V3.0 Subsidieregeling Rechtwijzer Echtscheiding / Beëindiging samenwoning

Het bestuur van de Raad voor Rechtsbijstand,

gelet op artikel 37b van de Wet op de rechtsbijstand,

BESLUIT:

de volgende regeling vast te stellen,

HOOFDSTUK I. ALGEMEEN

Artikel 1 begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. Rechtwijzer:

het bijzondere project opgezet door het bestuur, HiiL en Modria ten behoeve van online geschiloplossing;

b. De wet:

de Wet op de rechtsbijstand;

c. Het besluit:

Het Besluit eigen bijdrage rechtsbijstand;

d. De Raad:

de Raad voor Rechtsbijstand, bedoeld in artikel 2 van de wet;

e. Het bestuur:

het bestuur van de Raad, bedoeld in artikel 3 van de wet;

f. Gebruiker:

de rechtzoekende overeenkomstig artikel 1 van de wet;

g. Initiator:

de gebruiker die via Rechtwijzer start om zijn geschil op te lossen;

h. Uitgenodigde:

de gebruiker die door de initiator wordt uitgenodigd om via Rechtwijzer hun geschil op te lossen;

i. Dienstverlener:

de bemiddelaar, beslisser of reviewer met wie het bestuur een overeenkomst als bedoeld in artikel 13, eerste lid aanhef en onder a. van de wet is aangegaan ten behoeve van dienstverlening via Rechtwijzer en op wie de deelnamevoorwaarden voor Rechtwijzer van toepassing zijn;

j. Dienstverlening:

de werkzaamheden verricht door een dienstverlener;

k. Bemiddelaar:

de advocaat die op verzoek begeleiding en advies biedt bij het maken van afspraken;

l. Beslisser:

de deskundige die op verzoek een redelijke beslissing neemt, wanneer partijen het niet eens worden over één of meerdere punten

m. Reviewer:

de advocaat die alle gemaakte afspraken toetst op juridische, financiële en praktische houdbaarheid en de zaak aanbrengt bij de rechtbank;

n. Inkomen:

het inkomen, zoals berekend ingevolge de artikelen 34a eerste lid, met uitzondering van de derde en vierde volzin, en 34b van de wet;

o. Eigen betaling:

het bedrag dat de gebruiker verschuldigd is voor het gebruik van Rechtwijzer;

p. Eigen bijdrage:

de bijdrage die de gebruiker verschuldigd is voor de dienstverlening;

q. Vergoeding:

de subsidie die krachtens deze regeling wordt uitbetaald aan de dienstverlener.

Artikel 2 doel

Deze subsidieregeling heeft als doel om de eigen betalingen en bijdragen vast te stellen voor gebruikers van Rechtwijzer die in aanmerking komen voor gesubsidieerde rechtsbijstand volgens de wet. Daarnaast worden in deze subsidieregeling de vergoedingen vastgesteld die dienstverleners bovenop de eigen bijdrage ontvangen.

HOOFDSTUK II. DE UITVOERING

Artikel 3 reikwijdte

Subsidie voor het gebruik van Rechtwijzer wordt uitsluitend verleend terzake van in de Nederlandse rechtssfeer liggende rechtsbelangen van natuurlijke personen wier financiële draagkracht de in artikel 2 van het besluit genoemde bedragen niet overschrijdt.

Artikel 4 inkomen en eigen betaling voor het gebruik van Rechtwijzer

Voor het enkele gebruik van Rechtwijzer betaalt de eerste gebruiker per geschil een bedrag van € 90 indien beide gebruikers recht hebben op subsidie. Heeft één van de gebruikers geen recht op subsidie, dan bedraagt dit bedrag € 100.

Artikel 5 toekenning subsidie en vaststelling eigen bijdrage bij inschakeling van een dienstverlener

  • 1. Het bestuur stelt op aanvraag de draagkracht vast van de gebruiker en verstrekt een verklaring zoals bedoeld in artikel 7, derde lid sub e van de wet.

  • 2. Indien de draagkracht de in artikel 2 van het besluit genoemde bedragen niet overschrijdt, wordt door het bestuur bij inschakeling van een dienstverlener een subsidie, genoemd vergoeding, aan de dienstverlener betaald.

  • 3. Bij inschakeling van een dienstverlener is de gebruiker een eigen bijdrage verschuldigd. Artikel 38, eerste lid van de wet is van overeenkomstige toepassing.

  • 4. De in het derde lid bedoelde eigen bijdrage voor inschakeling van een dienstverlener via Rechtwijzer bedraagt:

    • a. voor het inschakelen van een bemiddelaar: € 18;

    • b. voor het inschakelen van een beslisser: € 12;

    • c. voor het inschakelen van een reviewer: € 21.

Artikel 6 bevoegdheid tot intrekking

Artikel 33 eerste lid, aanhef en onder a tot en met d en derde lid van de wet is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 7 de vergoeding

  • 1. Het bestuur verstrekt aan een dienstverlener een vergoeding voor zijn dienstverlening.

  • 2. De vergoeding bedraagt:

    • a. voor de dienstverlening van de bemiddelaar als gedefinieerd in artikel 1 onder k: € 148,76;

    • b. voor de dienstverlening van de beslisser als gedefinieerd in artikel 1 onder l: € 99,17;

    • c. voor de dienstverlening van de reviewer als gedefinieerd in artikel 1 onder m: € 173,55.

  • 3. De eigen bijdrage van artikel 5 vierde lid wordt op de in het eerste lid bedoelde vergoeding in mindering gebracht

  • 4. Over de bedragen genoemd in tweede lid is het bestuur omzetbelasting verschuldigd.

  • 5. De vergoeding wordt, inclusief de omzetbelasting als bedoeld in het derde lid, naar boven afgerond op hele euro’s.

  • 6. Overeenkomstig artikel 39, tweede lid, Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000 is geen schriftelijke aanvraag nodig.

Artikel 8 bevoegdheid tot aanpassing van bedragen

  • 1. Het bestuur kan de bedragen genoemd in de artikelen 4, 5 en 7 tussentijds aanpassen.

  • 2. De in het vorige lid bedoelde aanpassingen behoeven goedkeuring van Onze Minister en kunnen per aanvullende subsidieregeling worden getroffen.

  • 3. Aanpassing heeft geen gevolgen voor dienstverlening waarvoor de gebruiker al een eigen bijdrage heeft betaald of heeft moeten betalen.

Artikel 9 overige bepalingen

  • 1. De dienstverlener mag naast de eigen bijdrage van artikel 5, vierde lid aan de gebruiker geen andere kosten in rekening brengen dan die ter zake van:

    • a. griffierechten;

    • b. getuigen en deskundigen;

    • c. uittreksels uit de openbare registers;

    • d. telegrammen, internationale telex, internationale telefax en internationale telefoongesprekken;

    • e. rolverrichtingen in zaken die door de kantonrechter van de rechtbank worden behandeld.

  • 2. De kosten, bedoeld in het eerste lid, worden steeds aan de rechtzoekende gespecificeerd.

HOOFDSTUK III. TOEPASSING

Artikel 10 inwerkingtreding

Deze subsidieregeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2016.

Artikel 11 aanhef

Deze subsidieregeling wordt aangehaald als Subsidieregeling Rechtwijzer.

TOELICHTING

Algemeen

Op grond van artikel 37b van de Wet op de rechtsbijstand kan het bestuur van de Raad voor Rechtsbijstand met het oog op de verlening van rechtsbijstand subsidie verstrekken voor bijzondere doeleinden en projecten. Het bestuur wil gezamenlijk met The Hague Institute for the Internationalisation of Law (HiiL) en Modria een bijzonder project introduceren genaamd Rechtwijzer.

In tegenstelling tot de huidige applicatie voor Rechtwijzer, die feitelijk uitsluitend ziet op verduidelijking van de vraagstelling en het weergeven van oplossingsrichtingen, biedt de nieuwe Rechtwijzer de gebruiker middelen om gezamenlijk met de andere gebruiker of partij in dialoog te treden en zelf het geschil op te lossen. In eerste instantie zal de mogelijkheid worden geboden om de (echt)scheiding te regelen via Rechtwijzer. In de toekomst kunnen ook andere rechtsterreinen opgenomen worden in Rechtwijzer.

Een gebruiker kan in de nieuwe Rechtwijzer na het invullen van een vragenlijst een diagnose ontvangen waaruit blijkt dat zijn geschil opgelost zou kunnen worden via Rechtwijzer. In dat geval kan hij de andere partij uitnodigen om zich ook aan te melden bij Rechtwijzer en gebruik te maken van de online applicatie. De focus ligt op het in dialoog treden met elkaar en zodoende samen tot afspraken komen. De verwachting is1 dat op een dergelijke wijze meer duurzame afspraken mogelijk zijn, wat dan weer leidt tot minder lasten voor en hogere tevredenheid bij de scheidende partijen, minder belasting van de rechtspraak en lagere lasten voor de samenleving in het algemeen.

Wanneer de gebruikers bij bepaalde punten in de dialoog tot de conclusie komen dat zij er niet uitkomen, kunnen zij een dienstverlener inschakelen. Zo kunnen zij bemiddeling inschakelen door een bemiddelaar of, wanneer er een knoop moet worden doorgehakt, een beslissing vragen van een beslisser.

De afspraken die dan tot stand zijn gekomen worden getoetst op hun duurzaamheid en juridische houdbaarheid door een reviewer. Deze reviewer brengt, voorzover van toepassing, de echtscheiding ook aan bij de rechtbank.

De dienstverleners hebben toelating gevraagd en verkregen tot het register om hun diensten via Rechtwijzer aan te bieden. Daartoe moeten zij in ieder geval aantoonbaar zorgvuldig, snel en doelmatig diensten kunnen en willen verlenen. De Raad heeft met deze dienstverleners overeenkomsten afgesloten.

Voor de Raad ligt, gelet op zijn wettelijke taak, de aandacht op de rechtzoekende die in aanmerking komt voor gesubsidieerde rechtsbijstand. De gebruikers kunnen voor de betaling van de diensten van de genoemde dienstverleners aanspraak maken op subsidie wanneer zij daarvoor in aanmerking komen op grond van de Wet op de rechtsbijstand. Hiervoor kunnen zij een inkomensverklaring aanvragen. Bij de scheiding is er altijd sprake van twee partijen. Uit de praktijk blijkt dat er vaak één partij op basis van gesubsidieerde rechtsbijstand kan procederen, terwijl de andere partij zelf zijn advocaat moet betalen. Vandaar dat Rechtwijzer ook gebruikt kan worden door een rechtzoekende die niet voor gesubsidieerde rechtsbijstand in aanmerking komt.

De toegang tot de genoemde subsidie moet zoveel mogelijk afgestemd zijn op die van de gesubsidieerde rechtsbijstand. Daarom is de Wrb-gerechtigde gebruiker overeenkomstig deze regeling een eigen bijdrage verschuldigd voor de dienstverlening en ontvangen de dienstverleners een (aanvullende) vergoeding van de Raad voor Rechtsbijstand.

Artikelsgewijs

Artikel 1

In artikel 1 worden definities gegeven voor onder meer Rechtwijzer, de gebruikers en de dienstverleners. Bedoeling is om aansluiting te zoeken binnen de systematiek, maar ook het begrippenkader van de Wet op de rechtsbijstand. Aangezien het begrip rechtsbijstand, mediation en rechtshulp in de wet ruimer zijn dan de bedoeling is voor Rechtwijzer, wordt er een beperkte omschrijving gegeven van de dienstverlening van de dienstverleners. Het idee met Rechtwijzer is dat partijen versterkt worden in hun zelf oplossende vermogen en dat een dienstverlener voor korte interventies ingeschakeld kan worden. Zij kunnen daardoor op hun specialisme ingeschakeld worden.

Artikel 2

In dit artikel is de doelstelling van deze subsidieregeling geformuleerd zoals artikel 37b van de wet voorschrijft. In het algemene deel van de toelichting is hierop al ingegaan.

Artikel 3

Dit artikel verwijst naar artikel 12 van de wet. Rechtwijzer heeft een zogenoemd hybride karakter. Het biedt toegang tot nuldelijns, eerstelijns en tweedelijns bijstand. Rechtwijzer is (allereerst) bestemd voor echtscheidingen en de beëindiging van een samenwoning in Nederland. Vandaar dat in dit artikel het belang waarvoor subsidie kan worden verleend zich beperkt tot de Nederlandse rechtssfeer.

Artikel 4

Voor het gebruik van Rechtwijzer is een eigen betaling verschuldigd van € 90 per geschil. Deze eigen betaling is bestemd om de kosten van ontwikkeling, beheer en onderhoud te dekken. Rechtwijzer wordt ontwikkeld door de Raad voor Rechtsbijstand, HiiL en Modria. Is één vban de partijen niet subsidiegerechtigd dan bedraagt de eigen betaling € 100 per geschil. Omdat de Raad vanuit zijn wettelijke taak uitsluitend verantwoordelijk is voor gesubsidieerde rechtsbijstand en mediation moeten aan de niet-subsidiegerechtigde ook de kostprijs van de investeringen die de Raad in Rechtwijzer heeft gedaan alsmede de kosten voor marketing en het klantcontactcentrum in rekening worden gebracht. Het bedrag voor deze kosten is berekend op € 10.

Artikel 5

Artikel 5 bepaalt dat een dienstverlener aanspraak kan maken op subsidie van de Raad voor Rechtsbijstand. Omdat er aansluiting gezocht is met de systematiek van de wet, bepaalt het bestuur dat bij een dergelijke subsidie ook een eigen bijdrage verschuldigd is die de gebruiker moet betalen aan de dienstverlener.

De subsidie wordt elektronisch aangevraagd. De gebruiker krijgt de mogelijkheid om een inkomensverklaring aan te vragen, die hem in gelegenheid stelt om een inzicht te krijgen in zijn draagkracht. Rechtwijzer wordt zo ontwikkeld, dat de gegevens die uit de inkomensverklaring volgen automatisch gebruikt worden om de juiste bedragen aan de gebruiker in rekening te brengen. In de initiële fase kan de gebruiker digitaal de inkomensverklaring aanvragen, maar kunnen de gegevens nog niet door Rechtwijzer gegenereerd worden. De gebruiker wordt in de gelegenheid gesteld om aan te geven dat hij op basis van de gegevens op de inkomensverklaring in aanmerking komt voor gesubsidieerde rechtsbijstand. De Raad zal dan achteraf deze opgave controleren.

De eigen bijdragen zijn gekoppeld aan de daarvoor bestemde vergoedingen (zie artikel 7) en bedragen op dit moment 10% van die vergoeding. Zoals in de algemene overwegingen gezegd, moet onderzocht worden of deze bedragen voldoen. De eigen bijdragen kunnen daarom tussentijds worden aangepast via een aanvullende regeling.

Er is voor de beoordeling van de draagkracht niet gekozen voor een regeling als bedoeld in de artikelen 34c tot en met g van de wet. Van de toepassing van inkomenscontrole, peiljaarverlegging en resultaatsbeoordeling wordt vooralsnog dus afgezien, gelet op het karakter van Rechtwijzer en de noodzakelijke eenvoudige inrichting. Gebruikers die hierdoor niet voor subsidie voor Rechtwijzer in aanmerking komen, kunnen, indien zij besluiten geen gebruik te maken van Rechtwijzer nog altijd een toevoeging voor bijstand van een advocaat of mediator aanvragen. Overigens is peiljaarverlegging krachtens artikel 34c van de wet uitsluitend van toepassing op een toevoegingsaanvraag, terwijl bij Rechtwijzer gekozen is voor de inkomensverklaring.

Artikel 6

Artikel 6 bepaalt dat de intrekkingsbevoegdheid van artikel 33 van de wet van overeenkomstige toepassing is. Deze bevoegdheid is noodzakelijk om in het voorkomende geval de aan de dienstverlener verstrekte vergoeding op de gebruiker te kunnen verhalen, wanneer blijkt dat de ten onrechte een inkomensverklaring is aangevraagd en aangegeven is dat recht bestaat op subsidie.

Artikel 7

In dit artikel is de vergoeding vastgelegd die de dienstverlener voor zijn dienstverlening ontvangt.

Aangehaakt is bij de volgende bestaande vergoedingen in het Besluit toevoeging mediation (Btm) en Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000 (Bvr):

  • De vergoeding die betaald wordt voor de bemiddelaar is gebaseerd op artikel 8, eerste lid, Btm; per rechtzoekende een vergoeding van anderhalve punt bij mediation waaraan minder dan vier uur is besteed;

  • De vergoeding die betaald wordt voor de beslisser is gebaseerd op artikel 12, derde lid, Bvr; twee punten voor een eenvoudig rechtskundig advies verdeeld over twee gebruikers;

  • De vergoeding die betaald wordt voor de reviewer was gebaseerd op artikel 8, vierde lid, Btm; voor de rechterlijke afhechting van de afspraken voortvloeiend uit mediation wordt eenmaal een vergoeding toegekend van twee en een halve punt. In de praktijk is gebleken dat de reviewer meer werkzaamheden verricht dan het toetsen van de afspraken die partijen hebben gemaakt en het laten afhechten van de zaak door de rechter. Daarnaast moet hij namelijk zorgdragen voor de verplichte ‘informed consent’ en partijen dus de consequenties van hun keuzes en afspraken uitleggen. Daarbij dient de reviewer zich te vergewissen van de identiteit van partijen. Om die reden is het bedrag verhoogd, wat neerkomt op een verhoging van ongeveer een punt.

Per dienstverlening moet de eigen bijdrage op de daarvoor geldende vergoeding in mindering worden gebracht.

Over deze bedragen is omzetbelasting verschuldigd. Om de tarieven transparant te maken, is er voor gekozen om deze af te ronden op hele bedragen.

Rechtwijzer is zo ingericht dat de gebruiker pas na betaling gebruik kan maken van een dienstverlener. De vergoeding wordt door de Raad dan automatisch overgemaakt aan de dienstverlener, maar zonder dat deze daarvoor een schriftelijke aanvraag indient. Om die reden is er overeenkomstig artikel 39 lid 2 Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000 en met de dienstverlener in zijn overeenkomst afspraken gemaakt over de wijze van aanvragen.

Artikel 8

Gelet op het experimentele karakter van dit project is monitoring van het proces en de bedragen noodzakelijk. Onderzocht moet onder meer worden hoe de gebruiker het beste Rechtwijzer kan gebruiken en welke bedragen in redelijke verhouding staan tot de geboden dienstverlening en hoe deze het beste uitbetaald kunnen worden. Het bestuur behoudt zich dan ook het recht voor om het proces en de bedragen tussentijds aan te passen. Aanpassing heeft geen gevolgen voor het gebruik van een dienst waarvoor de gebruiker al een eigen bijdrage heeft betaald.

Artikel 9

Voor de afhechting bij de rechtbank is de gebruiker griffierechten verschuldigd. Ook is de gebruiker leges verschuldigd aan de gemeente voor de nodige uittreksels. Om de reviewer de mogelijkheid te bieden om deze in rekening te brengen bij de gebruiker is een gelijkluidende bepaling als artikel 4 Bvr opgenomen.


X Noot
1

http://www.wodc.nl/onderzoeksdatabase/1623a-evaluatie-mediation-deelproject-1.aspx

Ruimte voor mediation – L. Combrink-Kuiters, E. Niemeijer, M. ter Voert, 2003, p. 98-99, Den Haag: Boom Juridische uitgevers, Onderzoek en beleid 210

Naar boven