Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 23 november 2015, 2015-0000292194, houdende wijziging van het Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit inspecteur-generaal SZW 2012 en het Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit directie Arbeidsomstandigheden 2012

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op artikel 8, eerste lid, van het Besluit taakuitoefening Inspectie Werk en Inkomen, de artikelen 2, onderdeel e, 8, derde lid, aanhef en onderdeel a, en 23, eerste lid, van het Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit SZW 2009 en de artikelen 4, onderdeel l, en 14 van het Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit inspecteur-generaal SZW 2012;

Besluit:

ARTIKEL I

In artikel 14, derde lid, van het Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit inspecteur-generaal SZW 2012 komt de zinsnede ‘, mits de betreffende functionaris daarmee schriftelijk instemt’ te vervallen.

ARTIKEL II

Artikel 6 van het Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit directie Arbeidsomstandigheden 2012 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding ‘1.’ geplaatst.

2. Er worden twee leden toegevoegd, luidende:

  • 2. De teamleiders, ressorterende onder de directeur Arbeidsmarktfraude, alsmede de projectleiders/coördinerend medewerkers, ressorterende onder de directeur Analyse, Programmering en Signalering, die zijn belast met de leiding van inspectieprojecten ter uitvoering van de Arbeidstijdenwet, zijn bevoegd om namens een bewindspersoon besluiten te nemen en handelingen te verrichten die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn, voor zover zij verband houden met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de Arbeidstijdenwet en voor zover zij niet zijn voorbehouden aan een bewindspersoon, de secretaris-generaal, de plaatsvervangend secretaris-generaal, de inspecteur-generaal of de directeur.

  • 3. De projectleiders/coördinerend medewerkers, ressorterende onder de directeur Analyse, Programmering en Signalering, die zijn belast met de leiding van inspectieprojecten ter uitvoering van de Warenwet, zijn bevoegd om namens een bewindspersoon besluiten te nemen en handelingen te verrichten die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn, voor zover zij verband houden met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de Warenwet en voor zover zij niet zijn voorbehouden aan een bewindspersoon, de secretaris-generaal, de plaatsvervangend secretaris-generaal, de inspecteur-generaal of de directeur.

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, en werkt terug tot en met 1 februari 2015.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 23 november 2015

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, namens deze, J.A. van den Bos, inspecteur-generaal Sociale Zaken en Werkgelegenheid

TOELICHTING

Met artikel I van deze wijzigingsregeling komt de zinsnede ‘mits de betreffende functionaris daarmee schriftelijk instemt’ in artikel 14, derde lid, van het Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit inspecteur-generaal SZW 2012 te vervallen. Toestemming van een gemandateerde bij een mandaat, komende van een andere directeur binnen de Inspectie SZW dan die waaronder de gemandateerde ressorteert, is overbodig, gelet op de bedoeling van artikel 10:4 van de Algemene wet bestuursrecht, dat alleen van toepassing is bij mandaat van een ander bestuursorgaan.

De Inspectie SZW heeft besloten dat het gewenst is dat inspecteurs van de directie Arbeidsmarktfraude (AMF) en de directie Analyse, Programmering en Signalering (APS) ook toezicht houden op onderdelen van de naleving van de Arbeidstijdenwet (ATW), welk toezicht behoort tot de verantwoordelijkheden van de directie Arbeidsomstandigheden (ARBO). Door deze maatregel wordt niet alleen de naleving van de ATW vergroot, maar worden indirect ook de mogelijkheden verbeterd om overtredingen van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (WML) te bewijzen. De WML hoort tot de verantwoordelijkheden van de directie AMF. De teamleiders van de directie AMF en de projectleiders/coördinerend medewerkers van de directie APS krijgen in verband daarmee bevoegdheden op het terrein van de ATW. Dit is geregeld in artikel II van deze wijzigingsregeling, waarin een tweede lid wordt toegevoegd aan artikel 6 van het Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit directie Arbeidsomstandigheden 2012.

In het kader van de verdere professionalisering van het projectmatig werken bij de directie ARBO worden aan de projectleiders/coördinerend medewerkers van de projecten, die hun basis hebben bij de afdelingen Programmering & Projecten A en B van de directie APS, bevoegdheden toegekend voor handhavingsprojecten op het terrein van de Warenwet. Dit is geregeld in artikel II van deze wijzigingsregeling, waarin een derde lid wordt toegevoegd aan artikel 6 van het Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit directie Arbeidsomstandigheden 2012.

Bevoegdheden op het terrein van de Arbeidsomstandighedenwet ontlenen de projectleiders/coördinerend medewerkers van de directie APS aan artikel 1.2, vijfde lid, van de Aanwijzingsregeling toezichthoudende ambtenaren en ambtenaren met specifieke uitvoeringstaken op grond van SZW wetgeving, wanneer zij belast zijn met een handhavingsproject op het terrein van de Arbeidsomstandighedenwet. Dat behoeft derhalve geen verdere regeling.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, namens deze, J.A. van den Bos, inspecteur-generaal Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Naar boven