Mededeling
De Minister van Buitenlandse Zaken, deelt mee dat het volgende rijkswetsvoorstel is
bekrachtigd en dat daarover het onderstaande besluit is genomen:
Nummer: MINBUZA-2016.392524
Titel: Rijkswet houdende goedkeuring van het op 29 september 2015 te ’s-Gravenhage
tot stand gekomen Aanvullend Verdrag bij het op 16 december 2014 te Willemstad tot
stand gekomen verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden, ten behoeve van Curaçao,
en de Verenigde Staten van Amerika tot verbetering van de internationale belastingplicht
en de tenuitvoerlegging van de FATCA
Vindplaats: Trb. 2015, 171 en Trb. 2015, 182 / Kamerstukken II 2015–2016, 34 371 (R2066) nr. 2
Referendum mogelijk: nee
Binnen vier weken na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin deze mededeling
is geplaatst, kan iedere kiesgerechtigde met betrekking tot een wet waarvan is vastgesteld
dat daarover een referendum kan worden gehouden, een verzoek tot het houden van een
referendum indienen. Een verzoek wordt ingediend door het tekenen van de lijst die
voor deze wet beschikbaar wordt gesteld door de Kiesraad. De lijst wordt ingediend
bij de Kiesraad.
Besluit
Besluit van de Minister van Buitenlandse Zaken van 8 juli 2016, nr. MINBUZA-2016.392524,
houdende het besluit of over de rijkswet houdende goedkeuring van het op 29 september
2015 te ’s-Gravenhage tot stand gekomen Aanvullend Verdrag bij het op 16 december
2014 te Willemstad tot stand gekomen verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden,
ten behoeve van Curaçao, en de Verenigde Staten van Amerika tot verbetering van de
internationale belastingplicht en de tenuitvoerlegging van de FATCA een referendum
kan worden gehouden.
De Minister van Buitenlandse Zaken, in overeenstemming met de Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties
Gelet op artikel 6, derde lid, van de Wet raadgevend referendum;
Besluit:
Over de rijkswet houdende goedkeuring van het op 29 september 2015 te ’s-Gravenhage
tot stand gekomen Aanvullend Verdrag bij het op 16 december 2014 te Willemstad tot
stand gekomen verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden, ten behoeve van Curaçao,
en de Verenigde Staten van Amerika tot verbetering van de internationale belastingplicht
en de tenuitvoerlegging van de FATCA kan geen referendum worden gehouden op grond
van artikel 5, onderdeel f, van de Wet raadgevend referendum.