Verkeersbesluit provinciale weg N640 (Oudenbosch – Etten-Leur)

Logo Noord-Brabant

Nummer C2190849/4010127

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Overwegingen ten aanzien van het besluit

Vanuit de provincie heeft Arriva de opdracht om het openbaar vervoer te ontwikkelen om zo het busvervoer efficiënter in te richten en betere kwaliteit te leveren. In het kader van deze contractverplichting heeft Arriva begin 2015 aangegeven in haar exploitatieplan voor 2016 de route van de bus in Hoeven te willen gaan verleggen naar de Halderbergselaan (provinciale weg N640). Hierbij hoort de verplaatsing van de bushalte Hofstraat en het laten vervallen van de halte raadhuisplein.

De provincie Noord-Brabant, de gemeente Halderberge en het Reizigers Overleg Brabant hebben ingestemd met het voorstel van Arriva. Per 13 december 2015 is de nieuwe dienstregeling ingegaan en rijden de bussen daadwerkelijk via de nieuwe route. De nieuwe route is daarmee een feit.

Als gevolg van het verleggen van de busroute halteert de bus momenteel bij tijdelijke voorzieningen langs de Halderbergselaan te Hoeven (provinciale weg N640).

Over de nieuwe bushaltes op de provinciale weg N640, ter hoogte van de rotonde Hofstraat, is op 10 december 2015 overleg gevoerd met de ouderenorganisaties. Op 18 december 2015 en 28 januari 2016 zijn tevens bewonersavonden gehouden. Wat tijdens deze bijeenkomsten naar voren is gebracht wordt meegenomen in de definitieve uitvoering en locatiebepaling van de bushaltes.

Voor reizigers richting Etten-Leur wordt een halte gerealiseerd in de Halderbergselaan, net na de rotonde N640 – Hofstraat. Voor reizigers richting Oudenbosch wordt een halte gerealiseerd in de Sint Bernardusstraat, net na de rotonde N640 – Hofstraat.

Dit verkeersbesluit voorziet uitsluitend in de plaatsing van borden model L3b (bushalte) van bijlage 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990). Plaatsing van de borden is noodzakelijk om de verkeersregels betreffende stilstaan bij een bushalte (artikel 23 van het RVV 1990) te laten gelden.

Vereiste van besluit

Op grond van artikel 15, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 moet een verkeersbesluit worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer

(BABW) genoemde verkeerstekens, alsmede voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd.

Motivering van het besluit

Op grond van artikel 21 van het BABW bevat de motivering van een verkeersbesluit welke doelstelling of doelstellingen met het verkeersbesluit worden beoogd. Daarbij wordt aangegeven welke van de in artikel 2, eerste en tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994 genoemde belangen ten grondslag liggen aan het verkeersbesluit. Indien tevens andere dan voornoemde belangen in het geding zijn, wordt voorts aangegeven op welke wijze de belangen tegen elkaar zijn afgewogen.

Aan dit verkeersbesluit liggen de volgende belangen ten grondslag:

  • -

    het verzekeren van de veiligheid op de weg;

  • -

    het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan.

Ter verzekering van de hiervoor genoemde belangen worden op het moment van ingebruikname van de hiervoor genoemde bushaltes borden model L3b van bijlage 1 van het RVV 1990 geplaatst. Bij de haltes is stilstaan verboden, anders dan voor het onmiddellijk laten in- en uitstappen van passagiers. In het bijzonder lijnbussen kunnen daardoor onbelemmerd gebruik maken van beide halteplaatsen.

Overleg politie

Overeenkomstig artikel 24 van het BABW is overleg gepleegd met de korpschef van de politie Eenheid Zeeland-West-Brabant.

Besluiten

Op de provinciale weg N640 te Hoeven, ter hoogte van de rotonde Hofstraat, nabij km 3.340 links (Sint Bernardusstraat) en nabij km 3.430 rechts (Halderbergselaan), borden L3b (Bushalte) van bijlage 1 van het RVV 1990 te plaatsen.

’s-Hertogenbosch, 23 juni 2016.

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

namens deze,

J.H.M. Goossens

programmaleider Beheer en onderhoud

Bezwaar

Bezwaren tegen dit besluit kunnen binnen zes weken na de bekendmaking van dit besluit worden ingediend bij:

Het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Secretariaat van de hoor- en adviescommissie

Postbus 90151

5200 MC 's-Hertogenbosch

Wij verzoeken u om op de linkerbovenhoek van de envelop het woord "bezwaarschrift" te vermelden.

Het bezwaarschrift moet zijn voorzien van een handtekening, de naam en adres van de indiener, de dagtekening en ons kenmerk van het besluit, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar gericht is en de gronden van het bezwaar.

Daarnaast vragen wij u vriendelijk om uw telefoonnummer te vermelden. Zo kan de provincie, indien aan de orde, u bellen om samen de beste aanpak van behandeling van uw bezwaarschrift te bespreken.

Voor meer informatie over de behandeling van bezwaarschriften verwijzen wij u naar www.brabant.nl/rechtsmiddelen.

Het secretariaat van de Hoor- en adviescommissie is bereikbaar op telefoonnummer (073) 680 83 04, faxnummer (073) 680 76 16 en e-mailadres bezwaar@brabant.nl. Wij wijzen u erop, dat het op dit moment nog niet mogelijk is om bezwaarschriften per e-mail in te dienen, omdat dan de wettelijk voorgeschreven handtekening op het bezwaarschrift ontbreekt.

Voorlopige voorziening

Bovenstaand besluit treedt in werking, ook al wordt een bezwaarschrift ingediend. Het is daarom mogelijk om gelijktijdig met of na het indienen van een bezwaarschrift een zogenaamde “voorlopige voorziening” te vragen bij: de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Oost-Brabant, sector Bestuursrecht, Postbus 70584, 5201 CZ 's-Hertogenbosch.

Een voorlopige voorziening is in feite het nemen van een tijdelijke maatregel, bijvoorbeeld het schorsen van het besluit gedurende de tijd die nodig is om de bezwaren te behandelen en daarop een besluit te nemen. Voorwaarde om zo’n voorlopige voorziening te vragen is, dat er sprake is van spoedeisend belang.

Voor het vragen van een voorlopige voorziening is griffierecht verschuldigd.

Naar boven