Wet ruimtelijke ordening

Gewijzigde v aststelling bestemmingsplan ‘Buitengebied 2013, 1 e herziening op onderdelen ’

Burgemeester en wethouders maken ter voldoening van het bepaalde in artikel 3.8 van de Wet ruimtelijke ordening en afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht het volgende bekend. De gemeenteraad heeft in de vergadering van 19 april 2016 het bestemmingsplan ‘Buitengebied, 1e herziening op onderdelen’ met IDN “NL.IMRO.0893.BP15024BUIBUI-VA01” gewijzigd vastgesteld.

Gedeeltelijk e herziening

Het bestemmingsplan is een gedeeltelijke herziening van het bestemmingsplan Buitengebied 2013 (vastgesteld door de gemeenteraad op 17 december 2013). Dit bestemmingsplan is bij uitspraak van 15 juli 2015 door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op onderdelen vernietigd. De Raad van State heeft de gemeenteraad hierbij opgedragen om een nieuw bestemmingsplan vast te stellen, waarin tegemoet wordt gekomen aan de uitspraak. Dit bestemmingsplan repareert het bestemmingsplan “Buitengebied 2013” op een aantal onderdelen.

Overzicht van de wijzigingen

Onderstaand een overzicht van de belangrijkste wijzigingen die in het plan zijn opgenomen:

• wijzigingen naar aanleiding van de uitspraak van de Raad van State (d.d. 15 juli 2015);

• verwerking uitgebreide omgevingsvergunningen die na vaststelling van het

bestemmingsplan Buitengebied 2013 zijn verleend;

-verwerking postzegelbestemmingsplannen die na vaststelling van het bestemmingsplan

Buitengebied 2013 zijn vastgesteld;

-aanpassing van de plangrens op de gemeentegrens en plangrens van het

bestemmingsplan Wellerlooi;

• opnemen gebiedsaanduidingen verband houdend met de beschermingszone waterkering en het stroomvoerend en waterbergend rivierbed;

• aanpassing begrenzing waterbergend rivierbed;

• aanduiding bedrijfswoning voor Emmastraat 4a Wellerlooi;

• ambtshalve wijzigingen die uitsluitend ‘beleidsarme’ correcties omvatten.

Intensieve veehouderijlocaties

In de uitspraak van 15 juli 2015 heeft de Raad van State tevens geoordeeld dat de keuze van de gemeenteraad om de bouwvlakken voor de veehouderijbedrijven uit het plangebied te laten, in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. Dit bestemmingsplan heeft echter géén betrekking op de (intensieve) veehouderijlocaties in het buitengebied. Hiervoor wordt een apart bestemmingsplan voorbereid.

Inzage

Het bestemmingsplan “Buitengebied 2013, 1e herziening op onderdelen” en het besluit liggen van 5 mei 2016 tot en met 15 juni 2016ter inzage in het gemeentehuis, Raadhuisstraat 2 in Nieuw Bergen. U kunt de stukken, zonder afspraak, inzien tijdens de openingstijden van het Klant Contact Centrum. U kunt het digitale plan ook inzien via www.bergen.nl en op www.ruimtelijkeplannen.nl.

Beroep

Het instellen van beroep tegen het vaststellingsbesluit is mogelijk gedurende bovengenoemde inzage termijn voor:

• Degene die tijdig zienswijze hebben ingebracht en belanghebbende zijn;

• Belanghebbenden die aantonen dat zij redelijkerwijs niet in staat zijn geweest hun zienswijze tegen het ontwerpbesluit bij de gemeenteraad kenbaar te maken;

• Iedere belanghebbende, voor zover het beroep wordt ingesteld tegen wijzigingen die de gemeenteraad bij de vaststelling van het plan heeft aangebracht in het plan.

Het beroepschrift moet naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA ’s-Gravenhage. In het ondertekende beroepschrift staat tenminste de naam en het adres van de indiener, de dagtekening, een omschrijving van het besluit waartegen het is gericht en de gronden van het beroep.

U kunt ook digitaal het beroep- en verzoekschrift indienen bij genoemde rechtbank via https://digitaalloket.raadvanstate.nl/Digitaal.aspx. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden.

In werking

Het raadsbesluit treedt in werking met ingang van de dag na die waarop de beroepstermijn afloopt. Het instellen van beroep schorst de werking van het besluit niet. Indien beroep is ingesteld, kan gedurende de beroepstermijn bij de voorzitter van genoemde Afdeling van de Raad van State een verzoek worden gedaan tot het treffen van een voorlopige voorziening indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist. Bij het verzoek moet een afschrift van het beroepschrift worden overlegd. Indien een verzoek om een voorlopige voorziening is gedaan, wordt de werking van het raadsbesluit opgeschort totdat op het verzoek is beslist. Voor het indienen van een beroep en/of een verzoek om een voorlopige voorziening is een griffierecht verschuldigd.