Besluit tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling Slibverwerking 2009 (tweede wijziging)

Logo Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard

De dagelijkse besturen van het waterschap Rivierenland en het waterschap Hollandse Delta alsmede de colleges van dijkgraaf en hoogheemraden van het hoogheemraadschap van Delfland, het hoogheemraadschap van Rijnland en het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard;

gezien de toestemming van de onderscheiden algemene besturen;

besluiten de gemeenschappelijke regeling Slibverwerking 2009 als volgt te wijzigen:

  • I.

    te wijzigen:

 

Artikel 7, eerste lid:

Het algemeen bestuur bestaat uit tien leden, afkomstig uit de dagelijkse besturen van de deelnemende waterschappen. 

  • II

    toe te voegen:

 

Kadernota

Artikel 19 a

1. Het dagelijks bestuur stelt een ontwerp voor de kadernota als bedoeld in artikel 50fa van de Wet gemeenschappelijke regeling op.

2. Het algemeen bestuur stelt de kadernota vast.

3. Het dagelijks bestuur zendt de kadernota voor 15 april van het jaar voorafgaande aan het jaar waarop de kadernota betrekking heeft, uit aan het algemeen bestuur van de deelnemende waterschappen.

 

De gemeenschappelijke regeling Slibverwerking 2009 komt door deze wijziging als volgt te luiden:

 

Gemeenschappelijke regeling Slibverwerking 2009 (tweede wijziging)

 

Waterschappen:

 

Hoogheemraadschap van Rijnland,

Waterschap Hollandse Delta,

Waterschap Rivierenland,

Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, en

Hoogheemraadschap van Delfland.

 

De dagelijkse besturen en de voorzitters van de waterschappen:

Hoogheemraadschap van Rijnland, 

Waterschap Hollandse Delta, 

Waterschap Rivierenland, 

Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, en

Hoogheemraadschap van Delfland, (hierna gezamenlijk te noemen; 'de Waterschappen') 

ieder voor zover zij voor hun waterschap bevoegd zijn, 

 

Gelet op: 

- de Waterschapswet, de Wet gemeenschappelijke regelingen, de Waterwet oppervlaktewateren, 

- het Reglement van bestuur voor het waterschap Hoogheemraadschap van Rijnland,

- het Reglement van bestuur voor het waterschap Hollandse Delta; het Reglement voor het waterschap Rivierenland, het Reglement van bestuur voor het waterschap Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard en het Reglement van bestuur voor het waterschap Hoogheemraadschap van Delfland, in werking getreden op 31 maart 2008, zoals nadien gewijzigd;

 

In overweging nemende het volgende:

Op grond van de artikelen l en 2 van de Waterschapswet, zijn waterschappen belast met de zorg voor het zuiveren van afvalwater op de voet van artikel 15a van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren;

Op basis van de hierboven genoemde Reglementen hebben de Waterschappen, onder andere de taak om zorg te dragen voor het zuiveren van afvalwater, hieronder mede begrepen het stedelijk afvalwater afkomstig vanuit het beheersgebied van een aangrenzende waterbeheerder en krachtens artikel 15a, eerste lid van de Wet Verontreiniging oppervlaktewateren om doelmatigheidsredenen wordt gezuiverd op een zuiveringstechnisch werk dat in beheer is bij het waterschap.

De Waterschappen hebben de verwerking van zuiveringsslib, een restproduct bij de biologische reiniging van rioolwater/afvalwater dat door de Waterschappen plaatsvindt, in exploitatie gegeven bij de naamloze vennootschap HVC

De Waterschappen zijn, elk voor gelijke: delen, de vijf enige aandeelhouders in het kapitaal van DRSH;

Het secretariaat van de gemeenschappelijke regeling zal worden uitgevoerd door eén van de deelnemende waterschappen.

 

Besluiten:

de volgende gemeenschappelijke regeling vast te stellen en aan te gaan:

 

1 Algemene bepalingen:

 

Artikel 1 - Begripsbepalingen

  • 1.

    In deze Regeling wordt verstaan onder:

    a de Regeling: deze gemeenschappelijke regeling

    b De Waterschappen: de waterschappen Hoogheemraadschap van Rijnland, Waterschap Hollandse Delta, Waterschap Rivierenland, Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, en Hoogheemraadschap van Delfland;

    c Het Algemeen bestuur: het algemeen bestuur van het Openbaar lichaam als bedoeld in artikel 2;

    d Het Dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van het Openbaar lichaam als bedoeld in artikel 2;

    e De Voorzitter: de voorzitter van het Openbaar lichaam als bedoeld in artikel 2;

    f De Wgr: de Wet gemeenschappelijke regelingen;

    g Ballotageovereenkomst B: Ballotageovereenkomst B van de Aandeelhouders B van HVC;

    h Het Openbaar lichaam: het openbaar lichaam als bedoeld in artikel 2.

  • 2.

    Waar in deze Regeling artikelen van de Wgr of van enige andere wet of wettelijke regeling van overeenkomstige toepassing worden verklaard, moet in die artikelen in de plaats van het waterschap, het dagelijks bestuur en het a1gemeen bestuur onderscheidenlijk worden gelezen het Openbaar lichaam, Dagelijks bestuur of het Algemeen bestuur.

 

Artikel 2 - openbaar lichaam  

 

'Artikel 2 - openbaar lichaam

1 Er is een openbaar lichaam genaamd "Openbaar Lichaam Slibverwerking". 2 Het openbaar lichaam is rechtspersoon en is gevestigd te Rotterdam.

 

2 Belangen, taken en bevoegdheden

 

Artikel 3 - Belangen 

Het Openbaar Lichaam behartigt de belangen van de Waterschappen op het ter rein van:

(i) het transporteren of doen transporteren van zuiveringsslib naar verwerkingsinstallaties, stortplaatsen of andere eindbestemmingen;

(ii) het gecontroleerd storten of verwerken of doen storten of doen verwerken van zuiveringsslib in verbrandingsinstallaties of op andere wij ze;

(iii) het afvoeren en storten of doen afvoeren en doen storten van asresten of andere restproducten van de verwerking van zuiveringsslib, voor zover geen nuttig gebruik daarvan mogelijk is;

(iv) het afzetten of doen afzetten van zuiveringsslib en/of restproducten van de verwerking daarvan voor nuttig gebruik; en

(v) het produceren van duurzame energie en de interne afzet daarvan.

 

Artikel 4 - Taken en bevoegdheden

Ten behoeve van de behartiging van de in artikel 3 genoemde belangen, is het Openbaar lichaam belast met en bevoegd tot:

a het verwerven, houden, beheren en vervreemden voor de Waterschappen van aandelen in het kapitaal van HVC; I

b het toetreden tot een ballotageovereenkomst, waaronder in elk geval de Ballotageovereenkomst B, met HVC;

c het garant staan voor de verplichtingen van HVC krachtens door HVC gesloten overeenkomsten van geldlening, conform het bepaalde in artikel 7 van de Ballotageovereenkomst B;

d het actief invulling geven aan het aandeelhouderschap in HVC door ketenontwikkelingen, onderling en met HVC te bespreken, die in brede zin verband houden met slibverwerking en duurzaamheid;

e het, op basis van hoeveelheden tonnages door HVC verwerkt zuiveringsslib, factureren aan de Waterschappen;

f het benoemen van een commissaris in de raad van commissarissen van HVC namens de Waterschappen;

g het actief uitoefenen van de stemrechten verbonden aan de aandelen die het Openbaar lichaam in HVC houdt;

h het goed uitvoering en inhoud geven aan ontwikkelingen op het gebied van duurzaamheid;

i het bewaken en proactief invullen van de afspraken en normen op het gebied van corporate governance, zoals onder meer vastgelegd in de Nederlandse corporate governance code.

 

Artikel 5 - Bestuursorganen

Het Openbaar lichaam kent de volgende bestuursorganen: het Algemeen bestuur, het Dagelijks bestuur en de Voorzitter. Voor zover niet voorbehouden aan het Algemeen bestuur of de Voorzitter worden namens het Openbaar lichaam rechtshandelingen verricht door het Dagelijks bestuur.

 

Artikel 6 - Verplichtingen van de Waterschappen

De Waterschappen zijn verplicht, ieder voor zover het hun waterschap betreft, om het Dagelijks bestuur, het Algemeen bestuur en de Voorzitter op het eerste verzoek aan één van hen alle relevante informatie te verschaffen met betrekking tot het aan HVC geleverde en door HVC afgevoerde zuiveringsslib.

 

3 Het Algemeen bestuur

 

Artikel 7 - Samenstelling

  • 1.

    Het algemeen bestuur bestaat uit tien leden, afkomstig uit de dagelijkse besturen van de deelnemende waterschappen.

  • 2.

    Het lidmaatschap van het Algemeen bestuur eindigt zodra een lid ophoudt voorzitter of lid van het dagelijks bestuur te zijn van het Waterschap dat hem heeft aangewezen.

 

Artikel 8 - Taken en bevoegdheden

Behalve de elders in deze Regeling genoemde taken en bevoegdheden is het Algemeen bestuur belast met en bevoegd tot:

  • 3.

    Het verlenen van een uitsluitend recht als bedoeld in artikel l, onder bbb, en artikel 17 van het Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten aan HVC om met betrekking tot het zuiveringsslib van de Waterschappen de diensten en activiteiten als genoemd in artikel 3 met uitsluiting van andere ondernemingen te verrichten.

  • 4.

    Het beheer, voor zover rechtens van de stortplaats Hartelmond BII in het Botlekgebied.

 

Artikel 9 - De Werkwijze 

  • 1.

    Het Algemeen bestuur vergadert ten minste twee keer per jaar en voorts zo dikwijls als de Voorzitter of het Dagelijks bestuur dit nodig oordelen, dan wel indien tenminste twee leden daarom verzoeken.

  • 2.

    Het reglement van orde dat door het Algemeen bestuur wordt vastgesteld, alsmede de daarin aangebrachte wijzigingen, wordt ter kennisname aan de Waterschappen gezonden.

  • 3.

    De vergaderingen van het Algemeen bestuur zijn openbaar, tenzij met in achtneming van artikel 50a Wgr, jo. 22 Wgr de deuren gesloten blijven.

  • 4.

    In een besloten vergadering kan niet worden besloten over: a De toelating van nieuwe leden;

b De benoeming en het ontslag van leden van het Dagelijks bestuur met uitzondering van de voorzitter;

c De vaststelling en wijzigen van de begroting en de vaststelling van de jaarrekening.

  • 5.

    Het Algemeen bestuur stelt voor de uitvoering van zijn taken een reglement van orde op.

 

Artikel 10 De Besluitvorming

Elk lid van het Algemeen bestuur heeft ín de vergadering één stem. De besluiten worden genomen met ‘gewone meerderheid van stemmen. Staken de stemmen, dan beslist de Stem van de Voorzitter.

 

4 Het Dagelijks bestuur

 

Artikel 11 - Samenstelling

  • 1.

    Het Dagelijks bestuur bestaat uit drie leden, gekozen uit het midden van het Algemeen bestuur. Deze leden zijn sniet allen afkomstige uit hetzelfde Waterschap.

  • 2.

    Het lidmaatschap van het Dagelijks bestuur eindigt zodra een lid ophoudt lid te zijn van het Algemeen Bestuur.

 

Artikel 12 - Taken en Bevoegdheden

Naast de taken en bevoegdheden die bij de Wgr of krachtens deze Regeling aan het Dagelijks bestuur zijn opgedragen, heeft het Dagelijks bestuur de volgende taken en bevoegdheden:

  • a.

    voortdurend toezicht op al wat het Openbaar lichaam aangaat;

  • b.

    het voorbereiden van al hetgeen aan het Algemeen bestuur ter overweging en beslissing zal worden voorgelegd;

  • c.

    het uitvoeren van de besluiten van het Algemeen bestuur;

  • d.

    het voorstaan van de belangen van het Openbaar lichaam bij andere overheden, instellingen of personen, waarmee contact voor het Openbaar lichaam van belang is;

  • e.

    het beheer van het vermogen van het Openbaar lichaam;

  • f.

    de zorg, voor zover deze niet aan anderen toekomt, voor de controle op het beheer van het vermogen en de boekhouding;

  • g.

    het nemen van alle conservatoire maatregelen zowel in als buiten rechte en het doen van alles wat nodig is ter voorkoming van verjaring en verlies van recht of bezit;

  • h.

    de zorg voor en het houden van toezicht op de bewaring en het beheer van de archiefbescheiden;

  • i.

    het benoemen en ontslaan van personeel van het Openbaar lichaam.

 

Artikel 13 - Werkwijze en Vergaderorde

  • 1.

    Het Dagelijks bestuur vergadert zo dikwijls als de Voorzitter het nodig oordeelt of ten minste twee leden dit de Voorzitter schriftelijk en met redenen omkleed verzoeken. In het laatste geval wordt de vergadering binnen veertien dagen na een zodanig verzoek gehouden.

  • 2.

    De vergaderingen van het Dagelijks bestuur zijn niet openbaar, tenzij het Dagelijks bestuur anders heeft bepaald.

  • 3.

    Het Dagelijks bestuur stelt voor de uitvoering van zijn taken een reglement van orde op.

 

Artikel 14 - De Besluitvorming

  • 1.

    Elk lid van het Dagelijks bestuur heeft in de vergadering één stem.

  • 2.

    De besluiten worden genomen met gewone meerderheid van stemmen. Staken de stemmen, dan beslist de stem van de Voorzitter.

 

5 De Voorzitter

 

Artikel 15 - Aanwijzing en Vervanging

  • 1.

    Het Algemeen bestuur wij st uit zijn midden een Voorzitter aan.

  • 2.

    De Voorzitter is de Voorzitter van het Algemeen bestuur en het Dagelijks bestuur.

  • 3.

    Bij verhindering of ontstentenis van de Voorzitter wordt deze vervangen door een door het Algemeen bestuur aan te wijzen lid van het Algemeen bestuur.

 

Artikel 16 - Taken en Bevoegdheden

  • 1.

    De Voorzitter bevordert een goede behartiging van de taken van het Openbaar lichaam.

  • 2.

    De Voorzitter is belast met de leiding van de vergaderingen van het Algemeen bestuur en het Dagelijks bestuur en draagt er zorg voor dat de besluiten van het Algemeen bestuur en het Dagelijks bestuur naar behoren worden uitgevoerd.

  • 3.

    De Voorzitter vertegenwoordigt het Openbaar lichaam in en buiten rechte. Hij kan de vertegenwoordiging na instemming van het Dagelijks bestuur aan een door hem schriftelijk gemachtigde opdragen.

  • 4.

    De Voorzitter ondertekent alle stukken die van het Algemeen bestuur en het Dagelijks bestuur uitgaan.

 

6 Inlichtingen en Verantwoording

 

Artikel 17 - Het Dagelijks bestuur en de Voorzitter ten opzichte van het Algemeen bestuur

  • 1.

    De leden van het Dagelijks bestuur zijn, tezamen en ieder afzonderlijk, aan het Algemeen bestuur verantwoording verschuldigd voor het door hen gevoerde bestuur.

  • 2.

    Zij geven ongevraagd het Algemeen bestuur alle informatie die voor een juiste beoordeling van het door het Dagelijks bestuur te voeren en gevoerde bestuur nodig is.

  • 3.

    Zij geven op verzoek van het Algemeen bestuur, tezamen dan wel afzonderlijk, dit bestuur of een of meer leden daarvan, alle gevraagde inlichtingen.

 

Artikel 18 - Het Algemeen bestuur ten opzichte van de dagelijkse besturen en voorzitters van de Waterschappen

  • a.

     Secretaris

  • 1.

    Het algemeen bestuur benoemt een ambtelijk secretaris van de Regeling.

  • 2.

    De secretaris staat het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter terzijde bij de uitoefening van hun taak.

  • 3.

    De secretaris is aanwezig in de vergaderingen van het algemeen en het dagelijks bestuur en draagt zorg voor de verslaglegging.

  • 4.

    De secretaris ondertekent mede de stukken die van het algemeen en het dagelijks bestuur uitgaan.

  • 5.

    Het dagelijks bestuur wijst een plaatsvervanger aan van de secretaris.

  • 6.

    De kosten voor het secretariaat worden op de begroting gebracht.

  • b.

    Een lid van het Algemeen bestuur is de dagelijkse en algemene besturen van de Waterschappen verantwoording verschuldigd voor de uitoefening van zijn lidmaatschap. Een lid van het Algemeen bestuur geeft mondeling of schriftelijk de door de dagelijkse en algemene besturen van de Waterschappen gevraagde inlichtingen.

 

7 Financiële bepalingen

 

Artikel 19 - Administratie en Controle

Het Algemeen bestuur stelt regels vast met betrekking tot de organisatie van de financiële administratie en van het financiële beheer van de geldmiddelen met inachtneming van de artikelen 108 tot en met 109C van de Waterschapswet.

 

Artikel 19 a – Kadernota

  • 1.

    Het dagelijks bestuur stelt een ontwerp voor de kadernota als bedoeld in artikel

50fa van de Wet gemeenschappelijke regeling op.

2. Het algemeen bestuur stelt de kadernota vast.

3. Het dagelijks bestuur zendt de kadernota voor 15 april van het jaar voorafgaande aan het jaar waarop de kadernota betrekking heeft, uit aan het algemeen bestuur van de deelnemende waterschappen.

 

Artikel 20 - Begrotingsprocedure

  • 1.

    Het Dagelijks bestuur stuurt de ontwerp-begroting van het Openbaar lichaam zes Weken voordat zij aan het Algemeen bestuur wordt aangeboden toe aan de algemene besturen van de Waterschappen.

  • 2.

    Deze ontwerpbegroting wordt door de zorg van de Waterschappen voor een ieder ter inzage gelegd en tegen betaling van de kosten algemeen verkrijgbaar gesteld. Van de terinzagelegging en de verkrijgbaarstelling geschiedt openbare kennisgeving.

  • 3.

    De algemene besturen van de Waterschappen kunnen binnen twee maanden na toezending bij het Dagelijks bestuur hun zienswijze over de ontwerpbegroting naar voren brengen. Het Dagelijks bestuur voegt de commentaren, waarin deze zienswijzen zijn vervat, bij de ontwerpbegroting, zoals deze aan het Algemeen bestuur wordt aangeboden.

  • 4.

    Het Algemeen bestuur stelt jaarlijks de begroting van het Openbaar lichaam vast vóór l juli van het jaar, voorafgaande aan het jaar waarvoor de begroting moet dienen.

  • 5.

    Het Dagelijks bestuur zendt jaarlijks vóór 1 augustus de begroting van het Openbaar lichaam voor het komende kalenderjaar, vergezeld van een toelichting, toe aan gedeputeerde staten van Zuid-Holland.

  • 6.

    Terstond na de vaststelling stuurt het Algemeen bestuur de begroting aan de algemene besturen van de Waterschappen, die ter zake bij gedeputeerde staten hun zienswijze naar voren kunnen brengen.

  • 7.

    Het bepaalde in dit artikel is van overeenkomstige toepassing op besluiten tot wijziging van de begroting.

 

Artikel 21 - Bijdragen aan het Openbaar lichaam

  • 1.

    In de begroting wordt aangegeven welk deel van de kosten voor het Open» baar lichaam wordt toegerekend aan elk Waterschap voor het jaar waarop de begroting betrekking heeft.

  • 2.

    De Waterschappen dragen er zorg voor dat het Openbaar lichaam te allen tijde over voldoende middelen beschikt om aan zijn verplichtingen te kunnen voldoen.

 

Artikel 22 - Garantstelling voor overeenkomsten van geldlening HVC

  • 1.

    Het Openbaar lichaam staat conform het bepaalde in artikel 7 van de Ballotageovereenkomst B garant voor verplichtingen krachtens door HVC aangegane overeenkomsten van geldlening.

  • 2.

    De Waterschappen staan garant voor de tijdige en correcte betaling van door HVC aangegane overeenkomsten van geldlening voor zover die door het Openbaar lichaam worden gegarandeerd. De bijdrageplicht van elk van de Waterschappen krachtens die artikel wordt bepaald op de wij ze als beschreven in het vierde lid.

  • 3.

    Derden kunnen jegens het Openbaar lichaam en jegens elk van de Waterschappen voor zover zij bijdrageplichtig zijn als bedoeld in het vorige lid, een beroep doen op het bepaalde leden l en 2 van dit artikel.

  • 4.

    Ingeval van aansprakelijkstelling in verband met de garantstellingovereenkomst gesloten met de Nederlandse Waterschapsbank N.V. wordt het te betalen bedrag verdeeld tussen partijen aan de hand van de volgende verdeelsleutel:

    Hoogheemraadschap van Delfland 24 %

    Hoogheemraadschap van Rijnland: 31 %

    Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard: 10 %

    Waterschap Hollandse Delta: 28 %

    Waterschap Rivierenland: 7 %

    Deze verdeelsleutel is gebaseerd op de begroting slibaanbod 2005. Ingeval van aansprakelijkstelling waarbij dé verdeelsleutel niet in overeenstemming is met het slibaanbod op het moment van aansprakelijkstelling, passen partijen de verdeelsleutel aan het slibaanbod van het volle jaar voorafgaand aan het moment van aansprakelijkstelling aan.

  •  

Artikel 23 Jaarrekening

  • 1.

    Het Algemeen bestuur stelt de jaarrekening vast vóór l juli, volgende op het jaar waarop deze betrekking heeft.

  • 2.

    Het Dagelijks bestuur zendt de vastgestelde jaarrekening binnen twee weken, doch in ieder geval vóór 15 juli, met alle bijbehorende stukken aan gedeputeerde staten van Zuid-Holland.

  • 3.

    Vaststelling van de jaarrekening strekt het Dagelijks bestuur tot décharge, behoudens later in rechte gebleken in valsheid in geschrifte of andere onregelmatigheden.

  •  

8 Het archief

 

Artikel 24 - Het Archief

  • 1.

    Het Dagelijks bestuur is belast met de zorg voor de archiefbescheiden voor zover deze archiefbescheiden niet zijn overgebracht naar een archiefbewaarplaats - van het Openbaar lichaam en haar organen, overeenkomstig een door het Algemeen bestuur vast te stellen regeling. Deze regeling wordt aan gedeputeerde staten van Zuid-Holland medegedeeld.

  • 2.

    De secretaris van het Dagelijks bestuur is belast met het beheer van de archiefbescheiden, bedoeld in het eerste lid.

  • 3.

    Voor de bewaring van de op grond van artikel 12 van de Archiefwet 1995 over te brengen archiefbescheiden wijst het Dagelijks bestuur een archiefbewaarplaats aan.

  • 4.

    De beheerder van de in het vorige lid aan te wijzen archiefbewaarplaats oefent overeenkomstig de regeling als bedoeld in het eerste lid toezicht uit op het beheer van de archiefbescheiden van het Openbaar lichaam en haar organen, voor zover deze archiefbescheiden niet zijn overgebracht naar een archiefbewaarplaats.

  • 5.

    Overeenkomstig een door provinciale staten van Zuid-Holland vast te stellen verordening oefenen gedeputeerde staten van Zuid-Holland toezicht uit op de aan het Dagelijks bestuur op gedragen zorg voor de archiefbescheiden.

 

9 Toetreding, Uittreding, wijziging en opheffing

 

Artikel 25 - Toe- en Uittreding

  • 1.

    Het Algemeen bestuur regelt de gevolgen van toetreding van waterschappen tot deze Regeling en kan voorwaarden verbinden aan de toetreding. Indien nieuwe waterschappen wensen toe te treden tot HVC, dan is dit slechts mogelijk doordat dat waterschap toetreedt tot deze Regeling. Het Openbaar 1ichaam bevordert de toetreding van nieuwe waterschappen tot deze Regeling, en werkt daaraan constructief mee.

  • 2.

    Waterschappen zijn gerechtigd uit te treden uit de deze Regeling door een gemotiveerde schriftelijke mededeling aan de overige partijen en een besluit van het dagelijks bestuur en de voorzitter van dat waterschap, met inachtneming van een uittredingstermijn van ten minste drie jaar. Bij uittreding van een waterschap blijft de Regeling bestaan, behoudens het bepaalde in het vijfde lid.

  • 3.

    Een uittredend waterschap is gehouden tot betaling van een afkoopsom. Deze afkoopsom wordt berekend uit de aan de wegvallende hoeveelheden zuiveringsslib toe te rekenen vaste kosten (kapitaallasten, contractuele verplichtingen, e.d.) gedurende de nog resterende levensduur van gedane investeringen, waaronder begrepen herinvesteringen en uitbreidingen die door de a1gemene vergadering van aandeelhouders van HVC zijn goedgekeurd, resp. looptijd van de contractuele verplichtingen e.d. De wegvallende hoeveelheden zuiveringsslib worden ontleend aan het afvoerplan (zie artikel 4.4, 4.5, 4.6 en 4.8 van de Samenwerkingsovereenkomst) dat van kracht is op het moment van opzegging; bepalend is het jaar waarin het relatieve aandeel van het uittredende waterschap het grootst is. Van de aldus berekende bedragen wordt de contante waarde berekend op het moment van uittreding tegen de op dat moment geldende rente langlopende geldleningen bij de Nederlandse Waterschapsbank N.V. De opgestelde berekening van de afkoopsom wordt voorzien van een verklaring van de registeraccountant, die met de Controle van de jaarrekening van HVC is belast.

  • 4.

    Na het einde van de uittredingstermijn is het waterschap niet langer gehouden tot aanbieding van zijn zuiveringsslib aan HVC.

  • 5.

    Indien de uittreding door één of meer Waterschappen ten gevolge heeft dat van de overige Waterschappen in redelijkheid niet gevergd kan worden dat zij deze Regeling in stand houden, kunnen de Waterschappen gedurende de loop van de uittredingstermijn besluiten tot opheffing van deze Regeling. In dat geval het bepaalde in het derde lid buiten toepassing. Artikel 26 is van toepassing.

  • 6.

    Het Algemeen bestuur kan nadere regels stellen over de gevolgen van de uittreding van Waterschappen tot deze Regeling en kan voorwaarden verbinden aan de uittreding.

 

Artikel 26 – Wijziging van de bepalingen van de GR

  • 1.

    Deze regeling kan slechts worden gewijzigd nadat ieder van de dagelijkse besturen van de deelnemende waterschappen hiertoe heeft besloten.

  • 2.

    Het algemeen bestuur van het openbaar lichaam kan bij de dagelijkse besturen van de deelnemende waterschappen een voorstel tot wijziging indienen.

  • 3.

    Het dagelijks bestuur draagt zorg voor opneming van de GR in het Handelsregister bij de Kamer van Koophandel.

    •  

Artikel 27 - Opheffing

  • 1.

    Het Openbaar Lichaam kan worden opgeheven bij beëindiging van de Regeling.

  • 2.

    Ingeval van opheffing van het Openbaar Lichaam besluit het Algemeen bestuur tot liquidatie en stelt daarvoor de nodige regelen. Hierbij kan van de bepalingen van de Regeling worden afgeweken.

  • 3.

    Het liquidatieplan wordt door het Algemeen bestuur, de Waterschappen gehoord, vastgesteld.

  • 4.

    Het liquidatieplan voorziet in de gevolgen van de beëindiging voor het personeel.

  • 5.

    Het liquidatieplan geeft regels voor de wijze waarop de Waterschappen, voor zover het saldo ontoereikend is, zorg dragen voor de nakoming van de verplichtingen van het samenwerkingsverband.

  • 6.

    Het liquidatieplan geeft: regels voor de verdeling van het batig saldo over de Waterschappen.

  • 7.

    Het Dagelijks bestuur is belast met f_de uitvoering van de liquidatie.

  • 8.

    Voor zover dit tot vereffening van bet vermogen nodig is blijven het Openbaar lichaam en zijn organen na de ontbinding voortbestaan.

  • 9.

    Na opheffing van het Openbaar Lichaam zijn de Waterschappen gebonden aan de Samenwerkingsovereenkomst Slibverwerking Zuid-Holland, zoals deze luidt op 1 januari 2005 (bijlage l).

  •  

10 Slotbepalingen

 

Artikel 28 - Duur van de Regeling

De Regeling wordt aangegaan voor onbepaalde tijd.

 

Artikel 29 - Inwerkingtreding

  • 1.

    De Regeling treedt in werking op de eerste dag van de maand na die waarin zij is opgenomen in het register bedoeld in artikel 27, jo 50a, lid 1 onder d, Wgr van de provincie Zuid-Holland.

  • 2.

    Het bestuur van het waterschap Hollandse Delta zendt de Regeling binnen vier weken na de vaststelling aan gedeputeerde staten van Zuid-Holland, Utrecht, Gelderland, Noord-Holland en Noord-Brabant.

 

Artikel 30 - Titel

De Regeling wordt aangehaald als "Gemeenschappelijke regeling Slibverwerking 2009"

 

Toelichting bij GR slibverwerking 2009 (Algemeen)

  • 1.

    Deze Gemeenschappelijke Regeling (artikel 2) voorziet in de oprichting door de waterschappen (i) Hoogheemraadschap van Rijnland, (ii) Waterschap Hollandse Delta, (iii) Waterschap Rivierenland, (iv) Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard en (v) Hoogheemraadschap van Delfland van een openbaar lichaam, geheten: 'Openbaar Lichaam Slibverwerking'. Artikel 8 van de Wet gemeenschappelijke regelingen voorziet in de mogelijkheid van oprichting van zo'n openbaar lichaam. Het Openbaar Lichaam Slibverwerking zal gevestigd zijn te Rotterdam.

  • 2.

    Gelet op de Waterschapswet en de Reglementen van bestuur waarbij de Waterschappen zijn opgericht, zijn de dagelijkse besturen en de voorzitters van de deelnemende waterschappen bevoegd tot het aangaan van deze gemeenschappelijke regeling.

  • 3.

    Het Openbaar Lichaam Slibverwerking heeft tot doel de belangen van de deelnemende waterschappen te behartigen bij de uitvoering van hun taak om zorg te dragen voor het zuiveren van het stedelijk afvalwater afkomstig uit het beheersgebied van de waterschappen, dat krachtens artikel 15a, eerste lid, van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren om doelmatigheidsredenen wordt gezuiverd op een zuiveringstechnisch werk dat in eigendom was van DRSH Zuiveringsslib N.V. ('DRSH').

  • 4.

    De vijf deelnemende waterschappen zijn elk voor gelijke delen de vijf enige aandeelhouders het kapitaal van DRSH. DRSH voert de werkzaamheden uit die voortvloeien uit artikel 15a van de Wvo.

  • 5.

    De verwerking van het zuiveringsslib van de waterschappen zal duurzamer en efficiënter vorm worden gegeven doordat de N.V. Huisvuilcentrale Noord-Holland de aandelen van DRSH overneemt. Hierdoor hebben de deelnemende waterschappen (door middel van het Openbaar Lichaam Slibverwerking) 13% van de aandelen in het kapitaal van HVC verkregen, zodat de waterschappen voor dat aandeel zeggenschap verkrijgen in de verwerking van zuiveringsslib binnen de aandeelhouders- en governancestructuur van HVC. De deelnemende waterschappen zullen het zuiveringsslib rechtstreeks aan HVC aanbieden ter verwerking. HVC zal het Openbaar Lichaam Zuiveringsslib factureren voor de verwerking van het zuiveringsslib. Vervolgens zal het Openbaar Lichaam Zuiveringsslib de Waterschappen factureren voor de verwerking van het zuiveringsslib.

  • 6.

    Artikel 2 bepaalt dat een openbaar lichaam genaamd Openbaar Lichaam Slibverwerking wordt opgericht. Artikel 3 bepaalt welke belangen het Openbaar Lichaam Slibverwerking behartigt namens de waterschappen en welke werkzaamheden het daarbij uitvoert.

  • 7.

    Artikel 4 bevat een omschrijving van de taken en bevoegdheden waarmee het Openbaar Lichaam Slibverwerking is belast. Hieronder vallen ondermeer het verwerven van aandelen in het kapitaal van HVC. Op het moment van oprichting is deze bevoegdheid beperkt tot een percentage van 13% van de aandelen in het kapitaal van HVC. Voorts is het Openbaar Lichaam Slibverwerking belast met het toetreden tot een ballotageovereenkomst met HVC. Op het moment van oprichting betreft dat de Ballotageovereenkomst B. Daarnaast staat het Openbaar Lichaam Slibverwerking garant voor de verplichtingen van HVC krachtens door HVC gesloten overeenkomsten van geldlening zoals bepaald in de ballotageovereenkomst B. Ook moet het Openbaar Lichaam Slibverwerking actief invulling geven aan het aandeelhouderschap in HVC. Daarbij staat de ontwikkeling van slibverwerking en duurzaamheid voorop. Tevens is het Openbaar Lichaam Slibverwerking belast met de facturering aan de waterschappen op basis van hoeveelheden tonnages door HVC verwerkt zuiveringsslib, met het benoemen van een commissaris in de raad van commissarissen van HVC namens de waterschappen, met het actief uitoefenen van stemrechten verbonden aan de aandelen die het Openbaar Lichaam Slibverwerking in HVC houdt, het goed uitvoering en inhoud geven aan ontwikkelingen op het gebied van duurzaamheid, en het bewaken en proactief invullen van de afspraken en normen op het gebied van corporate governance. De corporate governance is in de eerste plaats vastgelegd in de Corporate Governance Code (2008) van de Commissie Tabaksblat en geactualiseerd door de Commissie Frijns (te vinden op www.commissiecorporategovernancecode.nl). Ook zal echter rekening moeten worden gehouden met andere ontwikkelingen, zoals onder meer voortvloeiend uit relevante jurisprudentie.

  • 8.

    Artikel 5 bepaalt dat het Openbaar Lichaam Slibverwerking drie organen kent: het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter. Dit vloeit voort uit artikel 12 van de Wgr.

  • 9.

    Artikel 6 bevat een algemene informatieverplichting voor de deelnemende waterschappen aan de organen van het Openbaar Lichaam Slibverwerking. Deze bepaling voorziet dat het Openbaar Lichaam Slibverwerking haar taken op basis van de noodzakelijke relevante informatie kan uitoefenen.

  • 10.

    De artikelen 7 t/m 10 bevatten bepalingen over de samenstelling, de taken en bevoegdheden, de werkwijze en de besluitvorming van het algemeen bestuur. Het algemeen bestuur bestaat uit vijf leden. Elk deelnemend waterschap wijst zijn voorzitter en één lid van zijn dagelijks bestuur aan als lid van het algemeen bestuur. Bij eventuele toe- of uittreding van waterschappen zal deze bepaling mogelijk wijziging behoeven. Artikel 8 bepaalt het algemeen bestuur van het Openbaar Lichaam bevoegd en belast is om (namens de dagelijkse besturen en de voorzitters van de Waterschappen gezamenlijk) aan HVC een uitsluitend recht te verlenen als bedoeld in artikel 17 van het Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten. Deze bevoegdheidstoedeling is gebaseerd op artikel 10, lid 2 van de Wet op de gemeenschappelijke regelingen en de Verordening van de algemene besturen van de Waterschappen die aan de dagelijkse besturen en de voorzitters van de Waterschappen gezamenlijk de bevoegdheid verleend om een uitsluitend recht te verlenen. Op basis van artikel 8 zijn de dagelijkse besturen en de voorzitters van de Waterschappen gezamenlijk niet langer bevoegd het uitsluitend recht te verlenen, maar is dat het Algemeen Bestuur van het Openbaar Lichaam, namens de dagelijkse besturen en voorzitters gezamenlijk. Voor de verlening van het uitsluitend recht aan HVC zal het algemeen bestuur van het Openbaar Lichaam een apart besluit moeten nemen. Voorts bepaalt art. 8 dat het algemeen bestuur, voor zover rechtens bevoegd is, belast en bevoegd is tot het beheer van de stortplaats Hartelmond B2 in het Botlekgebied. Wanneer deze stortplaats in eigendom wordt overgedragen aan een derde partij, vervalt deze verplichting tot beheer. De artikelen 9 en 10 spreken voor zich.

  • 11.

    De artikelen 11 t/m 14 betreffen de samenstelling, taken en bevoegdheden, werkwijze en besluitvorming door het dagelijks bestuur. Het dagelijks bestuur bestaat op grond van artikel 11 uit drie leden, gekozen uit het midden van het algemeen bestuur. In beginsel is het de bedoeling dat de voorzitters van de waterschappen worden aangewezen als leden van het dagelijks bestuur. Bij toe of uittreding van waterschappen zal deze bepaling mogelijkerwijs aanpassing behoeven. De artikelen 12, 13 en 14 behoeven geen nadere toelichting.

  • 12.

    De artikelen 15 en 16 betreffen aanwijzing en taken en bevoegdheden van de voorzitter. De voorzitter vertegenwoordigt het Openbaar Lichaam Slibverwerking in en buiten rechte. De artikelen spreken verder voor zich.

  • 13.

    De artikelen 17 en 18 betreffen Bepalingen over inlichtingen en verantwoording van de verschillende organen van de waterschappen en van het Openbaar Lichaam Slibverwerking. De artikelen vormen de weerslag van de artikelen 16 en 17 van de Wgr. Artikel 17 bevat de interne verantwoordings- en informatieverplichtingen van het Openbaar Lichaam Slibverwerking. Artikel 18 bevat de informatie- en verantwoordingsplicht van het algemeen bestuur van het Openbaar Lichaam Slibverwerking aan de besturen van de waterschappen. Met de eerste wijziging wordt geregeld, dat niet meer HVC het secretariaat van de gemeenschappelijke regeling vervult, maar dat uit het midden van de waterschappen een secretaris wordt benoemd.a

  • 14.

     

  • 1

    De artikelen 19 t/m 23 bevatten financiële bepalingen. Artikel 19 bepaalt dat het algemeen bestuur regels vaststelt met betrekking tot de organisatie van de financiële administratie en het financiële beheer van de geldmiddelen. Hierbij moeten de artikelen 108 t/m 109C van de Waterschapswet in acht worden genomen. Artikel 20 bevat de begrotingsprocedure. Daarbij is aangesloten bij artikel 50f van de Wgr. Artikel 21 bepaalt dat in de begroting moet worden aangegeven welk deel van de kosten van het Openbaar Lichaam Slibverwerking wordt toegerekend aan welk waterschap. Het artikel bepaalt tevens dat de Waterschappen verplicht zijn om te allen tijde over voldoende middelen te beschikken om aan hun verplichtingen voortvloeiend uit deze gemeenschappelijke regeling te voldoen. Artikel 22 bepaalt dat het Openbaar Lichaam Slibverwerking garant staat voor verplichtingen krachtens de door HVC aangegane overeenkomsten van geldlening, zoals bepaald de ballotageovereenkomst B. Artikel 23 bevat bepalingen over de jaarrekening. Daarbij is aangesloten bij artikel 50f van de Wgr.

  • 15.

    Artikel 24 bevat bepalingen over de archiefbescheiden van het Openbaar Lichaam Slibverwerking. Deze bepaling vloeit voort uit de verplichtingen van de Archiefwet 1995.

  • 16.

    Artikel 25 bevat bepalingen over de toe- en uittreding tot de Gemeenschappelijke Regeling slibverwerking 2009. Deze bepaling vloeit grotendeels voort uit de tussen de deelnemende waterschappen bestaande samenwerkingsovereenkomst Slibverwerking Zuid-Holland, zoals deze tussen de Waterschappen sinds 1 januari 2005 geldend is.

  • 17.

    Artikelen 26 en 27 bevatten bepalingen over wijziging en opheffing van het Openbaar Lichaam Slibverwerking. Deze bepalingen behoeven geen nadere toelichting. De gemeenschappelijke regeling zelf kan slechts worden ontbonden door daartoe strekkende besluitvorming door de bevoegde bestuursorganen van de Waterschappen (te weten de dagelijkse besturen en de voorzitters).

  • 18

    De artikelen 28, 29 en 30 bevatten de Slotbepalingen. Deze artikelen behoeven geen nadere toelichting.

 

Naar boven