Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Infrastructuur en Milieu | Staatscourant 2015, 9885 | algemeen verbindend voorschrift (ministeriële regeling) |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Infrastructuur en Milieu | Staatscourant 2015, 9885 | algemeen verbindend voorschrift (ministeriële regeling) |
De Minister van Infrastructuur en Milieu,
Gelet op de artikelen 111, vierde lid, 113, vierde lid, 118, vierde lid, 131, derde lid, 134, tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994, de artikelen 9a, eerste lid, onderdeel c, 81, eerste lid, onderdeel d, van het Reglement rijbewijzen, de artikelen 9, vijfde lid, 12a, derde lid, 12b, derde lid, en 12c, tweede lid, van de Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993 en 8, eerste lid, en 13, tweede lid, van het Besluit rijonderricht motorrijtuigen 2009 en artikel VI, tweede lid, van de Wet van 3 december 2014 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en de Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993 in verband met de invoering van de rijbewijsplicht voor landbouw- en bosbouwtrekkers en motorrijtuigen met beperkte snelheid (T-rijbewijs) (Stb. 2015, 10);
BESLUIT:
De Regeling eisen geschiktheid 2000 wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1, onderdeel a, wordt ‘en B+E’ vervangen door: , B+ E en T.
B
In § 3.2.1.1. wordt in de aanhef ‘de categorie B’ vervangen door: de categorieën B en T.
Artikel 14, eerste lid, van de Regeling maatregelen rijvaardigheid en geschiktheid 2011 wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel b wordt ‘niet zijnde een bromfiets,’ vervangen door: niet zijnde een bromfiets of een rijbewijsplichtige landbouw- of bosbouwtrekker of een rijbewijsplichtig motorrijtuig met beperkte snelheid.
2. In onderdeel c wordt na ‘bestuurder van een bromfiets’ ingevoegd: of een rijbewijsplichtige landbouw- of bosbouwtrekker of een rijbewijsplichtig motorrijtuig met beperkte snelheid.
De Regeling rijonderricht motorrijtuigen 2009 wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1 wordt ‘Minister van Verkeer en Waterstaat’ vervangen door: Minister van Infrastructuur en Milieu.
B
In artikel 4, tweede en achtste lid, wordt ‘Competent’ telkens vervangen door: Bekwaam.
C
Na artikel 4 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. Artikel 4, eerste tot en met zevende lid, is van overeenkomstige toepassing op de examens voor rijinstructeurs voor de categorie T die niet in het bezit zijn van een geldig certificaat als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel b, van het besluit.
2. De examens voor rijinstructeurs voor de categorie T die in het bezit zijn van een geldig certificaat als bedoeld in artikel 2, eerste lid onderdeel b, maar niet in het bezit zijn van een geldig certificaat als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel f, van het besluit bestaan uit fase 1 (Bekwaam in verkeersdeelname), bestaande uit een theorietoets en een praktijkrit, en fase 3 (Stage). Artikel 4, derde, vierde en vijfde lid, is van overeenkomstige toepassing.
3. De examens voor rijinstructeurs voor de categorie T die in het bezit zijn van de geldige certificaten, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdelen b, c en f, van het besluit bestaan uit fase 1. Artikel 4, derde lid, eerste, tweede en derde volzin, vierde en vijfde lid, is van overeenkomstige toepassing.
D
Na artikel 5 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. De kandidaat die deelneemt aan de stage voor categorie T geeft in de stageperiode minimaal 15 klokuren volledige praktische rijlessen op een oefenterrein aan een leerling die wordt opgeleid voor het praktijkexamen in de categorie T en minimaal 10 klokuren praktische rijlessen op de openbare weg aan de stagementor als pseudoleerling. De stage wordt uitgevoerd overeenkomstig de aanwijzingen van het instituut.
2. De begeleider is in het bezit van een certificaat, bedoeld in artikel 13, aanhef en onderdeel b, van de wet voor de rijbewijscategorie T.
3. Artikel 5, vierde tot en met negende lid, is van overeenkomstige toepassing.
E
In artikel 5a, tweede lid, wordt na ‘De begeleider is’ ingevoegd: ten minste drie jaar.
F
Na artikel 9 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. Artikel 4, eerste tot en met zevende lid, is van overeenkomstige toepassing in het geval een rijinstructeur ten behoeve van het certificaat, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel g, van het besluit de fasen 1 en 2 uit het examen in het kader van het herintrederstraject, bedoeld in artikel 12c van de wet, doet.
2. De examens in het kader van het herintrederstraject voor rijinstructeurs voor de categorie T die in het bezit zijn van een geldig certificaat als bedoeld in artikel 2, eerste lid onderdeel b, maar niet in het bezit zijn van een certificaat als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel f, van het besluit bestaan uit fase 1 (Bekwaam in verkeersdeelname), de praktijkrit. Artikel 4, derde, vierde en vijfde lid, is van overeenkomstige toepassing.
G
Bijlage 1 wordt als volgt gewijzigd:
1. Onderdeel I wordt als volgt gewijzigd:
a. In het opschrift wordt ‘artikel 4, vierde lid,’ vervangen door: de artikelen 4, vierde lid, en 4a.
b. In subonderdeel e wordt na ‘Rijprocedure B’ telkens ingevoegd: respectievelijk Rijprocedure T.
2. Onderdeel II wordt als volgt gewijzigd:
a. In het opschrift wordt ‘artikel 4, vijfde lid,’ vervangen door: de artikelen 4, vijfde lid, en 4a.
b. In de eerste volzin wordt ‘na afloop van een zelfstandig gereden verkeersopgave in een personenauto’ vervangen door: na afloop van een zelfstandig gereden verkeersopgave.
3. In het opschrift van onderdeel III wordt ‘artikel 4, zesde lid,’ vervangen door: de artikelen 4, zesde lid, en 4a, eerste lid,.
4. In het opschrift van onderdeel IV wordt ‘artikel 4, zevende lid,’ vervangen door: de artikelen 4, zevende lid, en 4a, eerste lid,.
5. In het opschrift van onderdeel V wordt ‘artikel 5, vijfde lid,’ vervangen door: de artikelen 5, vijfde lid, en 5a, tweede lid,.
6. In het opschrift van onderdeel VI wordt ‘artikel 5, vijfde lid,’ vervangen door: de artikelen 5, zesde lid, en 5a, tweede lid,.
H
Aan het slot van bijlage 2 worden twee modellen ingevoegd, luidende:
Voorkant
Achterkant
Voorkant
Achterkant
Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop de artikelen I en II van de wet van 3 december 2014 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en de Wet rijonderricht motorrijtuigen 1994 in verband met de invoering van de rijbewijsplicht met de voor landbouw- en bosbouwtrekkers en motorrijtuigen met beperkte snelheid (T-rijbewijs) (Stb. 2015, 10) in werking treden.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus
Onderhavige regeling strekt tot wijziging van drie ministeriële regelingen in verband met de wet tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en de Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993 in verband met de invoering van de rijbewijsplicht voor landbouw- en bosbouwtrekkers en motorrijtuigen met beperkte snelheid (T-rijbewijs) (Stb. 2015, nr. 10) en de daarin opgenomen invoering van de rijbewijsplicht voor de bestuurders van deze motorrijtuigen.
De onderhavige wijzigingsregeling omvat de aanpassing van drie regelingen: de Regeling eisen geschiktheid 2000, de Regeling maatregelen rijvaardigheid en geschiktheid 2011 en de Regeling rijonderricht motorrijtuigen 2009. In de artikelsgewijze toelichting wordt nader op de wijzigingen ingegaan.
Op 6 februari 2015 is het concept van de onderhavige regeling, alsmede van twee andere regelingen die betrekking hebben op de invoering van het T-rijbewijs, gedurende een periode van vier weken (tot en met 3 maart 2015) opengesteld voor internetconsultatie. Hierbij zijn drie vragen gesteld:
1. Wat is uw mening over de ontwerpwijziging van enkele ministeriële regelingen in verband met de invoering van de rijbewijsplicht voor landbouw- en bosbouwtrekkers en motorrijtuigen met beperkte snelheid?
2. Wat is uw mening over de conceptregeling eisen praktijkexamen rijbewijscategorie T?
3. Wat is uw mening over de conceptregeling eisen theorie-examen rijbewijscategorie T?
Er zijn in totaal acht reacties binnengekomen. Van die reacties waren er zes overwegend positief. Een reactie heeft geleid tot een technische aanpassing. De overige reacties hebben niet geleid tot wijzing van de voor de internetconsultatie aangeboden conceptregeling of de bijbehorende toelichting. Omdat alleen de eerste vraag de onderhavige regeling betrof, wordt hieronder alleen ingegaan op de reactie op die vraag.
TLN verwijst naar de afspraken die zijn gemaakt in de klankbordgroep T-rijbewijs. HER opleidingen noemt de opleidingseisen goed. De Plattelandsjongeren.nl vindt het goed dat er aandacht wordt besteed aan de veiligheid van landbouwvoertuigen op de openbare weg. Plattelandsjongeren.nl merkt op dat deze regeling niet alleen positief is voor de weggebruikers die een landbouwvoertuig tegen komen, maar zeker ook positief voor de bestuurder van het landbouwvoertuig op de openbare weg. De bestuurder kan beter inschatten wat de gevaren zijn en hier ook rekening mee houden zodat de veiligheid gewaarborgd is. Het zorgt ook voor een vergrote veiligheid bij activiteiten die door de leden worden georganiseerd en waar landbouw en bosbouwtrekkers en motorrijtuigen met een beperkte snelheid bij betrokken zijn. BMWT staat in beginsel positief tegenover het verplichten van een rijbewijs voor MMBS-en.
Wel zijn een enkele aanvullende opmerkingen gemaakt.
TLN wijst op foutieve nummering in de conceptregeling. Deze is gecorrigeerd. Een opleidingsinstituut merkt op dat het gevolg van deze wijziging is dat alle docenten van heftruckopleidingen (als er sprake is van heftrucks breder dan 1,30m) ook in het bezit moeten zijn van hun WRM-T. De WRM 1993 kent geen onderscheid tussen openbare weg en besloten terrein. Dit instituut wijst erop dat dit echter niet wordt meegenomen in de communicatie en vraagt zich af of dit bekend is bij politie en ILT. Het CBR heeft een aantal avonden voor potentiële opleiders georganiseerd, waar dit punt nadrukkelijk aan de orde is geweest. Verder zal de politie zorgen voor de interne communicatie en in dat kader zullen alle voor de opsporing belangrijke aspecten worden meegenomen.
HER opleidingen stelt dat deze regelgeving alleen voor landbouwvoertuigen duidelijkheid geeft, maar dat dit echter voor de MMBS voertuigen te breed en onzinnig is. BMWT stelt in het verlengde hiervan dat het T-rijbewijs primair is bedoeld voor tractoren met aanhangers die voor transportdoeleinden gebruik maken van de openbare weg primair ter vergroting van de verkeersveiligheid, en dat om ontwijkgedrag te voorkomen het T-rijbewijs ook dient te gelden voor motorrijtuigen met beperkte snelheid (MMBS). BMWT wijst er daarbij op dat de variatie aan voertuigen waarvoor het T-rijbewijs verplicht wordt erg groot is. Daarbij moet gedacht worden aan hoogwerkers, verreikers, mobiele graafmachines, wielladers, etc. Veel van de MMBS-en worden niet gebruikt voor transportdoeleinden, maar bevinden zich bij de uitoefening van hun werkzaamheden vaak wel op de openbare weg. Een voorzichtige inschatting van BMTW leert dat het gaat om vele tienduizenden voertuigen. Om straks een dergelijke MMBS te mogen bedienen, zal een T-rijbewijs verplicht zijn. Om dat te behalen is een praktijkexamen met een tractor met aanhanger noodzakelijk. BMWT is van mening dat een dergelijk praktijkexamen onevenredig zwaar is voor de gemiddelde MMBS en pleit er dan ook voor hier in de evaluatie aandacht aan te besteden en de voorbereiding van een aangepast T-rijbewijs voor een voertuig zonder aanhanger ter hand te nemen. In reactie op deze opmerking wordt aangegeven dat dit punt uitgebreid besproken is in de klankbordgroep T-rijbewijs. Daar is geconstateerd is dat waar bestuurders van tractoren en landbouwvoertuigen zich over het algemeen alleen hoeven te concentreren op het rijden de openbare weg, de door BMTW bedoelde groep bestuurders zich daarnaast ook nog eens bezig moet houden met de uitoefening van hun werkzaamheden en het effect daarvan op de overige verkeersdeelnemers. Een gemiddelde MMBS bestaat niet. De kleinere MMBS’en voor specifiek gebruik zijn bij algemene maatregel van bestuur uitgezonderd voor het T-rijbewijs, voor de grotere MMBS’en is vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid bewust gekozen voor het T-rijbewijs, naast specifieke beroepsgerichte opleidingen zoals de opleiding tot vorkheftruckchauffeur of machinist grondverzet. Dat neemt niet weg dat dit punt bij de evaluatie zal worden meegenomen.
Ten slotte zijn er enkele opmerkingen van algemene aard gemaakt, die niet specifiek een van de hierboven genoemde regelingen betreft. HER opleidingen stelt dat gebruikers die in het bezit zijn van een B- of C-rijbewijs door de mogelijkheid van bijschrijving opnieuw kosten moeten maken voor het T-rijbewijs. In antwoord hierop wordt opgemerkt dat juist om extra kosten te besparen erin is voorzien dat bij de eerstvolgende periodieke vernieuwing van dat rijbewijs B, tevens de categorie T wordt afgegeven. Verwezen wordt naar de hierop betrekking hebbende passages in de memorie van toelichting (Kamerstukken II vergaderjaar 2013/14, 33 781, nr. 3, blz. 12–14).
Een particulier is van mening dat een T rijbewijs overbodige regelgeving is gezien het aantal verkeersslachtoffers dat jaarlijks valt. Deze opmerking is voor kennisgeving aangenomen. Voor de onderbouwing van de invoering van het T-rijbewijs wordt verwezen naar de memorie van toelichting (Kamerstukken II vergaderjaar 2013/14, 33 781, nr. 3, blz. 2–3).
Het Praktijkcollege stelt dat de invoering van het T- rijbewijs ook hoge kosten met zich mee zal brengen (theorie- en praktijklessen en een CBR examen). Het instituut vreest dat dit voor de school en leerlingen niet te betalen zal zijn, wat als gevolg heeft dat zij met minder of geen certificaten de school verlaten. Voorgesteld wordt in te zetten op een gedegen theorie-examen met meer aandacht voor verkeersveiligheid. Niet ontkend wordt dat de invoering van het T-rijbewijs tot kosten zal leiden voor scholen of leerlingen. Er is echter bewust gekozen voor zowel een theorie- als een praktijkexamen, omdat het niet alleen om theoretische kennis gaat, maar ook hoe deze in de praktijk word toegepast. De suggestie voor de aanpassing van de toegestane maximumsnelheid of een apk voor landbouwvoertuigen is een aparte discussie en staat los van de invoering van de rijbewijsplicht. Ook wordt gesuggereerd een maximumsnelheid voor landbouwvoertuigen in te voeren, of APK voor landbouwvoertuigen. Deze opmerking is voor kennisgeving aangenomen.
De onderhavige wijziging op zichzelf heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten voor de burger of het bedrijfsleven.
Voor de gevolgen voor de administratieve lasten en de nalevingskosten, voortvloeiend uit de invoering van de rijbewijsplicht en het daarmee samenhangende WRM-certificaat voor de rijbewijscategorie T wordt verwezen naar § 6 van de memorie van toelichting bij hierboven genoemd wetsvoorstel (Kamerstukken II vergaderjaar 2013/14, 33 781, nr. 3, blz. 6–11).
De datum van inwerkingtreding is gekoppeld aan de datum van inwerkingtreding van bovengenoemde wet. Rekening zal worden gehouden met de vaste verandermomenten.
In dit onderdeel wordt door aanpassing van artikel 1, onderdeel a, van de Regeling eisen geschiktheid 2000 geregeld dat de geschiktheidseisen die gelden voor de groep 1-rijbewijzen (dat zijn de rijbewijscategorieën A1, A2, A, B en B+E) ook gelden voor de rijbewijscategorie T.
In onderdeel B is geregeld dat ook een motorrijtuig van de categorie T kan worden bestuurd met bioptisch telescoop systeem. De bioptische telescoop is een soort kleine kijker, die bovenin het linker- of rechterbrillenglas wordt bevestigd. De telescoop wordt gebruikt voor waarneming op afstand, waarbij de vergroting twee tot vier keer is. De gebruiker kijkt het grootste deel van de tijd door de normale brillenglazen. Een korte knikbeweging volstaat om via de bioptische telescoop de essentiële informatie op afstand waar te nemen. Het bioptische telescoop systeem bestaat uit de telescoop, het montuur en de normale brillenglazen. Hierdoor wordt het zicht van de betrokken persoon zodanig dat hij voldoet aan de eisen op dit punt uit de Regeling eisen geschiktheid 2000. De opgenomen aanpassing heeft tot gevolg dat ook bestuurders van motorvoertuigen van de categorie T van deze voorziening gebruik kunnen maken.
De in dit artikel opgenomen wijziging van de Regeling maatregelen rijvaardigheid en geschiktheid 2011 voorziet erin dat bestuurders van rijbewijsplichtige landbouw- en bosbouwtrekkers en motorrijtuigen met beperkte snelheid voor de instroom in de vorderingsprocedure in verband met snelheidsovertredingen worden gelijkgesteld met bromfietsen.
Het betreft hier technische aanpassingen.
In deze onderdelen zijn de eisen opgenomen waaraan waaraan personen moeten voldoen om een WRM-certificaat voor de rijbewijscategorie T te verkrijgen. Dit certificaat is nodig om rijles te kunnen geven voor die rijbewijscategorie.
Het gaat hier om de volgende categorieën (toekomstige) rijinstructeurs en de bij elke categorie behorende eisen:
categorie instructeur |
eisen Besluit rijonderricht motorrijtuigen 2009 |
uitwerking in Regeling rijonderricht motorrijtuigen 2009 |
---|---|---|
kandidaten die direct willen opgaan voor WRM-certificaat T |
artikel 6a, eerste lid, (eisen uit fase 1, bekwaam in verkeersdeelname, fase 2, didactische voorwaarden, en artikel 7a (fase 3, stage) |
artikel 4a en bijlage 1, onderdelen I tot en met VI |
kandidaten die in het bezit zijn het WRM-certificaat B maar niet van het WRM-certificaat E bij C |
artikel 6a, tweede lid, (eisen uit fase 1, bekwaam in verkeersdeelname) en artikel 7a (fase 3, stage) |
artikel 4b en bijlage 1, onderdelen I, II, V en VI |
kandidaten die naast het WRM-certificaat B ook in het bezit zijn van het WRM-certificaat E bij C |
artikel 6a, derde lid, (eisen uit fase 1, bekwaam in verkeersdeelname) |
artikel 4c en bijlage 1, onderdelen I en II |
Bij de vaststelling van de eisen waaraan moet zijn voldaan om in het bezit te kunnen komen van het WRM-certificaat T is aangesloten bij het uitgangspunt dat dat certificaat als een zelfstandig certificaat wordt ingevoerd en dat in afwijking van de systematiek uit de Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993 niet eerst het WRM-certificaat T vereist is. Voor de overwegingen hiervoor wordt verwezen naar de memorie van toelichting bij het aan eerdergenoemde wet ten grondslag liggende wetsvoorstel (Kamerstukken II, vergaderjaar 2-13/14, 33 781, nr. 3, blz. 16). Voor het behalen van het WRM-certificaat T door personen die niet al de beschikking hebben over een WRM-certificaat B gelden eisen die vergelijkbaar zijn met het behalen van het WRM-certificaat B (de eisen uit fase 1, bekwaam in verkeersdeelname, fase 2, didactische voorwaarden, en fase 3, stage).
Voor de houders van een WRM-certificaat B die ook het WRM-certificaat T willen halen gelden lichter eisen: alleen de eisen uit fase 1, bekwaam in verkeersdeelname) en fase 3, stage.
Voor de rij-instructeurs die naast het WRM-certificaat B ook al de beschikking hebben over een WRM-certificaat E bij T geldt dat zij alleen hoeven te voldoen aan de eisen uit fase 1, bekwaam in verkeersdeelname.
In het in onderdeel E opgenomen nieuwe artikel 9a zijn de eisen opgenomen voor de herintreders.
In dit onderdeel is een aanpassing opgenomen van bijlage 2. Het gaat hier om vaststelling van twee certificaten die vereist worden op grond van artikel VI, tweede lid, van de in de inleiding genoemde wet. Het gaat om een pas die nodig is voor de personen die in het jaar voorafgaand aan de inwerkingtreding van genoemde wet les gaven aan een agrarisch opleidingscentrum en in dat kader ook rijonderricht gaven en die gedurende de overgangsperiode les (en ook rijonderricht) blijven geven aan zo'n instelling. Gedurende die overgangsperiode behoeven zij nog niet te beschikken over een certificaat voor de rijbewijscategorie T op grond van de Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993. Een vergelijkbare regeling geldt voor personen die op het tijdstip van inwerkingtreding van genoemde wet beschikken over de in de onderhavige regeling vastgestelde, door de Stichting Bevordering Verkeerseducatie afgegeven pas.
In artikel III, onderdeel G, is een speciale voorziening getroffen voor degenen die zullen worden aangewezen als stagebegeleider. Iedereen die na de datum van inwerkingtreding het WRM-certificaat T wil halen, moet stage lopen, met uitzondering van de houders WRM-certificaat CE. Het systeem van de regelgeving op het gebied van het rijonderricht motorrijtuigen is dat stagebegeleiders door het instituut (IBKI) worden aangewezen (zie art.12a, tweede en derde lid, WRM 1993, en art. 8, eerste lid, BRM 2009). Artikel 5, derde lid (tweede volzin) van de RRM 2009 bepaalt dat een stagebegeleider ten minste drie jaar ervaring moet hebben in de rijbewijscategorie waarin hij als begeleider zal optreden. Gedurende de eerste jaren na de inwerkingtreding zal echter nog niemand aan deze eis kunnen voldoen. Daarom is erin voorzien dat in eerste instantie kan worden volstaan met alleen het bezit van het WRM-certificaat T. Pas vier jaar na de inwerkingtreding, als er voldoende instructeurs zijn die ten minste drie jaar in het bezit zijn van het WRM-certificaat T, zal artikel 5a, tweede lid, worden gewijzigd en wordt, net zoals het geval is voor de andere rijbewijscategorieën, de eis opgenomen dat alleen instructeurs die ten minste drie jaar beschikken over het WRM-certificaat voor T kunnen optreden als stagebegeleider voor die rijbewijscategorie. Op die manier kan IBKI gedurende de eerste drie jaar iedereen die (mede) beschikt over het WRM-certificaat T aanwijzen als stagebegeleider.
De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2015-9885.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.