Regeling van de Minister van Economische Zaken van 28 juni 2016, nr. WJZ/16052139, tot wijziging van de Regeling integriteitsbeleid EZ en de Klachtenregeling ongewenste omgangsvormen EZ

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op artikel 8 van het Besluit melden vermoeden van misstand bij Rijk en Politie en artikel 3, tweede lid, van de Arbeidsomstandighedenwet;

Gehoord het Departementaal Georganiseerd Overleg;

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 23 van de Regeling integriteitsbeleid EZ wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. De secretaris-generaal wijst de vertrouwenspersonen integriteit aan op voordracht van de directeur Bedrijfsvoering voor de diensten van het kernministerie en op voordracht van de respectieve hoofden van de andere diensten voor hun dienst.

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. De aanwijzing geldt, behoudens tussentijds ontslag, voor drie jaar en kan telkens voor drie jaar worden verlengd.

ARTIKEL II

Artikel 4 van de Klachtenregeling ongewenste omgangsvormen EZ wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt ‘De minister’ vervangen door: De secretaris-generaal.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 4. De vertrouwenspersonen ressorteren onder de secretaris-generaal.

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 28 juni 2016

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

TOELICHTING

Binnen het Ministerie van Economische Zaken worden twee soorten vertrouwenspersonen aangewezen: Vertrouwenspersoon Integriteit (VPI) en Vertrouwenspersoon Ongewenste Omgangsvormen (VPOO). Besloten is om deze twee rollen samen te voegen tot de nieuwe rol van Vertrouwenspersoon Integriteit en Ongewenste Omgangsvormen (VPIO). De aanwijzing van de VPIO’s blijft plaats vinden op grond van de Regeling integriteitsbeleid EZ en op grond van de Klachtenregeling ongewenste omgangsvormen EZ. Door de samenvoeging waren echter enkele aanpassingen in beide regelingen noodzakelijk.

Ten eerste zijn de benoemingstermijnen van de vertrouwenspersonen op grond van beide regelingen geüniformeerd. Met artikel I, onder 2, wordt artikel 23 van de Regeling integriteitsbeleid EZ aangepast zodat de regeling, net als de Klachtenregeling ongewenste omgangsvormen EZ, voorziet in een benoemingstermijn van drie jaar met mogelijkheid tot herbenoeming van telkens drie jaar.

Tevens worden met deze wijzigingsregeling de benoemingsprocedures formeel gelijkgetrokken (artikel I, onder 1 en artikel II). De benoemingen worden voor de onderdelen van het kernministerie op voordracht van de directeur Bedrijfsvoering gedaan en voor andere diensten op voordracht van de respectieve hoofden van die diensten voor hun dienst. De secretaris-generaal (SG) wijst de vertrouwenspersonen vervolgens aan. Alle vertrouwenspersonen ressorteren onder de SG.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

Naar boven