Regeling van de Minister van Economische Zaken van 13 mei 2016, nr. WJZ/16048974, houdende wijziging van de Regeling openstelling EZ-subsidies 2016 in verband met de vaststelling van het tijdstip waarop de openstelling voor MIT-R&D samenwerkingsprojecten eindigt en met de verhoging van het subsidieplafond voor innovatiekrediet voor klinische ontwikkelingsprojecten

De Minister van Economische Zaken,

Gelet op de artikelen 16 en 19, derde lid, van het Kaderbesluit nationale EZ-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling openstelling EZ-subsidies 2016 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, eerste lid, wordt aan de tweede volzin de volgende zinsnede toegevoegd: , tenzij in kolom 5 een ander tijdstip is opgenomen.

B

In de rij met betrekking tot titel 3.4, MKB-innovatiestimulering topsectoren, artikel 3.4.20, wordt aan de tekst in kolom 5 toegevoegd: , 24.00 uur.

C

In de rij met betrekking tot titel 3.9, Innovatiekredieten, artikel 3.9.2, klinische ontwikkelingsprojecten, wordt in kolom 6 ‘€ 20.000.000’ vervangen door: € 30.000.000.

ARTIKEL II

  • 1. Artikel I, onderdeel C, treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst.

  • 2. Artikel I, onderdelen A en B, treedt in werking met ingang van 1 juli 2016.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 13 mei 2016

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

TOELICHTING

I. ALGEMEEN

1. Inleiding

In deze regeling wordt een drietal wijzigingen aangebracht in de Regeling openstelling EZ-subsidies 2016: het mogelijk maken van een (incidentele) wijziging van de eindtijd van de openstelling, een aanpassing van de eindtijd van de openstelling voor MIT-R&D-samenwerkings-projecten in 2016, en een verhoging van het subsidieplafond voor klinische ontwikkelingsprojecten.

2. Incidentele afwijking van het standaard-eindtijdstip van de openstelling

In artikel 1, eerste lid, laatste volzin, van de Regeling openstelling EZ-subsidies 2016 is bepaald dat een subsidieaanvraag tijdig is ingediend, indien de aanvraag op de laatste dag van de openstellingsperiode vóór 17.00 uur is ontvangen. In het kader van de MIT-R&D-samenwerkingsprojecten is gebleken dat de provinciebesturen, die eveneens subsidies voor MIT-R&D-samenwerkingsprojecten verstrekken, als eindtijdstip 24.00 uur hanteren. Mede in verband met het onlangs toegevoegde artikel 3.4.2, derde lid, van de Regeling nationale EZ-subsidies bestaat de mogelijkheid dat een subsidieaanvraag voor een MIT-R&D-samenwerkingsproject vlak voor het eindtijdstip bij de provincie wordt ingediend. Indien deze aanvraag door het provinciebestuur moet worden afgewezen omdat het samenwerkingsproject niet valt onder een door de provincie geprioriteerd topsectorthema of indien het een bovenregionaal project betreft, wordt de aanvraag doorgestuurd om onder de landelijke module te worden behandeld, waarbij het tijdstip van indiening bij de provincie ook als het tijdstip van indiening bij de landelijke module wordt aangehouden. Dit veronderstelt dat de landelijke module niet eerder sluit dan de provinciale openstelling.

In verband hiermee is artikel 1, eerste lid, aangevuld, zodanig dat bij incidentele afwijking van de standaardeindtijd deze afwijking in de tabel kan worden opgenomen. Voor MIT-R&D-samenwerkings-projecten is in kolom 5 de afwijkende eindtijd voor 2016 opgenomen.

3. Plafondbedrag klinische ontwikkelingsprojecten

Het subsidieplafond voor klinische ontwikkelingsprojecten wordt met € 10 miljoen opgehoogd naar € 30 miljoen. Hiermee wordt tegemoet gekomen aan de groeiende vraag naar Innovatiekrediet voor dit type projecten. Deze wijziging moet zo spoedig mogelijk in werking treden om te voorkomen dat aanvragen die in 2016 zijn ingediend reeds nu moeten worden afgewezen op de grond dat het subsidieplafond is bereikt.

4. Regeldruk

De vaststelling van een afwijkend eindtijdstip voor de indiening van de subsidieaanvragen voor MIT-R&D-samenwerkingsprojecten heeft geen gevolgen voor de regeldruk.

Door de verhoging van het subsidieplafond voor klinische ontwikkelingsprojecten daalt het administratieve lastenpercentage voor deze projecten van 1,99% naar 1,33%.

5. Staatssteun

Wijziging eindtijdstip

De vaststelling van een afwijkend eindtijdstip voor de indiening van de subsidieaanvragen voor MIT-R&D-samenwerkingsprojecten heeft geen gevolgen voor de staatssteunaspecten.

Klinische ontwikkelingsprojecten

De voor 2016 opengestelde subsidie voor klinische ontwikkelingsprojecten bevat staatssteun en wordt gerechtvaardigd door artikel 25 van de algemene groepsvrijstellingsverordening. De verhoging van het subsidieplafond brengt geen wijziging aan in de staatssteunaspecten.

II Artikelen

Artikel I

De wijzigingen van de Regeling openstelling EZ-subsidies 2016 zijn hiervoor in paragraaf 2 en 3 toegelicht.

Artikel II

Het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, onderdeel C wijkt af van het beleid inzake de vaste verandermomenten. Het gaat hier om de ophoging van een subsidieplafond voor een openstelling die gedurende het gehele jaar 2016 loopt. Het is in het belang van het bedrijfsleven dat deze ophoging zo snel mogelijk ingaat, zodat onnodige afwijzingen in verband met overschrijding van het (oude) subsidieplafond worden voorkomen.

De wijziging van artikel I, onderdelen A en B kunnen in werking treden op 1 juli 2016, omdat de openstelling van de subsidies voor MIT-R&D-samenwerkingsprojecten begint op 5 juli 2016. Dat is in overeenstemming met het beleid inzake de vaste verandermomenten. Wel wordt afgeweken van de minimale termijn van twee maanden tussen de publicatie van de regeling en het moment van inwerkingtreding. Zou die termijn wel in acht zijn genomen, dan zou de regeling pas op het volgende vaste verandermoment (1 oktober 2016) in werking zijn getreden. Dat zou na de openstellingsperiode zijn, wat de wijziging zinloos zou maken. Ook deze afwijking van het beleid inzake vaste verandermomenten en de wijziging als zodanig zijn in het belang van het bedrijfsleven.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

Naar boven