Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 1 april 2015, nr. IENM/BSK-2015/52320, tot wijziging van de Waterregeling in verband met de vereenvoudiging en uniformering van regels voor windparken op zee (algemene regels windparken op zee)

De Minister van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op de artikelen 6.16h, zesde lid, en 6.16i, vijfde lid, van het Waterbesluit;

BESLUIT:

ARTIKEL I

Na artikel 6.15 van de Waterregeling wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:

§ 4a. Windparken op zee

Artikel 6.15a

• 1. Bij de toepassing van de artikelen 6.16h, tweede en vierde lid, en 6.16i, tweede lid, van het besluit worden ten aanzien dan de in die artikelen opgenomen niet-publiekrechtelijke regelingen de volgende teksten in acht genomen:

  • a. IALA-aanbeveling O-139 (markering van kunstmatige offshore constructies): uitgave 2 van december 2013;

  • b. door de Britse luchtvaartautoriteit uitgegeven richtlijn CAP 764 (beleid en richtlijnen voor windturbines): uitgave 5 van juni 2013;

  • c. NEN 1010: uitgave NEN 1010:2007+C1:2008 – Veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties van oktober 2008, inclusief correctie- en wijzigingsblad A1:2011+C1:2011 en wijzigingsblad A2:2014;

  • d. NEN-EN-IEC 61936-1: uitgave NEN-EN-IEC 61936-1:2010 – Sterkstroominstallaties met meer dan 1 kV wisselspanning – Deel 1: Algemene bepalingen van mei 2014, inclusief correctiebladen C1:2011, C11:2011, C12:2012 en C13:2013 en wijzigingsblad A1:2014;

  • e. NEN-EN 50522: uitgave NEN-EN 50522:2010 – Aarding van hoogspanningsinstallaties van meer dan 1 kV wisselspanning van november 2010;

  • f. NEN 3840: uitgave NEN 3840:2011 – Bedrijfsvoering van elektrische installaties – Hoogspanning van mei 2011; en

  • g. NEN 3140: uitgave NEN 3140:2011 – Bedrijfsvoering van elektrische installaties – Laagspanning van maart 2011.

• 2. In afwijking van het eerste lid gelden voor windparken waarvoor voor 1 juli 2015 een vergunning op grond van de Wet beheer rijkswaterstaatswerken of op grond van artikel 6.13 van het besluit is verleend de teksten van de niet-publiekrechtelijke regelingen zoals die in acht zijn genomen bij het verlenen van de vergunning.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop het Besluit tot wijziging van het Waterbesluit in verband met de vereenvoudiging en uniformering van regels voor windparken op zee (algemene regels windparken op zee) in werking treedt.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

TOELICHTING

Deze regeling wijzigt de Waterregeling door toevoeging van een nieuwe paragraaf omtrent windparken op zee. Deze regeling vloeit voort uit het Besluit tot wijziging van het Waterbesluit in verband met de vereenvoudiging en uniformering van regels voor windparken op zee (algemene regels windparken op zee) (hierna: het besluit), waarin wordt verwezen naar niet-publiekrechtelijke regelingen. De in acht te nemen uitgaven, inclusief correctie- en wijzigingsbladen, worden in de regeling gespecificeerd. Voor een toelichting op de betreffende niet-publiekrechtelijke regelingen wordt verwezen naar de nota van toelichting bij het besluit. Voor de reeds vergunde windparken blijven de teksten van de niet-publiekrechtelijke regelingen gelden die golden ten tijde van de vergunningverlening.

Met de statische verwijzing in het besluit wordt verzekerd dat een wijziging in de niet-publiekrechtelijke regelingen pas doorwerkt in de regeling op het moment dat de nieuwe tekst in de regeling is aangewezen. Bij de totstandkoming van een nieuwe tekst wordt beoordeeld in hoeverre deze regeling aanpassing behoeft. Bij een aanpassing kan ook worden bepaald in hoeverre de nieuwe tekst niet alleen voor nieuw te bouwen, maar ook voor bestaande windparken geldt.

Deze regeling brengt geen administratieve lasten met zich.

Het besluit treedt in werking op 1 juli 2015. De inwerkingtredingsdatum is gekoppeld aan het besluit, omdat daarin de niet-publiekrechtelijke regelingen worden genoemd.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus