Inkomstenbelasting. Kapitaalverzekering eigen woning, spaarrekening eigen woning, beleggingsrecht eigen woning en vóór 2001 bestaande kapitaalverzekeringen in box 3; Wijziging van het besluit van 6 december 2014, nr. BLKB 2014/1763M

29 september 2015

nr. BLKB2015/464M

Belastingdienst/Directie Vaktechniek Belastingen

De Staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.

Dit besluit wijzigt het besluit over de kapitaalverzekering eigen woning, spaarrekening eigen woning, beleggingsrecht eigen woning en vóór 2001 bestaande kapitaalverzekeringen in box 3 van 6 december 2014, BLKB 2014/1763M. De wijziging betreft een goedkeuring voor een overschrijding van de bandbreedte van een Brede Herwaarderingskapitaalverzekering, KEW, SEW of BEW door regelmatig voorkomende fouten die binnen het bestaande beleid niet kunnen worden hersteld. Daarnaast wordt een verkeerde datum in het besluit van 6 december 2014 hersteld.

Het besluit van 6 december 2014, nr. BLKB 2014/1763M laatstelijk gewijzigd bij besluit van 17 december 2014, nr. BLKB2014/2168M, wordt gewijzigd als volgt.

ARTIKEL I

A

In ‘1. Inleiding’ wordt in de vijfde alinea na het vierde gedachtestreepje van de opsomming een gedachtestreepje ingevoegd, luidende:

  • Overschrijding bandbreedte door fouten met de premiebetaling bij een KEW (3.1.1.);

B

Paragraaf 3.1.1. tot en met 3.1.7. worden vernummerd tot paragraaf 3.1.2. tot en met 3.1.8.

C

Na paragraaf 3.1. wordt paragraaf 3.1.1. (nieuw) ingevoegd, luidende:

3.1.1. Overschrijding bandbreedte door fouten met de premiebetaling bij een KEW (geldt ook voor SEW, BEW en Brede Herwaarderingskapitaalverzekering)

In de praktijk worden regelmatig dezelfde typen fouten gemaakt ten aanzien van de premiebetalingen voor een KEW. Een veelvoorkomende fout houdt in dat abusievelijk in een verzekeringsjaar zowel een hoge premie – factor 10 – als de reguliere jaarpremie – factor 1 – is voldaan. In de andere verzekeringsjaren is alleen de reguliere premie voldaan. De reguliere premie bedraagt dan minder dan 1/11 van de totale premie die in het jaar met de hoge storting is voldaan. De KEW heeft dan feitelijk vanaf het jaar waarin de hoge storting is gedaan, niet voldaan aan de voorwaarden voor vrijstelling. Daarnaast komen ook andere typen fouten voor waarin de bandbreedte in een verzekeringsjaar in geringe mate wordt overschreden. Uit de overeenkomst blijkt dat beoogd is de bandbreedte na te streven, maar onbewust is een fout gemaakt. De reguliere premie bedraagt dan minder dan 1/10 van de totale premie die in het jaar met de hoge storting is voldaan. Het gaat hierbij om een incidentele fout.

Deze fouten komen over het algemeen pas vele jaren later naar voren. Omdat deze fouten in het verleden hebben plaatsgevonden, bestaat er geen mogelijkheid meer van fiscaal herstel op grond van andere goedkeuringen in dit besluit.

Voor een KEW is het gevolg dat de KEW in het jaar van de fout fictief tot uitkering komt, dat ter zake geen vrijstelling kan gelden en dat de kapitaalverzekering tot box 3 gaat behoren. Voor een Brede Herwaarderingskapitaalverzekering leiden de gemaakte fouten ertoe dat de bijzondere waardevrijstelling in box 3 niet van toepassing is en de kapitaalsuitkering niet meer kan zijn vrijgesteld in box 1.

In beide gevallen kan de aflossing van een in samenhang met de verzekering aangegane eigenwoningschuld problematisch worden. In dit kader acht ik de geschetste fiscale gevolgen ongewenst. Daarom keur ik op grond van artikel 63 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (hardheidsclausule) het volgende goed.

Goedkeuring

Ik keur onder de volgende voorwaarden goed dat de hiervoor beschreven fouten die zijn gemaakt bij (de hoogte van) de premiebetalingen niet tot gevolg hebben dat de KEW achteraf bezien niet aan de wettelijke bandbreedte-eis heeft voldaan. Verzekeraars en financiële instellingen mogen hier vanuit gaan zonder een verklaring van de inspecteur.

Ik keur in dit verband ook goed dat artikel 45aa, onderdeel c, van de Uitv. Reg. IB 2001 niet van toepassing is, als de belastingplichtige verzoekt om ambtshalve vermindering van de aanslag waarin de fiscale gevolgen van de fout is opgenomen.

Voorwaarden

Ik stel hierbij de volgende voorwaarden:

  • Als gevolg van de incidentele fout wordt in het betreffende verzekeringsjaar een bandbreedte van 1: 11 niet overschreden;

  • De KEW voldoet aan de overige voorwaarden die de Wet IB 2001 aan de vrijstelling stelt. Voor een Brede Herwaarderingskapitaalverzekering geldt dat deze voldoet aan de overige voorwaarden die de Invoeringswet en de Wet IB 1964 aan de vrijstelling stellen.

D

In paragraaf 6.2, laatste volzin, wordt ‘31 maart 2014’ vervangen door ‘31 maart 2013’.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst. Dit besluit wordt in de Staatscourant gepubliceerd.

Den Haag, 29 september 2015

De Staatssecretaris van Financiën, namens deze, J. de Blieck Lid van het managementteam Belastingdienst

Naar boven