Verkeersbesluit provinciale weg N638 (Randweg Zundert)

Logo Noord-Brabant

Nummer C2175683/3889674

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Overwegingen ten aanzien van het besluit

De provincie Noord-Brabant en de gemeente Zundert hebben samen een Randweg aangelegd. Deze nieuwe weg leidt het verkeer om het centrum van Zundert heen. Vooral de Molenstraat wordt hierdoor minder druk, aantrekkelijker én verkeersveiliger. De Randweg is aangelegd aan de noordwest zijde van Zundert, waar deze de verbinding vormt tussen de Bredaseweg (N263) en de Rucphenseweg (N638).

De bestaande rotonde Bredaseweg is gereconstrueerd. Verder zijn nieuwe rotondes gerealiseerd ter hoogte van de Akkermolenweg, de Kapellekestraat en de Rucphenseweg. Op de rotondes binnen de bebouwde kom (Bredaseweg, Akkermolenweg en Kapellekestraat) hebben (brom-) fietsers voorrang.

Op de als voorrangsweg aangewezen Randweg geldt binnen de bebouwde kom de wettelijke maximumsnelheid van 50 km per uur. Binnen de bebouwde kom is inhalen niet toegestaan vanwege de korte afstanden tussen de rotondes. Buiten de bebouwde kom is inhalen niet toegestaan wegens het bochtige karakter van dit weggedeelte. Op het gedeelte buiten de bebouwde kom geldt de wettelijke maximumsnelheid van 80 km per uur.

Fietsers, bromfietsers en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen mogen geen gebruik maken van de randweg. Landbouwverkeer mag wel gebruik maken van de Randweg.

Vereiste van besluit

Op grond van artikel 15, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 moet een verkeersbesluit worden genomen voor de plaatsing of verwijdering van de in artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer

(BABW) genoemde verkeerstekens, alsmede voor onderborden voor zover daardoor een gebod of verbod ontstaat of wordt gewijzigd.

Motivering van het besluit

Op grond van artikel 21 van het BABW bevat de motivering van een verkeersbesluit welke doelstelling of doelstellingen met het verkeersbesluit worden beoogd. Daarbij wordt aangegeven welke van de in artikel 2, eerste en tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994 genoemde belangen ten grondslag liggen aan het verkeersbesluit. Indien tevens andere dan voornoemde belangen in het geding zijn, wordt voorts aangegeven op welke wijze de belangen tegen elkaar zijn afgewogen.

Aan dit verkeersbesluit liggen de volgende belangen ten grondslag:

  • -

    het verzekeren van de veiligheid op de weg;

  • -

    het beschermen van weggebruikers en passagiers;

  • -

    het in stand houden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

  • -

    het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer.

Ter verzekering van deze belangen is noodzakelijk dat de hierna onder ‘besluit’ genoemde verkeerstekens op de nieuwe randweg worden geplaatst.

Overleg politie

Overeenkomstig artikel 24 van het BABW is overleg gepleegd met de korpschef van de politie eenheid Zeeland - West - Brabant.

Besluiten

Op de Randweg Zundert, tussen de Bredaseweg (N263) en de Rucphenseweg (N638), de volgende verkeerstekens te plaatsen:

  • borden model B1 (Voorrangsweg);

  • borden model B6 (Verleen voorrang aan bestuurders op de kruisende weg);

  • bord model C2 (Eenrichtingsweg, in deze richting gesloten voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee);

  • borden model C15 (Gesloten voor fietsen, bromfietsen en gehandicaptenvoertuigen);

  • borden model D1 (Rotonde; verplichte rijrichting);

  • borden model D2 (Gebod voor alle bestuurders het bord voorbij te gaan aan de zijde die de pijl aangeeft);

  • bord model D5 (Gebod tot het volgen van de rijrichting die op het bord is aangegeven);

  • borden model F1 (Verbod voor motovoertuigen om elkaar onderling in te halen);

  • borden model G11 (Verplicht fietspad);

  • borden model G12 (Einde verplicht fietspad);

  • borden model G12a (Fiets/bromfietspad);

  • borden model G12b (Einde fiets/bromfietspad);

  • doorgetrokken strepen;

  • haaientanden;

  • een voetgangersoversteekplaats.

De verkeerstekens zijn weergegeven op de bij dit besluit behorende tekeningen van 4 september 2015 met nummers 0001 tot en met 0005.

‘s-Hertogenbosch, 4 december 2015.

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

Namens deze,

J.H.M. Goossens

Hoofd Beheer en Onderhoud

Bezwaar

Bezwaren tegen dit besluit kunnen binnen zes weken na de bekendmaking van dit besluit worden ingediend bij:

Het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Secretariaat van de hoor- en adviescommissie

Postbus 90151

5200 MC 's-Hertogenbosch

Wij verzoeken u om op de linkerbovenhoek van de envelop het woord "bezwaarschrift" te vermelden.

Het bezwaarschrift moet zijn voorzien van een handtekening, de naam en adres van de indiener, de dagtekening en ons kenmerk van het besluit, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar gericht is en de gronden van het bezwaar.

Daarnaast vragen wij u vriendelijk om uw telefoonnummer te vermelden. Zo kan de provincie, indien aan de orde, u bellen om samen de beste aanpak van behandeling van uw bezwaarschrift te bespreken.

Voor meer informatie over de behandeling van bezwaarschriften verwijzen wij u naar www.brabant.nl/rechtsmiddelen.

Het secretariaat van de Hoor- en adviescommissie is bereikbaar op telefoonnummer (073) 680 83 04, faxnummer (073) 680 76 16 en e-mailadres bezwaar@brabant.nl. Wij wijzen u erop, dat het op dit moment nog niet mogelijk is om bezwaarschriften per e-mail in te dienen, omdat dan de wettelijk voorgeschreven handtekening op het bezwaarschrift ontbreekt.

Voorlopige voorziening

Bovenstaand besluit treedt in werking, ook al wordt een bezwaarschrift ingediend. Het is daarom mogelijk om gelijktijdig met of na het indienen van een bezwaarschrift een zogenaamde “voorlopige voorziening” te vragen bij: de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Oost-Brabant, sector Bestuursrecht, Postbus 70584, 5201 CZ 's-Hertogenbosch.

Een voorlopige voorziening is in feite het nemen van een tijdelijke maatregel, bijvoorbeeld het schorsen van het besluit gedurende de tijd die nodig is om de bezwaren te behandelen en daarop een besluit te nemen. Voorwaarde om zo’n voorlopige voorziening te vragen is, dat er sprake is van spoedeisend belang.

Voor het vragen van een voorlopige voorziening is griffierecht verschuldigd.

Naar boven