Staatscourant 2015, 4720

Aanwijzing Kettingdijk i.v.m. aanleg veeroosters

Burgemeester en wethouders van Weert overwegen dat op 3 oktober 2014 een omgevings-vergunning is verleend aan de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland om veeroosters te mogen aanbrengen in de Kettingdijk, zodat vee zonder toezicht op de openbare weg Kettingdijk kan komen. Naar aanleiding daarvan heeft vanaf 23 oktober 2014 het concept-besluit ter inzage gelegen tot aanwijzing van de Kettingdijk over een afstand van circa 2,6 km.

Overwegingen

Ecologische hoofdstructuur

Vanuit rijks- en provinciale opgave wordt er in Weert gewerkt aan de realisatie van de Ecologische Hoofdstructuur met als doel bescherming en versterking van biodiversiteit.

Het laten beheren van natuurgebieden door grote grazers sluit aan op het provinciale beleid waar de nadruk ligt op effectiviteit en kostenefficiëntie. Met deze vorm van natuurbeheer wordt de invloed van de mens op de ontwikkeling en het beheer van natuur minder groot. Met de aanvraag voor aanleg van veeroosters worden vrijliggende gebieden met elkaar verbonden waardoor grotere begrazingsgebieden ontstaan. Veeroosters worden ingezet om fysieke verkeersbarrières op te heffen en om zo schakels te creëren tussen natuurgebieden. Veeroosters zorgen er voor dat het vee op bepaalde locaties de openbare weg kan kruisen.

Verkeersfunctie

De Kettingdijk is ter plaatse een gebiedsontsluitingsweg in het buitengebied van Weert. Het is een zijweg van de Bocholterweg met kiezelverharding met een zeer beperkte verkeers-intensiteit. De gronden in de omgeving hebben overwegend een natuurbestemming.

Aanwijzing op grond van artikel 51 RVV 1990

Artikel 51 lid 1 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990) bepaalt dat het verboden is rij- of trekdieren of vee zonder toezicht op de weg los te laten lopen. Volgens lid 2 geldt dit niet ten aanzien van wegen die door het bevoegde gezag zijn aangewezen. Op grond van artikel 1 onder h. van het RVV 1990 juncto artikel 18 eerste lid onder d. van de Wegenverkeerswet 1994 zijn burgemeester en wethouders bevoegd gezag. Door de aanwijzing van het weggedeelte tussen de veeroosters is het toegestaan vee zonder toezicht op de weg te laten.

Afweging

De veeroosters zijn te gebruiken door alle bestuurders. De huidige functie van de weg blijft hiermee in stand. De plaats wordt voorzien van poorten en voorzieningen voor wandelaars, ruiters en menpaarden om veilig te kunnen passeren. Voor het waarborgen van de veiligheid op de weg worden de veeroosters ondersteund met het algemeen waarschuwingsbord J37 met onderbord ‘veerooster’, waarschuwingsbord J28 ‘Vee’ uit het RVV 1990 en rood/wit-schilden.

De weg heeft een zeer beperkte verkeersfunctie. De nadelen van de veeroosters met poorten e.d. voor ruiters, menners en overig recreatief verkeer worden niet onevenredig geacht. 

Ten behoeve van de natuurontwikkeling van het gebied wordt het wenselijk geacht dat runderen ter plaatse de Kettingdijk kunnen passeren. De zienswijzen leiden niet tot een aanpassing van het voorgenomen besluit.

BESLUIT

Op grond van bovenstaande overwegingen besluiten burgemeester en wethouders tot het aanwijzen van de Kettingdijk over een afstand van circa 2,6 km, gelegen tussen aan te leggen veeroosters, inhoudende dat het toegelaten is ter plaatse vee zonder toezicht op de weg los te laten lopen. De aanwijzing is gebaseerd op artikel 51 lid 2 Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990).

Weert, 10 februari 2015

Burgemeester en wethouders,

Namens deze,

M.H.F. Knaapen, gemeentesecretaris A.A.M.M. Heijmans Burgemeester

Mededelingen

Bezwaar- of beroepsclausule

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan diegene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken hiertegen een bezwaarschrift indienen. Dit moet gebeuren binnen zes weken nadat het besluit bekend is gemaakt. Het bezwaarschrift dient te worden gericht aan burgemeester en wethouders van Weert, Postbus 950, 6000 AZ Weert en dient ten minste te bevatten: naam, adres, dagtekening, de gronden van bezwaar en aanduiding van het besluit waartegen het bezwaarschrift is gericht. De indiener van een bezwaar kan tevens de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Limburg, afdeling Bestuursrecht (Postbus 950, 6040 AZ Roermond) vragen een voorlopige voorziening te treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist (art. 8:81 Algemene wet bestuursrecht).