ARTIKEL I
De Regeling geluidwerende voorzieningen 1997 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:
a. In onderdeel a wordt ‘de Minister van Verkeer en Waterstaat’ vervangen door: de Minister
van Infrastructuur en Milieu.
b. De onderdelen g tot en met j komen te luiden:
-
g. geluidscontour Rotterdam: desbetreffende geluidscontour van de luchthaven Rotterdam,
bedoeld in het tweede lid, onderdeel a;
-
h. geluidscontour Lelystad: desbetreffende geluidscontour van de luchthaven Lelystad,
bedoeld in het tweede lid, onderdeel b;
-
i. geluidsbelasting in Ke: geluidsbelasting als bedoeld in artikel 3, tweede lid, van
het Besluit militaire luchthavens;
-
j. vergunning voor het bouwen: bouwvergunning of omgevingsvergunning voor het bouwen
van een bouwwerk;
c. De onderdelen k tot en met m vervallen;
d. De onderdelen n tot en met p worden geletterd k tot en met m.
e. In de onderdelen l en m (nieuw) wordt ‘Regeling Bouwbesluit 2003’ vervangen door:
Regeling Bouwbesluit 2012.
f. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel m (nieuw) door een puntkomma,
worden twee onderdelen toegevoegd, luidende:
-
n. NPR-5079: door het Nederlands Normalisatie-Instituut uitgegeven Nederlandse praktijkrichtlijn
‘Geluidwering in gebouwen – Het bepalen en hanteren van ééngetalsaanduidingen voor
de geluidwering in gebouwen en van bouwelementen’, publicatiejaar 1999;
-
o. NPR-5272: door het Nederlands Normalisatie-Instituut uitgegeven Nederlandse praktijkrichtlijn
‘Geluidwering in gebouwen – Aanwijzingen voor de toepassing van het rekenvoorschrift
voor de geluidwering van gevels op basis van NEN-EN 12354-3’, publicatiejaar 2003.
2. Het tweede lid komt te luiden:
B
Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid wordt gewijzigd als volgt:
a. In onderdeel a, onder 1°, wordt ‘de geluidszone in Ke of van de geluidscontour Schiphol’
vervangen door: de geluidscontour Rotterdam of de geluidscontour Lelystad.
b. Onderdeel a, onder 2°, komt te luiden:
c. In onderdeel b, onder 1°, wordt ‘de geluidszone in Ke of van de geluidscontour Schiphol’
vervangen door: de geluidscontour Rotterdam of de geluidscontour Lelystad.
d. Onderdeel b, onder 2°, komt te luiden:
2. Het tweede, vierde en vijfde lid vervallen, onder vernummering van het derde lid
tot het tweede lid.
C
Hoofdstuk 2, afdeling 2 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het opschrift §1. Ke-isolatie aan geluidsgevoelige ruimten van woningen vervalt.
D
Artikel 3, onderdeel g komt te luiden:
-
g. de verwachting bestaat dat zij binnen twee jaar na bekendmaking van het isolatieprogramma
of na bekendmaking van een deelproject, door het wijzigen of het vervallen van de
geluidscontour Rotterdam of van de geluidscontour Lelystad, niet meer binnen de geluidscontour
die behoort bij de waarde van 40 Ke, als bedoeld in bijlage 3 respectievelijk bijlage
4, aanwezig zullen zijn.
E
In artikel 6, eerste lid, artikel 13, derde lid, onderdeel e, onder 3°, en artikel
14, eerste lid, onderdeel c wordt ‘Bouwbesluit 2003’ vervangen door: Bouwbesluit 2012.
F
Hoofdstuk 2, afdeling 3 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het opschrift § 1. Ke-isolatie aan geluidsgevoelige ruimten van woningen vervalt.
G
In artikel 11 vervalt het tweede lid alsmede de aanduiding ‘1.’ voor het eerste lid.
H
Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid komt te luiden:
-
1. De minister stelt in een isolatieprogramma vast welke woningen, bedoeld in artikel
2, eerste lid, voor het van rijkswege aanbrengen van geluidwerende voorzieningen in
beschouwing zullen worden genomen. Na vaststelling van het isolatieprogramma, kan
de minister deelprojecten vaststellen waarin wordt aangegeven voor welke woningen
uit het isolatieprogramma in een daarbij aangegeven periode achtereenvolgens uitvoering
wordt gegeven aan de artikelen 13 en 14. De minister kan besluiten voor woningen in
een deelproject geen uitvoering te geven aan de artikelen 13 en 14, indien op grond
van een besluit tot het wijzigen of vervallen van de geluidscontour Rotterdam of de
geluidscontour Lelystad wordt vastgesteld dat de woningen binnen twee jaar na vaststelling
van het deelproject:
-
a. voor de luchthaven Rotterdam niet meer binnen de in bijlage 3 bij deze regeling bedoelde
geluidscontour die behoort bij de waarde van 40 Ke aanwezig zullen zijn;
-
b. voor de luchthaven Lelystad niet meer binnen de in bijlage 4 bij deze regeling bedoelde
geluidscontour die behoort bij de waarde van 40 Ke aanwezig zullen zijn.
De in artikel 3 bedoelde woningen worden niet in het isolatieprogramma opgenomen.
2. In het tweede lid vervalt ‘een geluidszone in Ke’ en wordt ‘geluidscontour Schiphol’
vervangen door: geluidscontour Rotterdam of een geluidscontour Lelystad.
I
In hoofdstuk 3 vervalt Afdeling 2.
J
In artikel 18 vervalt het tweede lid alsmede de aanduiding ‘1.’ voor het eerste lid.
K
Artikel 19 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid en vierde lid wordt ‘artikel 4’ vervangen door ‘artikel 3’ en ‘artikel
5’ vervangen door: artikel 4.
2. In het derde lid wordt ‘artikel 5’ vervangen door: artikel 4.
M
Artikel 22 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het derde lid wordt ‘artikel 4’ vervangen door: artikel 3.
2. Het vierde en zesde lid vervallen, onder vernummering van het vijfde lid tot vierde
lid.
N
In artikel 23 vervalt ‘alsmede een in artikel 2, tweede lid, bedoelde slaapkamer’.
O
In artikel 24 vervalt ‘en artikel 17, tweede lid,’.
P
Bijlage 2 wordt vervangen door de bij deze regeling behorende bijlage I.
Q
Bijlage 3 wordt vervangen door de bij deze regeling behorende bijlage II.
R
Bijlage 4 wordt vervangen door de bij deze regeling behorende bijlage III.
ARTIKEL II
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2016.
TOELICHTING
Inleiding
Deze regeling voorziet in een aanpassing van de Regeling geluidwerende voorzieningen
1997 (hierna: RGV 1997). Deze regeling vindt haar actuele basis in de Wet luchtvaart.
De RGV 1997 biedt voorzieningen voor het aanbrengen van geluidwerende voorzieningen
aan bestaande geluidsgevoelige ruimten van woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen,
ter beperking van de geluidshinder die bewoners en gebruikers van dergelijke bebouwing
ondervinden door luchtvaartgeluid.
De kosten van de geluidsisolatie worden door het Rijk voorgefinancierd en vervolgens
op grond van de artikelen 8a.42 en 8.74 van de Wet luchtvaart door middel van een
‘geluidsheffing burgerluchtvaart’ doorbelast aan luchtvaartmaatschappijen die op de
luchthaven landen. Zodra de kosten van de isolatie zijn voldaan stopt de heffing.
Wijzigingen
De belangrijkste aanleiding voor de huidige aanpassing van de RGV 1997 is een basis
te bieden voor isolatieprogramma’s rondom de luchthavens Rotterdam en Lelystad. Het
isolatieprogramma rondom Schiphol is inmiddels afgerond en kan daarom uit de RGV 1997
verwijderd worden. Door het schrappen van de bepalingen rondom de luchthaven Schiphol
kunnen de bepalingen over de LAeq-geluidszones ook verwijderd worden, omdat deze niet
van toepassing zijn voor de luchthavens Rotterdam en Lelystad.
Het Luchthavenbesluit Lelystad (Stb. 2015, 130) is op 12 maart 2015 vastgesteld. Daarbij is afgesproken dat er een isolatieprogramma
bekend gemaakt wordt voor woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen die binnen
de 40-Ke contour liggen. Met het toevoegen van de geluidscontour Lelystad aan de RGV
1997 wordt hieraan uitvoering gegeven.
Eind 2009 is de wet Regelgeving burgerluchthavens en militaire luchthavens (RBML)
in werking getreden. RBML betreft een wijziging van de Wet luchtvaart. Op grond van
artikel X van RBML zijn de bepalingen met betrekking tot het luchthavenluchtverkeer
uit de aanwijzingsbesluiten voor alle luchthavens omgezet in verband met de nieuwe
regelgeving. Voor de luchthaven Rotterdam is dat gebeurd in de Omzettingsregeling
luchthaven Rotterdam The Hague Airport (Stcrt. 2013, 11153). De 35 Ke-geluidszone, die in het aanwijzingsbesluit voor Rotterdam was opgenomen,
wordt – gelet op artikel X – aangemerkt als beperkingengebied in de zin van de nieuwe
regelgeving. Het beperkingengebied betreft echter alleen de ruimtelijke consequenties
van het gebruik van de luchthaven. Omdat het onder het aanwijzingsbesluit gestarte
isolatieproject nog niet is afgerond is het daarom noodzakelijk ook de bij de geluidszone
behorende 40 Ke-contour (de isolatiecontour) opnieuw vast te leggen. Dat gebeurt nu
alsnog in de bij de regeling behorende bijlage 3.
De RGV 1997 bevatte meerdere verwijzingen naar bepalingen uit regelgeving die inmiddels
vervallen of aangepast zijn. Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om de regeling
waar nodig te actualiseren.
Internetconsultatie
Voor deze wijzigingsregeling is afgezien van internetconsultatie. De wijzigingen in
deze regeling brengen geen ingrijpende veranderingen teweeg in de rechten en plichten
van burgers en bedrijven. Burgers hebben immers altijd de keuze of zij mee willen
werken aan het isolatieprogramma. Daarnaast zijn er ook geen ingrijpende gevolgen
voor de uitvoeringspraktijk.
Uitvoering en handhaving
Op basis van de RGV 1997 kan de minister een isolatieprogramma bekend maken. Het Rijk
voert uiteindelijk op basis van de criteria uit de RGV 1997 de isolatie uit. De RGV
1997 bevat verder geen bepalingen die gehandhaafd dienen te worden, omdat er aanspraken
voor burgers uit voortvloeien en geen plichten.
Administratieve lasten en nalevingskosten
De wijziging van de RGV 1997 zorgt niet voor extra administratieve lasten voor burgers
en bedrijven. Het isolatieprogramma wordt allereerst bekend gemaakt door de minister.
Vervolgens worden eigenaren van woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen schriftelijk
benaderd om te zien of zij voor isolatie in aanmerking komen. Voor burgers en bedrijven
zijn er dan ook geen administratieve lasten om isolatie aan te vragen of de voorschriften
uit deze regeling na te leven.
ARTIKELSGEWIJS
Artikel I
Onderdeel A
Artikel 1 bevat de begripsbepalingen van de RGV 1997. In deze bepaling zijn de begrippen
geactualiseerd naar de huidige regelgeving. In de bijlagen bij de regeling worden
de geluidscontouren opgenomen waarbinnen geluidwerende voorzieningen worden aangebracht.
De begrippen geluidszone en geluidszone in Ke hebben daardoor geen praktische betekenis
meer en kunnen komen te vervallen. De begrippen LAeq-geluidszone en LAeq-geluidsbelasting
in dB(A) kunnen ook komen te vervallen. Deze begrippen werden alleen gebruikt in verband
met het isolatieprogramma rondom de luchthaven Schiphol en dit isolatieprogramma is
inmiddels afgerond. Ook de geluidscontouren voor Schiphol kunnen daarom komen te vervallen.
Voor de definitie van de geluidsbelasting in Ke wordt aangesloten bij de definitie
in het Besluit militaire luchthavens. De geluidsbelasting in Ke wordt berekend volgens
NLR rapport ‘RLD/BV-01.2 Voorschrift voor de berekening van de geluidsbelasting in
Kosteneenheden (Ke) – zonder drempelwaarde – ten gevolge van het vliegverkeer’. Dit
rapport is via de website van het NLR voor een ieder raadpleegbaar.
De geluidscontouren voor Rotterdam en Lelystad worden toegevoegd aan de regeling met
een verwijzing naar de kaarten van deze contouren in de bijlage. De luchthaven Rotterdam
heeft geen 65-Ke contour op de kaart omdat deze contour zich volledig op het luchthaventerrein
bevindt.
De twee bepalingen van het Nederlands Normalisatie-Instituut (NEN) zijn geactualiseerd
en er zijn twee definities van de Nederlandse Praktijkrichtlijnen (NPR) inzake geluidwering
toegevoegd, die van toepassing zijn bij de bepaling van de geluidwering overeenkomstig
bijlage 2 bij de regeling. De NPR worden uitgegeven door het Nederlands Normalisatie-Instituut
en geven richtlijnen hoe in de praktijk met normen moet worden omgegaan. De NEN-normen
die zijn toegevoegd zijn gratis beschikbaar via de website van het NEN-instituut.
Onderdeel B
Artikel 2 bevat de algemene bepaling wanneer geluidsgevoelige ruimten in beginsel
voor het aanbrengen van geluidwerende voorzieningen in aanmerking komen. In dit artikel
worden met de onderhavige regeling het begrip geluidszone in Ke en de bepalingen die
zien op de luchthaven Schiphol geschrapt. De luchthavens Rotterdam en Lelystad worden
aan dit artikel toegevoegd.
Onderdelen C, F, G, I tot en met J, L, N en O
De LAeq-isolatie aan slaapkamers van woningen is niet langer relevant voor de RGV
1997 aangezien het isolatieprogramma van Schiphol is afgerond en op de andere luchthavens
geen nachtvluchten plaatsvinden. Veel van de wijzigingen in deze regeling zien dan
ook op het laten vervallen van deze bepalingen. In de onderdelen C en F kan § 2. LAeq-isolatie
aan slaapkamers van woningen komen te vervallen. Afdeling 2 bestaat daarmee niet langer
uit paragrafen en het opschrift §1 kan daarmee ook komen te vervallen. In onderdeel
I kan door het vervallen van de LAeq-isolatie afdeling 2 van hoofdstuk 3 om dezelfde
reden komen te vervallen. Door het vervallen van de LAeq-isolatie komen ook de artikelen
in onderdelen G, I tot met J, L, N en O te vervallen.
Onderdeel D
Artikel 3, onderdeel g, wordt aangepast om de bepalingen over de luchthaven Schiphol
te verwijderen en de luchthavens Rotterdam en Lelystad toe te voegen.
Onderdeel E
In de artikelen 6, eerste lid, 13, derde lid, onderdeel 3, onder 3°, en artikel 14,
eerste lid onderdeel c, wordt de verwijzing naar het Bouwbesluit geactualiseerd naar
het Bouwbesluit 2012.
Onderdeel H
In artikel 12 zijn de bepalingen omtrent de luchthaven Schiphol verwijderd en bepalingen
voor de luchthavens Rotterdam en Lelystad toegevoegd.
Onderdeel K en M
In onderdeel K en M zijn enkele verwijzingen naar bijlage 2 van de RGV 1997 aangepast
in verband met wijzigingen in die bijlage (zie onderdeel P).
Onderdeel P
Bijlage 2 bevat technische voorschriften aan de uitwendige scheidingsconstructie.
Door het vervallen van de slaapkamerisolatie en aangepaste NEN-normen behoeft deze
bijlage aanpassing. Met deze aanpassing is aangesloten bij het technisch voorschrift
zoals deze is vastgesteld bij de Regeling geluidwerende voorzieningen militaire luchthavens
2015.
Onderdeel Q
De bijlage met de kaart van de geluidscontour Schiphol kan uit de RGV 1997 verwijderd
worden omdat het isolatieprogramma is afgerond. In plaats daarvan wordt op deze plaats
nu de geluidscontour Rotterdam toegevoegd als bijlage bij de regeling.
Onderdeel R
In dit onderdeel wordt de bijlage met de geluidszone in dB(A) Schiphol vervangen door
de kaart met de geluidscontour van de luchthaven Lelystad.
Artikel II
Deze wijzigingsregeling treedt met ingang van 1 juli 2016 in werking. Met deze datum
wordt aangesloten bij een van de vier vaste verandermomenten voor de inwerkingtreding
van een ministeriële regeling. Voor de termijn tussen de publicatiedatum en inwerkingtreding
is afgeweken van de gebruikelijke twee maanden. Om burgers en bedrijven snel duidelijkheid
te geven over het isolatieprogramma en het feit dat hieraan alleen voordelen zijn
verbonden is dit in het onderhavige geval toelaatbaar geacht.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,
S.A.M. Dijksma