Besluit van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 9 oktober 2015, nummer WBV 2015/15, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,

Gelet op de Vreemdelingenwet 2000, het Vreemdelingenbesluit 2000 en het Voorschrift Vreemdelingen 2000;

Besluit:

ARTIKEL I

De Vreemdelingencirculaire 2000 wordt als volgt gewijzigd:

A

Paragraaf C1/2.1 Vreemdelingencirculaire 2000 komt te luiden:

2.1 Algemeen

Aanmelding en indiening van de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd

De vreemdeling geeft in persoon bij de aanmeldunit van de Vreemdelingenpolitie te kennen dat hij een aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd wil indienen. De vreemdelingenpolitie registreert dit verzoek binnen de termijnen als bedoeld in artikel 3.107b Vb.

De vreemdeling dient de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in bij de Vreemdelingenpolitie in het aanmeldcentrum Ter Apel dan wel op een andere door de IND aangewezen locatie. De vreemdeling dient de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd conform artikel 3.108c Vb zo snel mogelijk in nadat de Vreemdelingenpolitie de handelingen in het kader van de vaststelling van de identiteit heeft verricht.

In afwijking van de regel over het indienen van een aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd gelden aparte beleidsregels voor de vreemdeling:

  • die aan de buitengrens heeft aangegeven een aanvraag te willen indienen en aan wie het definitieve besluit omtrent de toegangsweigering is uitgesteld/opgeschort (zie paragraaf C1/2.5 Vc);

  • die een tweede of volgende aanvraag wil indienen (zie paragraaf C1/2.7 Vc);

  • die een last minute aanvraag wil indienen (zie paragraaf C1/2.7 Vc); of

  • aan wie de vrijheid is ontnomen (zie paragraaf C1/2.8 Vc).

De IND merkt de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd die op een ander dan het door de IND aangewezen moment of locatie of op een andere dan de hierboven beschreven wijze wordt ingediend, aan als een onvolledige aanvraag. Een onvolledige aanvraag doet de termijnen van de rust- en voorbereidingstermijn en de asielprocedure niet aanvangen.

Beschikbaarheid tijdens de asielprocedure

De IND verstrekt aan de vreemdeling met het oog op zijn beschikbaarheid tijdens de asielprocedure (inclusief de Dublinprocedure) een aanwijzing door middel van model M117-C. Dit gebeurt op de dag dat de IND een gehoor afneemt in de zin van artikel 5, eerste lid van Verordening (EU) 604/2013. De IND licht de aanwijzing mondeling toe.

De IND beoordeelt op verzoek van de vreemdeling of de beschikbaarheid van de vreemdeling tijdens de asielprocedure nodig is. De beschikbaarheid van de vreemdeling is niet meer nodig als geen processtappen in aanwezigheid van de vreemdeling meer plaatsvinden.

Onderzoek naar de toepasbaarheid van Verordening (EU) 604/2013 (Dublin)

Zodra de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd is ingediend, verstrekt de IND aan de vreemdeling de informatiebrochure ‘Deel A: Informatie over de Dublinverordening voor personen die om internationale bescherming verzoeken’, conform artikel 4 van Verordening (EU) nr. 604/2013 aan de vreemdeling.

Tevens Ook start de IND conform artikel 20, eerste lid van Verordening (EU) 604/2013 met het onderzoek naar welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van die aanvraag.

Ten behoeve Voor van dit onderzoek verricht de IND, de vreemdelingenpolitie en/of de ambtenaar belast met het grenstoezicht onderzoek naar de vingerafdrukken van de vreemdeling in EU VIS en EURODAC.

Ten behoeve In het kader van dit onderzoek neemt de IND een gehoor af in de zin van artikel 5, eerste lid van Verordening (EU) 604/2013. Tijdens dit gehoor biedt de IND de vreemdeling de mogelijkheid om de volgens artikel 4 Verordening (EU) 604/2013 aan hem verstrekte informatie juist te begrijpen; stelt de IND in ieder geval vragen in het kader van Verordening (EU) 604/2013; en informeert de IND de vreemdeling over de resultaten van het onderzoek naar de vingerafdrukken van de vreemdeling. De IND kan aan de vreemdeling een aantal vragen stellen over de resultaten van het onderzoek in Eurodac en EU VIS. Wanneer de vreemdeling de toegang is geweigerd of in bewaring is gesteld, kan ook de Vreemdelingenpolitie of de ambtenaar belast met de grensbewaking de vreemdeling horen in het kader van Verordening (EU) 604/2013.

Zodra er concrete aanwijzingen zijn dat een ander land verantwoordelijk is voor de behandeling van de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, verstrekt de IND aan de vreemdeling de informatiebrochure ‘Deel B: De Dublinprocedure – informatie voor personen die om internationale bescherming verzoeken en zich in een Dublinprocedure bevinden, conform artikel 4 van Verordening (EU) Nr. 604/2013’. Als de folder tijdens het gehoor wordt uitgereikt, wordt de vreemdeling in de gelegenheid gesteld de brochure te lezen.

Als er concrete aanwijzingen zijn dat een ander land verantwoordelijk is voor de behandeling van de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd of als deze tijdens het gehoor naar voren komen, vraagt de IND de vreemdeling tijdens dit gehoor, conform artikel 30, tweede lid Vw, naar zijn eventuele bezwaren tegen overdracht naar de verantwoordelijke lidstaat.

Het rapport van gehoor wordt uiterlijk tegelijkertijd met het voornemen bekend gemaakt aan de vreemdeling.

Indien de aanvraag vermoedelijk niet in behandeling zal worden genomen op grond van artikel 30 Vw, behandelt de IND de aanvraag conform artikel 3.109c Vb in de Dublinprocedure (zie paragraaf C1/2.6 Vc).

B

Paragraaf C1/2.3 Vreemdelingencirculaire 2000 komt te luiden:

2.3 De algemene asielprocedure

De algemene asielprocedure

Het verloop van de algemene asielprocedure is geregeld in de artikelen 3.112 tot en met 3.115 Vb.

De IND behandelt een aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene asielprocedure als geen tijdrovend onderzoek noodzakelijk is voor de beoordeling van de aanvraag.

Tijdrovend onderzoek is onderzoek waarbij de resultaten van het onderzoek niet tijdens de algemene asielprocedure verwacht worden.

De IND beoordeelt of de behandeling van de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene asielprocedure of verlengde asielprocedure plaatsvindt, nadat in de algemene asielprocedure een nader gehoor van de vreemdeling is afgenomen en de IND de vreemdeling de dag erna in de gelegenheid heeft gesteld correcties en aanvullingen op het nader gehoor in te dienen.

Op deze regel zijn enkele uitzonderingen van toepassing, die zijn beschreven in paragraaf C1/2.4 Vc.

Het niet nakomen van de aanwijzingen

Als de vreemdeling zonder voorafgaande kennisgeving niet op zijn afspraak is verschenen en/of zich niet heeft gehouden aan de aanwijzingen uit het model M117-C, dan neemt de IND, indien mogelijk, hierover contact op met de vreemdeling of diens gemachtigde om navraag te doen naar de redenen hiervoor. Indien de vreemdeling niet bereikbaar is en/of diens verblijfsplaats niet bekend is, dan brengt de IND een voornemen tot buiten behandeling stelling uit (zie paragraaf C2/8 Vc) onder gelijktijdige verlenging van de algemene asielprocedure (zie paragraaf C1/2.3 Vc onder ‘verlenging van de asielprocedure’ en ‘verdwenen of zonder toestemming vertrokken’). De IND trekt het voornemen tot buiten behandeling stelling in indien de vreemdeling zich binnen de in het voornemen gestelde termijn opnieuw meldt bij het aanmeldcentrum en zich beschikbaar stelt voor een voortzetting van de behandeling van de aanvraag in de algemene asielprocedure.

Termijnen in de algemene asielprocedure

Het Vreemdelingenbesluit bevat diverse procedurele bepalingen waarin is vastgelegd welke handelingen de IND dan wel de vreemdeling op een dag verrichten. Onder een dag wordt verstaan een kalenderdag die loopt van 0.00 uur tot 24.00 uur.

Voor de termijnen van de algemene asielprocedure tellen op grond van artikel 3.42 VV de dagen gedurende het weekend, Goede Vrijdag en blokdagen mee.

Anders dan in de algemene asielprocedure, tellen de dagen gedurende het weekend, Goede Vrijdag en blokdagen niet mee voor de termijnen van de ééndagstoets asiel. Wanneer de behandeling van de tweede of volgende aanvraag op grond van artikel 3.118b, vierde lid Vb wordt voortgezet in de algemene asielprocedure tellen de dagen gedurende het weekend, Goede Vrijdag en blokdagen wel mee.

De termijnen als bedoeld in artikel 3.110 Vb, 3.112 tot en met 3.115 Vb en 3.118b vierde, vijfde en zesde lid, Vb, zijn bindend voor de IND en de vreemdeling.

De IND behandelt de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de verlengde asielprocedure, als de IND de termijnen van de algemene asielprocedure heeft overschreden.

De IND behandelt de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene asielprocedure, als de vreemdeling de termijnen van de algemene asielprocedure heeft overschreden.

Verlenging van de algemene asielprocedure

De IND maakt terughoudend gebruik van de mogelijkheid in artikel 3.115, eerste lid Vb, om de termijnen van de algemene asielprocedure te verlengen.

De IND houdt bij verlenging van de termijnen van de algemene asielprocedure de gebruikelijke volgorde van processtappen binnen de algemene asielprocedure aan.

De IND kan besluiten de eerdere processtappen van de algemene asielprocedure opnieuw uit te voeren, als de vreemdeling zijn verklaringen op essentiële onderdelen wijzigt of aanvult.

De IND mag de termijnen in de algemene asielprocedure meerdere keren verlengen, zolang de IND het besluit op de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd volgens artikel 3.115, zesde lid, Vb uiterlijk op de veertiende, de zestiende of de tweeëntwintigste dag van de algemene asielprocedure uitreikt aan de vreemdeling.

De IND past deze beleidsregels bij verlenging van de termijnen op grond van artikel 3.118b, vijfde lid, Vb overeenkomstig toe, met dien verstande dat de IND de beschikking uiterlijk op de twaalfde, de veertiende of de twintigste dag van de algemene asielprocedure uitreikt.

Niet toerekenbare termijnoverschrijding/verzoek met redenen omkleed

De IND kan de termijnen van de algemene asielprocedure in ieder geval verlengen op grond van artikel 3.115, eerste lid aanhef en onder a of b, Vb, als:

  • een tolk onverwacht ziek wordt en er, ondanks inspanningen van de IND en de Raad voor Rechtsbijstand, geen andere tolk beschikbaar is;

  • de vreemdeling een bezoek moet brengen aan een dokter in het kader van curatieve zorg;

  • de vreemdeling aan wie op grond van artikel 6, 6a of 59a of 59b Vw een vrijheidsontnemende maatregel is opgelegd of die in bewaring is gesteld voor de rechtbank moet verschijnen; of

  • de vreemdeling die tijdens de rust- en voorbereidingstermijn geen toestemming heeft verleend voor een medisch advies, alsnog een medisch advies als bedoeld in artikel 3.109, zesde lid,Vb krijgt.

De vreemdeling dient het verzoek om verlenging van de termijnen van de algemene asielprocedure schriftelijk bij de IND in, onder vermelding van de redenen van het verzoek.

Als de IND besluit het verzoek van de vreemdeling om verlenging van de termijnen van de algemene asielprocedure niet te honoreren, krijgt de vreemdeling mondeling bericht van de IND.

De IND motiveert in het voornemen of in het besluit op de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, waarom geen aanleiding bestaat om de verlenging van de termijnen van de algemene asielprocedure toe te staan.

Nader onderzoek naar de identiteit of nationaliteit van de vreemdeling

De IND kan de termijnen van de algemene asielprocedure in ieder geval verlengen op grond van artikel 3.115, eerste lid, aanhef en onder c, Vb, als:

  • de vreemdeling tijdens de algemene asielprocedure een andere identiteit of nationaliteit opgeeft dan tijdens de rust- en voorbereidingstermijn;

  • er op basis van het eerste of het nader gehoor van de vreemdeling twijfels rijzen over de leeftijd die de vreemdeling heeft opgegeven en er aanleiding bestaat om een leeftijdsonderzoek aan de vreemdeling aan te bieden (zie paragraaf C1/2.2 Vc);

  • er tijdens de algemene asielprocedure (alsnog) reis- of identiteitsdocumenten door de vreemdeling worden overgelegd en de IND van oordeel is dat nader onderzoek naar deze documenten moet plaatsvinden.

Essentiële wijziging of aanvulling van eerder afgelegde verklaringen

De IND kan de termijnen van de algemene asielprocedure verlengen op grond van artikel 3.115, eerste lid, aanhef en onder d, Vb, als de IND door de gewijzigde verklaringen van de vreemdeling:

  • de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd opnieuw moet beoordelen;

  • de vreemdeling opnieuw een eerste of nader gehoor moet afnemen;

  • zonder verlenging van de termijnen van de algemene asielprocedure de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet kan afwijzen op grond van de omstandigheid dat het asielrelaas van de vreemdeling ongeloofwaardig wordt geacht.

Medisch onderzoek als bedoeld in artikel 3.109e Vb

De IND kan de termijnen van de algemene asielprocedure in ieder geval verlengen op grond van artikel 3.115, eerste lid, aanhef en onder f, Vb, als het medisch onderzoek als bedoeld in artikel 3.109e Vb naar verwachting binnen die verlengde termijnen kan worden afgerond.

Verdwenen of zonder toestemming vertrokken

De IND kan de termijnen van de algemene asielprocedure in ieder geval verlengen op grond van artikel 3.115, eerst lid, aanhef en onder g Vb, als de vreemdeling zich niet heeft gehouden aan de aanwijzingen in model M117-C en/of zonder voorafgaande kennisgeving niet op zijn afspraak in het aanmeldcentrum is verschenen (zie ook paragraaf C1/2.1 Vc onder ‘Beschikbaarheid tijdens de asielprocedure’ en paragraaf C1/2.3 ‘Het niet nakomen van de aanwijzingen’).

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van 19 oktober 2015.

Dit besluit zal (met de toelichting) in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 9 oktober 2015

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, voor deze, de directeur-generaal Vreemdelingenzaken, J.C. Goet

TOELICHTING

ALGEMEEN

Op 19 oktober 2015 treedt de 138ste wijziging van het Voorschrift Vreemdelingen 2000 in werking. In artikel 3.42 VV is geregeld dat voor de termijnen van de algemene asielprocedure ook de dagen in het weekend en de aan algemeen erkende feestdagen gelijkgestelde dagen (Goede Vrijdag en zogenoemde blokdagen) meetellen. Alleen algemeen erkende feestdagen tellen voor de termijnen van de algemene asielprocedure niet mee. Deze weekendopenstelling heeft alleen gevolgen voor de zogenoemde land-aanmeldcentra. Op aanmeldcentrum Schiphol (365 dagen per jaar operationeel) blijft de praktijk ongewijzigd.

In 2015 heeft Nederland te maken met een forse stijging van het aantal asielaanvragen. Deze verhoogde asielinstroom plaatst de vreemdelingenketen voor grote uitdagingen qua capaciteit. Er is al een veelheid aan maatregelen getroffen om deze situatie het hoofd te bieden. Deze maatregelen zijn onder meer gericht op uitbreiding van de benodigde capaciteit (opvangplekken, personeel, tolken, voorzieningen als gebouwen, hoorkamers et cetera) en een efficiëntere inrichting van de werkprocessen. Ook worden extra locaties (zogenaamde aanmeldstraten) ingericht, als onderdeel van aanmeldcentrum Ter Apel, om meer ruimte en capaciteit te creëren voor de registratie en identificatie van asielzoekers. De registratie en identificatie van asielzoekers, en daarmee ook de indiening van de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, kan op deze manier niet alleen in aanmeldcentrum Ter Apel plaatsvinden, maar ook op andere locaties in Nederland waar de identificatie en registratie van asielzoekers plaatsvindt.

Per 19 oktober 2015 wordt de weekendopenstelling aan voornoemde maatregelen toegevoegd. Doel van deze maatregel is om de wachttijden voor asielzoekers in de rust- en voorbereidingstermijn en in de verlengde asielprocedure te reduceren en om effectiever gebruik te kunnen maken van de beschikbare tolkencapaciteit.

Deze maatregel treedt in werking met ingang van 19 oktober 2015. Dit betekent dat het weekend van 24 en 25 oktober 2015 het eerste weekend is waarin de termijnen van de algemene asielprocedure doortellen. Deze beleidswijziging is van toepassing op alle asielaanvragen die op dat moment worden behandeld in de algemene asielprocedure, ongeacht de datum waarop de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd is ingediend.

ARTIKELSGEWIJS

A

Dit betreft een wijziging naar aanleiding van de inrichting van extra locaties (zogenoemde aanmeldstraten), als onderdeel van aanmeldcentrum Ter Apel, voor de identificatie en registratie van asielzoekers. De asielzoeker dient een aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in op de locatie waar hij is geïdentificeerd en geregistreerd.

B

Op grond van artikel 3.42 VV tellen voor de termijnen van de algemene asielprocedure ook de dagen in het weekend, Goede Vrijdag en zogenoemde blokdagen mee. Alleen algemeen erkende feestdagen tellen voor de termijnen van de algemene asielprocedure niet mee. De weekenden, feestdagen, Goede Vrijdag en blokdagen tellen echter niet mee voor de termijnen van de ééndagstoets asiel bedoeld in artikel 3.118b Vb. Op dit punt is de tekst van de Vreemdelingencirculaire verduidelijkt.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, voor deze, de directeur-generaal Vreemdelingenzaken, J.C. Goet

Naar boven