Staatscourant 2015, 8003

Verkeersbesluit provinciale weg N261 (Tilburg – Waalwijk)

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Overwegingen ten aanzien van het besluit

De provinciale wegen A261, tussen Tilburg en Loon op Zand, en de N261, tussen Loon op Zand en Waalwijk, worden omgebouwd tot een autoweg (snelheid 100 kilometer per uur) met ongelijkvloerse kruisingen, bestaande uit twee keer twee rijstroken, pechstroken, busstroken en in een aantal gevallen rotondes bij aansluitingen op andere wegen. Beide wegen zijn plaatselijk bekend als de Midden-Brabantweg.

Reden van de ombouw is dat de provinciale wegen het te verwachten verkeersaanbod in de komende jaren niet meer kunnen verwerken. Daarnaast is er geen sprake van een eenduidige vormgeving. Ombouw van de provinciale wegen is dan ook nodig om de doorstroming van het verkeer te verbeteren, de bereikbaarheid van aanliggende gemeenten en publiekstrekkers te garanderen en de verkeersveiligheid te waarborgen.

Als gevolg van de ombouw zal voorts een bijdrage worden geleverd aan het verbeteren van de leefbaarheid, een goede landschappelijke inpassing en herstel van ecologische verbindingen.

Met name voor Loon op Zand betekent de ombouw een ingrijpende wijziging van de bestaande verkeersstructuren. De huidige gelijkvloerse aansluiting bij op de provinciale weg N261 via de Hoge Steenweg komt te vervallen. Daarvoor in de plaats komt een ongelijkvloerse aansluiting ten zuiden van Loon op Zand. Voor de gemeente Waalwijk is de ombouw onder andere belangrijk voor de ontwikkeling van het bedrijventerrein Haven.

Vereiste van besluit

Op grond van artikel 15, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 moet een verkeersbesluit worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer

(BABW) genoemde verkeerstekens, alsmede voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd.

Motivering van het besluit

Op grond van artikel 21 van het BABW bevat de motivering van een verkeersbesluit welke doelstelling of doelstellingen met het verkeersbesluit worden beoogd. Daarbij wordt aangegeven welke van de in artikel 2, eerste en tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994 genoemde belangen ten grondslag liggen aan het verkeersbesluit. Indien tevens andere dan voornoemde belangen in het geding zijn, wordt voorts aangegeven op welke wijze de belangen tegen elkaar zijn afgewogen.

Aan dit verkeersbesluit liggen de volgende belangen ten grondslag:

• het verzekeren van de veiligheid op de weg;
• het beschermen van weggebruikers en passagiers;
• het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;
• het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer.

De provincie Noord-Brabant heeft opdracht gegeven de provinciale wegen A261 en N261 om te bouwen tot een autoweg (snelheid 100 kilometer per uur) met ongelijkvloerse kruisingen. De weg bestaat uit twee keer twee rijstroken, pechstroken, aanliggende busstroken en in een aantal gevallen rotondes bij aansluitingen op andere wegen.

De busstroken mogen alleen worden gebruikt door lijnbussen. In verband met de verkeersveiligheid, met name bij de in- en uitvoegstroken, mogen de busstroken alleen worden gebruikt bij file op de hoofdrijbaan. Lijnbussen mogen de busstrook dan alleen met een lage snelheid berijden.

Op de afritten, ter hoogte van de aansluiting Europalaan, wordt de maximumsnelheid terug gebracht naar 70 km per uur. De reden hiervoor is dat er geen ruimte is voor een stapsgewijze afbouw van de snelheid door toepassing van geschikte opeenvolgende ontwerpelementen. Een geleidelijke snelheidsvermindering kan daardoor niet anders worden afgedwongen dan door plaatsing van borden model A1 (70).

Op de toerit ter hoogte van de Europalaan, richting Waalwijk, wordt een maximumsnelheid aangegeven van 70 km per uur. Deze snelheid geldt alleen voor de toerit in verband met de aanwezigheid van een relatief krappe tegenbocht voor het puntstuk. Deze wordt veroorzaakt door de ligging van een nieuw gerealiseerd 'dek' over het bestaande fietstunneltje Duinlaan.

Op de westelijke afrit Bevrijdingsweg geldt een adviessnelheid 50 km per uur in verband met de theoretische ontwerpsnelheid in de boog en voor de boog. Het bord dat de adviessnelheid weergeeft wordt tevens gecombineerd met een bord dat waarschuwt voor een bocht naar rechts.

Door de ombouw is het ter verzekering van de aan het verkeersbesluit ten grondslag liggende belangen noodzakelijk dat de hierna onder ‘besluiten’ genoemde verkeerstekens worden verwijderd dan wel geplaatst.

Overleg politie

Overeenkomstig artikel 24 van het BABW is overleg gepleegd met de korpschef van de politie eenheid Zeeland West-Brabant.

Overleg gemeente n

Overeenkomstig artikel 25 van het BABW is overleg gepleegd met burgemeester en wethouders van Loon op Zand en van Waalwijk.

Besluiten

Op de provinciale weg, tussen Tilburg (km 7,676) en Loon op Zand (km 10,822), de volgende borden van bijlage 1 van het RVV 1990 te verwijderen:

• model A1 (Maximumsnelheid) aanduidende een maximumsnelheid van 70, 90 en 120 kilometer per uur;
• model G1 (Autosnelweg);
• model G2 (Einde autosnelweg) met onderborden;

Op de provinciale weg, tussen Loon op Zand (km 10,822) en Waalwijk (km 18,082), de volgende borden van bijlage 1 van het RVV 1990 te verwijderen:

•model A1 (Maximumsnelheid) aanduidende een maximumsnelheid van 70 kilometer per uur.

Op de provinciale weg, tussen Tilburg (km 7,676) en Waalwijk (km 18,082) en de nieuwe aansluiting voor loon op Zand, de volgende borden van bijlage 1 van het RVV 1990 te plaatsen:

• borden model A1 (maximumsnelheid), aanduidende een maximumsnelheid van 70 kilometer per uur;
• bord model A4 (Adviessnelheid), aanduidende een adviessnelheid van 50 kilometer per uur;
• borden model B1 (Voorrangsweg);
• bord model B2 (Einde voorrangsweg);
• borden model B6 (Verleen voorrang aan bestuurders op de kruisende weg);
• bord model B7 (Stop; verleen voorrang aan bestuurders op de kruisende weg);
• borden model C1 (Gesloten in beide richtingen voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee) met en zonder onderbord met de tekst ‘Uitgezonderd lijnbussen’;
• bord model C4 (Eenrichtingsweg);
• borden model C15; (Gesloten voor fietsen, bromfietsen en gehandicaptenvoertuigen);
• borden model D1 (Rotonde; verplichte rijrichting);
• borden model D2 (Gebod voor alle bestuurders het bord voorbij te gaan aan de zijde die de pijl aangeeft);
• bord D3; (Bord mag aan beide zijden worden voorbijgegaan);
• borden model D4 (Gebod tot het volgen van de rijrichting die op het bord is aangegeven) en onderbord met de tekst ‘Uitgezonderd lijnbussen’;
• bord model D6 (Gebod tot het volgen van de rijrichting of één van de rijrichtingen die op het bord zijn aangegeven);
• borden model G3 (Autoweg);
• borden model G4 (Einde autoweg);
• borden model G12a (Fiets/bromfietspad);
• borden model G12b (Einde fiets/bromfietspad);
• bord model L3b (Bushalte);

Op de provinciale weg, tussen Tilburg (km 7,676) en Waalwijk (km 18,082), de busstroken, die uitsluitend zijn aangelegd voor het gebruik door lijnbussen, als zodanig aan te duiden door het aanbrengen van de tekst ‘LIJNBUS’.

De verkeerstekens zijn weergegeven op de bij dit besluit behorende tekeningen van 29-01-2015, met de nummers N261-A-DO-0.N261-SI-0741 t/m 0747

’s-Hertogenbosch, 12 maart 2015

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

Namens deze,

J.H.M.Goossens

hoofd Beheer en Onderhoud

Bezwaar

Bezwaren tegen dit besluit kunnen binnen zes weken na de bekendmaking van dit besluit worden ingediend bij:

Het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Secretariaat van de hoor- en adviescommissie

Postbus 90151

5200 MC 's-Hertogenbosch

Wij verzoeken u om op de linkerbovenhoek van de envelop het woord "bezwaarschrift" te vermelden.

Het bezwaarschrift moet zijn voorzien van een handtekening, de naam en adres van de indiener, de dagtekening en ons kenmerk van het besluit, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar gericht is en de gronden van het bezwaar.

Voor meer informatie over de behandeling van bezwaarschriften verwijzen wij u naar www.brabant.nl/rechtsmiddelen.

Het secretariaat van de Hoor- en adviescommissie is bereikbaar op telefoonnummer (073) 680 83 04, faxnummer (073) 680 76 16 en e-mailadres bezwaar@brabant.nl. Wij wijzen u erop, dat het op dit moment nog niet mogelijk is om bezwaarschriften per e-mail in te dienen, omdat dan de wettelijk voorgeschreven handtekening op het bezwaarschrift ontbreekt.

Voorlopige voorziening

Bovenstaand besluit treedt in werking, ook al wordt een bezwaarschrift ingediend. Het is daarom mogelijk om gelijktijdig met of na het indienen van een bezwaarschrift een zogenaamde “voorlopige voorziening” te vragen bij: Voorzieningenrechter van de Rechtbank Oost-Brabant, sector Bestuursrecht, Postbus 70584, 5201 CZ 's-Hertogenbosch.

Een voorlopige voorziening is in feite het nemen van een tijdelijke maatregel, bijvoorbeeld het schorsen van het besluit gedurende de tijd die nodig is om de bezwaren te behandelen en daarop een besluit te nemen. Voorwaarde om zo’n voorlopige voorziening te vragen is, dat er sprake is van spoedeisend belang.

Voor het vragen van een voorlopige voorziening is griffierecht verschuldigd.