Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 10 december 2015, nr. MBO/805001 houdende voorschriften omtrent de wijze waarop de melding voornemen starten of beëindigen beroepsopleidingen wordt gedaan (Regeling melding voornemen starten of beëindigen beroepsopleidingen)

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, handelend in overeenstemming met de Staatssecretaris van Economische Zaken,

Gelet op artikel 6.1.2, tweede lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepaling

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. wet:

de Wet educatie en beroepsonderwijs;

b. Crebonummer:

de code van een kwalificatie of kwalificatiedossier, bedoeld in artikel 6.4.1, tweede lid, van de wet;

c. BRIN-nummer:

registratienummer van de instelling.

Artikel 2. Melding

De melding, bedoeld in artikel 6.1.2, eerste lid, van de wet, wordt door het bevoegd gezag van een instelling elektronisch gedaan met behulp van een formulier dat door de Dienst Uitvoering Onderwijs elektronisch beschikbaar zal worden gesteld.

Artikel 3. Informatieverstrekking

De melding omvat de volgende informatie:

  • a. de naam en het Crebonummer van de kwalificatie waarop de betreffende beroepsopleiding is gericht. Indien deze code nog niet bekend is, kan worden volstaan met het Crebonummer van het kwalificatiedossier;

  • b. de datum van de beoogde ingang of beëindiging van de beroepsopleiding;

  • c. de locatie van de instelling waar de beroepsopleiding zal worden gestart of beëindigd;

  • d. het BRIN-nummer van de instelling.

Artikel 4. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel 5. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling melding voornemen starten of beëindigen beroepsopleidingen.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker

TOELICHTING

Algemeen

Artikel 6.1.2 van de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB) stelt het melden van het voornemen om een beroepsopleiding te starten of te beëindigen voor bekostigde instellingen verplicht. Deze regeling geeft voorschriften omtrent de wijze waarop deze melding wordt gedaan. De melding vindt plaats door middel van het invullen van een door de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) vastgesteld formulier. Dit formulier kan worden gevonden op de website van DUO, www.duo.nl. De meldingen worden gepubliceerd op de website van DUO.

Openbaarmaking van het voornemen tot starten of beëindigen van een opleiding stelt belanghebbenden in de regio in staat daar waar nodig te reageren en actie te ondernemen. Het transparant maken van het voornemen om een opleiding te starten of te beëindigen zorgt ervoor dat andere instellingen met deze voornemens rekening kunnen houden bij de samenstelling van hun portfolio dan wel met de betreffende instelling overleg kunnen voeren over het voornemen en afspraken maken in het licht van een doelmatig opleidingenaanbod. Het tijdig melden van het beëindigen van opleidingen zorgt er ook voor dat opleidingen, waaronder de kleinschalige opleidingen die uniek zijn voor de regio of het land, niet onopgemerkt kunnen verdwijnen.

Administratieve lasten

De verplichting tot het melden van het voornemen van het starten en beëindiging van opleidingen aan OCW zal naar verwachting zorgen voor structureel extra administratieve lasten van in totaal 0,1 mln euro per jaar.

Uitvoering en handhaafbaarheid

De ministeriële regeling is voor een uitvoerings- en handhaafbaarheidstoets voorgelegd aan DUO. De regeling is door hen uitvoerbaar en handhaafbaar verklaard.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 2

De melding wordt elektronisch gedaan via de website van DUO. De melding dient te geschieden met het formulier dat DUO op haar website beschikbaar stelt.

Artikel 3

De melding betreft het voornemen om een opleiding te starten of te beëindigen. Dit betekent dat het besluit formeel nog niet genomen hoeft te zijn. Het is van belang dat er bij een melding zo specifiek mogelijk wordt aangegeven om welke opleiding het gaat.

Bij het beëindigen van een opleiding en veelal ook bij de start van een opleiding zal deze gebaseerd zijn op een bestaande kwalificatie en zijn alle gegevens beschikbaar. In dat geval dient het Crebonummer van de kwalificatie te worden vermeld.

Wanneer het bevoegd gezag voornemens is een nieuwe opleiding te starten waarvoor de kwalificatie nog niet is vastgesteld, zal er anderhalf jaar van te voren wellicht nog geen Crebonummer bekend zijn. Het zal dan in veel gevallen wel duidelijk zijn om welk kwalificatiedossier het gaat. Enkel wanneer de kwalificatie 1,5 jaar voorafgaand aan de beoogde startdatum nog niet is vastgesteld dan wel bekendgemaakt middels een voorpublicatie kan volstaan worden met het melden van de naam en Crebonummer van het betreffende kwalificatiedossier.

Onder het beëindigen van een opleiding wordt verstaan het niet langer openstellen van de opleiding voor nieuwe studenten. Dit betekent dat in beginsel anderhalf jaar voordat de laatste student wordt ingeschreven, het voornemen tot beëindigen kenbaar moet zijn gemaakt. Indien de rechten, genoemd in artikel 1.3.1 van de WEB, aan een opleiding bij een instelling worden ontnomen op grond van artikel 6.1.4 van de WEB hoeft dit niet door de instelling gemeld te worden.

Met het oog op de doelmatige spreiding van opleidingen is in de WEB opgenomen dat het starten of beëindigen van een beroepsopleiding op enige locatie gemeld moet worden. Daartoe wordt bij DUO melding gedaan van de locatie van de instelling waar het voornemen is om de opleiding te beëindigen dan wel te starten. Voor de locatie wordt aangesloten bij de gemeente(n) waar de opleiding hoofdzakelijk verzorgd wordt of zal worden.

Het achterliggende doel van het melden van het starten of beëindigen van een opleiding is ook conform de branchecode goed bestuur in het mbo, waarin door de bekostigde instellingen is afgesproken dat een instelling in overleg zal treden met andere instellingen als zij van plan is een opleiding te starten in regio’s waarin andere instellingen reeds actief zijn. Omdat in de WEB is bepaald dat het bevoegd gezag van een instelling aan de Minister het voornemen tot het starten of beëindigen van een beroepsopleiding op enige locatie meldt, dient ook het voornemen te starten met een opleiding, die reeds wordt aangeboden door de instelling op een andere locatie dan de locatie waar deze thans wordt verzorgd, te worden gemeld.

Indien er geen uitvoering wordt gegeven aan het voornemen om een opleiding te starten of te stoppen, zal hier geen melding van gegeven hoeven te worden. Indien een instelling voornemens is de opleiding een studiejaar later te starten of te beëindigen dan aangegeven in de melding zal de instelling daarvoor een nieuwe melding moeten doen. Ook deze melding dient te worden gedaan voor 1 februari van het kalenderjaar voorafgaand aan het studiejaar waarin wordt beoogd de opleiding te starten of te beëindigen.

Artikel 4

Deze regeling treedt in werking de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Het is belangrijk voor de afstemming in de regio dat instellingen tijdig op de hoogte zijn van plannen voor het aanbieden van een opleiding. Vandaar dat het tijdstip van melding ruim voor de beoogde aanvang of beëindiging van een opleiding moet liggen. In verband daarmee is in artikel 6.1.2 van de wet bepaald dat melding plaatsvindt voor 1 februari van het kalenderjaar voorafgaand aan het studiejaar waarin aanvang of beëindiging van de opleiding is beoogd. Aangezien artikel 6.1.2 van de wet met ingang van 1 augustus 2015 in werking is getreden, zal het eerste aanmeldmoment voor 1 februari 2016 zijn, en betrekking hebben op voornemens om opleidingen te starten of te beëindigen vanaf het studiejaar 2017/2018 (vanaf 1 augustus 2017).

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker

Naar boven