Mandaatbesluit subsidie Koninklijke Bibliotheek

Het Algemeen Bestuurscollege van de Koninklijke Bibliotheek,

Gelet op artikel 4.1 van het Bestuursreglement van de Koninklijke Bibliotheek;

Gelet op artikel 20 van de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen;

Besluit:

De Algemeen Directeur van de Koninklijke Bibliotheek het navolgende mandaat te verlenen.

Artikel 1

  • 1. De Algemeen Directeur is bevoegd namens het Algemeen Bestuurscollege te beslissen op aanvragen voor subsidie. Alle besluiten tot toe- en afwijzing van subsidieaanvragen worden door de Algemeen Directeur tijdig ter kennis gebracht aan het Algemeen Bestuurscollege.

  • 2. De Algemeen Directeur wijst een sectorhoofd aan die bij zijn afwezigheid bevoegd is en als waarnemer optreedt.

  • 3. Het mandaat omvat tevens het voeren van correspondentie ter zake.

Artikel 2

De uitoefening van het mandaat strekt zich niet uit tot het beslissen op een bezwaarschrift (artikel 10:3 lid 3 Awb).

Artikel 3

De Algemeen Directeur heeft de bevoegdheid ondertekeningsmandaat te verlenen voor uitvoeringstechnische zaken.

Artikel 4

De ondertekening van uitgaande stukken luidt als volgt: ‘namens het Algemeen Bestuurscollege van de Koninklijke Bibliotheek, (naam), Algemeen Directeur van de Koninklijke Bibliotheek’.

Artikel 5

Dit besluit is in werking getreden na vaststelling in de vergadering van het Algemeen Bestuurscollege van 9 december 2014 onder opschortende voorwaarde van inwerkingtreding van de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen.

Artikel 6

Dit besluit wordt aangehaald als: Mandaatbesluit subsidie Koninklijke Bibliotheek.

Namens het Algemeen Bestuurscollege, L.C. Brinkman

Naar boven