Verkeersbesluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland, nr. 674127/674171, tot verwijdering en plaatsing van diverse borden van bijlage I van het RVV 1990 op de N200 (Zeeweg) in de gemeente Bloemendaal.
Logo Noord-Holland
 
 
Aanleiding
In de maand september van dit jaar (2015) zal groot onderhoud worden gepleegd aan de N200, plaatselijk genaamd Zeeweg, in de gemeente Bloemendaal.
Van de gelegenheid zal onder andere gebruik worden gemaakt om de juridische status en het gewenste gebruik van de langs de Zeeweg gelegen fietspaden te versimpelen en te verduidelijken en het snelheidsregiem van 50 km/h ter hoogte van de ingang van het bezoekerscentrum van de Kennemerduinen (Koevlak) over enige afstand te verlengen. Verder zal de bordensituatie op de Zeeweg waar mogelijk worden gesaneerd door borden te verwijderen waarvoor de juridische en verkeerstechnische grondslag ontbreekt.
 
Overwegingen
 
(Brom)fietspaden
In de huidige situatie is de bestemming van de langs de Zeeweg gelegen (brom)fietspaden als volgt geregeld. Het noordelijk fietspad mag in twee richtingen worden gebruikt door fietsers en door bromfietsers alleen in westelijke richting.
Het zuidelijk (brom)fietspad mag ook in twee richtingen worden gebruikt door fietsers en door bromfietsers alleen in oostelijke richting. Deze bestemming is geregeld in onze besluiten van 25 mei 1998, nr. 98900604 en van 8 juli 2002, nr. 2002-19614.
 
In de praktijk is gebleken dat de situatie voor bromfietsers niet duidelijk is en dat zij regelmatig tegen de richting in van de paden gebruik maken. Met name op het noordelijk en drukste fiets- en bromfietspad levert dit irritaties op onder de weggebruikers en leidt het soms tot gevaarlijke situaties. In overleg met de politie en de Fietsersbond is gekeken of de bestemming van deze paden beter kan worden geregeld door het noordelijk fietspad zoveel mogelijk door fietsers te laten gebruiken en het minder drukke fietspad aan de zuidzijde van de Zeeweg door bromfietsers. Uiteindelijk heeft dit geleid tot de volgende keuzes.
 
Het noordelijke fietspad tussen de aansluiting van de oostelijke oversteekplaats bij de rotonde Brouwerskolkweg in Overveen en de aansluiting van de Parnassiaweg bij de Kop Zeeweg in beide richtingen wordt aangeduid als fietspad met bord G11 van bijlage I van het RVV 1990. Bij de druk bezochte bestemmingen die voor de bromfietsers bereikbaar moet blijven zal deze categorie over beperkte lengte op het fietspad worden toegelaten door de plaatsing van een onderbord (toepassing artikel 8, lid 2 onder e van het BABW). Het gaat om de bestemmingen ingang bezoekerscentrum Kennemerduinen (Koevlak), ingang camping Bloemendaal en ingang camping De Lakens.
 
Het zuidelijke (brom)fietspad tussen de oostzijde van de uitrit van perceel Zeeweg nr. 3 (het Pannenkoekenhuis) in Overveen en de Kop van de Zeeweg wordt in beide richtingen aangeduid als (brom)fietspad met borden G12a van eerdergenoemde bijlage.
 
De provinciale beheergrens van het zuidelijk (brom)fietspad ten oosten van de uitrit van het Pannenkoekenhuis eindigt na enkele tientallen meters bij de grens van de bebouwde kom (Wegenverkeerswet 1994). Omdat bromfietsers binnen de bebouwde kom de rijbaan moeten gebruiken zullen zij ergens van het bromfietspad naar de rijbaan moeten worden geleid. Een goede locatie hiervoor is de uitrit van het Pannenkoekenhuis. De uitrit ligt op een overzichtelijke locatie en dicht bij de rotonde. De rijsnelheid van het gemotoriseerde verkeer op de rijbaan is hier laag waardoor bestuurders goed de gelegenheid hebben om op elkaar te anticiperen.
Bromfietsers zullen met een verwijzingsbordje worden verwezen naar de rijbaan en de bestemming van het fietspad ten oosten van de uitrit zal worden gewijzigd van bromfietspad naar fietspad. Dat gebeurt door het huidige bord G12a te vervangen door bord G11 van meergenoemde bijlage.
 
Snelheidsregime noordelijke rijbaan nabij ingang natuurpark De Kennemerduinen
De Zeeweg in Bloemendaal is een dubbelbaans weg met elk twee rijstroken en ligt buiten de bebouwde kom (Wegenverkeerswet 1994) van de gemeente Bloemendaal. Op deze weg geldt de algemene snelheidslimiet van 80 km/h.
Bij ons besluit van 16 januari 1996, nr. 95-901668 hebben wij op  de noordelijke rijbaan (bestemd voor verkeer richting Zandvoort) tussen de grens van de bebouwde kom “Overveen” en een punt op 150 m ten westen van de ingang van bezoekerscentrum van de Kennemerduinen (Koevlak) een snelheidsbeperking ingesteld van 50 km/h. Ter ondersteuning van deze snelheidsbeperking werd de rijbaan ter plaatse van het 50 km regime versmald tot 1 rijstrook. Het doel van deze maatregelen was om de uitwisseling van het verkeer bij en rondom de ingang van het bezoekerscentrum veiliger te maken.
 
Op ongeveer 250 m ten westen van de ingang van het bezoekerscentrum sluit op de noordelijke rijbaan een toegangsweg aan van een appartementencomplex (perceel Zeeweg nrs. 14 t/m 24). Bewoners van dit complex hebben aangegeven dat zij regelmatig problemen hebben om hun uitrit veilig op en af te rijden. De oorzaak daarvan is dat de locatie van de uitrit zich bevindt op vrij korte afstand van het punt waar de snelheidsbeperking van 50 km/h eindigt en waar de rijbaan weer van 1 rijstrook over gaat naar 2 rijstroken. Deze wijziging in het wegbeeld prikkelt weggebruikers om weer snelheid te maken. Vervolgens worden zij onverwachts geconfronteerd met voertuigen die juist de snelheid verlagen om de inrit van het appartementencomplex in te kunnen rijden. De snelheidsverschillen en remmanoeuvres die daardoor ontstaan leveren soms gevaarlijke situaties op.
 
Om deze situatie veiliger te maken zal het 50 km regime en de versmalde rijstrook in westelijke richting worden verlengd tot na de ingang van het appartementencomplex. Voor de weggebruiker zal dit worden aangeduid door plaatsing van bord A1 (50 km) van bijlage I van het RVV 1990 ten westen van de ingang van het bezoekerscentrum.   
 
Voorrangssituatie fietsers rotonde Kruising Zeeweg met Brouwerskolkweg
Op de kruising van de zuidelijke (brom)fietsoversteek bij de rotonde Brouwerskolkweg geldt nu een voorrangsregeling waarbij het verkeer van en naar de rijbaan van de rotonde voorrang moet verlenen aan de het (brom)fietsverkeer. Dit geregeld bij ons besluit van 20 januari 2000, nr. 20001629. In de praktijk blijkt dit toch geen logische oplossing te zijn, omdat op de andere fietsoversteken van dezelfde rotonde de (brom)fietsers wel voorrang moeten verlenen aan het kruisende verkeer. In de landelijke richtlijnen (CROW) wordt in het belang van de uniformiteit aanbevolen om op rotondes buiten de bebouwde kom (brom)fietsers uit de voorrang te houden. Ook speelt mee dat naar onze mening voor de doorstroming en veiligheid op de Zeeweg een vlotte verkeersafwikkeling op de rijbaan van de rotonde belangrijker is dan de doorstroming of het comfort op het fietspad.
Gelet op de landelijke richtlijnen en in het belang van uniformiteit van de voorrangsregelingen op de rotonde zal nu ook op de oversteek in de Brouwerskolkweg de voorrang met borden en haaientanden worden geregeld ten gunste van het verkeer op de rijbaan van en naar de rotonde.
Ons besluit van 20 januari 2000, nr. 20001629, zal hierop moeten worden aangepast.
 
Sanering verkeersborden
Op grond van ons besluit van 16 februari 1988, nr. 325, geldt voor de Zeeweg een verbod om stil te staan. Dit verbod is ooit ingesteld omdat de bermen vaak als parkeergelegenheid werd gebruikt tijdens drukke zomerse dagen. Uit oogpunt van verkeersveiligheid en doorstroming was dat een ongewenste situatie.
Inmiddels zijn de bermen dusdanig met zandwallen, struiken en bomen ingericht dat op grote delen stilstaan of parkeren in de berm vrijwel onmogelijk is. Daarnaast is in de afgelopen jaren aan de Kop Zeeweg en op Boulevard Barnaart de parkeergelegenheid uitgebreid. In de praktijk blijkt dat parkeren in de berm vrijwel nooit meer voorkomt op het deel van de Zeeweg ten oosten van het parkeerterrein en de toegang naar Restaurant De Bokkedoorns (perceel Zeeweg nr. 53) . Gelet hierop bestaat er aanleiding om voor dit deel van de Zeeweg het verbod om stil te staan in te trekken en de deswege geplaatste borden E2 te verwijderen.
 
Op de Kop van de Zeeweg geldt al tientallen jaren een snelheidsbeperking van 50 km/h. Dit heeft te maken met het karakter van Bloemendaal aan Zee als een soort verblijfsgebied.
Enige jaren terug is op ongeveer 300m ten oosten van de Kop Zeeweg, tegenover de ingang van Camping De Lakens,  op de zuidelijke rijbaan een bushalte gerealiseerd. Met het oog op de veiligheid van overstekende buspassagiers is toen het snelheidsregime van 50 km/h op de Kop Zeeweg in oostelijke richting verlengd tot voorbij de bushalte. Daartoe is destijds bord A2 (einde 50) in oostelijke richting verplaatst en bord A1/50 km geplaatst. Aan die maatregel ligt geen verkeersbesluit ten grondslag.
Onlangs is uit snelheidsmetingen gebleken dat dat de gereden snelheid tientallen km/h hoger ligt dan de met borden A1 aangeduide 50 km. De oorzaak is dat het wegbeeld niet overeenstemt met een snelheidslimiet van 50 km/h. Daardoor is deze snelheidsbeperking niet geloofwaardig en heeft de maatregel geen effect. Gelet hierop zal het bord A1/50 km worden verwijderd en het bord “einde 50” weer worden teruggeplaatst op de oorspronkelijke locatie.
Omdat het met deze borden aangeduide 50 km regime op de zuidelijke rijbaan doorliep tot na de bocht ter hoogte van hmp. 2.7 is destijds het bord A4, dat een adviessnelheid aanduidde van 60 km/h,  verwijderd. Nu de uitbreiding van het 50 km snelheidsregime weer wordt teruggebracht tot het oorspronkelijke punt (Kop Zeeweg) zal de adviessnelheid weer moeten worden teruggeplaatst. Deze adviessnelheid is samen met de adviessnelheid voor de andere bochten in de Zeeweg geregeld in ons besluit van 16 januari 1996, nr. 95-901668.
 
Noodzaak en doelstelling verkeersbesluit
Op grond van artikel 15, lid 1 van de Wegenverkeerswet 1994 en artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) moet voor de plaatsing en verwijdering van de hiervoor beschreven borden en onderborden een verkeersbesluit worden genomen. De doelstelling van dit verkeersbesluit is een vlotte en veilige afwikkeling van het verkeer zoveel mogelijk te waarborgen. Dit belang is genoemd in artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994.
 
Verplicht overleg
Over een verkeersbesluit moet op grond van artikel 24 van het BABW overleg worden gevoerd met de nationale politie. De daartoe gemachtigde medewerker verkeersadvisering van politie heeft ingestemd met de maatregelen.
De maatregel om ter hoogte van Zeeweg nr. 3 (Pannenkoekenhuis) de bromfietser op het zuidelijk (brom)fietspad naar de rijbaan te sturen beïnvloedt het verkeersgebruik van de aansluitende delen van het fietspad en de rijbaan die bij de gemeente Bloemendaal in beheer zijn. Daarom is de mening van deze gemeente gevraagd over deze maatregel. De gemeente heeft aangegeven dat tegen deze maatregel geen bezwaar bestaat.
 
Bevoegdheid
De N200 is in beheer bij de provincie Noord-Holland. Daarom zijn wij (Gedeputeerde Staten van Noord-Holland) op grond van artikel 18, lid 1, sub b, van de Wegenverkeerswet 1994 het bevoegde bestuursorgaan om dit verkeersbesluit te nemen.
 
BESLUIT
Gelet op voorgaande besluiten wij:
 
  • A.
    Door verwijdering en plaatsing van borden G11 en G12a (waar nodig voorzien van onderborden die de richting aangeven: OB501, OB502 en OB505) van bijlage I van het RVV 1990 op de voor fietsers en bromfietsers bestemde paden langs de N200 (Zeeweg) te Bloemendaal de bestemming van deze paden als volgt te regelen:
  •  
    • 1.
      het zuidelijk pad voor (brom)fietsers bestemde pad tussen de aansluiting van de uitrit van perceel Zeeweg nr. 3 (Pannenkoekenhuis) te Overveen en de aansluiting aan de busbaan bij de Kop Zeeweg in beide richtingen aan te duiden als (brom)fietspad (bord G12a).
    • 2.
      het noordelijk voor fietsers bestemde pad tussen de oostelijke oversteekplaats in de rotonde bij de aansluiting Brouwerskolkweg en de aansluiting van de Parnassiaweg bij de Kop van de Zeeweg in beide richtingen aan te duiden als (verplicht) fietspad (bord G11).
    • 3.
      door plaatsing van onderborden onder borden G11 op het noordelijke fietspad het gebruik door bromfietsen toe te staan (toepassing artikel 8, lid 2, onder e van het BABW) op de volgende gedeelten:
      • a.
        tussen de met verkeerslichten geregelde fietsoversteek nabij de ingang van het bezoekerscentrum van de Kennemerduinen (Koevlak) en deze ingang (onderbord met pictogram “bromfiets” en de tekst “50 m toegestaan”);
      • b.
        Tussen de aansluiting van de Parnassiaweg (nabij  Kop van de Zeeweg) en de ingang van Camping Bloemendaal (onderbord met pictogram “bromfiets” , tekst : “bestemming”, pictogram “camping” , tekst: “toegestaan”.
    • 4.
      het zuidelijk (brom)fietspad ten oosten van de uitrit van het perceel Zeeweg nr. 3 (Pannenkoekenhuis) te Overveen aan te duiden als (verplicht) fietspad (bord G11).
 
  • B.
    Door verwijdering en plaatsing van bord A1 van bijlage I van het RVV 1990 een snelheidsbeperking in te stellen van 50 km/h op het gedeelte van de noordelijke rijbaan van de N200 tussen de ingang van het bezoekerscentrum van de Kennemerduinen en een punt op ongeveer 50 m ten westen van de uitrit van perceel Zeeweg nrs. 14 t/m 24 (appartementencomplex).
  • C.
    Door verwijdering en plaatsing van borden B6 van bijlage I van het RVV 1990 en onder gedeeltelijke intrekking van ons besluit van 20 januari 2000, nr.20001629, (onder C, punt 3) op de zuidelijke (brom)fietsoversteek van de rotonde bij de kruising N200/ Brouwerskolkweg de voorrang zodanig te regelen dat (brom)fietsers voorrang moeten verlenen aan bestuurders op de rijbaan van de Brouwerskolkweg.
  • D.
    Ons besluit van 16 februari 1988, nr. 325, voor zover het betreft het instellen van een verbod om stil te staan op de Zeeweg in Bloemendaal, in te trekken voor het gedeelte van de Zeeweg ten oosten van de toegangsweg naar perceel Zeeweg nr. 53 (Restaurant De Bokkedoorns) en de deswege in de middenberm en buitenbermen geplaatste borden E2 van bijlage I van het RVV 1990 te verwijderen.
  • E.
    van dit besluit mededeling te doen in De Staatscourant.
    •  
  •  
Haarlem, 21 augustus 2015

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland,

Namens deze,

F.J. van der Linden, sectormanager Beheerstrategie en Programmering Infrastructuur

Mededelingen
 
1. Als u belanghebbende bent kunt u binnen zes weken na de publicatie van dit besluit schriftelijk bezwaar aantekenen. Het bezwaarschrift kunt u sturen aan Gedeputeerde Staten van Noord-Holland, ter attentie van de secretaris van de Hoor- en adviescommissie, Postbus 3007, 2001 DA Haarlem.
U kunt telefonisch een folder aanvragen over de bezwaarprocedure (023-514 41 41) of voor meer informatie de provinciale website bezoeken: www.noord-holland.nl.
 
2. Voor vragen of opmerkingen over het besluit kunt u bellen met de heer J.C. van Everdingen ( tel. (023) 514 52 89) of mevrouw R. Puggioni (tel. (023) 5143446), beiden werkzaam bij de afdeling Beheerstrategie en Programmering Infrastructuur.
 
Naar boven