Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 24 oktober 2015, nr. WJZ/831752 (6806) houdende vaststelling van de tarieven van rijksarchiefbescheiden (Regeling tarieven rijksarchiefbescheiden)

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

Gelet op artikel 19 van de Archiefwet 1995;

Besluit:

Artikel 1

Bij het in rekening brengen van kosten als bedoeld in de artikelen 14 en 18, zesde lid, van de Archiefwet 1995 zijn de in de bijlage opgenomen tarieven van toepassing.

Artikel 2

De Regeling tarieven rijksarchiefdienst wordt ingetrokken.

Artikel 3

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling tarieven rijksarchiefbescheiden.

Artikel 4

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2016.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker

BIJLAGE

Nummer	Omschrijving reproductie	€	Toelichting
1	zwart-witkopie A4 zelfbediening	0,20
2	zwart-witkopie A3/folio zelfbediening	0,30
3	zwart-witkopie A4 opdracht	0,50
4	zwart-witkopie A3/folio opdracht	0,60
5	kleurkopie A4 zelfbediening	0,60
6	kleurkopie A3/folio zelfbediening	1,20
7	kleurkopie A4 opdracht	0,90
8	kleurkopie A3/folio opdracht	1,50
9	Zwart-wit kopie A2-A0	15,00
10	kleurkopie A2-A0 Kleur	20,00
11	microfilmprint A4 zelfbediening	0,80
12	microfilmprint A3 zelfbediening	1,20
13	microfilmprint A4 opdracht	1,50
14	microfilmprint A3 opdracht	2,00
15	microfilmprint A2 opdracht	3,00
16	afschrift/uittreksel akte/bijlagen BS	12,10/21,70	Legesbesluit akten BS
17	afschrift/uittreksel akte overig	12,10	Op basis van Legesbesluit akten BS
19	scans in opdracht		Opzoek- en onderzoekskosten
20	scanprint A4/A3 in opdracht		Tarief conform tarieven kopie
21	Opzoekkosten vanaf een kwartier		Op basis van maximaal schaal 5
22	Onderzoek vanaf een kwartier		Op basis van maximaal schaal 10

TOELICHTING

1. Inleiding

Op grond van artikel 19 van de Archiefwet 1995 (Aw) moet de zorgdrager, indien er kosten voor reproducties, afbeeldingen, bewerkingen, het doen van onderzoek e.d., in rekening worden gebracht, voor die kosten een tarievenregeling vaststellen.

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) is zorgdrager voor de rijksarchiefbescheiden. Voor alle rijksarchiefbescheiden, zowel die bij het Nationaal Archief, als bij een Regionaal Historisch Centrum (RHC) berusten, worden dezelfde tarieven in rekening gebracht. In de meeste gemeenschappelijke regelingen voor de RHC’s is vastgelegd dat de andere deelnemende overheden de regeling tarieven van het rijk zullen volgen.

De Tarievenregeling heeft geen betrekking op de raadpleging van de archiefbescheiden `ter plaatse’. Op grond van artikel 14 Aw mogen daarvoor geen kosten in rekening worden gebracht. Met de kosteloze raadpleging wordt gedoeld op raadpleging van de originele archiefbescheiden in hun originele (papieren of digitale) vorm. Ook voor (originele) archiefbescheiden op bijzondere dragers (film) die alleen raadpleegbaar zijn met hulp van apparatuur, worden geen kosten in rekening gebracht. (Kamerstukken II, 1993/94, 22 866, nr. 7, p. 16).

Als de originele archiefbescheiden alleen in kopievorm ter raadpleging worden beschikbaar gesteld, is er sprake van kosteloze raadpleging.

Ook de raadpleging van oorsprong digitale archiefbescheiden is kosteloos.

2. Reikwijdte

De Tarievenregeling voldoet aan de wijziging van de Aw in verband met de implementatie van richtlijn nr. 2013/37/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 tot wijziging van Richtlijn 2003/98/EG inzake het hergebruik van overheidsinformatie (Wet implementatie wijzigingsrichtlijn inzake hergebruik van overheidsinformatie). Dat wil zeggen dat in overeenstemming met de Aw niet meer dan de marginale kosten zullen worden berekend.

Tot de tarieven die worden vastgesteld behoren alleen de kosten die in rekening worden gebracht voor het verveelvoudigen van de (inhoud) van de archiefbescheiden. Het gaat daarbij om afschriften, uittreksels, afbeeldingen en bewerkingen op verzoek en naar eigen keuze van de verzoeker. Ook voor de kosten voor onderzoek worden tarieven vastgesteld.

3. Tarieven

Voor het downloaden van reeds op initiatief van de archiefbewaarplaats zelf gedigitaliseerde archiefbescheiden, wordt geen tarief berekend. Deze digitale reproducties worden kosteloos ter beschikking gesteld. Het gaat immers om reeds door de overheid gefinancierde digitalisering, waar de burger niet (nogmaals) voor hoeft te betalen.

Voor het verkopen door de archiefdiensten van mokken, brillenkokers, pennen en ander materiaal, waarvoor afbeeldingen zijn gebruikt, zal de Tarievenregeling niet van toepassing zijn, omdat het geen producten zijn in de zin van de Aw.

Bij het vaststellen van de tarieven is rekening gehouden met de Handleiding overheidstarieven van het ministerie van Financiën.

Alleen voor incidentele opdrachten tot digitalisering van nog niet digitaal beschikbare archiefbescheiden zullen kosten voor de behandeling in rekening worden gebracht.

Zelfbediening is het maken van reproducties zonder tussenkomst van medewerkers. Voor het maken van scans in de zelfbediening worden geen kosten berekend.

A4 is standaard.

A3 en folio zijn afwijkend.

Opdracht: voor opdrachten voor het maken van kopieën waarvoor onderzoek of opzoeken nodig is, worden handelingskosten in rekening gebracht.

Onder ‘Opzoeken’ wordt verstaan het identificeren van de verblijfplaats van het archiefbestanddeel en het transporteren daarvan ten behoeve van het digitaliseren.

Onder ‘Onderzoek’ wordt verstaan het identificeren van archiefbestanddelen en de te digitaliseren archiefbescheiden daarin in relatie tot de onderzoeksvraag, vaststellen van de verblijfplaats, het vaststellen van het aantal en omvang en materiële staat en het doen van een voorstel voor het digitaliseren van de archiefbescheiden.

Als voor handelingen zoals uitlening kosten worden gemaakt worden deze berekend op basis van de in deze regeling opgenomen opzoek- en/of onderzoekskosten. Ook werkelijk gemaakte kosten voor verzending worden in rekening gebracht.

4. Uitvoerbaarheid

De regeling wordt uitvoerbaar geacht omdat deze in nauw overleg met het Nationaal Archief tot stand is gekomen.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker