Besluit van de Pensioen- en Uitkeringsraad van 25 mei 2016, houdende de bekendmaking van de beleidsregels 2016 (Besluit Beleidsregels PUR 2016)

De Pensioen- en Uitkeringsraad,

Gelet op artikel 4 van de Wet uitvoering wetten voor verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen;

Besluit:

Artikel 1

Bij de uitvoering van de in artikel 1, onder e, van de Wet uitvoering wetten voor verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen genoemde wetten en de in artikel 1, onder f genoemde regeling, passen de Raad, bedoeld in artikel 1, onder b, van de Wet uitvoering wetten voor verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen en de Sociale verzekeringsbank, genoemd in hoofdstuk 6 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen het beleid toe dat is neergelegd in de bijlage bij dit besluit.

Artikel 2

Het Besluit Beleidsregels PUR 2015 (Stcrt. 2015, 20847-n1) wordt ingetrokken.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Artikel 4

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit Beleidsregels PUR 2016.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst. De bijlage wordt ter inzage gelegd bij het vestigingskantoor van de Sociale verzekeringsbank in Leiden en kan worden ingezien via het internet op www.svb.nl/wvo.

Leiden, 25 mei 2016

De voorzitter van de Pensioen- en Uitkeringsraad, D. Mulock Houwer.

TOELICHTING

De Pensioen- en Uitkeringsraad (PUR) en de Sociale verzekeringsbank (SVB) geven gezamenlijk uitvoering aan de wetten voor verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen. Het gaat hier om de Wet buitengewoon pensioen 1940–1945, de Wet buitengewoon pensioen zeelieden-oorlogsslachtoffers, de Wet buitengewoon pensioen Indisch verzet, de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940–1945 en de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940–1945. Daarnaast wordt gezamenlijk uitvoering gegeven aan de Algemene oorlogsongevallenregeling Indonesië met inbegrip van het besluit van de Luitenant-Gouverneur-Generaal van Nederlands-Indië van 5 november 1946 (Indisch Staatsblad 1946, 118) (AOR).

De wetten voor verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen en de AOR kennen bepalingen die het mogelijk maken om de kosten van voorzieningen geheel of gedeeltelijk te vergoeden. De relatie tussen de PUR en de SVB is geregeld in de Wet uitvoering wetten voor verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen. Deze wet bepaalt dat de PUR voor de uitvoering van de wetten voor verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen en de AOR beleidsregels opstelt. De PUR geeft hieraan invulling door jaarlijks met het Besluit Beleidsregels PUR het voorzieningenbeleid vast te stellen. In dit kader werd op 3 juni 2015 het Besluit Beleidsregels PUR 2015 (Stcrt. 2015, nr. 20847-n1) genomen. De bij dat besluit behorende beleidsregels hebben betrekking op voorzieningen in verband met invaliditeit of gezondheidsklachten en zijn gepubliceerd. De PUR heeft sindsdien in het beleid voor een aantal voorzieningen wijzigingen aangebracht. De PUR heeft daarom het Besluit Beleidsregels PUR 2016 genomen, inhoudende dat de PUR de beleidsregels voor de voorzieningen 2016 heeft vastgesteld.

De bijlage waarnaar in het besluit wordt verwezen, betreft de gebundelde verzameling beleidsregels PUR 2016 die voor een ieder ter inzage ligt bij het vestigingskantoor van de Sociale Verzekeringsbank in Leiden. De inhoud van de publicatie kan tevens worden ingezien via het internet op www.svb.nl/wvo.

De beleidsregels zijn op de volgende punten gewijzigd:

• in onderdeel 5025 (Ingang en einde toekenning voorzieningen) is toegevoegd dat voor de Wuv en de Wubo kan worden afgeweken van de hoofdregel die geldt voor de ingangsdatum van de voorzieningen als de aanvraag voor een eenmalige voorziening is ingediend binnen 30 dagen nadat de kosten voor de betreffende voorziening zijn gemaakt of in rekening zijn gebracht; in dit onderdeel is tevens toegevoegd dat de ingangsdatum wordt vastgesteld op de eerste dag van de maand waarin het bezwaarschrift is ingediend, als pas in bezwaar blijkt van een nieuwe, niet eerder beoordeelde aandoening die tot een nieuwe toekenning leidt. Verder is de overgangsregel die van toepassing was voor het jaar 2016 als uitzondering op beëindiging van een aantal voorzieningen bij opname in een Wlz-instelling als sprake was van opname in een Wlz-instelling op grond van de overgangsregeling in de Wlz (op basis van een laag zorgzwaartepakket), komen te vervallen.

• in onderdeel 5115 (Tandartskosten) is toegevoegd dat van een uitzondering op de eenmaligheid van een gebitsrehabilitatie geen sprake is als de noodzaak van de (nieuwe) behandeling is gelegen in de gevolgen van slijtage. Slijtage staat niet in direct verband met causale gebitsklachten. De kosten van slijtage behoren daarom tot de kosten van het normale onderhoud;

• in onderdeel 5405 (Verzorging en verpleging in een daarvoor bestemde instelling) is bij de voorwaarden voor toekenning van de verzorgingskosten toegevoegd dat als de opname in het tehuis in het verleden plaatsvond er sprake moet zijn van (1) een causaal medische noodzaak voor verblijf in het tehuis ten tijde van de aanvraag én dat (2) de opname in het tehuis om causale redenen moet hebben plaatsgevonden;

• in onderdeel 5705 (Huishoudelijke hulp) is toegevoegd dat als bij een aanvraag voor een tweede dagdeel huishoudelijke hulp blijkt dat een al (eerder) toegekende vergoeding van het eerste dagdeel niet wordt besteed aan huishoudelijke hulp de aanvraag wordt afgewezen. Verder is toegevoegd dat het beleid voor Wuv en Wubo om de in Israël verplichte werkgevers premies voor sociale verzekering, werkgeversdeel pensioenpremie, loonbelasting en severance pay op declaratiebasis te vergoeden ook van toepassing is in het kader van de Wetten Bp en de AOR.

• in onderdeel 5715 (Huurbijdrage) is het volgende gewijzigd. De jaarlijkse indexering van de huurbijdragen Wuv en Wubo wordt vanaf 1 januari 2016 bepaald naar evenredigheid van de verwachte huurprijsontwikkeling, zoals bedoeld in artikel 27, derde lid, van de Wet op de huurtoeslag.

• in onderdeel 5905 (Deelname aan het maatschappelijk verkeer[DMV]) is komen te vervallen dat DMV-gerelateerde voorzieningen worden afgewezen onder toekenning van DMV.

• tot slot heeft een aantal redactionele aanpassingen plaatsgevonden.