Rectificatie: Regeling van de Minister van Veiligheid en Justitie van 10 september 2015, nr. DGP/ARBVW 2015-677867, tot wijziging van de Regeling tegemoetkoming rechtskundige hulp politie in verband met de jaarlijkse indexering van bedragen aan de prijsontwikkeling

De Minister van Veiligheid en Justitie,

Gelet op artikel 69a, zesde lid, van het Besluit algemene rechtspositie politie en artikel 22a, zesde lid, van het Besluit rechtspositie vrijwillige politie;

Besluit:

ARTIKEL I

In artikel 2, derde lid, van de Regeling tegemoetkoming rechtskundige hulp politie wordt ‘€ 155,45’ vervangen door: ‘€ 153,63’.

ARTKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 oktober 2015.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur

TOELICHTING

In artikel 2, tweede en derde lid, van de Regeling tegemoetkoming rechtskundige hulp politie wordt aangegeven welke maximale en minimale vergoeding geldt, indien de ambtenaar gebruik maakt van een eigen advocaat of raadsman, al dan niet via de vakbond. Hiervoor gelden de daadwerkelijke kosten van de huisadvocaat als het maximale bedrag van de tegemoetkoming waarop men recht heeft bij een zelf gekozen advocaat of raadsman. Deze bedragen kunnen per geografisch gebied verschillen. In het geval er sprake is van een werkgeversverzekering voor rechtsbijstand geldt een andere maatstaf voor de maximale vergoeding. Omdat in die situatie de kosten voor de inzet van een raadsman niet eenduidig tot een uurtarief zijn te herleiden, is in de regeling bepaald dat het maximaal te hanteren uurtarief voor een advocaat naar keuze of een raadsman via de vakbond in 2008 ten hoogste € 150,– per uur bedroeg. Het maximumtarief wordt jaarlijks geïndexeerd aan de hand van de prijsindex voor rechtskundige diensten van het Centraal Bureau voor de Statistiek van het voorgaande jaar.

Het CBS gebruikt het jaar 2010 als referentiekader (=100). Voor de indexatie per 1 oktober 2015 wordt het indexcijfer van het jaar 2014 gebruikt. Het indexcijfer voor 2014 is 101,5. Dat is minder ten opzichte van het jaar 2013 waarin het indexcijfer 102,7 bedraagt. Het verschil tussen beide jaren zorgt voor een negatieve bijstelling van het bedrag per uur. Hierdoor luidt het nieuwe bedrag per 1 oktober 2015 € 153,63 per uur.

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur

Naar boven