Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Zwolle | Staatscourant 2016, 3635 | Instelling gemeenschappelijke regelingen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Zwolle | Staatscourant 2016, 3635 | Instelling gemeenschappelijke regelingen |
Gemeenschappelijk belastingkantoor Lococensus – Tricijn 2016
De dagelijkse besturen van de waterschappen
Groot Salland, Reest en Wieden, Rijn en IJssel, Vechtstromen, Vallei en Veluwe en Zuiderzeeland,
elk voor zover voor het eigen waterschap bevoegd,
en de colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Nijkerk, Dronten, Leusden, Zwolle, Dalfsen en Bunschoten,
elk voor zover voor de eigen gemeente bevoegd,
de Wet gemeenschappelijke regelingen, de Waterschapswet, de Gemeentewet, de Algemene wet bestuursrecht, de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Invorderingswet 1990, de Kostenwet invordering rijksbelastingen en de Wet waardering onroerende zaken,
de verleende toestemming van de algemene besturen van de waterschappen en de gemeenteraden als bedoeld in artikel 61, tweede lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen,
de gemeenschappelijke regeling Gemeenschappelijk belastingkantoor Lococensus - Tricijn te wijzigen, in dier voege dat de regeling komt te luiden als volgt:
In deze gemeenschappelijke regeling wordt verstaan onder:
belastingdeurwaarder: de door het dagelijks bestuur aangewezen ambtenaar van GBLT, als bedoeld in artikel 232, lid 4, sub d, van de Gemeentewet, artikel 124, vijfde lid, onder d, van de Waterschapswet, dan wel een als belastingdeurwaarder aangewezen gerechtsdeurwaarder, bedoeld in de Gerechtsdeurwaarderswet;
Waar in deze regeling artikelen van de Gemeentewet of van andere regelgeving van overeenkomstige toepassing worden verklaard, dient in de plaats van gemeente, respectievelijk de gemeenteraad, respectievelijk het college van b en w, respectievelijk de burgemeester te worden gelezen: GBLT, het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter.
Waar in deze regeling artikelen van de Waterschapswet of van andere regelgeving van overeenkomstige toepassing worden verklaard, dient in plaats van waterschap, respectievelijk het algemeen bestuur, respectievelijk het dagelijks bestuur, respectievelijk de voorzitter te worden gelezen: GBLT, het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter.
Waar in deze regeling artikelen van de Gemeentewet, de Waterschapswet of andere regelgeving van overeenkomstige toepassing worden verklaard, dient in de plaats van inspecteur, de ontvanger, respectievelijk de ambtenaar van de rijksbelastingdienst, respectievelijk de belastingdeurwaarder te worden gelezen: de inspecteur van GBLT, de ontvanger van GBLT, de ambtenaar van GBLT en de belastingdeurwaarder.
GBLT heeft als doelstelling zorg te dragen voor een efficiënte en effectieve heffing en invordering van belastingen, voor de heffing en invordering waarvan de vertegenwoordigende organen van de deelnemers belastingverordeningen en kwijtscheldingsregels hebben vastgesteld, elk voor zover het hun grondgebied betreft, de uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken alsmede desgewenst de inrichting en/of het beheer van andere basisregistraties.
Bevoegdheden van het algemeen bestuur
Het algemeen bestuur is belast met het algemeen bestuur van GBLT, waaronder kaderstelling en controle van het dagelijks bestuur.
Het aanwijzen van leden van het dagelijks bestuur ter vervulling van plaatsen die ten gevolge van gemeenteraadsverkiezingen resp. waterschapsverkiezingen openvallen, vindt plaats in de eerste vergadering van het nieuw gekozen algemeen bestuur voor wat betreft de deelnemende gemeenten resp. de deelnemende waterschappen.
Indien tussentijds een plaats in het dagelijks bestuur vacant komt, wijst het algemeen bestuur zo spoedig mogelijk een nieuw lid aan. Gaat het openvallen van een plaats in het dagelijks bestuur gepaard met het openvallen van een plaats in het algemeen bestuur, dan wordt het aanwijzen van een nieuw lid in het dagelijks bestuur uitgesteld totdat de opengevallen plaats in het algemeen bestuur is bezet.
Bevoegdheden van het dagelijks bestuur
Het dagelijks bestuur is bevoegd, indien ingevolge wettelijk voorschrift aan GBLT of aan het bestuur van GBLT hetzij een recht van beroep hetzij een recht bezwaar te maken toekomt, om beroep in te stellen of bezwaar te maken alsmede, voor zover de voorschriften dat toelaten, om schorsing van het aangevochten besluit of om voorlopige voorziening ter zake te verzoeken.
Het dagelijks bestuur is bevoegd om namens het openbaar lichaam, het dagelijks bestuur of het algemeen bestuur rechtsgedingen, bezwaarprocedures of administratief beroepsprocedures te voeren of handelingen ter voorbereiding daarom te verrichten, tenzij het algemeen bestuur voor zover het het algemeen bestuur aangaat, in voorkomende gevallen anders beslist.
Indien het dagelijks bestuur rechtsgedingen, bezwaarprocedures of administratief beroepsprocedures voert, of handelingen ter voorbereiding daarvan verricht die het algemeen bestuur - als bedoeld in artikel 33b onder f Wgr- aangaat, wordt het ingestelde beroep of het gemaakte bezwaar ingetrokken indien het algemeen bestuur de beslissing van het dagelijks bestuur tot het voeren van het rechtsgeding, het instellen van beroep of het maken van bezwaar niet hetzij in zijn eerstvolgende vergadering, hetzij binnen drie maanden bekrachtigt.
Het dagelijks bestuur oefent de bevoegdheden en verplichtingen uit welke bij of krachtens de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Invorderingswet 1990, de Kostenwet invordering rijksbelastingen, de Gemeentewet, de Waterschapswet, de Wet waardering onroerende zaken, de Waterwet en de Wet milieubeheer zijn toegekend aan de Minister van Financiën, het bestuur van ’s Rijksbelastingdienst en de directeur, respectievelijk het college van de deelnemers.
HOOFDSTUK 7: DE INSPECTEUR, DE ONTVANGER, DE AMBTENAAR VAN GBLT, DE AMBTENAAR WOZ EN DE BELASTINGDEURWAARDER
De ontvanger oefent de bevoegdheden en verplichtingen uit welke bij of krachtens de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Invorderingswet 1990, de Kostenwet invordering rijksbelastingen, de Gemeentewet, de Waterschapswet en de Waterwet toegekend zijn aan de ontvanger. Bij de uitoefening van de bevoegdheden als bedoeld in het voorgaande lid neemt de ontvanger de kwijtscheldingsregels van de desbetreffende deelnemer en de nadere regels van het dagelijks bestuur in acht, alsmede houdt hij rekening met de beleidsregels van het dagelijks bestuur ter zake van de uitoefening van zijn bevoegdheid.
De ambtenaar van GBLT oefent de bevoegdheden en verplichtingen uit welke bij of krachtens de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Invorderingswet 1990, de Kostenwet invordering rijksbelastingen, de Gemeentewet, de Waterschapswet, de Wet milieubeheer en de Waterwet toegekend zijn aan de ambtenaren van de rijksbelastingdienst, respectievelijk de ambtenaar als bedoeld in artikel 123, derde lid, sub d, van de Waterschapswet van de deelnemers, respectievelijk de ambtenaar als bedoeld in artikel 232, vierde lid, sub d, van de Gemeentewet.
De ambtenaar WOZ oefent de bevoegdheden en verplichtingen uit welke bij of krachtens de Algemene wet inzake rijksbelastingen en de Wet waardering onroerende zaken toegekend zijn aan de ambtenaren van de rijksbelastingdienst, respectievelijk de ambtenaar als bedoeld in artikel 30 lid 5 van de Wet Waardering onroerende zaken.
De belastingdeurwaarder oefent de bevoegdheden en verplichtingen uit welke bij of krachtens de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de Invorderingswet 1990, de Kostenwet invordering rijksbelastingen, de Gemeentewet, de Waterschapswet, de Waterwet en de Wet milieubeheer toegekend zijn aan de belastingdeurwaarder.
De kosten van GBLT worden enerzijds door de deelnemers gedragen en anderzijds gedekt door aan belastingplichtigen in rekening gebrachte invorderkosten voor het verzenden van onder andere aanmaningen en dwangbevelen. Het verschil, zijnde de netto exploitatielasten, worden jaarlijks op basis van de verdeelsleutel, bedoeld in het tweede en derde lid, aan de deelnemers in rekening gebracht.
De kosten van GBLT worden verdeeld over de verschillende producten die de dienstverlening van GBLT kent. Deze dienstverlening wordt gekoppeld aan de deelnemers welke gebruik maken van de dienstverlening. De generieke dienstverlening wordt doorbelast naar alle deelnemers, de specifieke dienstverlening wordt alleen doorbelast naar de deelnemers die gebruik maken van deze specifieke dienstverlening.
4. In een door het algemeen bestuur bij unanimiteit, nadat een zienswijzeprocedure onder de deelnemers is gevolgd, vast te stellen bijdrageverordening wordt nader uitgewerkt op welke wijze de hoogte van de bijdrage van de deelnemers jaarlijks wordt berekend en betaling ervan plaats vindt.
Het dagelijks bestuur zendt voor 15 april van het jaar voorafgaande aan het jaar waarvoor de begroting dient, de algemene financiële en beleidsmatige kaders aan de vertegenwoordigende organen van de deelnemers. De algemene financiële en beleidsmatige kaders bevatten in ieder geval een indicatie van de bijdrage van de deelnemers aan de regeling, de beleidsvoornemens voor het volgende begrotingsjaar en de prijscompensatie.
Het algemeen bestuur stelt jaarlijks vóór 15 juli de begroting vast voor het eerstvolgende begrotingsjaar. In de begroting wordt aangegeven de door elke deelnemer voor het jaar, waarop de begroting betrekking heeft, verschuldigde algemene en bijzondere bijdragen, waarvan de hoogte wordt bepaald op de wijze, bedoeld in artikel 32.
Van het bepaalde in het derde en vijfde lid alsmede van het bepaalde in artikel 191 van de Gemeentewet kan worden afgeweken ten aanzien van begrotingswijzigingen die het totaalbedrag van de begroting en de deelnemersbijdragen niet aantasten, alsmede geen afwijking inhouden van het algemeen en financieel beleid.
Het dagelijks bestuur zendt de rekening binnen twee weken na vaststelling door het algemeen bestuur, doch in ieder geval voor 15 juli van het jaar volgende op het jaar waarop de rekening betrekking heeft, met alle bijbehorende stukken aan de colleges van gedeputeerde staten. Van de vaststelling doet het dagelijks bestuur mededeling aan de vertegenwoordigende organen van de deelnemers.
De regels, bedoeld in het eerste lid, voorzien onder meer in de aanwijzing van een of meer accountants als bedoeld in artikel 393 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek belast met het onderzoek van de rekening alsmede met het ter zake uitbrengen van een verslag, dat behalve de verklaring bij de rekening bevindingen bevat over de vraag of de administratie en het beheer voldoen aan de eisen van rechtmatigheid en doelmatigheid.
De deelnemers in GBLT zullen er steeds zorg voor dragen dat GBLT te allen tijde over voldoende middelen beschikt om aan al zijn verplichtingen jegens derden te kunnen voldoen. Indien aan het algemeen bestuur van GBLT blijkt dat een deelnemer weigert deze uitgaven op de begroting te zetten, doet het algemeen bestuur onverwijld aan het desbetreffende college van gedeputeerde staten het verzoek over te gaan tot toepassing van art. 194 of 195 Gemeentewet of art. 60 Waterschapswet.
HOOFDSTUK 10: GESCHILLENBEHANDELING
Over geschillen tussen deelnemers onderling of tussen een of meer deelnemers en het bestuur van GBLT omtrent de toepassing, in de ruimste zin, van de regeling wordt beslist door gedeputeerde staten van Overijssel, de overige in artikel 1, lid 1, onder g genoemde colleges van gedeputeerde staten gehoord hebbende.
Voorafgaand aan het voorleggen van het geschil aan gedeputeerde staten van Overijssel, wordt het geschil ter advisering voorgelegd aan een door het algemeen bestuur samengestelde geschillencommissie. Nadat advies is uitgebracht neemt het algemeen bestuur in overeenstemming met de betrokken deelnemers zo spoedig mogelijk een beslissing over het voorleggen van het geschil aan gedeputeerde staten van Overijssel.
Het eerste lid is niet van toepassing indien het gevallen betreft behorende tot die, vermeld in artikel 112, eerste lid, van de Grondwet of tot die waarvan beslissing krachtens artikel 112, tweede lid, van de Grondwet is opgedragen aan hetzij de rechterlijke macht, hetzij aan gerechten die niet tot de rechterlijke macht behoren.
Het dagelijks bestuur van een waterschap of het college van burgemeester en wethouders van een gemeente dat wenst toe te treden tot de regeling dient het verzoek tot toetreding met inbegrip van de verkregen toestemming van het algemeen bestuur van dat waterschap respectievelijk de raad van die gemeente in bij het dagelijks bestuur. Het dagelijks bestuur legt het verzoek ter advisering voor aan het algemeen bestuur. Het dagelijks bestuur zendt het verzoek tot toetreding met het advies van het algemeen bestuur aan de colleges van de deelnemers.
In het besluit als bedoeld in het derde lid kan het algemeen bestuur bepalen dat de uittredende deelnemer verplicht is tot betaling van een bijdrage voor de duur van ten hoogste twee kalenderjaren na het moment van uittreding uit de regeling. In het eerste kalenderjaar na het moment van uittreding bedraagt deze bijdrage maximaal 60% van de bijdrage die de uittredende deelnemer betaalde in het laatste kalenderjaar van deelname. In het tweede kalenderjaar na het moment van uittreding bedraagt deze bijdrage maximaal 30% van de bijdrage die de uittredende deelnemer betaalde in het laatste kalenderjaar van deelname.
Tenzij het algemeen bestuur een kortere termijn bepaalt, kan de uittreding niet eerder plaatsvinden dan tegen 31 december van het tweede kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarin de uittreding is ingeschreven in het gemeentelijk register als bedoeld in artikel 27 van de Wet gemeenschappelijke regelingen.
Inwerkingtreding regeling en benoeming algemeen bestuur
Deze gewijzigde regeling treedt in werking op de dag na bekendmaking, doch niet eerder dan op 1 januari 2016.
Taken en bevoegdheden van de organen en ambtenaren van het Belastingkantoor Oost-Nederland en het Belastingkantoor Rijn Midden met betrekking tot het heffen en invorderen van belastingen ten aanzien van belastingaanslagen die voor inwerkingtreding van deze regeling reeds zijn vastgesteld, komen toe aan de organen en ambtenaren van GBLT.
De vaststelling van en de werkzaamheden in het kader van het heffen en invorderen van belastingen die voor inwerkingtreding van deze regeling door of namens de organen en ambtenaren van het Belastingkantoor Oost-Nederland en het Belastingkantoor Rijn Midden zijn verricht, worden geacht te zijn verricht door de organen en ambtenaren van GBLT.
Bevoegdhedenregister, bedoeld in artikel 6, vijfde lid van de Gemeenschappelijke Regeling Gemeenschappelijk belastingkantoor Lococensus – Tricijn 2016
De dagelijks besturen van de deelnemende waterschappen dragen aan de Gemeenschappelijke Regeling Gemeenschappelijk Belastingkantoor Lococensus – Tricijn 2016 de bevoegdheid tot heffen en invordering van alle door de algemeen besturen van de deelnemende waterschappen ingestelde waterschapsbelastingen over, voor zover deze waterschapsbelastingen later niet zijn opgeheven.
Gemeentelijke belastingen/heffingen:
Het college van de gemeente Dronten draagt aan de Gemeenschappelijke Regeling Gemeenschappelijk Belastingkantoor Lococensus – Tricijn 2016 over de bevoegdheid tot heffen en invordering van de volgende gemeentelijke belastingen, voor zover de betreffende belasting door de raad van die gemeente is ingesteld en niet later weer is opgeheven:
* hier dient voor de afvalstoffenheffing gelezen te worden de heffing die jaarlijks wordt geheven door middel van een aanslag en nota, per perceel op basis van de jaarlijkse afvalstoffenheffing.
Het college van de gemeente Leusden draagt aan de Gemeenschappelijke Regeling Gemeenschappelijk Belastingkantoor Lococensus – Tricijn 2016 over de bevoegdheid tot heffen en invordering van de volgende gemeentelijke belastingen, voor zover de betreffende belasting door de raad van die gemeente is ingesteld en niet later weer is opgeheven:
* hier dient voor het reinigingsrecht en de afvalstoffenheffing gelezen te worden de heffingen die jaarlijks worden geheven per perceel op basis van de jaarlijkse tarieven afvalstoffenheffing en reinigingsrechten. De gemeente blijft bevoegd om afvalstoffenheffing/reinigingsrecht te heffen en in te vorderen in de overige in de belastingverordening genoemde situaties. Dit betreft belastbare feiten die een meer incidenteel karakter hebben. Dat betreft bijvoorbeeld de heffing voor het aanbieden van afstoffen op de milieustraat, het laten ophalen van grofvuil, en voor het beschikbaar stellen van een extra container.
Het college van de gemeente Nijkerk draagt aan de Gemeenschappelijke Regeling Gemeenschappelijk Belastingkantoor Lococensus – Tricijn 2016 over de bevoegdheid tot heffen en invordering van de volgende gemeentelijke belastingen, voor zover de betreffende belasting door de raad van die gemeente is ingesteld en niet later weer is opgeheven:
* hier dient voor het reinigingsrecht en de afvalstoffenheffing gelezen te worden de heffingen die jaarlijks worden geheven per perceel op basis van de jaarlijkse tarieven afvalstoffenheffing en reinigingsrechten en de heffingen voor het ledigen van containers danwel gebruik van ondergrondse containers. De gemeente blijft bevoegd om afvalstoffenheffing/reinigingsrecht te heffen en in te vorderen in de overige in de belastingverordening genoemde situaties. Dit betreft belastbare feiten die een meer incidenteel karakter hebben. Dat betreft bijvoorbeeld de heffing voor de aanschaf van afvalzakken voor restafval en de heffing voor het laten halen of brengen van grove huishoudelijke afvalstoffen.
Het college van de gemeente Zwolle draagt aan de Gemeenschappelijke Regeling Gemeenschappelijk Belastingkantoor Lococensus – Tricijn 2016 over de bevoegdheid tot heffen en invordering van de volgende gemeentelijke belastingen, voor zover de betreffende belasting door de raad van die gemeente is ingesteld en niet later weer is opgeheven:
GBLT is bevoegd tot heffing en invordering voor zover dit aanslagen betreft die betrekking hebben op het heffingsjaar 2014 of daaropvolgende heffingsjaren.
De gemeente Zwolle blijft bevoegd tot heffing en invordering voor zover het aanslagen betreft die betrekking hebben op het heffingsjaar 2013 of daarvoor gelegen heffingsjaren.
Het college van de gemeente Dalfsen draagt aan de Gemeenschappelijke Regeling Gemeenschappelijk Belastingkantoor Lococensus – Tricijn 2016 over de bevoegdheid tot heffen en invordering van de volgende gemeentelijke belastingen, voor zover de betreffende belasting door de raad van die gemeente is ingesteld en niet later weer is opgeheven:
GBLT is bevoegd tot de heffing en invordering voor zover dit aanslagen betreft die betrekking hebben op het belastingjaar 2016 of daaropvolgende heffingsjaren.
De gemeente Dalfsen blijft bevoegd tot de heffing en invordering voor zover het aanslagen betreft die betrekking hebben op het heffingsjaar 2015 of daarvoor gelegen heffingsjaren.
Het college van de gemeente Bunschoten draagt aan het dagelijks bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Gemeenschappelijk Belastingkantoor Lococensus – Tricijn 2016 over de bevoegdheid tot heffen en invordering van de volgende gemeentelijke belastingen, voor zover de betreffende belasting door de raad van die gemeente is ingesteld en niet later weer is opgeheven:
* hier dient voor het afvalstoffenheffing/reinigingsrecht gelezen te worden de heffingen die jaarlijks worden geheven per perceel op basis van de jaarlijkse tarieven afvalstoffenheffing/reinigingsrechten. De gemeente blijft bevoegd om afvalstoffenheffing/reinigingsrecht te heffen en in te vorderen in de overige in de belastingverordening genoemde situaties. Dit betreft belastbare feiten die een meer incidenteel karakter hebben. Dat betreft bijvoorbeeld de heffing voor het aanbieden van afvalstoffen op de milieustraat, het laten ophalen van grofvuil, het betalen voor de aanschaf van een stortpas.
** hier dient voor de marktgelden gelezen te worden de heffingen die jaarlijks worden geheven. De gemeente blijft bevoegd om marktgelden te heffen en in te vorderen in de overige in de belastingverordening genoemde situaties. Dit betreft belastbare feiten die een meer incidenteel karakter hebben.
GBLT is bevoegd tot heffing en invordering voor zover dit aanslagen betreft die betrekking hebben op het heffingsjaar 2016 of daaropvolgende heffingsjaren. De gemeente Bunschoten blijft bevoegd tot heffing en invordering voor zover het aanslagen betreft die betrekking hebben op het heffingsjaar 2015 of daarvoor gelegen heffingsjaren.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2016-3635.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.