. Kuijken Voorzitter

Stichting Dutch Institute for Technology Safety and Security, G. Sluijter Directeur en Bestuurder

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. Van der Steur

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker


X Noot
1

Zie: Kamerbrief over de voortgang van de Agenda Stad, TK 31 757, nr. 73).

X Noot
4

Strategie en urgentieprogramma 2015 – 2020, The Hague Security Delta.

X Noot
5

Denk dan aan bijvoorbeeld het Internationaal Gerechtshof, het Internationaal Strafhof, de Organisatie voor het Verbod op Chemische Wapens, het Permanent Hof van Arbitrage, de NAVO, Europol en Eurojust.

X Noot
6

O.a. de aanwezigheid van TNO, TU Delft, Universiteit Leiden, Haagse Hogeschool en het Nederlands Forensisch Insituut (NFI) hebben hieraan in belangrijke mate bijgedragen.

X Noot
7

Doelgroep zijn inkopers (incl. juristen/managers) van de steden, en medewerkers van bedrijvenpartners uit de regionale clusters.

X Noot
8

In Amsterdam is hier reeds mee gestart. Zie http://www.startupinresidence.com/. Dit zal op soortgelijke wijze in de deelnemende steden worden uitgerold.

X Noot
10

Hierin zitten onder andere de DITSS field labs De-escalate, Trillion en CityPulse.

X Noot
11

Beide labs passen binnen het HSD speerpunt ‘urban security’.

X Noot
12

Dit living lab zak in samenhang met het Eindhovens lab Stratumseind 2.0 worden opgepakt, om additionaliteit en complementariteit te borgen.

X Noot
13

Zie: http://www.denhaag.nl/web/wcbservlet/com.gxwebmanager.gxpublic.risbis.fileservlet?fileid=9acf738c-869b-4eb4-bc6e-a9767534634d. Hieruit vloeit o.a. voort dat de gemeente Den Haag zal investeren in de verbetering van de buitenruimte en looproutes in het gebied en de NS zal investeren in de uitbreiding van de stationsvoorzieningen en de verbetering van de stationsentree.

X Noot
14

Het gebouw van het voormalig ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Anna van Hannoverstraat 4 te Den Haag) is niet langer nodig voor Rijkshuisvesting en wordt derhalve afgestoten. De inzet en betrokkenheid van het RVB voor wat betreft dit gebouw is van kracht zolang het pand in eigendom is van het RVB.

X Noot
15

Respectievelijk de The Hague Security Delta-campus (Den Haag), Twente Safety Campus (Twente) en Dutch Innovation Park (Zoetermeer).

Naar boven