Regeling van de Minister van Buitenlandse Zaken van 7 juli 2016, nr. MinBuza-2016.381803, tot wijziging van de Sanctieregeling Noord-Korea 2007 en tot intrekking van enkele sanctieregelingen

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Handelende in overeenstemming met de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, de Minister van Financiën en de Minister van Infrastructuur en Milieu;

Gelet op Verordening (EU) nr. 2016/682 van de Raad van de Europese Unie van 29 april 2016 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 329/2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van de Democratische Volksrepubliek Korea (Pb EU L 117);

Gelet op Verordening (EU) nr. 2016/465 van de Raad van de Europese Unie van 31 maart 2016 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 329/2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van de Democratische Volksrepubliek Korea (Pb EU L 85);

Gelet op Verordening (EU) nr. 2016/841 van de Raad van de Europese Unie van 27 mei 2016 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 329/2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van de Democratische Volksrepubliek Korea (Pb EU L 141);

Gelet op Besluit (GBVB) 2016/849 van de Raad van 27 mei 2016 betreffende beperkende maatregelen tegen de Democratische Volksrepubliek Korea en tot intrekking van Besluit 2013/183/GBVB (Pb EU L 141);

Gelet op Verordening (EU) nr. 2016/907 van de Raad van de Europese Unie van 9 juni 2016 tot intrekking van Verordening (EG) nr. 174/2005 tot instelling van beperkingen op het leveren van bijstand in verband met militaire activiteiten aan Ivoorkust en Verordening (EG) nr. 560/2005 tot instelling van beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten in verband met de situatie in Ivoorkust (Pb EU L 153);

Gelet op Besluit (GBVB) 2016/917 van de Raad van 9 juni 2016 tot intrekking van Besluit 2010/656/GBVB tot verlenging van de beperkende maatregelen tegen Ivoorkust (Pb EU L 153);

Gelet op Verordening (EU) nr. 2016/983 van de Raad van de Europese Unie van 20 juni 2016 tot intrekking van Verordening (EG) nr. 234/2004 betreffende bepaalde beperkende maatregelen ten aanzien van Liberia (Pb EU L 162);

Gelet op Besluit (GBVB) 2016/994 van de Raad van 20 juni 2016 tot intrekking van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/109/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Liberia (Pb EU L 162);

Gelet op artikel 2, tweede lid, en artikel 3 van de Sanctiewet 1977,

Besluit:

ARTIKEL I

De Sanctieregeling Noord-Korea 2007 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 komt te luiden:

Artikel 1

  • 1. Het is verboden te handelen in strijd met artikel 2, eerste tot en met vierde lid, artikel 2 bis, eerste en tweede lid, artikel 3, artikel 4, eerste lid, artikel 4 bis, artikel 4 ter, artikel 5, artikel 5 bis, artikel 5 ter, artikel 5 quater, eerste, tweede, zevende lid en negende lid, artikel 6, artikel 6 bis, artikel 9 bis, artikel 9 ter, eerste lid, artikel 10, eerste lid, artikel 11 bis, eerste en vierde lid, artikel 11 ter en artikel 13 bis van Verordening (EG) nr. 329/2007 van de Raad van Europa van 27 maart 2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van de Democratische Volksrepubliek Korea (Pb EG L 88).

  • 2. Het verbod als bedoeld in het eerste lid, geldt niet in de gevallen waarin artikel 2, vijfde tot en met zevende lid, artikel 2 bis, derde lid, artikel 3, tweede lid, artikel 3 bis, eerste lid en derde lid, artikel 4, tweede tot en met vierde lid, artikel 5 bis, lid 1 ter en lid 1 septies, artikel 5 quater, derde tot en met vijfde lid, artikel 6, zevende lid, artikel 7, artikel 8, artikel 8 bis, artikel 9, artikel 9 ter, tweede en derde lid, artikel 11 bis, tweede, derde, vijfde en zesde lid, of artikel 11 ter, tweede en derde lid, van Verordening (EG) nr. 329/2007 van toepassing is.

B

Artikel 2 komt te luiden:

Artikel 2

  • 1. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 2, vijfde lid aanhef en onder a, en zevende lid, artikel 2 bis, derde lid aanhef en onder a en onder c, artikel 3 bis, eerste en derde lid, en artikel 4, vierde lid, van Verordening (EG) nr. 329/2007 is de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.

  • 2. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 5 bis, lid 1 sexies en lid 1 septies, artikel 6, zevende lid, artikel 7, eerste en tweede lid, artikel 8, eerste en tweede lid, en artikel 8 bis van Verordening (EG) nr. 329/2007 is de Minister van Financiën dan wel de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking elk voor het gebied waartoe hun competentie zich uitstrekt. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 10 van Verordening (EG) nr. 329/2007 is, afhankelijk van de aard van de informatie, de Minister van Financiën dan wel de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.

  • 3. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 5 quater, zevende lid onder e en in de laatste alinea, en artikel 11 bis, eerste lid onder d, van Verordening (EG) nr. 329/2007 is de Financial Intelligence Unit – Nederland.

  • 4. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 5 bis, lid 1 ter, artikel 5 quater, vierde lid, en artikel 9 van Verordening (EG) nr. 329/2007 is de Minister van Financiën.

  • 5. De bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 3 bis, achtste lid, artikel 11 bis, derde en zesde lid, en artikel 11 ter, tweede en derde lid, van Verordening (EG) nr. 329/2007 is de Inspecteur Leefomgeving en Transport.

ARTIKEL II

De Sanctieregeling Ivoorkust 2011 wordt ingetrokken.

ARTIKEL III

De Sanctieregeling Liberia 2004 II wordt ingetrokken.

ARTIKEL IV

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders

TOELICHTING

Deze regeling strekt tot wijziging van de Sanctieregeling Noord-Korea 2007 (artikel I) en tot intrekking van de Sanctieregeling Ivoorkust 2011 (artikel II) en de Sanctieregeling Liberia 2004 II (artikel III).

Artikel I

Vanwege de nucleaire activiteiten van Noord-Korea gelden er vanaf 2007 sancties jegens dat land. Deze sancties bestaan onder andere uit een wapenembargo, visumrestricties, handelsrestricties en financiële restricties teneinde te voorkomen dat Noord-Korea de beschikking krijgt over financiën, goederen en technologie die een bijdrage kunnen leveren aan met name kernwapens, massavernietigingswapens of ballistische raketten. De beperkende maatregelen zijn opgenomen in Besluit 2013/183/GBVB en Verordening 329/2007.

Verordening (EU) nr. 2016/682 van de Raad van de Europese Unie van 29 april 2016 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 329/2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van de Democratische Volksrepubliek Korea (Pb EU L 117), Verordening (EU) nr. 2016/465 van de Raad van de Europese Unie van 31 maart 2016 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 329/2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van de Democratische Volksrepubliek Korea (Pb EU L 85), Verordening (EU) nr. 2016/841 van de Raad van de Europese Unie van 27 mei 2016 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 329/2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van de Democratische Volksrepubliek Korea (Pb EU L 141) en Besluit (GBVB) 2016/849 van de Raad van 27 mei 2016 betreffende beperkende maatregelen tegen de Democratische Volksrepubliek Korea en tot intrekking van Besluit 2013/183/GBVB (Pb EU L 141) hebben geleid tot wijziging van de Sanctieregeling Noord-Korea 2007.

De onderhavige regeling strekt tot aanvulling van de beperkende maatregelen jegens Noord-Korea naar aanleiding van de kernproef van Noord-Korea op 6 januari en de lancering op 7 februari 2016. Op 2 maart 2016 heeft de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties Resolutie 2270 (2016) aangenomen. Hierin wordt de verontrusting uitgesproken over vorenbedoelde kernproef en lancering en voorts dat er een duidelijke bedreiging voor de internationale vrede en veiligheid in de regio en daarbuiten blijft bestaan. De Raad van de Europese Unie heeft in navolging van de Veiligheidsraad nieuwe beperkende maatregelen tegen Noord-Korea vastgesteld.

De nieuwe beperkende maatregelen omvatten:

  • aanvullende criteria voor het aanwijzen van personen en entiteiten waarop de bevriezing van tegoeden van toepassing is (artikel 3 bis van Verordening 329/2007);

  • aanvullende verbodsbepalingen ten aanzien van de verkoop, invoer, overdracht of vervoer van goud, titaniumerts, vanadiumerts, zeldzame aardmineralen, steenkool, ijzer en ijzererts uit Noord-Korea (artikel 2, vierde lid, van Verordening 329/2007);

  • aanvullende verbodsbepalingen ten aanzien van de verkoop of levering van luchtvaartbrandstof (artikel 2, eerste lid, van Verordening 329/2007);

  • verbodsbepalingen op het aannemen van investeringen vanuit Noord-Korea, verbod op het onderhouden van correspondentbankrelaties, een verbod op het oprichten van joint ventures met, of het nemen van, een eigenbelang in entiteiten die banden hebben met Noord-Korea in verband met betrokkenheid bij activiteiten gelieerd aan kernwapens, ballistische raketten of andere massavernietigingswapens of gelieerd aan activiteiten in de mijn-, raffinage- of chemische industrie (artikel 5 ter van Verordening 329/2007);

  • verbodsbepalingen ten aanzien van financiering of financiële bijstand in ruime zin voor de handel met Noord-Korea indien deze bestemd is voor programma’s van Noord-Korea in verband met kernwapens, ballistische raketten of andere bij Verordening 329/2007 verboden activiteiten (artikel 9 ter van Verordening 329/2007);

  • verbodsbepalingen ten aanzien van de overdracht van tegoeden van en naar Noord-Korea (artikel 5 quater van Verordening 329/2007);

  • aanvullende beperkende maatregelen voor de vervoerssector (artikel 3 bis en artikel 3 ter van Verordening 329/2007;

  • aanvullende verbodsbepalingen op de verkoop, invoer of overdracht van goederen die kunnen bijdragen tot de ontwikkeling van de operationele capaciteit van de strijdkrachten van Noord-Korea, dan wel de operationele capaciteit van de strijdkrachten van een andere staat dan Noord-Korea kan ondersteunen of verbeteren (artikel 2 bis van Verordening 329/2007);

  • een verbod op de toegang in de haven van een lidstaat voor vaartuigen die eigendom zijn, geëxploiteerd of bemand worden door Noord-Korea (artikel 11 bis, eerste en tweede lid, van Verordening 329/2007); en

  • een landingsverbod, een vertrekverbod en een verbod om over het grondgebied van een lidstaat te vliegen van vliegtuigen die worden geëxploiteerd door maatschappijen uit Noord-Korea of van oorsprong uit Noord-Korea afkomstig zijn (artikel 11 bis, derde tot en met zesde lid, van Verordening 329/2007).

De artikelen 1 en 2 van de Sanctieregeling Noord-Korea 2007 zijn overeenkomstig vorenbedoelde wijzigingen aangepast. In artikel 1, eerste lid, van de Sanctieregeling Noord-Korea 2007 zijn de verbodsbepalingen naar aanleiding van Verordening 329/2007 uitgebreid. In artikel 1, tweede lid, van de sanctieregeling zijn de uitzonderingen op de verbodsbepalingen opgenomen.

Artikel II en III

De Sanctieregeling Ivoorkust 2011 wordt ingetrokken aangezien door totstandkoming van Verordening (EU) nr. 2016/9071 en van Besluit (GBVB) 2016/9172 de grondslagen voor deze sanctieregeling zijn vervallen. De Raad van de Europese Unie heeft besloten, overeenkomstig Resolutie 2283 (2016) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, de sancties jegens Ivoorkust op te heffen.

De Sanctieregeling Liberia 2004 II wordt ingetrokken naar aanleiding van de totstandkoming van Verordening (EU) nr. 2016/9833 en van Besluit (GBVB) 2016/9944. Overeenkomstig Resolutie 2288 (2016) besloot de Raad van de Europese Unie om de sancties jegens Liberia op te heffen.

Voor meer informatie over de beperkende maatregelen zij verwezen naar de website

www.rijksoverheid.nl/sancties.

Ten slotte kan worden gemeld dat de onderhavige regeling strekt tot naleving van een internationale verplichting en dat uit dien hoofde inwerkingtreding niet plaatsvindt conform de Vaste Verander Momenten-systematiek.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders


X Noot
1

Verordening (EU) nr. 2016/907 van de Raad van de Europese Unie van 9 juni 2016 tot intrekking van Verordening (EG) nr. 174/2005 tot instelling van beperkingen op het leveren van bijstand in verband met militaire activiteiten aan Ivoorkust en Verordening (EG) nr. 560/2005 tot instelling van beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten in verband met de situatie in Ivoorkust (Pb EU L 153)

X Noot
2

Besluit (GBVB) 2016/917 van de Raad van 9 juni 2016 tot intrekking van Besluit 2010/656/GBVB tot verlenging van de beperkende maatregelen tegen Ivoorkust (Pb EU L 153)

X Noot
3

Verordening (EU) nr. 2016/983 van de Raad van de Europese Unie van 20 juni 2016 tot intrekking van Verordening (EG) nr. 234/2004 betreffende bepaalde beperkende maatregelen ten aanzien van Liberia (Pb EU L 162)

X Noot
4

Besluit (GBVB) 2016/994 van de Raad van 20 juni 2016 tot intrekking van Gemeenschappelijk Standpunt 2008/109/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Liberia (Pb EU L 162)

Naar boven