Besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 14 januari 2016, nr. 2016-0000017338, tot wijziging van het Benoemingsbesluit referendumcommissie in verband met de verhoging van de schadeloosstelling

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Gelet op artikel 14, tweede lid, van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen;

Besluit

ARTIKEL I

Het Benoemingsbesluit referendumcommissie wordt als volgt gewijzigd:

In artikel 2, eerste lid, wordt ‘een schadeloosstelling van € 1.296,– onderscheidenlijk € 997,– per maand’ vervangen door: een schadeloosstelling van € 3.780,– onderscheidenlijk € 2.908,– per maand.

ARTIKEL II

Het Benoemingsbesluit referendumcommissie wordt als volgt gewijzigd:

In artikel 2, eerste lid, wordt ‘een schadeloosstelling van € 3.780,– onderscheidenlijk € 2.908,– per maand’ vervangen door: een schadeloosstelling van € 1.296,– onderscheidenlijk € 997,– per maand.

ARTIKEL III

• 1. Dit besluit, met uitzondering van artikel II, treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 oktober 2015.

• 2. Artikel II treedt in werking met ingang van 1 april 2016.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst en in afschrift worden verzonden aan betrokkenen.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

TOELICHTING

In dit besluit wordt de schadeloosstelling van de voorzitter onderscheidenlijk de schadeloosstelling van de leden van de referendumcommissie zoals die zijn vastgesteld bij besluit van 29 september, nr. 2015-0000560335, tot benoeming van de voorzitter en de leden van de referendumcommissie (Benoemingsbesluit referendumcommissie) gewijzigd met terugwerkende kracht voor de periode 1 oktober 2015 tot en met 31 maart 2016. De wijziging houdt verband met een grotere benodigde tijdsbesteding van de voorzitter en de leden voor commissiewerkzaamheden dan eerder geraamd bij de instelling van de commissie. De tijdsbesteding in de periode dat een hogere schadeloosstelling wordt ontvangen en die ten grondslag ligt aan de verhoging van de schadeloosstelling wordt geraamd op gemiddeld 35 uur per maand voor de leden en gemiddeld 46 uur per maand voor de voorzitter.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk