Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 20 juni 2016, nr. IENM/BSK-2016/121468, tot wijziging van de Regeling erkenning bedrijfsvoorraad in verband met de inzameling van te demonteren bromfietsen

De Minister van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op artikel 62, vierde lid, van de Wegenverkeerswet 1994;

BESLUIT:

ARTIKEL I

Artikel 9, zevende lid, van de Regeling erkenning bedrijfsvoorraad komt te luiden:

• 7. Het erkende bedrijf draagt er zorg voor dat in de bedrijfsvoorraad slechts worden en zijn opgenomen:

  • a. voertuigen die bestemd zijn om te worden verkocht;

  • b. voertuigen die bestemd zijn om te worden gedemonteerd indien het erkende bedrijf beschikt over de bevoegdheid, bedoeld in artikel 46, tweede lid, onderdeel c, van het Kentekenreglement, of

  • c. bromfietsen die niet bestemd zijn om te worden verkocht gedurende een eenmalige periode van vier aaneengesloten weken.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2016.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

TOELICHTING

Deze wijziging maakt het mogelijk dat handelaren in bromfietsen afgedankte bromfietsen inzamelen om die vervolgens door een demontagebedrijf te laten ophalen en demonteren.

In Nederland is een beperkt aantal demontagebedrijven toegerust voor het milieutechnisch verantwoord demonteren van bromfietsen. Als gevolg van de geografische spreiding van die bedrijven is het voor het bezitters van bromfietsen niet aantrekkelijk om een afgedankte bromfiets zelf in te leveren bij zo’n demontagebedrijf.

Met het bedrijfsleven is overeengekomen dat gestreefd wordt naar het zoveel mogelijk door erkende demontagebedrijven laten demonteren van afgedankte bromfietsen. Om te bevorderen dat afgedankte bromfietsen ook daadwerkelijk bij de demontagebedrijven terecht komen is gekozen voor de mogelijkheid voor de bezitters van afgedankte bromfietsen om die bromfietsen in te leveren bij de handelaren in bromfietsen.

De wijziging van artikel 9, zevende lid, van de Regeling erkenning bedrijfsvoorraad was nodig om de handelaren de bevoegdheid te geven om afgedankte bromfietsen, die naar hun aard niet (meer) bestemd zijn voor verkoop, in de bedrijfsvoorraad op te nemen. Gelet op het doel van die opname in de bedrijfsvoorraad, het inzamelen door een demontagebedrijf, is opname van afgedankte bromfietsen slechts mogelijk voor een eenmalige periode van vier weken.

Deze wijziging heeft op zichzelf geen gevolgen voor de administratieve lasten en de nalevingskosten.

Omdat deze wijziging geen gevolgen heeft voor de administratieve lasten of nalevingskosten en omdat hiermee tegemoet wordt gekomen aan een wens van het bedrijfsleven is afgezien van het hanteren van een volledige invoeringstermijn.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus