Rectificatie Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 6 juli 2016, 981326-152044-VGP, houdende tijdelijke regels inzake de kinderveiligheid van aanstekers ter uitvoering van beschikking 2006/502/EG (Warenwetregeling kinderveilige aanstekers 2016

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Gelet op beschikking 2006/502/EG van de Commissie van 11 mei 2006 waarbij de lidstaten worden verplicht maatregelen te treffen om ervoor te zorgen dat uitsluitend kinderveilige aanstekers op de markt worden gebracht en dat het op de markt brengen van ‘novelty lighters’ wordt verboden (PbEU 2006, L 198), uitvoeringsbesluit (EU) 2016/575 van de Commissie van 29 maart 2016 tot verlenging van de geldigheidsduur van Beschikking 2006/502/EG waarbij de lidstaten worden verplicht maatregelen te treffen om ervoor te zorgen dat uitsluitend kinderveilige aanstekers op de markt worden gebracht en dat het op de markt brengen van ‘novelty lighters’ wordt verboden (PbEU 2016, L 98), alsmede op artikel 2d van het Warenwetbesluit algemene productveiligheid;

Besluit:

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. beschikking 2006/502/EG:

beschikking 2006/502/EG van de Commissie van 11 mei 2006 waarbij de lidstaten worden verplicht maatregelen te treffen om ervoor te zorgen dat uitsluitend kinderveilige aanstekers op de markt worden gebracht en dat het op de markt brengen van ‘novelty lighters’ wordt verboden (PbEU 2006, L 198);

b. aansteker:

aansteker, bedoeld in artikel 1, eerste lid, van beschikking 2006/502/EG;

c. novelty lighter:

aansteker, bedoeld in artikel 1, tweede lid, van beschikking 2006/502/EG;

d. kinderveilige aansteker:

aansteker, bedoeld in artikel 1, derde lid, van beschikking 2006/502/EG;

e. model wegwerpaansteker:

aansteker, bedoeld in artikel 1, vierde lid, van beschikking 2006/502/EG;

f. kinderveiligheidstest:

test, bedoeld in artikel 1, vijfde lid, van beschikking 2006/502/EG;

g. producent:

producent, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van het Warenwetbesluit algemene productveiligheid;

h. distributeur:

distributeur, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder c, van het Warenwetbesluit algemene productveiligheid;

i. bevoegde autoriteit:

de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit.

Artikel 2

  • 1. Novelty lighters en andere aanstekers dan kinderveilige aanstekers worden niet op de markt gebracht.

  • 2. Novelty lighters en andere aanstekers dan kinderveilige aanstekers worden niet aan de consument geleverd.

  • 3. Producenten brengen slechts aanstekers op de markt indien zij de handelingen verrichten en de documenten bewaren, voorleggen of afgeven aan de bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 3, eerste lid, van beschikking 2006/502/EG.

  • 4. Distributeurs van aanstekers voldoen onverwijld aan een verzoek inzake het voorleggen van documentatie aan de bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 3, tweede lid, van beschikking 2006/502/EG.

  • 5. Aanstekers waarvoor de producent en de distributeur de documentatie, bedoeld in het tweede en derde lid, niet binnen de door de bevoegde autoriteit vastgestelde termijn hebben voorgelegd, worden niet op de markt gebracht.

Artikel 3

De rapporten van een kinderveiligheidstest:

  • a. voldoen aan artikel 4, eerste lid, van beschikking 2006/502/EG; en

  • b. zijn opgesteld door keuringsdiensten, bedoeld in artikel 4, tweede lid, van beschikking 2006/502/EG.

Artikel 4

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

  • 2. Deze regeling vervalt met ingang van de datum waarop beschikking 2006/502/EG vervalt. Van een verlenging van de geldigheidsduur van beschikking 2006/502/EG wordt mededeling gedaan in de Staatscourant.

Artikel 5

Deze regeling wordt aangehaald als: Warenwetregeling kinderveilige aanstekers 2016.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers

TOELICHTING

Op 20 juli 2006 is beschikking 2006/502/EG1 gepubliceerd. Van beschikking 2006/502/EG is op 11 mei 2006 kennis gegeven aan de lidstaten. Beschikking 2006/502/EG is vervolgens in Nederlandse regelgeving omgezet in de Warenwetregeling kinderveilige aanstekers.

In de overwegingen bij beschikking 2006/502/EG is uitgebreid aangeven welke overwegingen hebben geleid tot de vaststelling van die beschikking. Kort samengevat komt het erop neer dat sinds 11 maart 2007 uitsluitend nog kinderveilige aanstekers op de markt mogen worden gebracht, en in het bijzonder het op de markt brengen van zogenaamde novelty lighters is verboden. Sinds 11 maart 2008 is ook de verkoop van niet-kinderveilige aanstekers aan de consument niet meer toegestaan. Handelen in strijd met deze bepalingen is verboden op grond van artikel 2a, tweede lid, van het Warenwetbesluit algemene productveiligheid.

Bij diverse besluiten van de Europese Commissie, voor het laatst bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/575 van Commissie van 29 maart 2016 tot verlenging van de geldigheidsduur van Beschikking 2006/502/EG waarbij de lidstaten worden verplicht maatregelen te treffen om ervoor te zorgen dat uitsluitend kinderveilige aanstekers op de markt worden gebracht en dat het op de markt brengen van ‘novelty lighters’ wordt verboden (PbEU 2016 L98), is de geldigheidsduur van beschikking 2006/502/EG verlengd, laatstelijk tot en met 11 mei 2017.

De Warenwetregeling kinderveilige aanstekers is van rechtswege komen te vervallen op 12 mei 2016. Gelet op de korte termijn tussen deze datum en de publicatie van de beschikking van de Europese Commissie van 14 april 2016 tot verlenging de geldigheidsduur van beschikking 2006/502/EG is het niet mogelijk gebleken de Warenwetregeling kinderveilige aanstekers op de verlengingsbeschikking aan te passen.

Om deze reden wordt de Warenwetregeling kinderveilige aanstekers 2016 vastgesteld. Inhoudelijk is geen wijziging beoogd ten opzichte van de Warenwetregeling kinderveilige aanstekers.

Het vaststellen van het Warenwetbesluit kinderveilige aanstekers 2016 heeft voorts geen gevolgen voor de administratieve lasten voor de burger en het bedrijfsleven.

Artikel 4, tweede lid, regelt dat de regeling komt te vervallen op het moment dat beschikking 2006/502/EG vervalt. Indien de geldigheidsduur van Beschikking 2006/502/EG na Uitvoeringsbesluit (EU) 2016/575 opnieuw wordt verlengd, zal van deze verlenging mededeling worden gedaan in de Staatscourant.

Transponeringstabel

In onderstaande tabel is het verband weergegeven tussen beschikking 2006/502/EG en deze regeling.

Beschikking 2006/502/EG

Deze regeling

artikel 1, eerste tot en met zevende lid

artikel 1, onder b tot en met h

artikel 2

artikel 2, eerste en tweede lid

artikel 3

artikel 2, derde tot en met vijfde lid

artikel 4

artikel 3

artikel 5

– (geen implementatie vereist)

artikel 6, eerste en tweede lid

artikel 4

artikel 6, derde en vierde lid

– (geen implementatie vereist)

artikel 7

– (geen implementatie vereist).

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers


X Noot
1

Beschikking 2006/502/EG van 11 mei 2006 waarbij de lidstaten worden verplicht maatregelen te treffen om ervoor te zorgen dat uitsluitend kinderveilige aanstekers op de markt worden gebracht en dat het op de markt brengen van ‘novelty lighters’ wordt verboden (PbEU 2006, L 198).

Naar boven