Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Heerlen | Staatscourant 2016, 2176 | Instelling gemeenschappelijke regelingen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Heerlen | Staatscourant 2016, 2176 | Instelling gemeenschappelijke regelingen |
Burgemeester en wethouders van de gemeenten Gulpen-Wittem, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Nuth, Onderbanken, Simpelveld, Vaals, Valkenburg aan de Geul en Voerendaal hebben besloten de Gemeenschappelijke Regeling Werkvoorzieningschap Oostelijk Zuid Limburg te wijzigen waardoor deze als volgt komt te luiden:
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN
Waar in de Regeling een wet of regeling van overeenkomstige toepassing worden verklaard, wordt in de plaats van de Gemeente, de raad, het college, de burgemeester en de secretaris c.q. griffier onderscheidenlijk gelezen het Werkvoorzieningschap, het Algemeen Bestuur, het Dagelijks Bestuur, de voorzitter en de directeur/secretaris van het openbaar lichaam Werkvoorzieningschap.
Artikel 2 Doelstelling/te behartigen belangen
Het Werkvoorzieningschap heeft tot doel:
Het voorzien in en het bieden van passende werkgelegenheid en arbeidsrevalidatie voor ingezetenen, die blijkens een door het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) afgegeven indicatiebeschikking of herindicatiebeschikking uitsluitend onder aangepaste omstandigheden tot regelmatige arbeid in staat zijn.
Artikel 3 Deelname aan samenwerkingsvormen
HOOFDSTUK 2 HET RECHTSPERSOONLIJKHEID BEZITTEND LICHAAM
Het Werkvoorzieningschap heeft in ieder geval de volgende bestuursorganen:
Artikel 6 Het Algemeen Bestuur
De portefeuillehouders sociale zaken en/of arbeidsmarktbeleid van de Gemeenten hebben qualitate qua zitting in het Algemeen Bestuur. De leden hebben zitting voor een tijdvak, gelijk aan dat van de zittingsduur van leden van de Colleges, met dien verstande dat zij in het Algemeen Bestuur zitting blijven houden tot aan het tijdstip dat (zijn of haar) opvolger zijn portefeuille heeft aanvaard en aanwijzing als lid van het Algemeen Bestuur heeft aanvaard.
Artikel 7 Besluitvorming door het Algemeen Bestuur
1.Een vergadering van het Algemeen Bestuur wordt niet geopend voordat blijkens de presentielijst meer dan de helft van het aantal zitting hebben leden vertegenwoordigd is. Een portefeuillehouder, lid van het Algemeen Bestuur kan zich bij verhindering laten vervangen door een collega lid van het college uit zijn Gemeente. Indien ingevolge bovenstaande de vergadering niet geopend wordt, belegt de voorzitter, onder verwijzing naar dit artikel, opnieuw een vergadering tegen een tijdstip dat ten minste vierentwintig uur na het bezorgen van de oproeping is gelegen.
Op deze nieuwe vergadering is het bepaalde in de eerste zin van dit lid niet van toepassing. Het Algemeen Bestuur kan echter over andere aangelegenheden dan die waarvoor de ingevolge de eerste zin niet geopende vergadering was belegd, alleen beraadslagen of besluiten, indien blijkens de presentielijst meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden tegenwoordig is.
2.Ieder lid van het Algemeen Bestuur brengt één stem uit, vermeerderd met één stem voor iedere 15.000 inwoners of gedeelte daarvan van de Gemeente welke hij vertegenwoordigt.
Voor de berekening van het inwonertal wordt uitgegaan van het aantal inwoners op 1 januari van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin de vergadering plaatsvindt, zoals dit voorkomt onder de door het Centraal Bureau voor de Statistiek openbaar gemaakte bevolkingscijfers.
Wanneer ten aanzien van zaken geen der leden stemming vraagt, wordt aangenomen dat conform het voorstel is besloten. Bij het doen van keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen, dient steeds tot stemming te worden overgegaan, tenzij het (Algemeen) Bestuur unaniem besluit van stemming af te zien. Alsdan wordt evenals ten aanzien van zaken aangenomen dat conform het voorstel is besloten. Indien tot stemming wordt overgegaan, wordt over alle zaken mondeling en bij hoofdelijke oproeping gestemd, doch bij het doen van keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen, bij gesloten en ongetekende briefjes.
De stemming over personen voor het doen van benoemingen, voordrachten of aanbevelingen is geheim.
Indien stemmen staken, over personen tot wie de keuze door een voordracht of bij een herstemming is beperkt, wordt in dezelfde vergadering een herstemming gehouden.
Staken bij deze stemming de stemmen opnieuw, dan beslist terstond het lot.
5.De overige stemmingen geschieden bij hoofdelijke oproeping, indien de voorzitter of een van de leden dat verlangt. In dat geval geschieden zij mondeling.
Bij hoofdelijke oproeping is ieder ter vergadering aanwezig lid dat zich niet van deelneming aan de stemming heeft onthouden, verplicht zijn stem voor of tegen uit te brengen.
Indien over een voorstel geen stemming wordt gevraagd, is het aangenomen.
Tenzij de vergadering voltallig is, wordt bij staking van stemmen het nemen van een beslissing bijgesteld tot een volgende vergadering, waarin de beraadslagingen kunnen worden heropend. Indien de stemmen staken in een voltallige vergadering, of in een ingevolge het gestelde in de vorige zin opnieuw belegde vergadering, is het voorstel niet aangenomen.
Onder voltallige vergadering wordt verstaan een vergadering waarin alle leden waaruit het Algemeen Bestuur bestaat, voor zover zij zich niet van deelneming aan de stemming moesten onthouden, een stem hebben uitgebracht.
Het Algemeen Bestuur kan omtrent het in besloten vergadering behandelde en omtrent de inhoud van stukken, welke aan het Algemeen Bestuur worden overgelegd, geheimhouding opleggen. Zij wordt door hen die bij de behandeling tegenwoordig waren en allen die op andere wijze van het behandelde en van de stukken kennis nemen, in acht genomen totdat het Algemeen Bestuur haar opheft.
De oplegging van geheimhouding vervalt, indien de oplegging niet door het Algemeen Bestuur in zijn eerstvolgende vergadering, die blijkens de presentielijst door meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden, te samen vertegenwoordigend meer dan de helft van het aantal stemmen, is bezocht, wordt bekrachtigd. In geval van niet-bekrachtiging vervalt de oplegging.
Artikel 9 Het Dagelijks Bestuur
Artikel 10 Bevoegdheden van het Dagelijks Bestuur
Artikel 11 Besluitvorming door het Dagelijks Bestuur
De Voorzitter ondertekent de stukken die van het Algemeen Bestuur en het Dagelijks Bestuur uitgaan. Hij kan onder eigen verantwoording en behoudens de beperkingen, die wat betreft de stukken welke van het Dagelijks Bestuur uitgaan, door dit Bestuur worden gesteld, het tekenen van bepaalde stukken, die van het Dagelijks Bestuur of van hem uitgaan, aan anderen opdragen.
3.Hij zorgt voor de handhaving van de orde in de vergadering van het Algemeen Bestuur en is bevoegd wanneer die orde op enigerlei wijze door de toehoorders wordt verstoord, deze en zo nodig andere toehoorders te doen vertrekken.
HOOFDSTUK 3 DE SECRETARIS EN HET PERSONEEL
Artikel 13 De directeur/secretaris
Artikel 14 Taken en bevoegdheden van de directeur/secretaris
1.Het Algemeen Bestuur kan ter behartiging van bepaalde belangen Bestuurscommissies instellen.
Artikel 18 Organisatie van beheer en administratie
Artikel 19 Ontwerp-begroting, algemene financiële/beleidsmatige kaders en voorlopige jaarrekening
Het Dagelijks Bestuur zendt vóór 15 april van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting dient, de ontwerp-begroting -inclusief de algemene financiële en beleidsmatige kaders- en de voorlopige jaarrekening aan de raden van de Gemeenten. Een en ander overeenkomstig artikel 34 b en 35 van de Wet.
Het Dagelijks Bestuur stelt jaarlijks een ontwerp-begroting van baten en lasten op, voorzien van een toelichting en zendt dit ontwerp 8 weken voordat zij aan het Algemeen Bestuur wordt aangeboden toe aan de raden van de Gemeenten. De raden van de Gemeenten kunnen bij het Dagelijks Bestuur hun zienswijze over de ontwerpbegroting naar voren brengen. Het Dagelijks Bestuur voegt de commentaren waarin de zienswijzen zijn vervat bij de ontwerpbegroting, zoals deze aan het Algemeen Bestuur wordt aangeboden.
De begroting van het Werkvoorzieningschap wordt gevoed uit:
de bijdragen van de Gemeenten, de bijdrage wordt berekend naar evenredigheid van de in de integratie-uitkering Sociaal Domein opgenomen Wsw-middelen die door het Rijk in het voorafgaande kalenderjaar voor de betreffende gemeente is vastgesteld, nadat het Algemeen Bestuur zich heeft vergewist van iedere mogelijkheid tot verkrijgen van aanvullende subsidie. Nadere regels in deze kunnen worden gesteld door het Dagelijks Bestuur.
Artikel 23 Betaling van bijdragen
1.De kosten van het Werkvoorzieningschap worden gedragen door de Gemeenten. Deze betalen hiertoe een bijdrage in de kosten van het Werkvoorzieningschap, welke bijdrage jaarlijks bij de goedkeuring van de begroting door het Algemeen Bestuur van het Werkvoorzieningschap wordt bepaald.
De hoogte van de te betalen bijdrage wordt berekend naar evenredigheid van de in de integratie-uitkering Sociaal Domein opgenomen Wsw-middelen die door het Rijk in het voorafgaande kalenderjaar voor de betreffende gemeente is vastgesteld, nadat het Algemeen Bestuur zich heeft vergewist van iedere mogelijkheid tot verkrijgen van aanvullende subsidie. Nadere regels in deze kunnen worden gesteld door het Dagelijks Bestuur.
dan wel indien het Werkvoorzieningschap zelfstandig functioneert:
HOOFDSTUK 7 INLICHTINGEN, VERANTWOORDING EN TERUGROEPING
Artikel 26 Inlichtingenplicht voor de Gemeenten
De besturen van de Gemeenten verstrekken op verzoek van het Algemeen Bestuur, het Dagelijks Bestuur of de Bestuurscommissie(s) de benodigde inlichtingen en geven de medewerking, die voor de vervulling van de taken van het openbaar lichaam het Werkvoorzieningschap nodig is.
Artikel 27 Inlichtingen en verantwoording aan het Algemeen Bestuur
Zij geven, tezamen dan wel afzonderlijk, aan het Algemeen Bestuur, wanneer dit of één of meer leden daarom verzoeken, alle gevraagde inlichtingen. Deze inlichtingen worden, behoudens strijdigheid met het algemeen belang, zo spoedig mogelijk, maar in ieder geval binnen twee maanden in een vergadering van het Algemeen Bestuur verstrekt.
Artikel 28 Inlichtingen door de leden van het Dagelijks Bestuur en Algemeen Bestuur
De raad kan een lid van het Algemeen Bestuur, nadat de inlichtingen in een vergadering of schriftelijk zijn verstrekt of dienden te zijn verstrekt, ter verantwoording roepen voor het door hem in het Algemeen Bestuur gevoerde beleid. Het Dagelijks Bestuur verstrekt aan de Gemeenten alle noodzakelijke informatie die nodig is om een correcte verantwoording af te leggen aan het Rijk met betrekking tot de bestede middelen, alsmede elke informatie die in het kader van de beleidsvaststelling en beleidsverantwoording noodzakelijk is, binnen de daarvoor in de Wet gestelde termijnen.
Artikel 29 Inlichtingen door de bestuursorganen
De bestuursorganen genoemd in artikel 5 verstrekken aan de raden van de Gemeenten de door één of meer leden van die raden gevraagde inlichtingen schriftelijk en zo spoedig mogelijk, voor zover dat niet strijdig is met het algemeen belang.
Artikel 29A Onverenigbare bezigheden en betrekkingen
geschorst door het Algemeen Bestuur.
HOOFDSTUK 8 TOETREDING, UITTREDING, WIJZIGING EN OPHEFFING VAN DE REGELING
Voor toetreding tot de Regeling wordt volstaan met een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de toetredende Gemeente (na verkregen toestemming van de betreffende gemeenteraad), mits het Algemeen Bestuur het verzoek tot toetreden inwilligt. Een daartoe strekkend besluit van het Algemeen Bestuur kan slechts worden genomen met een meerderheid van twee/derde van het aantal stemmen. In het besluit van het Algemeen Bestuur kan de deelname aan de Regeling afhankelijk worden gesteld van het voldoen aan bepaalde voorwaarden door de betrokken Gemeente.
De uittreding kan, behoudens een door het Algemeen Bestuur toe te stane afwijking, niet eerder plaatsvinden dan op 1 januari van het tweede jaar volgend op dat, waarin de in het eerste lid van dit artikel genoemde besluiten zijn bekendgemaakt en opgenomen in het registers als bedoeld in artikel 27 van de Wet.
In geval van ontbinding van de Regeling en daardoor opheffing van het Werkvoorzieningschap, stelt het Algemeen Bestuur‚ de Gemeenten gehoord hebbende, een liquidatieplan vast, waarin in elk geval een sociaal plan ten aanzien van het Personeel is opgenomen. In het liquidatieplan kan van de bepalingen van de Regeling worden afgeweken.
De Regeling kan, worden gewijzigd indien de Colleges van burgemeester en wethouders van tenminste twee/derde van de deelnemende Gemeenten daartoe besluiten, na verkregen toestemming van de betreffende gemeenteraden.
Artikel 34 Onvoorziene situaties
In alle gevallen waarin deze Regeling niet voorziet beslist het Algemeen Bestuur, zoveel mogelijk analoog aan of in de geest van de bepalingen van de Gemeentewet, de Wet en de Regeling.
Artikel 35 Duur en inwerkingtreden
Een wijziging van de Regeling treedt in werking op de dag nadat het college van de gemeente Heerlen de gewijzigde Regeling in alle deelnemende gemeenten bekend heeft gemaakt door kennisgeving van de inhoud daarvan in de Staatscourant, waarbij artikel 140 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing is.
De Regeling kan worden aangehaald als “gemeenschappelijke regeling Werkvoorzieningschap OZL”.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2016-2176.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.