Definitieve beschikking Wet Bescherming Antarctica, Rijkswaterstaat

De aanvraag

Op 26 maart 2015 heeft Oceanwide Expeditions, gevestigd te Vlissingen, een aanvraag om een vergunning op grond van de Wet bescherming Antarctica ingediend voor het verrichten van handelingen in het Antarctisch gebied.

De handelingen bestaan uit het ondernemen van in totaal 21 commerciële toeristische reizen met de schepen ‘MS Ortelius’ en ‘MS Plancius’ naar het Antarctisch gebied. Tijdens de expedities zullen verschillende landingen worden gemaakt, waarbij Speciaal Beheerde Gebieden, historische locaties en stations zullen worden bezocht.

Per expeditie van de MS Plancius zullen maximaal 116 passagiers meegaan en daarnaast nog eens 48 bemanningsleden. Per expeditie van de MS Ortelius zullen maximaal 125 passagiers en 49 bemanningsleden meegaan. De duur van de expedities varieert van 10 tot 28 dagen, waarvan een deel in het Antarctisch gebied wordt doorgebracht. De vergunning is aangevraagd voor de periode van 19 november 2015 tot en met 2 april 2016.

Definitieve beschikking

De Staatssecretarissen van Infrastructuur en Milieu en van Economische Zaken hebben op 3 september 2015 de vergunning afgegeven. Deze beschikking is niet gewijzigd ten opzichte van het ontwerp. Aan de vergunning zijn beperkende voorschriften verbonden ter bescherming van het Antarctisch gebied.

De bekendmaking van de vergunning heeft plaatsgevonden door toezending aan de aanvrager op 3 september 2015.

Reageren

De vergunning ligt ter inzage van 4 september 2015 tot en met 15 oktober 2015 op het kantoor van Rijkswaterstaat Zee & Delta, Lange Kleiweg 34 te Rijswijk (ZH).

U kunt als belanghebbende tegen dit besluit beroep instellen bij de Raad van State, Afdeling bestuursrechtspraak, Postbus 20019, 2500 EA ’s-Gravenhage.

De termijn voor het indienen van een beroepschrift bedraagt 6 weken en vangt aan met ingang van de dag waarop het besluit ter inzage is gelegd. Dit betekent dat het indienen van een beroepschrift mogelijk is tot en met 15 oktober 2015. Geen beroep kan worden ingesteld door een belanghebbende aan wie redelijkerwijs kan worden verweten dat hij geen zienswijze naar voren heeft gebracht op het ontwerp van het desbetreffende besluit.

Naar boven